Prijs 5 centiemen hel nummer Zesde Jaargang Nummer IJ Willems-Fonds KIEZERS. Neemt den bezem op Hel Duivenspel. Op bevel van hoogerhand K A T A INGA, een land van belofte. MUYSEN. DE VOLKSGAZET LIBERAAL DEMOCRATISCH WEEKBLAD Abonnementsprijs 3 fr. voor de stad en den buiten voorop betaalbaar Men abonneert zich op alle postkantooren voor den buiten voor de stad, ten kantore van het blad, Groote Markt, 1, Aalst. 3 VAN HET ARRONDISSEMENT AALST. Prijs der Annoncen j Re~en 75 centiemen per dn.kregel Dikwijls te herhalen annoncen, prijs volgens overeenkomst Vonnissen op de derde bladzijde, 2 Irank deregel. AALST, iS MAAKT t91t. AFDEELING AALST. Lokaal GRAAF EGMONT, Groote Markt. A. - 0— CONCERT VOORDRACHT 0p~} Mn anting, ÜO Maart, te 8 uur stipt 's avonds. -o PROGRAMMA 1. Ons Vaderland, 2. Lente, 3. Eerst een Kus, dan goeden nacht, 4. Vlaanderen onze Bruid, 5. Vivat ons Piotteken. 6. Transvaal 7, In den Kriekentyd. 8. Het Lied van het Willems-Fonds. o— VOORDRACHT door den Heer Advokaat Arthur Buy«*e, Volksvertegenwoor diger. Mijn reis naar Constantinopel met- Lichtbeelden. r Het schijnt dat ons hoofdartikel van verleden Zondag onze klerikalen juist getroflen heeft het wordt moei lijk verteerd door hen, en menige brave katholiek vindt met ons dat de aangeklaagde toestand van onwetend heid in onze stad een echte schande is voor ons gemeentebestuur, dat sedert 1872 het onderwijs hier in handen heeft, en waarvan, na 38 jaar het eenige resultaat is dat er 27 per hon derd toekomstige jonge moeders onbe kwaam zijn hun eigennaam te schrij ven. Dat is waarlijk een averechtsche vooruitgang En een van die katholieken, die soms de waarheid wel eens durven zeggen, en ze dan striemend zeggen, beaamde onze meenig over de luiheid en de onwetendheid, welke op het stadhuis fetelener bijvoegende dat men de vadsigheid geriekt van als men bewust gebouw binnentreedt maar dat die vadsigheid ophoud als er PERSOONLIJKE winstgevende be langen te verdedigen vallen. En dan herinneren we ons de kies- beloften van vier jaar geleden, en we vinden geen enkelentoestand verbeterd, maar memgen toestand verslecht, schrikkelijk verslecht. Ons officieel onderwijs wordt ver loochend en afgebroken door ons schepencollege nieuwe klassen ver rijzen wel, maar het doel van de op richting dier uitsluitend klerikale scho len is foo duister, dat we tot nog toe niet kunnen begrijpen waarom er klerikale klassen gebouwd worden, daar waar er vroeger besloten werd een stadschool te maken. Wel heeft de zeer achtbare en ge leerde schepene van onderwijs, de doornufte heer De Hert, toen beweerd dat die klassen per onderwijzer of onderwijzeres slechts zes d zeven hon derd frank kosten oti{e schepene is dus een aanwerver van onderkruipers en een verdediger i'tfwhongerloonen. Zijn redeneering kwam hier op neer Ge vraagt te veel, burgerlijke onder wijzers ik kan onderwijs doen geven aan fes honderd frank gij kost me duidend tot elf honderd frank. Welke onderwijzer zou nu nog eeni ge sympathie over hebben voor den man, die hem wil uithongeren En als men de scholen onzer stad bezoekt, dan is men waarlijk ontmoe digd over de droeve inrichting dier lokalen de onderwijzers vragen beter verlichting en meer verluchting, ont dubbeling van klassen, modern mate- riëel enz., die billijke dringende vra gen stuiten af op den onwil van een ouderwetschdoodv er sleten, onwetend, vadsig schepencollege We ontmoeten binnende schooluren soms heele benden straatjongens en straatmeisjes, die alles behalve iets goed verrichten, en geen enkele maat regel wordt genomen om dien zeden- en geestder venden invloed te keer te gaan, men laat ze maar schramoelie