VRIJE TRIBUNE H€R€K JOURNALISTIEK EN POLITIEK ZIJN GRAMMOFOONPLATEN TE DUUR TAPIJTEN PEUGEOT SERGANTSPORT ^oo^s 05 - De grootste speciaalzaak van tapijten en tapis-plain 1000 m2 toonzalen 7-9 1973 - 2 HET WEZEN VAN DE JOURNALISTIEK IS EEN BETROUW BAAR VERBINDINGSMIDDEL TE ZIJN TUSSEN HET FEITELIJKE GEBEUREN IN DE MAATSCHAPPIJ EN DE INDIVIDUELE BURGERS. Zo formuleerde Meester M. Rooij onze taak en zo willen wij haar ook beleven. Eén der voornaamste elementen van het feitelijk gebeuren in de maatschappij is het politieke leven. Daarom wil deze nieuwskrant zich bewust opstellen als bindmiddel tussen de politiek, vertegenwoordigd door alle politieke partijen, en de lezers als individuele burgers. Wij zijn ons ervan bewust dat onze objektiviteit in deze nooit groter kan zijn dan menselijk mogelijk is. Daarom willen wij enkel dienen als kanaal waarlangs de politieke partijen zelf tot de burgers spreken. Vandaag openen wij het gesprek door de politieke partijen voor te stellen. Vanaf volgende week af komen zij op deze plaats zelf aan het woord. VIJF NATIONALE PARTIJEN Het Vlaams landsgedeelte van België heet naar luid van art. 3ter van de Grondwet «Neder landse Kuituurgemeenschap». De Nederlandse Kuituurge meenschap is in de Belgische wetgevende kamers vertegen woordigd door 213 kamerleden (117 volksvertegenwoordigers en 96 senatoren) die behoren tot vijf nationale partijen: CVP, BSP, VU, PVV en KP. Die partijen zijn op hun beurt als volgt vertegenwoordigd in de groep van 213 Nederlands sprekende kamerleden: 89 CVP, 51 BSP, 40 VU, 32 PW en 1 KP. Het arrondis sement Aalst alleen levert 11 kamerleden, per partij verdeeld als volgt: Roger OTTE, Ghis- leen WILLEMS en Wim VER- LEYSEN voor de CVP; DieudonnéVAN DER BRUG GEN, Bert VAN HOORICK en Willy VERNIMMEN voor de BSP; Renaat DIEPENDAELE en Richard VAN LEEMPUT TEN voor de VU; Emiel CUVELIER, Louis D'HAESE- LEER en Louis WALTNIEL voor de PVV. De KP heeft sinds 1949 in het arrondisse ment Aalst geen kamerlid meer gehad. Behalve in de wetgevende kamers en in de Kultuurraad voor de Nederlandse Kuituur gemeenschap, heeft het arron dissement Aalst 16 van de 90 verkozenen in de Provinciale Raad te Gent. Daar zetelen Frans DUBOIS, Elie DE MOL, Gustaaf DE BACKER, Ray mond UYTTERSPROT, Geor ges DE LEENHEER, Etienne BOGAERT en Emiel OTTE voor de CVP; Jules VAN DROOGENBROECK, Maurice MINNEBO, mevr. DE PELS- MAECKER-SONCK Agnes voor de BSP; Jan CAUDRON, Bert DE CREMER en Urbain DE GRAVE voor de VU; Firmin BOTERBERGH, mevr. ael- BRECHT, Cyriel NOEL voor de PVV. Hiermee is het .politieke aan deel (in numerieke vertegen woordiging) van het arrondis sement in de nationale en provinciale raden geschetst. Ruw geschetst weliswaar, doch alleszins toereikend om een idee te kunnen verwerven van het partijpolitieke aspëkt van het arrondissement Aalst. Om de verhoudingen en verschuivingen naar binnen te kunnen begrijpen is ruimere verklaring vereist.wij menen dat die verklaring besloten ligt in de hiernavolgende vergelij king van de verkiezingsuitsla gen van 1949 (de eerste met stemrecht voor vrouwen) en 1971 (de meest recente verkie zing). Wij nemen alleen de uitslagen van de verkiezing voor de Kamer van Volksver tegenwoordigers op, voor de Senaatsverkiezingen gaat Aalst immers samen met het arrondissement Oudenaarde, zodat die uitslagen minder representatief zijn voor het arrondissement Aalst. CVP BSP PVV VU KP 1949 67.325 29.797 25.577 7.783 13.351 1950 73.154 33.245 23.202 10.299 1954 60.163 35.691 37.150 9.420 7.441 1958 68.843 42.918 34.383 8.394 1961 60.279 42.891 32.362 14.635 3.777 1965 51.092 36.903 41.013 21.231 3.936 1968 47.429 40.095 36.074 