H€R€K
MUSICA TENERAMUNDA
OP TWEEDE ZING—CHANT—SONG
Dij khers tellings werken te
Baasrode en Moerzeke
n un m v v v v i nn ii in ui
De grootste speciaalzaa
van tapijten en tapis-plair
TAPIJTEN^W^v^t
1000 m2 toonzalen
H J IA H U H a AA U
l\L;
10 - 8-3-74 - De Voorpost
Tissen de artistiekerige troebadoers en de smilcnde folksingers was
de Dendermondse renaissance-muziekgroep Musica Teneramunda
een muzikaal buitenbeentje op de tweede Zing-Chant-Song, die op
de rillerige en regenachtige vrijdagavond 22 februari door
volkskunstgroep Reynout in zaal De Klok ingericht werd. Afgezien
van enkele optredens in het Sint-Vincentiusinstituut en in het
kroegerige nest dat de edele naam van Spinnekop draagt, was dit
één van de eerste Dendermondse optredens van Musica
Teneramunda. Als we Musica Teneramunda in de tite van dit
stukje zetten, dan kunnen we dit enkel op basis van een aantal
diskutabelc, louter sentimentele redenen verantwoorden. Het is
zowat om dezelfde redenen-als onze sympatie voor de autentiek-
Dendermondse volksmuziekgrocp De Kludde, dat we een zwak
hebben voor de renaissance-muziekgroep Musica Teneramunda.
De twee Philippes Duerinck en Malfait (r)
VAN EIGEN BODEM
Zowel De Kludde als Musica
Teneramunda hebben iets wat
Dendennondenaren biezonder
moet treffen. Beide groepen
brengen hun muziek niet alleen
op hoog niveau, maar streven
ernaar om de bijna verloren
gegane Dendermondse volks
liedjes en de oudere Dender
mondse renaissancemuziek te
rug te gaan instuderen en te
doen herleven. De inspanningen
die jonge Dendermondenaren
leveren om aan de plaatselijke
folkloristische muziek een her
opbloei te geven, is een
verschijnsel waar zeker in
negentienvierenzeventig. het
nationale folklorejaar. niet zo
maar mag aan voorbijgegaan
worden. Volksmuziekgrocp De
Kludde. die naast Dender
mondse ook andere Vlaamse en
Keltische volksliedjes brengt,
stelt het goed. dank u. Na haar
première op de Dendermondse
jeugdniarkt in oktober van
vorig jaar. ging de vijfkoppige
groep rond de jaarwisseling
kerst- en nieuwjaarsliedjes spe
len in de cafés van de stad. Het
werden suksesvolle sterretoch-
ten onder het motto «Muziek
niet vóór. maar mét de
mensen». Met dezelfde bedoe
lingen trokken ze ondermeer
naar Brussel en traden ze in
eigen stad op in de Spinnekop
aan de Sint-Rochusstraat en in
jeugdklub Zenith. Ze leerden
nog meer liedjes, kochten een
tweede doedelzak en verzorgen
volgende maand de muziek van
het teaterstuk «De held uit het
Westen» in een regie van Ugo
Prinsen. (Over De Kludde
hadden we het uitvoeriger in
ons blad van 15 oktober.)
Dweept De Kludde niet volks
muziek. dan zoekt Musica
Teneramunda haar heil en
glorie in de renaissance-muziek
die in de vijftiende en zestiende
eeuw in hogere kringen in onze
landen sterk in zwang was. In
Dendernionde werd trouwens
een van de meest vooraanstaan
de rehaissancekomponisten ge
boren. ill. Jan van Ockegem
(1420-79). N.a.v. de vijllion-
derdvijftigste verjaardag van
zijn geboorte richtte de Oud
heidkundige Kring van Dender
nionde vier jaar geleden nog een
Jan van Ockegeni-herdenking
en dito tentoonstelling in op het
stadhuis van Dendernionde. In
het uitgebreide en gevarieerde
repertoire van Musica Tenera
munda /ittcn enkele liedjes van
Ockegem.
ZESKOPPIGE BEZETTING
Men kan zich afvragen waarom
Musica Teneramunda nu pre
cies renaissancemuziek gaat
spelen. Een eerste reden voor
het spelen van renaissancemu
ziek ligt voor de hand de
muzikanten van M.T. vinden
renaissancemuziek heel tof.
heel fijnzinnig, het is kortom
muziek die hen aanspreekt.