rapen. En wanneer krijgen we hier eens een wel ingericht ontijdig vakonder- wijs dat aan al de dringende behoef ten van de maatschappij voldoet En wat werd er gedaan om het lot van onze arme weesjes en afgesloofde grijsaards eenigszins te lenigen. Niets totaal niets Alweer dezelfde luiheid, dezelfde on verschilligheid Alweer dezelfde woor den Alles gaat opperbest En laat ons nu met vree Ja Alles gaat opperbest Onze schatkist schittert door haar ijdelheid, we willen zeggen door haar leegte. En ware het nu nog enkel maar leegte, maar er is schuld, groote schuld En toch beweren de schatkist hoüvastmannen dat de geldelijke toe stand zeer bevredigend is, alsof het kleinste kind van onze stad niet wist dat het hier krot Cie is, en alsof onze schatkist niet treurig historisch gewor den was het heele land door En hoe werden onze openbare we gen onderhouden? Men kan geen straat uitkiezen om buiten onze gemeente te gaan, of men verzinkt in een echten modderpoel en die straten liggen binnen onze stad het zijn hobbelwe gen, waarop de beste paarden en de stevigste wagens kapot moeten. Of zou men soms binnen eenige weken, dus binnen de kiesperiode, de herstellingen aanvatten En wat te zeggen van de walgelijke openbare gebouwen,die sommige plei nen zouden dienen te versieren En de inrichting van ons politie korps We kennen er wel, die wen- schen zeer goed hun dienst te verrich ten, maar fe mogen niet men dient fooveel vlijt niet aan den dag te leg gen om de orde te handhaven en dieven te knippen. Arme agenten, aan wie men weigert uw dienst te laten uitoe fenen, wie men lange wandel-of zit- uren oplegt, opdat ge niet zoudt klagen over uw hongerloonen, die in uw ka der bestaan van laag tot hoog, evenals in de beperkte administratie van het portierschap met het brave Staafken als direkteur en als bediende, die juist genoeg heelt voor zijn eigen om niet te sterven van honger, als hij zich niet vergenoegt met brood eri water Wan neer krijgen we eens een politiekorps, onderricht in de mogelijke gevallen die zich kunnen voordoen, onderwe zen in den noodzakelijk te kennen geneeskundigen dienst, niet belem merd in de vlijt, met agenten en over sten, die een behoorlijke jaarwedde genieten En wanneer wordt de stadsdienst eens heelemaal ingericht, zooals een nijverheids- en handelsstad van 't be lang als Aalst, vereischt Want, laat ons niet vergeten, dat onze stad de tweede is van onze provincie. En wan neer zullen de hongerloonen van onze stadswerklied en eens tot het verleden behooren, die hongerloonen, die als een schandvlek kleven op onze rijke administrateurs, die duizenden fran ken hebben laten ontsnappen En wanneer zullen de oppositiepar tijen eens het recht verkrijgen haar vertegenwoordiger te hebben in de verschillende besturen van de bestaan de inrichtingen, zoowel op gebied van onderwijs als op gebied van hospicien en armwezen Wanneer zal de oprechte kon- trool eens toegelaten worden Er moet wel een gegronde vrees be staan dat er schrikkelijke gehei men zouden ontsluierd worden. EN WANNEER zal het stedelijk Werkloozenfonds op breederen voet ingericht en vooral de kleine toelage van duizend frank voor de zieken bonden van de stad verhoogd worden 1 EN WANNEER zal ons stads bestuur eens uit zijn diepen plompen slaap schieten am meer stoffefijk en meer intellectueel leven in onze ge meente te brengen Zullen onze acht bare burgersvaders dan niets doen om lokalen handel en nijverheid te steu nen, om feesten in te richten, om volk naar de stad te lokken, om de bewe ging te verdriedubbelen De taksen vergrooten nochtans, maar nergens zien we het profijt van die verhooging. Geen vermeerdering