26.698 3.064 1971 47.270 39.020 41.609 26.648 3.957 OOK VEDETTEN ALS ANN MICHEL EN TRUUS VERKIEZEN FIETSEN, BROMFIET SEN Steeds keus uit: 200 fietsen en 100 bromfietsen!! MOLENSTRAAT 28A AALST TEL.: 719.03 Alle nationale partijen hebben een arrondissementeel bestuur en een arrondissementele or ganisatie voor Aalst. Bij de BSP heet dit eigenlijk Federa tie Aalst, terwijl bij de KP de nuance nog belangrijker is: Aalst vormt daar samen met Dendermonde de Federatie KP-Dender. HET DOEL VAN ELKE PARTIJ Geen enkele partij in het arrondissement streeft een doel na dat afwijkt van de nationale doelstellingen van die partij. Wij laten hier de partijleidingen zelf aan het woord om die doelstellngen te verwoorden. De CVP benadrukt het volkse en het kristelijke: «VOLKS in de zin dat zij haar rangen openstelt voor alle lagen van de bevolking, wat meteen inhoudt dat zij de kristelijke solidariteit in het maatschap pelijk en politiek leven tot een van haar grondstellingen maakt; KRISTELIJK, omdat haar doctrine is ingegeven door zekere essentieel kriste lijke begrippen en regels, zoals de waarde van de menselijke persoonlijkheid, de erkenning van het gezin, het profes sioneel plichtsbesef enz.» De BSP beklemtoont de ontvoogding van de arbeiders en het veroveren van de demokratische macht: «voor de verwezenlijking van een nieuwe en rechtvaardiger ge meenschap door het socialis me. De BSP groepeert allen die met haar hetzelfde doel willen bereiken, dit zonder onderscheid van ras, geslacht, taal, godsdienst of filosofische opvatting». In de VU is het volksnationaal beginsel met zijn politiek, sociaal en internationaal as pëkt het uitgangspunt: «Baas in eigen huis of de zelfbeschik king van de meest natuurlijk georganiseerde gemeenschap, de volksgemeenschap, via het federalisme. Voorrang voor welzijn van die gemeenschap op individuele of buiten-natio nale belangen. Samenwerking met andere volkeren. Alle politieke of ideologische min derheden moeten gerespek- teerd worden in hun rechten. De welvaart moet demokra- tisch en rechtvaardig verdeeld worden...... De PVV is een «standen- en klassenloze partij, gegroeid uit de vroegere Liberale Partij. Zij groepeert arbeiders, bedien den, zelfstandigen en midden standers. De PVV steunt meer dan in andere landstre ken op de sociale bewe ging»'. Het doel van de KP is: «uiteindelijk de kapitalistische maatschappij te vervangen of te helpen vervangen door een socialistishe, waarin de pro- duktiemiddelen eigendom zul len zijn van de gemeenschap. De KP staat een politiek voor die gegrondvest is op de klassenstrijd, die trouwens door niemand kan weggepraat worden. In de strijd tegen het Mede dank zij de steeds stijgende levensstandaard en de toename de vrije tijd, heeft de Belgische grammofoonplatenmarkt de jongpte jaren een buitengewone bloei gekend. Deze sektor mocht niet alleen een jaarlijkse groei van de platenverkoop noteren van ongeveer 10 procent maar bovendien zijn er de cassette en de cartridge die eveneens de markt veroveren. Platen- en muziekindustrie zijn trouwens alomtegenwoordig in onze konsumptiemaatschappij. De zangvedetten hebben de laatste jaren de vedetten van het witte doek van hun troon gestoten. Men mag dan ook wel stellen dat de grammofoonplaat een belangrijk sociaal nevenverschijnsel is. Een tiental jaren geleden bestond het koperspubliek voor het grootste deel uit tieners, thans echter is de groep belangstellen den veel ruimer. Marktstudies hebben uitgewezen dat 40 procent van de Belgische gezinnen over een platenspeler beschikte, wat neerkomt op ruim geschat een 3 miljoen potientiele kopers. Geen wonder dat de platenfirma's reuze