DOKUMENTEN VAN HET DAENSISME IN DE STREEK VAN AALST S 21.9.1973-3 DE "MINDERE GODEN" VAN HET DAENSISME IN DE STREEK VAN AALST Het daensisme ontstond als "Christene Volkspartij" te Okegem de roelanders waren afkomstig uit Aspelare, Outer, Denderhoutem, Appel- terre en Denderleeuw het blad der roelanders verscheen te Ninove de gebroeders Daens woonden te Aalst te Moorsel werkte een daensisti- sche kern omheen de dorps dokter Caudron Lag het zwaartepunt van de strijd aanvankelijk te Ninove en later door de deelname van de gebroeders Daens en de tegenwerking door de Woeste-groep te Aalst, al de hierboven aangehaalde ge meenten waren de eerste bol werken van het daensisme in de streek van Aalst. Aspelare had daarenboven met Sterck, Romain Eeman - Van de Velde en Soens haast de helft van actieve roelan ders geleverd, terwijl Dender leeuw van de stichting der partij af tot na de Tweede Wereldoorlog politiek actieve daensisten heeft voortge bracht. Wie over het daensis me spreekt en schrijft kan onmogelijk achteloos omheen Denderleeuw lopen. Niet al leen omdat het daensisme er het langst (een halve eeuw als politieke formatie over eind kon blijven, maar ook omdat in geen andere plaats de "mindere goden" zo talrijk en zo actief waren. Zij leefden als het ware in de schaduw van de gebroeders Daens, van De Backer, Lam- brecht en Sterck en leidden daar wat men zou kunnen noemen "het tweede eche lon" van het daensisme. Eén- onder hen, Lodewijk De Bruyn, die het gewicht van de beweging tot het bittere einde bleef dragen, vertelt hoe het daensisme in Denderleeuw ontstond en er een taai leven kende. Dokter Jan Caudron. Judocus De Bruyn Ons gezin telde acht kinde ren. Vader, Judocus, was be diende bij de Belgische Spoor wegen. Hij verdiende er na 35 jaar trouwe dienst 2,60 F als hoogste dagloon. Moeder overleed vroegtijdig, vader bleef met zijn acht bengels achter en kende de grootste armoede. Om een centje te k,unnen bijverdienen, leurden de zes jongens van ons gezin met kolen. In die tijd 1893 en 1894 vernamen we dat in Aalst een opstandige priester leefde die het durfde opnemen voor het kleine volk. Die priester was natuur lijk Adolf Daens. Dat is onze man, zei men hier. Er werd onmiddellijk contact gezocht met hem. Priester Daens werd spoedig een trouwe vriend van de De Bruyntjes en in ons huis werd kort nadien de af deling Denderleeuw van de Christene Volkspartij ge sticht. grotere groep volgelingen dan voorheen naar het station ge bracht. in haast al de omliggende gemeenten werden spoedig nadien afdelingen als te Den derleeuw opgericht. Nu werd het daensisme de schrik der Katholieke Staatspartij. In die tijd waren behalve het bier, laster en spot de meest gebruikte wapens tijdens een verkiezingsstrijd. Een der vele spotliedjes tegen ons gericht, luidde als volgt "Pelsmaeker den advocaat ne man schier zonder zaken geeft zich uit voor democraat om minister te geraken. Hii kreen een buis gelijk een. kanon, lafaridon, lafaridou." Lodewijk De Bruyn Behalve de gebroeders Daens, kwamen bij ons aan huis Carton de Wiart, Pottier van Luik, Du Catillon, smid Lam- brecht, Plancquaert en de plaatselijke voormannen als Prosper De Pelsmaecker, August De Brabanter, Désiré Boriau, Frans Van der Weeën, en anderen. Louis Couck van Den derleeuw De eerste meeting van de af deling werd gepland in een cafeetje in de Langestraat (de huidige Guido Gezellestraat Maar, de katholieken, die wij Kattekoppen noemden, kwa- Anen erop af, de baas van het cafeetje zwichtte en verbood de meeting. Van Lui stelde echter zijn tuin ter beschik king, Daens kon daar spreken. Aan het station werd hij afge haald en te voet trok hij, samen met zijn talrijke volge lingen, door de Langestraat in die tijd de katholieke straat bij uitstek. Natuurlijk kwamen de katho lieken erop af om Daens tegen te spreken. Een hunner August De Brabanter mannen, Octaaf Vaerman, riep Hoogvliegers zijn jul lie Daarop repliceerde De Backer wie onder ons vliegt er het hoogst Jij toch zeker, Vaerman, want je haren zijn aan de maan blij ven plakken De Backer doelde natuurlijk op Vaer- mans kaalhoofdigheid. En of er toen gelachen werd Die eerste meeting lukte en Priester Daens en de andere leiders werden door een nog Frans Van der Weeën Bij de eerste verkiezingen maakte ik proganda voor en met het blad Klokke Roe