Dat zulke knappe muziek zo
weinig gespeeld wordt, zette
hen ertoe aan om renaissan
cemuziek in te studeren en
anderen over te brengen. De
belangrijkste drijfveer voor het
spelen van renaissancemuziek
was en is voor hen ongetwijfeld
het feit dat renaissancemuziek
enorm veel mogelijkheden
biedt om zelf muzikaal kreatief
te zijn. Het is zo dat men voor
het spelen van renaissancemu
ziek geen duidelijke, uitgewerk
te partituren bezit. Daarom
moeten de muzikanten van MT
zelf uittes'ten volgens welke
toonaard of wel ritme ze gaan
musiceren en meer van die
dingen. Naarmate ze meer re
peteren, komen ze vaak nader
hand tot gewijzigde interpre
taties van sommige muziek
stukken.
En nu moet het ontroerende en
innig mooie verhaal volgen van
Hoe Het Allemaal Groeide. Het
startpunt was simpelweg een
optreden tijdens de nachtmis bij
de Tresiaantjes niet kerstmis
'72. Deze nachtmis werd
traditioneel door de scouts
verzorgd en in 1972 speelde het
huidige Musica Teneramunda
er kerstliedjes met een bezetting
die niet veel van de huidige
bezetting verschilde. Men vond
dat eerste optreden zodanig tof
dat men blijven spelen is en dat
de keuze uiteindelijk op renais
sancemuziek gevallen is. dat
gebeurde onder impuls van
Philip Malfait. Philip had al
enige lijd veel belangstelling
voor middeleeuwse en renais
sancemuziek en had een goed
gevulde diskoteek met platen
van dat genre aangelegd. Philip
fungeert als leider van de groep,
praat tijdens de optredens de
liedjes aan elkaar op een vaak
uniek-hunioristische manier en
geeft voor het publiek op tijd
enkele knappe solo's. Enkele
jaren geleden vormde Philip
samen met Piet Baro een folk-
en bluesduo en schuimde hij
met sukses allerlei muziek
avonden af. Bij Musica Tene
ramunda spelen drie fluitisten:
de sopraan, de alt en de tenor.
De tenor is de grootste en
zwaarste fluit en die neenit
Philip voor zijn rekening.
Verder speelt hij ook gitaar-
stukken uil de renaissance. Hij
studeert trouwens klassieke
gitaar aan het konservatorium
te Brussel en geeft op zijn beurt
ook gitaarlessen. Af en toe laat
hij zelfs een twijfelachtig en
daarom zo aangrijpend viool
partijtje horen. Philip Malfait is
tweedejaars aan het konserva
torium te Brussel, terwijl Philip
Duerinck voor het eerste jaar
gitaarlessen volgt aan hetzelfde
konservatorium. Bij Musica
Teneramunda speelt Philip
Duerinck gitaar ook als solist
en bewerkt hij slaginstru
menten als trommel en tamboe
rijn, Philip was jarenlang een
sclf-niademan die het gitaarspel
op z'n eentje instudeerde en er
sedertdien knappp resultaten
mee bereikte. Hij is iemand die
erg goed thuis is in andere
genres dan de renaissancemu
ziek en volgende week samen
niet andere Dendermondse
muzikanten een formatie voor
Latijnsamerikaanse nuiziek zal
opzetten.
Zijn kozijn Bob Duerinck (vier
dejaars burgerlijk ingenieur)
musiceert bij MT op de alt. de
fluit met een toonaard tussen
de hoge sopraan en de lage
tenor. Bob speelt reeds meer
dan tien jaar blokfluit en al
drie jaar 'dwarsfluit, waarvoor
hij te Wetteren lessen volgt.
Veroniek Vermeir is het vierde
lid van het ensemble.
Toen ze een lief
en snoezig meisje van zeven
was. trok ze al van het Sas naai
de muzickakadcmie op dc
Dendermondse Kerkstraat om
er notcnlccr te gaan volgen. Het
volgende jaar gebeurde dit nog
steeds, maar zeulde ze een viool
mee naar de akademie en dat
zou blijven duren tot ze op haar
achttiende jaar naar Leuven
trok om er onverdroten, psycho
logie te gaan studeren. Nu is ze
daar tweedejaars en ziel ze met
een zekere vertedering terug op
«Ie tijd toen ze in de Dender
mondse muzickakadcniic ka
mermuziek speelde en musi
ceerde iv het orkest van de
school. Bij Musica Teneramun
da is ze violiste. Toen de groep
uitzag naar een vokaliste.
belandde Hildegarde Van Over-
straeten bij de groep. Zij v olgde
te Dendernionde notenleer.
zang en piano en geeft té
Lebbeke les in de muziekschool.