zaken doen. Opmerkelijk is echter wel het enorme verschil in prijs tussen de langspelers. Men kan een LP kopen in een prettige hoes voor hooguit lOOfr, maar enkele meters verder staan er andere LP's die 335 fr kosten, meer dan het driedubbele. Hoe is zoiets te verklaren Kosten de platen niet teveel De bijdrage die u hieronder leest beoogt een ietwat duidelijker beeld te scheppen in die toestand. Het ingenomen standpunt is geen afrekening met de platenbusinness of met een onderdeel ervan. De bedoeling van dit artikel is enkel een zo duidelijk en zo objektief mogelijk beeld te brengen van de omstandigheden die de prijszetting van grammofoonplaten onringen. Indien nodig zullen wij echter een aanklacht tegen bepaalde wantoestanden niet uit de weg gaan. UITGANSPUNT Het uitgangspunt van de benadering die volgt is de aanvaarding van het principe van een redelijke winst. Niet omdat dat principe heilig is, wel omdat het in onze maatschappij bijna algemeen aanvaard wordt. MENTALITEIT IN DE PLATENSECTOR De volgende uitspraken van mensen uit de platenbusiness hebben alleen maar tot doel de mentaliteit te schetsen die heerst in sommige suksesvolle platenfirma's. Een bloemlezing uit die uitspraken plaatst dit artikel tegen zijn juiste achtergrond. —"Een grammofoonplaat of een schoenveter stellen juist hetzelfde probleem, ze moeten verkocht worden. De fout die gemaakt wordt in dit vak is dat men te artistiek denkt. Er moet natuurlijk wel een beetje artisticiteit inzitten, maar het evenwicht met kommercialiteit is moeilijk te vinden". "Wij zijn gewoon kommerciele maatschappijen en men vergeet dat wel eens. Men wil ons betrekken bij de cultuur. Het is leuk als je een fijne plaat hebt gemaakt, maar voor ons telt alleen dat ze commercieel is." "We moeten maar eens gaan vergeten dat een plaat een kultuurartikel is. Ik vind het meer entertainment". Tot daar de uitspraken. Twee aspekten willen wij zelf extra in het licht stellen De platenmarkt is oligopolisch enkele firma's (bijna allen behorend tot grote trusts) maken er het mooie weer. Aangezien de prijzen weinig speling laten, is de konkurrentie overwegend op kwaliteit gericht. Lees op de smaak van een zo ruim mogelijk publiek. PRIJSVERLAGING Bovenstaande citaten ontnemen ons enkele eventueel overgeble ven illusies. Een mogelijkheid blijft er nog indien kan aangetoond worden dat een prijsverlaging gunstig kan zijn voor de platenbonzen Heel wat studies daaraan gewijd brachten trouwens de wenselijkheid van een prijsverlaging voor platen aan het licht. In de meeste ons omringende landen zijn de platen soms heel wat goedkoper. Theoretisch kan wel even twijfel rijzen als men weet dat de omzet van platen tegen 149fr ongeveer het dubbele moet bedragen van deze aan 199 fr om dezelfde winst te bekomen. Recente voorbeelden uit de praktijk bewijzen nochtans dat het mogelijk is. De Duitse exportprijzen daalden en België voerde bijna driemaal zoveel Duitse platen in. Er is ook het fenomeen MfP. De platenfirma die op niet traditionele verkooppunten goedkope langspelers aanbood en op één jaar tijd 20 procent van de Belgische LP-markt voor zijn rekening nam. Tegen deze positieve punten in, moet toch ook gewezen worden op het psychologisch aspekt van de prijs. Net als een hoger inkomen al vlug weer ontoereikend is, went men zeer vlug aan hogere prijzen. Het is mogelijk dat men een vroeger goedkoop beschouwde plaat na verloop van tijd als duur gaat beschouwen, indien ondertussen verschillende platen nog goedkopen worden aangeboden. Op die manier wordt het prijsbeeld in zekere zin vervormd. RIJKE FIRMA'S Is het platenfirma's mogelijk hun prijzen te verlagen