van lasten, hadden ze nochtans ge schreeuwd in 1907, maar pas was de strijd voorbij of de dans der lasten stond op de dagorde ec werd door al de katholieke gekozenen aangenomen, voor drie jaar slechts, maar die jaren duren nog voort, en ze zeggen bij zich zelf.och, de burgers zijn nu toch ge woon te betalen Neen, katholieke ge kozen de burgers roepen Foei voor zulke woordverbrekers en valsche belovers1 Uw taktiek bestaat hierin Alle mogelijke en onmogelijke beloften vóór de verkiezingen, en bizonderlijk plech tige belofte van geen verhooging van lasten na de verkiezingen, eerste punt uit te voeren vermeerdering van taksen, dan is dat puntje vier jaar na dien, bij de volgende verkiezing, reeds vergeten en dan zal men liever eenige dringende werken uitvoeren, die reeds lang op uitvoering wachten, en intus- schen zult ge vier volle jaren slapen en op iedere klacht en ondervraging ant woorden Alles gaat goed, \eer goed Laat ons met vrêe en pak je weg Ha, alles gaa! goed De Aalstenaars loe ten dat alles slechtzeer slecht gaatdat de klerikale gekozenen lui, zeer lui zijn, slapen in plaats van te werken en onwe tend zijn daarbij, maar zeer goed wakker zijn en een finantie-ioetenschap aan den dag leggenwanneer er b. v. b. gronden moeten verkochtnieuwe straten aange legd of gasgesticliten moeten opgericht worden Komt, kiezer* vau Aalst, gij allen die dat slapend-wakend, dat onwe- tend->vel wetend stadsbestuur beu zijt, neemt allen een grooter straat bezem en veegt die jannen de straat op, recht naar den Osbroek, waar ze den grond kunnen aanvullen voor de boulevards. Maar, laat ons nadien d© gezond- heids-eommissie vragen om alles te ontsmetten waarover hun besmet tende adem gegaan is Onder de menigvuldige congressen die verleden jaar ter gelegenheid der wereld- teniooristelling in Brussel gehouden werden, is er wel een dat voornamelijk de geringe buitenlieden aanbelangt het is het««üvw- melkers congres. Het eerste wereldcongres voor duiven lief hebbers had plaats teParys in 1889. De voor naamste punten aan de dagorde liepen over de beteugeling der w 'ostroopery en de bescherming der reisduiven. Sedert 1896 zijn de Franschen begunstigd door eene wet, die hen, aangaande ditlaatste punt, voldoening verschaft. Het ontstaan van het duivenspel dagtee- kent van het begin der laatste eeuw, doch het aanleggen der yzeren wegen heeft aan het duivensport eene buitengewone uitbrei ding gegeven. Uedendaagsch beloopt het getal d ui venliefhebbers in België tot het verbazend cyfer van 90.000 ongeveer. Veronderstellende dat elke duivenmelker 35 duiven bezit, zoo bereikt men het getal van 3 millioen duiven. Het voedsel van eene duif vergt dagelyks eene uitgave van 1 1/2centiem, 't zy jaar lyks 5,50 fr. of eene totale uitgave, voor gansch het land van meer dan 16 millioen. Voegt men bij deze uitgave, diegene veroorzaakt voor het maken van ringen en manden of keven, de verzending- en de ver voerkosten per yzeren weg, het verplaatsen der liefhebbers en het sturen van telegrams, zoo bereikt men voor Belgiö alleen de kolos sale uitgave van 30 millioen. Om u een gedacht to geven van de uit breiding der duivenliefhebbery en het inko men dat zy aan de openbare besturen de yzeren wegen en de finantiën verschaft, deelen wy u mede dat men jaarlyks in Frankrijk meer dan 6 millioen duiven bin nen brengt, waarvoor 200.000 keven noodig zyn. In 1908 beliep dit getal duiven tot 2.885.000. hebbende eene waarde van 8.211,085 fr. waarop 597.170 fr. rechten geind werden. Wy geven dit artikel met het inzicht er de aandacht van eenieder op te trekken. Het leidt tot overweging van klein en groot, van arm en