Aan het konservatorium van
Gent volgt ze nog zanglessen en
te Lebbeke is ze cello aan het
leren, om zo de gamba-viool uit
de renaissance te kunnen
betokkelen en bestrijken. Met
gelijkaardige bedoelingen volgt
Guy Gallens, de benjamin van
de groep, cellolessen aan de
Lebbeekse muziekschool. Zoals
de andere jongens van Musica
Teneramunda heeft hij in zijn
kollegetijd blokfluit gespeeld in
het beruchte blokfluitenkoor
van het H. Maagdkollege. Bij
Musica Teneramunda staat hij
in voor de hoogste blokfluit, de
sopraan. Aan het RITO te Aalst
studeert Guy Callens voor (hoe
heet dat ook weer. ik kan er nu
niet meer opkomen, dat is altijd
hetzelfde als ik eens een serieus
artikel wil schrijven van. ah. ik
weet het al. het zijn die mannen
die zo dikwijls staken voor de
herwaardering van hun diplo
ma. namelijk technisch inge
nieur.
EN DE ANDERE
MUZIKANTEN
Uit dit alles blijkt dat de
muzikanten van Musica Tene
ramunda stuk voor stuk een
degelijke muzikale opleiding
gehad hebben, of. als dit niet
het geval is, momenteel een
muzikale opleiding genieten.
Drie van de zes muzikanten zijn
full-time met muziek bezig. Een
muzikale opleiding gehad heb
ben en op hoog niveau
musiceren zijn twee zaken die
niet noodzakelijk samengaan,
maar in dit geval is het
gelukkigiijk zo dat de door
studie verworven vaardigheden
van de muzikanten in hoog
staand muzikaal samenspel
omgezet werden. Het repertoire
van Musica Teneramunda be
vat zowel louter instrumentale
als louter vokale nummertjes.
Meestal wordt de vokaliste
echter door de instrumentalis
ten begeleid, terwijl de twee
gitaristen samen, één gitarist of
de drie fluitisten samen soms
volgens het beschreven samen
spel musiceren. Op de tweede
Zing-Chant-Song slaagde Mu
sica Teneramunda er niet in tot
een wisselwerking niet het
publiek te komen, iets waarin
Herman De Nijs (r)
Hilde van Overstraeten. (r)
J»
Chris Van de Velde en Phi
lippe Duerinck. (r)
de groep tijdens de vorige
optredens nochtans op een
bepaald enige wijze slaagde. Al
bij al. mogen we zeggen over
Musica Teneramunda «daar
zit toekomstmuziek in». Overi
gens traden op de tweede Zing-
Chant-Song een aantal klein
kunstenaars en folksingers op.
die een gemeenschappelijke
lout begingen. Zij kozen beken
de liedjes die op plaat uit
gebracht werden. Op zichzelf is
het natuurlijk niet verkeerd,
maar het kiezen van al te
bekende liedjes houdt in dat. als
het publiek het optreden van de
amateur met het liedje op de
plaat vergelijkt, deze vergelij
king altijd ongunstig voor de
amateur uitvalt. Beter zou het
zijn dat de amateur het bekende
liedje op een eigen, echt
persoonlijke manier zou ver
werken. dat de amateur niet het
typische stenitimbre van de
beroepszanger probeert na te
bootsen dat kan trouwens
nooit goed aflopen dat de
zangcr(es) zijn of haar eigen
vokale mogelijkheden tracht
aan te passen aan de eveneens
eigen instrumentale vaardighe
den en beperkingen. Op een
dergelijke manier iets brengen
zou veel kreatiever zijn en een
slap in de richting naar eigen
komposities zijn. Veerle en
Wim Buyst. goed op elkaar
afgestemd, brachten liedjes van
Diniitri van Toren. Elly Nieman
en Rikkert Zuiderveld, Joan
Baez en Donovan. «Don't think
twice» zong Erik Van Impe met
het juiste gevoel, zijn gitaarspel
was goed. maar niet zijn kennis
had hij een betere begeleiding
kunnen vinden. «I know who I
ani». een Leonard Cohen-song
was knap begeleid, maar het
liedje was minder geschikt voor
de stem van Erik Van Impe.
Dat het kwartet Veerle en Hilde
Vervrangen. (zang), en Hans
Van Impe en Luc Duerinck
(gitaristen) verplicht werden om
enkel nederlandstalige liedjes te
zingen en hun voorziene angel-
saksische programma niet
mochten brengen zoals dit
oorspronkelijk gepland was.
valt te betreuren, te meer daar
de muzikanten hun programma
reeds enkele weken voordien
indienden en pas op het laatste
nippertje op de hoogte gebracht
werden van het niet-akkoord
gaan van de inrichters. Joan
Baes was in trek. want ook
Vervrangen-Van Inipe-Due-
rinek brachten twee nummer
tjes van haar. Knap gitaarspel
en degelijke stemmen. Ook in «I
build my house» van Cat
Stevens door hetzelfde kwartet
was het gitaarspel zeer degelijk,
maar minder goed afgestemd
op de sfeer van het liedje, dat we
liever meerstemmig zouden
willen horen zingen. Herman
De Nijs bracht viermaal Van
Uytsel «Ik weet wel mijn lief».