door genoegen te nemen met een kleinere winstmarge De nu gemaakte winsten zijn enorm. Hoewel de toestand niet altijd even duidelijk is baseren we deze uitspraak op volgende vaststellingen Colombia zag zijn winst in één jaar tijd verdubbelen. In 1970 sprak Decca van een winststijging van 77 procent Dergelijke cijfers spreken voor zichzelf. De ongelooflijke verspillingen in de platenbranche. Dat is trouwens het klassieke ekskuus voor deze wantoestanden (de lancering van een langspeler met een receptie die anderhalf miljoen kost is beslist niet uit de lucht gegrepen) het is waar dat een erg groot deel van deze erg hoge winsten naar de fiscus gaat, maar dat je deze toestand gezond kan opvangen door geen erg hoge winsten te maken schijnt in geen enkel brein op te komen. In de USA werd een nieuwe marketing strategie uitgetest, op initiatief van CBS. Vertrokken wordt van het principe er zijn voldoende fanatici die de laatste plaat van de topsterren willen hebben. De albums waarvan we verwachten dat ze het goed zullen doen, maken we dus duurder. Of hoe de logika op zijn kop wordt gezet om het gouden kalf op zijn poten te krijgen. PRIJSVERLAGING VIA DE DISTRIBUTIE Zijn het dan de platenverkopers die door te grote winstmarges de prijzen te hoog houden In vele gevallen is het antwoord hierop positief. Enkele details in dat verband. Bepaalde handelaars lachen een vertegenwoordiger uit die nog een winstmarge van 33 procent durft voorstellen. De Duitse rack-robber Warken geeft tot 42 procent. In het R.J. systeem heeft de winkelier geen investering (hij betaald enkel de verkochte platen) geen risico, er wordt van hem geen speciale kennis verwacht, in zijn zaak worden de platen meestal niet voorgespeeld. Hoe kan hij die enorme marge verantwoorden Uit Vivec juli-augustus 1966 lichten wij het volgende op 1/4 schrijft Barclay een brief aan de platenverkopers om hen te verwittigen dat vanaf 1/5 de singles nog slechts 55 fr zullen kosten, voor een nieuwe inkoopprijs van 37 fr. Op 28/4 onder druk van bezweringen en bedreigingen komt er een nieuwe brief de prijs van 66 fr blijft voor onbepaalde tijd behouden. EN HET PUBLIEK De houding van de koper zelf is echter ook niet vlekkeloos. Het is immers een feit dat alleen die platen gekozen worden die een enorme promotie krijgen. Verschillende artiesten danken hun sukses enkel aan een barnumreklame rond hun persoontje. Wij zijn het ermee eens zonder talent zouden die mensen het niet maken (ondanks een behoorlijke investering geraakte Heintje toch "niet in de Amerikaanse top-honderd) maar met talent en zonder geld heeft men zo mogelijk nog minder kansen Ook de hoes van een plaat is nog een controversieel element. Maar daar komen we in een andere bijdrage nog wel op terug. DE VOORLOPIGE KONKLUSIES De platenfirma's zijn allen op winst uit. Dat is normaal in het huidig bestel. Dat ze enkel die winst zien en zich geen grenzen kunnen opleggen is niet meer normaal en maakt de plaat duurder dan nodig. De detailhandel is een belangrijke hinderpaal bij alle pogingen om de plaat goedkoper te maken. Er zijn platenfirma's die goedkope langspelers op de markt brengen met bovendien een behoorlijke technische kwaliteit, maar men houdt in die firma's wel veel rekening met de smaak van het publiek. De toestand kan vergeleken worden met de markt van de meubelen. Je kan een stoel kopen die stevig is tegen een schappelijke prijs maar wil je de naam van een bekend ontwerper erbij, dan betaal je veel meer. Het alles kopend publiek staat een goed repertoire in de budgetreeksen in de weg. H. HEYMANS vaderlandsloze grootkapitaal, de monopolies die ook andere lagen van de