UW WOORD VEREREMERKTEN TIJDENS "VIER GEKROONDEN FEEST REMIEKEN VAN DEN BROECK LEDE HULDIGDE PRIESTER-DICHTER GERY HELDERENBERG Meldert LAUREATEN FOTO- EN DIAWEDSTRIJD Aalst 6 - 9-11-1973 De vereremerkten van de syndikale kamer der bouwnijverheid. Brieven waarvan de afzender niet aan de redactie bekend is komen niet voor plaatsing in aanmerking. De redactie behoudt zich het recht voor de tekst te bekorten. Publikatie betekent niet dat de redaktie achter de inhoud staat. De streekkommissie voor Ruim telijke Ordening en de bouw van nieuw ziekenhuis te Aalst. Er is reeds heel wat inkt ge vloeid rond het advies uitge bracht door de streekkommissie in verband niet bijzonder plan van aanleg «Beekveld» waarin de nodige ruimten worden voor zien om het nieuwe ziekenhuis in te planten. Tot ons groot spijt wordt dit advies teruggebracht tot een personen- en/of machts strijd in de stad. Een dergelijke voorstelling der zaken is mislei dend en het wil ons voorkomen dat een woordje uitleg hier veel misverstanden kan ophelderen. De eerste vraag die moet beant woord worden is de volgende: Wat voorzag het ontwerp ge westplan voor dat deel van de stad Een gedeelte was voorzien voor de bouw van het nieuwe zieken huis en het overige gedeelte (grootste deel) was voorzien voor sociale huisvesting. Daar dit stadsdeel aansluit bij de ge meente Nieuwerkerken strekte het gedeelte voor de bouw van het ziekenhuis zich uit. deels op het grondgebied van Aalst en deels op dit van Nieuwerkerken. Wat wenst de stad Op het grondgebied van de stad al de gronden te voorzien, die ncxlig zijn om het nieuwe zie kenhuis te kunnen inplanten in een rustig park. Hiervoor wij zigt het de bestemming van de zone voor sociale huisvesting, voor het gedeelte gelegen tussen de Merestraat en Sint-Job, in zone voor gezondheidszorg. Het overige gedeelte van de zone voor sociale woningbouw (gelegen tussen de Merestraat, de nieuwe Ringlaan en de Gent sesteenweg) met een oppervlak te van nog nier dan 3 ha., wij zigt als volgt: een halve ha «groene zone- en de rest «zone voor koeren en hovingen». Wat is de mening van de streek kommissie over deze voorstellen a. Het is verantwoord de zone voor sociale huisvesting te ver minderen ten voordele van de zone voor openbaar nut. daar om wordt dit deel van het stads voorste! gunstig geadviseerd. b. Er zijn geen redenen voor handen om het overige deel van de zone bestemd voor sociale woningbouw van bestemming te veranderen, daarom wordt voor dat deel van het stadsvoorstel ongunstig advies verleend. Heeft het advies van de streek kommissie een nadelige invloed voor de spoedige oprichting van het nieuwe ziekenhuis Neen. omdat de KOO niet moet wachten op de goedkeuring van dit bijzonder plan van aanleg, om tot de verwerving van de noodzakelijke gronden over te gaan. Zij kan dit doen, door de toepassing te vragen van de wet van 26 juli 1962. inzonder arti kel 5. Indien zij dit niet doet dan moet zij daartoe redenen hebben, maar dat men dit niet op de rug schuive van Aalste- naars die toevallig lid zijn van de streekkommissie. Laat ons hopen dat zeer spoedig het ge zond verstand en de dienstbaar heid aan de bevolking het zullen halen. Wini VERLF.YSEN senator ondervoorz. streekkommissie Tot dan toe had men met lede ogen moeten toezien hoe de jaarmarkt steeds verder aftakelde. Daarom moest er absoluut nieuw leven ingebla zen worden. Dat jaar stichtte men niet alleen de eerste feestmarkt. maar ook de Sint-Maartensjaarmarkt werd gevormd rond de watertoren en de aanpalende straten. Dit alles gebeurde onder impuls van de hh. Jef Huylebroeck (voorzitter). Remi Van Den