ryk, want het is meestal de ge ringe man die er zyne duurgewonnen cent jes by verkwist tot. nadeel van hem en gansch zyne familie. Wat al nuttige zaken zou men met al die nutteloos verteerde dui- zende en millioenen franken niet kunnen verrichten. Zouden onze bestuurders naar geene mid delen moeten zoeken om dit verderfelijk duivenspel tegen to werken, om die drift in te toornen. Doch vergeten wy niet dat 't lands bestuur by eiken duivenpryskamp den eersten prijs speelt. Anderen werpen op dat het duivenspel eene uitspanning is, en dat de werkman w el in iets zyn vermaak of voldoening mag zoeken, Zou men dan toch geen sports kun nen vinden, byzonder op den buiten, dat tevens wiastgevend en tevens voldoening verschaft P Zou de kiekenliefhebberij niet deels het duivensport kunnen vervangen. Hoender- gevogeltje is er in ons land nog te kort, het verbruik van hoenders en eiers groeit van dag tot dag meer en meeraan, en dus dringt de uitbreiding van den hoenderteelt aich op. Eene hoen kost aan voeder niet meer dan ëene duif, en eene met zorg uitgelezene hen kan 's jaarlyks een middengetal van 150 eiers voortbrengen, die aan den midden- prys van 10 centiemen verkocht, jaarlyks per kop 15 fr. kan opleveren, zy voor eene kudde van 10 of 20 hoenders 150 of 300 fr. per jaar, een sommetje dat voor menige kleine landbouwer of neringdoener zoet zal binnenkomen, voor onze brievenbestellers Er werd een omzendbrief gestuurd, waar bij de brievenbestellers nitgenoodigd worden den geachten heer de Broqueville hun dank te betuigen omdat de heer Minis ter den toestand der brievenbestellers fel verbeterd heeft, en bewuste omzendbrief luidt op't einde Deeit gy die meening, kom dan a. u. b. naar onze vergadering. En de postbedienden, die vry durven spre ken, antwoorden dat de toestand niet fel verbeterd is, en dat ze al lang moe zyn die verbetering af te wachten, en hun misnoegd heid met het stembriefje zullen te kennen geven. Wy weten zeer goed dat het leven van die werkzame klasse bedienden oprecht ellendig is, zoowel voor den arbeid als voor de jaar wedde. En dan durft men die jongens uit- noodigen een pluim te steken op den minis ters-hoed van de Broqueville, omdat hy hun van verre wat kruimelen toegesmeten heeft, gedwongen door de stijgende demokratie en de duurte van 't leven En nadien, bij iedere aanvraag om lots verbetering, zouden de Minister en de heer Woeste en al de klerikalen in koor kunnen zeggen dat ze al veel gedaan hebben voor die bedienden, en dat deze zeer tevreden zyn over hun toestand, vermits ze een openbare hulde gebracht hebben aan den heer minis ter. Laat u niet vangen, brave jongens Aan hoogerhand is men te sluw Ge hebt niemand te bedanken, bizonderlyk niet om die felle verbetering 1 Werkt voort in uw omgevingen, in uw Bond Er valt nog veel te doen en veel ie verki»y$eii Be dankt niet te vroeg; Zouden die middeltjes onderduims be werkt worden door het ministerie zelf, om de brievenbestellers te knechten, of ze te rangschikken in gedweëe mannen en vrye mannen Wie krijgt er geen lust om naar Katanga te gaan Dat mogen we wel vragen na al de reclaam die bij middel van voordrachten en dagblad artikels, ten voordeele dezer landstreek gele gen in 't Zuiden van Congo wordt gemaakt. Wie krijgt geen lust om naar Katanga te gaan Het Aardseh Paradijs van onze kolonie. Een klimaat zoo gezond als dat van hier. Geen spoor van de slaapziekte. Hooggelegen, vruchtbare gronden, geschikt voor allerlei land-en tuin bouw. Onmetelijke weilanden voor de veeteelt. Watervallen overal, die gratis drijfkracht leve ren kunnen voor fabrieken. Zonder te spreken van de onschatbare rijkdommen aan