bevolking dan de arbeiders het leven met de dag moeilijker maken, streeft zij naar de frontvorming van alle progressisten». ARRONDISSEMENTELE STRUKTUUR Organizatorisch werkt de CVP in het arrondissement Aalst op twee niveaus: arrondissemen- I teel en plaatselijk. Op ieder j niveau zijn er drie geledingen: het Kongres, het partijbestuur en het bureau. Arrondissemen- I teel is het Kongres samenge steld uit de afgevaardigden, door de plaatselijke afdelingen aangeduid op basis van hun ledenaantal. Die afgevaardig- I den kiezen het partijbestuur volgens een bepaalde verdeel sleutel. Hierbij geldt dat elk kanton maximaal vertegen woordigd moet zijn en dat een gedeelte van het bestuur een bepaalde leeftijdsgrens niet mag overschrijden. Er is ook nog een niet-statutaire kan tonnale schakel. De BS P-federatie Aalst wordt geleid door een arrondisse menteel bestuur, samengesteld uit 53 personen die verkozen zijn door het arrondissemen teel kongres. Naast een voor zitter fungeert een dagelijks bestuur dat samengesteld is uit een ondervoorzitter, een fede raal sekretaris, een penning meester en verder de BSP- kamerleden, naast enkele re- presentatiëve verkozenen in provincieraad en gemeentera den, COO's. De gewestelijke sekretaris van het ABVV hoort eveneens tot dit dagelijks bestuur. Bij de VU is de arrondisse mentele struktuur als volgt: Het arrondissement wordt ge leid door een bestuur van 7 personen en een afgevaar digde van de jongeren. Dit bestuur wordt verkozen door de arrondissementsraad, sa mengesteld uit afgevaardigden van alle afdelingen. De kan- j tonnale gevolmachtigden vor men een schakel tussen het arrondissementsbestuur en de afdelingen. Bij de PW wordt de nationale politieke aktie eerder gevoerd door de kantonnale besturen die hun werking coördineren via een arrondissementsbe stuur. Die struktuur brengt uiteraard mee dat de kanton nale besturen bij de PVV voor hun werking over de grootst mogelijke autonomie beschik ken. De KP is als volgt gestruk- tureerd: cellen (dit zijn de basisorganisaties in de wijken of in de bedrijven), afdelingen die de cellen groeperen, fede raties die de afdelingen groe peren. De federatie wordt geleid door een Federaal Komitee van 21 leden en een bureau van 5 leden. LEDEN, NEVEN- EN BIJORGANISATIES Wij vroegen de partijbesturen naar hun aantal leden. Een delikate vraag uiteraard. Zo werd door de besturen ofwel niet ofwel ontwijkend geant woord. Alleen de VU geeft een cijfer vrij: «wij zijn goed op weg om 20 van onze kiezers als lid te hebben».... Ook weer I een delikate vraag gold de neven- en bijorganisaties. De ene partij gaat prat op haar mantelorganisaties omdat het een bewijs is van haar organisatorische kracht. Maar andere partijen zwijgen daar over liefst in alle talen opdat I men hen geen «gebonden- heud» zou kunnen verwijten. SEKRETARIATEN VAN DE PARTIJEN CVPVijverstraat 96, Lede BSP: Molenstraat 52, Aalst VU: Het Gulden Vlies, Sta- i tionsstraat 13, Aalst PVV: Korte Zandstraat 16, Aalst KP: Keizerlijk Plein 10, Aalst. EEN VRIJE TRIBUNE Wij zijn erin geslaagd alle nationale partijen uit het arrondissement te verzamelen rond deze Vrije Tribune. Alle beschikken ze over dezelfde ruimte en een vaste plaats in de bladspiegel. Die plaats is hen door het lot aangewezen. Indien zij een week geen artikel insturen, wordt de hen toege wezen plaatsruimte blank ge houden. Het zal wel een beroepsgeheim van onze redaktie blijven wie het eerst en wie het laatst inpikte op dit voorstel. Maar van nu af aan staan de partijen tegenover U, de lezers van dit blad. DE VOORPOST

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Voorpost | 1973 | | pagina 2