Broeck (ondervoorzitter) en marktinspekteur Hector Van Hover. Zij kregen ook de medewerking van het stadsbe stuur en de voorzitter van de marktkommissie G. De Stobbc- leir. Jef. Remi en Hector vormden als het ware de drie musketiers van de jaarmarkt. Zij lieten niets onverlet om van hun jaarmarkt een groot feest te maken. Om steeds meer mensen naar de markt te krijgen werden diverse attrakties opgezet. Vooreerst was er het jaarlijks bezoek van de grote kinder vriend Sint-Maarten, er waren ook loopkoersen en tentoonstel lingen van bloemen, groenten en fruit. Ten slotte kwamen er ook de «advokaten van de straat», die gewiekste kerels, die alles en nog wat kunnen verkopen. En zo is het allemaal maar blijven groeien en kreeg de Sint- Maartensjaarmarkt steeds meer en meer sukscs. Bij het 35-jarig bestaan van de Aalsterse Marktbond in 1957 werd Remicken erevoorzitter van de bond. Toen in I960 het 300-jarig bestaan van de wekelijkse markt gevierd werd. werd Remicken Van den Broeck prompt tot ere-deken gekozen, dekenin was wijlen mevrouw Stcenhout. Deze eervolle aanstelling gebeurde door B Ringoir. schepen van de stad. Vervolg van blz. 1 HULDIGING In 1964 werd Remi Van den Broeck officieel gehuldigd door de niarktkramersbond, het stadsbestuur en de wijk Watertoren, waar hij ook een van de pioniers was van hun kermis. Remieken was ook de laatste «Gits» te Aalst. Tijdens de eerste wereldoorlog was hij ingedeeld bij de kavalerie en was hij de laatste soldaat die de stad verliet voor het binnenruk ken van de Duitsers. Op het stadhuis werd hij dan ook officieel ontvangen door burgemeester Blanckaert, sche pen Ringoir. het bestuur van de marktkramers en tal van andere personaliteiten die niets dan log voor hem over hadden. Hij werd dan ook overladen niet bloemen en geschenken en natuurlijk werd ook zijn vrouwtje Palmier in gans het feestgebeuren betrokken. Hopelijk wordt de gezondheid van Remieken weer vlug beter zodat hij nog dikwijls zijn jaarmarkt zal kunnen mee maken. Rony BOON EN «Wij wensen voor Remie ken een standbeeld. Daar zijn de watertorenaars mee tevree.» uit gedicht 6/11/61 van Petrus Brulin. vlug meeleefde met de Vlaamse beweging, o.a. langs de studen- tenbond (w aar ik mijn eerste ge dichten voordroeg), en ik in die tijd ook meewerkte aan «Jong Dietsland» van Lodewijk Dosfel ben ik later, behalve voor het reeds vermelde «Fides Flan- driae» geen expliciete tenia's gaan putten in de Vlaamse be weging. Mijn priesterschap heeft wel een niet weg te denken stempel gedrukt op gans mijn werk. Ik geloof in wat ik schrijf, en ik schrijf over wat ik geloof. Denk maar aan mijn «Doxolo gia pro Christo meo», dat ik beschouw als een getuigenis, hoe ik persoonlijk mijn pries terschap bekijk en beleef». Wat hij zelf het beste vindt Moeilijk te zeggen, maar zijn persoonlijke voorkeur gaat naar «Doxologia». Van Wilderode vindt «De Vijvers» het best. Een ander kriterium vinden wij wel licht in de bekroning van som mige gedichten met de voor noemde prijzen, of nog een an dere aanduiding ligt misschien hierin dat men sommige gedich ten heeft opgenomen in een paar bloemlezingen, zo o.m. de reeds vermelde Vlaamse pocket «Poëtisch erfdeel der Nederlan den». of de bloemlezing door Piet Thomas uitgegeven bij Col- librandt. Maar de dichter is nog niet uit geschreven. Huize Ronkenburg is de uitgelezen plaats om steeds meer te schrijven over mensen en dingen van alledag en me neer de direkteur (zoals ieder een hem noemt) is «amper» 82 jaar. MARCOLE /ervolg van blz. 1 ERETEKENS: Ereteken van de arbeid, klasse. Werknemers: In dienst bij de firma Geoi De Rick, Vlierzele: Lammens Alfons, Bambruj Lammens Oktaaf. Vlierz In dienst bij de firma weerdt, Zottegem: Van den Berghe Valere. Maria-Oudenhove en Van nendaele Frans. Sint-Liev Esse. In dienst bij de firma p.v Schcerlinck, Haaltert: Lievens Omer. Haaltert. In dienst bij de firma p.v Emile Rombaut, Hofstade: Arijs Gustaaf. Bergemeers straat 33, Aalst. Ballek rené, Bergweg 30, Hofsti Bruylandt Gaston, Korten 6. Hofstade. Corthals Lo MoorSelbaan 271. Aalst. Troye Remi, Pontweg lla, I dersem. Lippevelde Hon Wellekensstraat 29. A; Wauters Pierre. Felix De H straat 84. Aalst. In dienst bij de firma etn. H Vermcircn, Aalst: Van Biesen Isidoor, Drievek weg 19. Aalst. Van Kut Jo Wilgstraat 14, Erembodeg Ereteken van de arbeid, klasse: Werkgevers: Collijns Albert. Viane-Moei ke. De Blander José, Mecrbt De Brucker Gustaaf. Erpe. Leenheer Richard. Ninov lens Marcel. Capucienenlaai Aalst. De Vleeschauwer Fr Geraardsbergen. Engclbert mand. Sint-Lievens-Hout Guldeniont Petrus. Deni Vr leeuw. Pijck Evariste. Brus scsteenweg 69. Aalst. Van Eist Hendrik. Koolstraat Aalst. Werknemers: In dienst bij de firma Geoi De Riek, Vlierzele: Buyens Jean, Vlierzele. In dienst bij de firma De W« te Zottegem: Van Haesevelde Hektor, Zo gem. Van Welden Marcel. I kei. In dienst van de firma Henri Vermeiren, Aalst: De Coninck Adolf. Van A laan 30. Erembodegeni. Gouden medaille Orde Leopold II Werknemers: In dienst van de firma Weerdt, Zottegem: Van Haesevelde Hektor, Zo gcm. Tot In dienst van de firma E jeu Henri Vermeiren, Aalst: Van den Steen Gaston. 1 bol Bos. Erembodegeni. Zilveren palmen der kroonori Werkgever: Leeman René. Geraardsberg Bijzonder ereteken van de rocpsvcrcniging Iste klasse: Van der Vurst Alfons. Eront gein. Albert, die zorgde voor de mu ziek. de muzikanten van de Barbaristen van Aalst, de kleur- regie van Jozef Clippeleer van Sint-Niklaas. terwijl niemand minder dan Jan Stalmans regis seur was. Men had reeds de principiële toezegging voor het Paleis van Schone Kunsten, maar dat kon dan uiteindelijk niet doorgaan. Voor wat zijn Leedse periode betreft, denkt Gery Helderen- berg vooral aan de bouw van de Volkskring, die ingezegend werd met Dreefkermis van 1929 maar vooral aan het boeiend avontuur bij de ontdekking van de gotische binnenarchitektuur van de parochiekerk. De kerk. op het einde van de 18e eeuw door Pastoor Grenier in de stijl Louis XVI onder de plaatser gestoken, diende nog opgekuist te worden. Hiertoe was kunstschilder Isabie ge- kontrakteerd door pastoor De Munck. Geobsedeerd door een duidelijk zichtbare, later aan geplakte ronde boog, stond pas toor De Munck toe dat de schil der aan de eerste linkerkolom even mocht gaan zoeken naar het kapiteel, dat geheel gaaf te voorschijn kwam. Dit gaf hen moed. en het werd van dag tot dag een nieuw aandringen, dan voor de voet. en later voor de ganse kolom, waarop nog in oud Vlaams te lezen stond «doet hier uw caritate voor den aer- men-. Kanunnik Van Der Gheyn en architekt Vaeren- wyck van de provincie, wiens toestemming niet gevraagd was. hadden toch lont geroken en kwamen kijken. Ze konden na tuurlijk moeilijk zeggen dat het goed was, gezien het hier een sluikrestauratie betrof, maar afkeuren konden ze nog moei lijker, en enkele tijd nadien zou mgr. Coppieters zelf getuigen dat het een katedraal waardig was. Veel tijd voor dichten had Gery Helderenberg in al die ja ren niet gehad; dat veranderde terug toen hij in 1937-38 tijde lijk benoemd werd tot direkteur pastoor van het gasthuis te Ge raardsbergen. Hier was er ook een duidelijke invloed van het nieuw arbeidsveld in de dicht bundels die in die jaren tot stand