koper- en zolfs aan gouderts die in den bodem liggen op gehoopt. Geen volle maand reisens, wat U maar en kele honderden frank kost, en ge zijt er. Ambachtslieden, vooral metselaars en timmer lieden, vinden er '«anderendaags al werk, aan 30 tot 35 fr. daags. Landbouwers krijgen grond genoeg voor niet om er een heel dorp op to bouwen. Wie er maar flink do handen uit de mouwen weet te steken, krijgt er zijne schaapjes op het droge in minder dan geen tijd. Zoo ten minste beweren toch enkele die zeg gen er geweest te zijn. Toch schijnt het wel alsof zij de toestanden ginder door een al te rozig gekleurden bril bekeken hebben. In ieder geval zullen we niet slecht doen, eerst nog zooveel mogelijk andere menschen te hooren spreken, die in gene buurt geweest zijn, alvorens onze bullen in te pakken voor dit nieuwe land van belofte. Dat Katanga door de Natuur rijk bedeeld is, dat mogen we wel voor waarheid aannemen maar er moet al heel wat aan die gunstige levensvoorwaarden bedorven zijn en mot wei nig verknoeid bij het aanbrengen der eerste beschavingsmiddelen, als we voortgaan mogen op de klachten die we in den laatsten tijd zooal rechts en links gelézen hebben van Belgen die opgoed vertrouwen naar ginder zijn getrokken. Zoo kondigde nog deze week, een Brusselsrh, zeer koloniaal-gezind blad nog een brief af, uit Elisabethville de hoofdstad van het Katanga- gebied vol verwijten en bittere klachten. De nieuwe spoorweg die Elisabethville ver bindt met Beira, dwars door de noordelijken punt van Rodosia cn door Mozambique, naar de Oostkust, blijkt een knoeiboel van belang te zijn. Pas is hij voltooid of heel het verkeer erop ligt stil. Intusschen ontbreekt het natuurlijk aan alles te Elisabethville en kost het minste er stukken van menschen. Toch komt er zeer veel volk op Elisabeth ville afzakken maar schier geen Belgen. Er is al oen Handelskamer, die uit dertien leden bestaat. Daarvan zijn slechts drie Belgen. Er zijn één Italiaan, één Duitscher, maar acht Engelschen. En dat is «oowat de onderlinge verhouding van gansch de blanke bevolking. Middel om er fatsoenlijk onder dak te komen is er schier niet. In het eenig behoorlijk hotel, vraagt men méér dan in het weelderigste gast hof. Natuurlijk dagen er wel konkurenten op, allemaal Engelsehe, doch zij geraken aan geen materiaal om te bouwen. Er zijn geen houtzagers voorhanden, zoodat men geseagde planken uit Rhodesia moet laten komen. Een ondernemend man, die daar eene houtzagerij zou oprichten met een meubelfa briek erbij, zoudt 'tgoud doen regenen in zijn kas. V oor veekweekers, die de naburige hoog vlakten met ossen on schapen wilden bevolken, zou er niet minder fortuin te maken zijn. Er ie namelijk zoo goed als geen vleesch voor han den, ook geen melk en geen boter. Maar dan zal 't nog een heele toer zijn om de leeuwen eraf te houden, en de luipaarden, die met iedere karavaan vee op eerbiedigen afstand meegekomen zijn en thans in dichte gelederen rond de kralen gekampeerd liggen. Do Union Minière heeft er reeds heel wat nuttig werk tot stand gebracht Huizen en ma gazijnen gebouwd, ezels, geiten, schapen, kie kens, zelfs bijen ingevoerd, een enormen moes tuin aangelegd en wel 700 fruilboomen geplant, die zij uit Zuid-Afrika heeft doen komen. Een Belgische dame, Mov. Iienaud heeft er eene wasscherij ingericht on een Belgische bakker, levert er taarten en pateekens, die zeer gepre zen worden. Met de mijnontginning loopt het er intus schen maar triestig Er is geen werkvolk voor to krijgen zoomin wit als zwart. Uit deze in lichtingen blijkt toch dat er al zeer veel bedorven is in dit door de Natuur zoozeer bevoordeeld land en dat er nog