land. Ik verdiende daarmee als kind één centiem per blad. Ik herinner mij ook dat toen haast allen die niet partij katholiek waren, zich aanslo ten bij de daensisten. Onze afdeling recruteerde vooral onder de arbeiders. Al spoe dig begon ik ook meetings te houden, samen met Désiré Boriau. Het waren vooral straatmeetings, soms hadden zij plaats in cafés, 's Zaterdags colporteerde ik de bladen "De Dender" en "De Wer ker", ik deed er telkens een zestigtal van de hand. Tijdens een verkiezingsstrijd verkocht ik er tenminste zeshonderd. In die tijd werd ik ook liedjes zanger voor het daensisme, de teksten van de liedjes ver kocht ik meestal op het Dorpsplein. Hier gaat zo'n lied "In 't oude testament, de rijke filosofen deden niets dan beloven en lachen met de lent maar *t volk is spotten moe weg met die valse jannen we vragen andere mannen die ons helpen uit d'armoe 'moet beteren, moet beteren door de christene volkspartij (bis)." r.en spuiter antwoordde dan wel eens Maar God weet wanneer Ik had echt vreugde in mijn werk voor het daensisme. Ik reisde per fiets de hele omge ving af om propaganda te voeren en meetings te beleg gen. In de Denderstreek en in het Pajottenland werkten veel steenbakkers. Die dompelaars hadden een echt slavenleven. Ze sliepen op stro in een hok dat zij zelf ineengetimmerd hadden. Voor de koeien op de weide waren toen betere schuilplaatsen voorzien dan voor die steenbakkers. Corneel De Saar smaad volledig te maken, stopten ze die pop in Leeu- burg in die dagen een echte burcht van daensisten in de grond. Daar hoorde veel fan- faregeschetter en ketelmuziek bij en het zingen van "Ratten, ratten, ratten in de Donsjen hun patatten en hun haar moet af en hun haar moet af." De daensisten reageerden echter en haalden de pop uit de grond, met evenveel fanfa- regeschetter dan de katholie ken ten beste gaven. Ook door ons werden nu grove spotliederen gezongen en de dag eindigde vanzelfsprekend ook niet zonder vechtpar tijen. De passies, die zo hoog opgelaaid waren, verstomden toen priester Daens overleed. Eigenlijk was de striid nadien nooit meer zo bitsig. De Eerste Wereldoorlog bracht natuurlijk volledig windstilte in de plaatselijke politiek. door frans-jos verdoodt ervan te maken, ik liet een Maatschappij voor Goedkope Woningen stichten, liet in be paalde wijken arbeiderswo ningen bouwen, ijverde voor de vernederlandsing van de Gentse Universiteit en voor het wegwerken van de gevol gen van ae repressie tegen de activisten. 1926 bezorgde een nieuwe overwinning aan de daensis ten, ditmaal namen wij aan de verkiezingen deel onder de naam "Vlaamse Democra ten". Wij behaalden 6 zetels, de katholieken wonnen één zetel. Begin 1927 werd een burge meester benoemd uit de ka tholieke minderheidsgroep, ikzelf was schepen. Zes jaar lang bleef het waarlijk een wantrouwig spel tussen kat en hond. De incidenten volgden elkaar op en uiteindelijk werd de gemeente onbestuurbaar, zodat de provinciegouverneur meermaals moest tussenbeide komen. In 1932 behaalden wij als Vlaamse Democraten slechts vier zetels. De katholieken behaalden er vijf en de socia listen aangevoerd door mijn broer Prosper bekwamen twee zetels en namen nu een eerste maal deel aan de ge meenteraad. In 1936 kwam er scheuring in onze rangen Arthur Boriau, de zoon van onze eerste burgemeester, voerde een lijst die "Vrije Democraten" heette en 2 zetels behaalde. Wij (daensis ten en VNV is Vlaamse Blok) bekwamen 3 zetels, de katho lieken 4 en de socialisten 2. Eén zaak werd toen duide lijk het daensisme bloedde langzaam dood. Bij de eerste verkiezingen na Wereldoorlog Twee (in 1946) hergroepeerden de daensisten zich onder de lijst "Groene Strik". Zonder succes echter. Meteen eindigde in Dender leeuw een hoofdstuk van vijf tig jaar politiek actief daensis me. Jozef Sterck Jan De Nsve Antoon Van den Bossche Lodewijk De Backer Petrus Ruyssinck Désiré Boriau Priester Daens ontfermde zich over die mensen en kloeg hun erbarmelijke toestand aan in het parlement. Hij zorgde voor een beter en menswaar diger bestaan. Op zekere St.