kwamen, namelijk «Gast huis» en «Dodendans». Volgde dan de benoeming tot direkteur van de O.L. Vrouwkliniek te Mijlbeek-Aalst, van 1939 tot 1966. de tweede lange vrucht bare periode in zijn leven. Het werd ook een aktieve poëtische periode. Dit nieuwe aposto- laatsterrein bracht inspiratie en liet tijd. Uit die jaren zijn er o.m. «Tobias» (gedurende de oorlog), verder ook «Emblemata biblica». «omdat ik u bemin». «Triomf van de dood» (dat be kroond werd met de provinciale prijs). «Zegeningen», en «Le gende der Heiligen». Het geza menlijk werk van deze laatste jaren werd reeds in 1962 een eerste maal gehonoreerd met de Guido Gezelleprijs. Tenslotte de avond van het le ven. sinds 1966 op Ronkenburg. een rustoord van dezelfde Zwar te Zusters van Aalst. Men zou het. naar analogie met Gezelles tweede Brugse periode, zijn tweede Leedse periode kunnen noemen, ook zijn vruchtbaar ste.) Daar kwamen tot stand: Neerhof op Ronkenburg», «Bo men op Ronkenburg». «De Vij vers». «Doxologia pro Christo meo» en dan het laatst bekroon de en reeds vermelde «Penta- phonium». GEEN EINDE Maar de pen is nog niet opge borgen, Er ligt nog cén en ander min of meer klaar in de lade. o.m. «Nacht der Symbolen». «Contrapuntische variaties», en «Fragmenten uit Isaia». opgevat als transposities in eigen tijd. Als men het zo allemaal hoort begrijpt men best dat er reeds een provinciale prijs, de Justus Harduijnprijs en tweemaal de Guido Gezelleprijs aan ver diend is. naar stijl en inhoud vindt de dichter dat er niet zo heel veel evolutie steekt in zijn werk. Na tuurlijk is de stijl met de jaren rijker geworden, maar de le- maa's zijn eigenlijk altijd de zelfde gebleven, ofschoon met de jaren ook meer bezonken. Het zijn namelijk de tenia's die zijn priesterleven en zijn aposto laat vulden, en dfe VanWilde- rode eens herleidde tot deze vier: de liturgie, de heiligen, ziekte en dood. en Maria. Op de vraag in hoeverre zijn priester- en zijn Vlaming-zijn. een inspiratiebron waren voor zijn dichten, zegt Gery Helde renberg: «Ofschoon is als jong student Maar eigenlijk groeide de lielde voor de poëzie in de loop van zijn humaniorastudies die hij. als Waaslander, in 1902 aanving bij de Jezuiëten te Aalst. Zoals overal elders, was alles er nog in het Frans. Maar in 1905 belandde pater Emiel Fleerackers er. die rasechte Kempenaar, die vlug een groep je Vlamingen rond zich verza melde. Fleerackers had invloed op hen. Ofschoon Gery Helde renberg hem nooit als leraar had. hij was in die jaren nog surveillant, bleef hij toch in kontakt met die volkse dichter. Die Vlaamse geest zou in 1909 nog meer doorbreken op het kollege met pater Stracke. die vooral het Nederlands toneel stimuleerde. In die jaren geraakte zijn eerste versje. «Christus eucharisti- cus» in «Dietse Warande en Bel- fort». Hij was in die tijd ook lid van de Kunstkring van Waas. Zijn seminarietijd zou een belo ken tijd worden: dichten was verboden bezigheid, maar het vuur bleef smeulen onder de as. Later zou trouwens kanunnik Van Crombrugghe hem steeds blijven volgen en aanmoedigen. Langs Joris Eeckhout (die zelf «Litteraire Profielen» schreef), geraakte hij in kontakt met Ka- rel Van Den Oever en met Maria Viola, redaktrice van «Onze Tijd». Zo verscheen dan zijn eerste dichtbundel «Lente hemel». een keuze uit zijn vroe gere verzen, geselekteerd door Karei Van de Woestijne. Hij kreeg toen de eerste kritieken in de «Nieuwe Rotterdamse Cou rant». Sindsdien is er heel wat uit zijn pen gevloeid. Zijn laatste uitge geven dichtbundel «Pentapho- nium» is een werk met religieu ze poëzie, bestaande uit vijf lange gedichten, die hij ieder