meer bedorven dreigt te worden, als niet met krachtige hand wordt in gegrepen. Van nu af laat het zich trouwens al duidelijk aanzien, dat wij er alles door de vreemdelin gen, door Duitschers, maar vooral door Engel sehe goed zullen laten maken, en dan eerst er aan gaan denken om naar ginder te trekken, als de vreemdelingen er het vet van de soep ge schept zullen hebben en er zich op de beste plaatsjes gevestigd; en als de Belgen er nog juist welgekomen zullen zijn, om knecht te worden in een Italiaansch hotel of gast bij een Duitschen bakker, zoo zo geen goesting heb ben om bij een boer der Kaapkolonie het vee te hoeden of in de kopermijnen te werken van eene Engelsehe maatschappij. Wij Belgen hebben ons veel te lang ingebeeld, en wij doen 't nog wel, dat kolonizeeren het werk is van soldaten en van missionnarissen. De .School. Muysen is eene gemeente met 3500 inwo ners, gelegen heel in 't noorden van Bra bant op een half uur afstand van Mechelen. De burgemeester van Muysen is een van die ouderwetsche buitenmenschen, die alles in de beste vouw willen slaan en gaarne de vriend blyven van pastoor,schoolmeester en van alleman. In de gemeenteraad van Muysen zetelen ook andere raadsleden dan klerikalen, zelfs zyn er socialisten in. Het gebouw der gemeenteschool van Muysen is de eigendom van den pastoor en in die zelfde gemeenteschool is er eene vrye school zoodat de klassen der vrye school zich nevens degene bevinden der officieele school, met een enkele ingang voor de twee scholen. De bestuurster der officieele school was eene non, zuster Angelia en die werd door den onderpastoor, die nu pastoor is, harte lijk verfoeid 1 Ge zoudt denken, dat we een sprookje verzinnen,welnu daar is niets, van we ver tellen de zuivere waarheid. Die priester haatte de non, die over 't algemeen door de bevolking was bemind, en die over de te talrijke bezoeken van dinn gezalfde des Heeren in 'l klooster had durven klagen. Wat rtieer is, zuster Angelia, had de boosheid zooverre gedreven een gemeente raadslid der oppositie ook beleefd te ontvan gen in hare school en hem uitleggingen te geven gelijk het haren plicht was. De pastoor verfoeide in zuster Angelia de officieele onderwijzeres, die door hare hoe danigheid zyne slavin niet moest en niet wilde zyn. Marteling. Toen begon voor de non een leven vol verdrieten bitterheid. Alle slag van valsche geruchten werden over haar geheimzinnig in omloop gebracht, laster en eerroof, onder duims verspreid, het volk en de kinderen tegen haar opgeruid, duizend kwellingen moest ze lyden, gelijk men er op den buiten uitdenken kan om weerlooze schepselen het bestaan oridragelyk temaken. De non ging by den bisschop, ze schreef ook aan monseigneur Mercier om haar te ontslaan van hare beloften, de burgemees ter was te zwak om ten haren voordeele krachtdadig op te treden, het leven in 't klooster werd haar onmogelijk gemaakt, en de opziener... natuurlijk was haar verde diger niet. Al die boosheid had haar doen besluiten het klooster te verlaten. Ze wierp de kap over de haag en keerde terug bij hare be droefde ouders die hun ongelukkig kind met liefde ontvingen. Maar nu ging de kat op de koord Als de onderwijzeres in gewone kleederdracht naar school kwam, waren hare vyanden daar pastoor en onderpastoor eD die beletteden haar in de school te komen. Ze werd door den pastoor uitgescholden voor slechte vrouw, schandaal enz. in tegenwoordigheid van het toegestroomde volk en talrijke kin deren. Ihiu rna. Dit gebourde in 't begin van Juni. Daar de pastoor eene onwettigheid had begaant

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Volksgazet | 1911 | | pagina 1