-Pietersdag trokken zij in werkkledij naar Brussel. Daens sprak hen toe vanop de trappen van de Beurs. Daens bleef zich erg voor hen in spannen, zoals voor alle arbei ders trouwens. Hij hield gere geld controle op de treinen, hij waakte erover dat alle arbeiders een zitplaats had den. Om de daensisten te pesten, maakten de katholieken een levensgrote pop die priester Daens voorstelde. Om de Pastoor De Wolf, naar Denderleeuw gezonden om er het daensisme te bestrij den werd overtuigd daen- sist Was hier in Denderleeuw in de eerste jaren van de strijd alle aandacht gegaan naar het arbeidersvraagstuk, na de Wereldoorlog liet de invloed van de Vlaamse Beweging zich vooral gelden in daensis- tische middens. Op 24 april 1921 gingen de eerste verkiezingen door in het stelsel van het enkelvou dig algemeen stemrecht. Die verkiezing bracht de daensis ten in Denderleeuw met 7 netels op 11 aan de macht. De katholieken behaalden slechts vier zetels. De provinciegou verneur verhinderde de be noeming van de burgemees ter. Toch oefende Désiré Boriau het ambt van burge meester uit, ikzelf werd eerste schepen. Zes maanden na zijn ambtsaanvaarding stierf de burgemeester. Zijn uitvaart werd gekenmerkt door talrij ke incidenten. Pastoor De Vos weigerde het lijk in zijn kerk, hierop zwoeren meer dan tweehonderd aanhangers der daensisten bij het open graf nooit meer een voet in een kerk te plaatsen en te willen begraven worden als hun burgemeester een bur gerlijke begrafenis dus Ikzelf werd nu burgemeester in een atmosfeer die weinig goede vooruitzichten bood. Ik heb getracht het beste Aalst, Aspelare, Denderleeuw, Appelterre, Denderhou tem, Ninove, Outer, Okegem en Moorsel vormden de eerste bolwerken van het daensisme. In Denderleeuw bleef het daensisme als politieke groep bestaan van 1843 tot 1946. In Denderhoutem namen "De Daensisten" deel aan de verkiezingen van 1964. De gemeente kreeg een daensisti- sche burgemeester. Omstreeks 1900 sloten vooral arbeiders bij de daensisten Scheuringen in de tweede helft van de dertiger jaren zijn tekenend voor de aftakeling van het daensisme. Drank, spotliederen, broodroof en bedreiging waren de ingrediënten van de anti-daenspolitiek. Alois Haelterman Jozef De Niels De drager van de daensis- tische weekbladen Felix De rfeef (31) Jozef Beecman Jan De Beul DE KLEINE MAN VAN HET DAENSISME IN D€ STREEK VAN AALST De gebroeders Daens, De Backer, Plancquaert, Fontey- ne, Du Catillon, Lam- brecht Zij hebben de grote strijd tegen de overmacht geleid, zij hebben het scherpst de on macht en de onkans van de partij aangevoeld, zij hebben Severinus Temmerman in de naam van velen onizag- lijk diep moreel en materieel leed ondergaan. Maar naast hen stonden er zo velen, naamloos maar trouw zij die op hun bescheiden plaats- in de maatschappij alles offeren wilden in het weten dat zij als vrije mensen, maar zonder po litieke loopbaan en zonder lauwerkransen het beloofde land, de rechtvaardig» we reld, zouden binnentreden. Die trouw bezorgde hen in de eerste plaats vernederingen, tegenkantingen broodroof. Het moge hier klinken als een cliché, er bestaan geen andere woorden om aan te duiden hoe de politieke zeden toen werden begrepen. zo komt men te Erembodegem zeggen "De complimenten van Mijnheer Pastoor dat gij geen meeting moogt houden in uw herberg! Maar Mijnheer Pastoor wist van niets. (Het Land van Aalst, 27 mei 1897) Voor twee regele- kens Strijdpenning (Steun fonds) kreeg Klokke Roeland 2.200 fr. te betalen, waarvoor Jan Boitselief drie maanden gevang uitdeed in Oudenaar de. (Pieter Daens, 1896) Ik mag niet zetelen als Getui ge (bij de kiesverrichtingen) ik zal mijn werk kwijt zijn mijn ouders moeten verhui zen en hun land zal afgeno men worden. (Pieter Daens, oktober 1894) Hij die vandaag zyn weg zoekt doorheen het daens- archief, wordt steeds opnieuw tegenover dergelijke docu menten van onverdraagzaam heid geplaatst. Die documen ten zijn een deel van de histo rische objectiviteit. Achter het vele leed dat zij veroor zaakten, staat vaak niet eens een naam, evenmin als achter de duizend-en-een manieren waarop de strijd is gevoerd. Maar HOE VOLLEDIGER EN DUIDELIJKER DE KLEINE MAN UIT DE GE- SCHIEDSCHRIJVING NAAR VOREN KOMT, HOE EERLIJKER WORDT HET OORDEEL DAT MEN VELT OVER DIT BEWOGEN STUK VERLEDEN dat ge lukkig ook dagen van feest en overwinning heeft gekend. Wordt verdergezet. Aanstaande week het programma der daensisten. Kamiel De Man (40) "Melle" een eenvoudige voiKsvrouw, propagandiste voor de daensisten

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Voorpost | 1973 | | pagina 3