vergelijkt met een symfonie van Briikner of Mahler. De eerste ideeën voor deze bun del kwamen tot stand rond 1968 en de bundel werd geïllustreerd met enkele sobere lijntekenin gen van Pater A. Van Laere. uitgegeven in 1971. gedrukt in de Benediktijnerabdij van Den- dermonde. Schepen De Neve en E. Bogaert sloten zich aan bij de woorden van de h. P. Meganck. waarbij het projekt van de Kattcstraat toegelicht werd en de hoop uit gedrukt werd dat ook het hotel wezen er een plaats zou kunnen innemen. J. VELGHE INVLOEDEN E.H. Buyle heeft zowat op alle apostolaatsterreinen gestaan, zowel qua plaats als qua werk. Gedurende de oorlog 14-18 was hij als brankardier ingescha keld achter het front. Hij werd er in 1915. samen met zijn goe de vriend Aloïs De Meyer, pries ter gewijd in Boulogne. Nadien was hij werkzaam in een mili tair hospitaal, een oude fabriek, te Calais. Daar. gedurende één van die lange avonden van wacht, maakte hij zijn eerste en enige frontgedicht «Fides Flan- driae» of «Trouw aan Vlaan deren». Toen de wapenstilstand kwam moest hij nog weken ach- terbljven wegens de fameuze Spaanse griep. Toen hij einde lijk kon afzwaaien had hij nog twee a drie maanden seminarie- recyclagc (spottend ontsmet- tingskursus genoemd). Tot mgr. Seghers hem heel diplomatisch benoemde in Zarlardinge. Hij had het er niet gemakkelijk en ook de ziekte was er nog niet volledig uit. Na drie jaar werd hij benoemd in Herdersem. waar hij wat dichter bij huis. drie rustige jaren mocht bele ven. Toen de patronage, die er onder zijn impuls gezet werd, was ingezegend, waren ook daar zijn dagen geteld en zo werd hij in 1925 benoemd te Lede. waar hij als onderpastoor twaalf ge lukkigejaren beleefde. Het was de tijd van de spreek koren. Hij kende o.a. een gewel dig sukses met «Mysterium Cru- cis». w aarvan vijf opvoeringen te Lede. en twee te Sint-Niklaas werden gegeven. Heel wat Le denaars. die hierbij betrokken waren, zijn dit nog niet verge ten. Zij kregen een niet te on derschatten hulp vanwege Karei Na een plechtige mis in de Sint-Jozefskerk, ging de akademische zitting van de Syndikale Kamer der Verenigde Aannemers voor de Bouwnijverheid in het Arrondissement Aalst, door in de feestzaal van het stadhuis, zondag jl. tijdens deze feestzitting werden de eretekens aan verdienstelijke werkgevers en werknemers uitgereikt. Naast eerste schepen, de h. E. Bogaert en schepen J. De Neve, hadden tal van personaliteiten uit de handels- en bouwsektor eraan gehouden aanwezig te zijn. Voorzitter Pierre Meganck dankte het stadsbestuur voor de goede verstandhouding met de beroepsvereniging. Hij stelde de vereremerkten en hun verdien sten in het daglicht. Hij deed een oproep tot een nog betere verstandhouding in het kader van de sociale vrede. Alfons Van der Vurst, met het bijzon der ereteken van de beroepsver eniging. kreeg woorden van lof voor zijn ongeveer vijftig jaar bcroepsaktiviteit en onafgebro ken lidmaatschap van de vere niging. Tijdens het feestbanket, in de salons Carlton gehouden, herin nerde de h. Meganck aan de vlotte onderhandelingen tussen de Syndikale Kamer en het stadsbestuur omtrent de aan koop van het voormalig KOO- gebouw in de Kattestraat door de Imniobiliën van het Bouw bedrijf, onderafdeling van de Federale Verzekeringen. Het bouwvallig rusthuis zal de plaats ruimen voor een prachtig winkelcentrum, dat niet alleen het uitzicht van de Kattestraat zal verbeteren maar ook meteen het stadsmidden zal verfraaien. Davidsfonds-voorzitter Mar cel §onck onthult de ge denkplaat. (Marcole)

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Voorpost | 1973 | | pagina 6