«Houten Kop», «De Nacht» en
«Je kunt niet zonder de
Anderen». Zijn gitaarspel was
echt goed niet altijd vloeiend
en harmonieus, maar ietwat
gekapt en naar het brutale toe.
maar dat gitaarspel paste
wonderwel bij de gevoelens die
Herman De Nijs-Zjef Van
Uytsel willen uitdrukken. Het
gitaarspel klonk vol en door
slaand (vooral in Houten Kop)
en dan weer fijnzinnig (De
Nacht). Zulk gitaarspel was
duidelijk het resultaat van eigen
zoeken, van uittesten en van
proberen en daarin is de waarde
van die muziek gelegen. Her
man De Nijs presenteerde deze
avond samen niet Lieve Eeck-
hout en deed dit vlot en
sympatiek. Kris Van de Velde
werd echter dé man van de
avond, de paljas, zoals hij
dal/elf zong. De droge komiek
en cynicus van het genre Jan De
Wilde en Lamp. Kris en
Lazarus. Onmiddellijk had Kris
V an de Velde het publiek op
zijn hand. was hij de enigste die
bisseerde en die iets van zichzelf
bracht. Z'n eigen kompositie
«Goeie avond, donker gat»
leunde zowel qua melodie als
tekstueel erg bij Jan De Wilde
en konsoorten aan en daarom
was het ook zo subliem. Toch
blijft een zoeken naar een eigen
stijl steeds verdienstelijker, al
kan dat natuurlijk nog komen,
per slot vah rekening zijn
Rome. Parijs en Dendernionde
ook niet op één dag gebouwd.
Het gitaarspel van Kris was
enorm, vooral als hij zijn
twaalfsnarig instrument voor
een angelsaksischc folksong
beroerde. Reynout richtte deze
tweede Zing-Chant-Song in. ja.
ja. en waarom werd er in dit
hopelijk fel bediskussieerd stuk
veel meer aandacht besteed
aan één bepaalde groep dan aan
alle andere lesanien. Is dat
allemaal nog eerlijk
PAUL VAN DEN EHDE
Musica Teneramunda, het Dendermonds Barokensemble tijdens de "Zing-Chant-Song"
Keur. (r)
Reeds meer dan twee maanden zijn verlopen sedert op 13 december
laatstleden een hevige noordwestenwind het water van de Noordzee
en de Westerschelde instuwde, zodat het watergeweld diep het land
indrong en een verschrikkelijk noodweer het ganse Vlaamse land
teisterde. In onze streek waren het vooral Baasrode en Moerzeke die
door het rampzalige watergeweld getroffen werden en hun dijken
zagen overspoelen en op sommige plaatsen zelfs afbrokkelen. Aan
de Kleine Wal te Moerzeke werd toen bijvoorbeeld een bres
geslagen van ongeveer zes meter met een diepte van vijf meter. Die
bres kon gelukkigiijk door de inzet van het leger, de plaatselijke
landbouwers en tuinders, de brandweer en het gemeentebestuur
nog voor het volgende hoogtij gestopt worden, zodat de direkte
bedreiging voor dc omliggende serren en landerijen opgeheven
werd.
KLEINE WAL:
GROOT GEVAAR
Als een noodweer zoals dat van
13december onze streek teistert,
dan is ieders aandacht weer
eens gericht op het dijkenpro-
bleem, meer bepaald op de
zwakke toestand waarin de
dijken verkeren. Nochtans moe
ten na een overstroming niet
alleen tijdelijke herstellings
werken, aan de dijken uitge
voerd worden, maar moet men
ook voorzien in algemene en
definitieve dijkherstellingswer-
ken. die het dijkenprobleem nu
eens voorgoed van de baan
helpen. Dit was dan ook de
bekommefnis van volksverte
genwoordiger Marcel Duerinck,
toen hij kort na het jongste
noodweer aan de minister van
openbare werken de vraag
stelde of zijn departement
bereid was de nodige dringende
dijk herstellingswerken uit te
voeren. In zijn parlementaire
vraag merkte volksvertegen
woordiger Duerinck ondermeer
op dat bij het wateralarm «hoge
tij» op dinsdag 13 november te
Moerzeke de Scheldedijken op
verschillende plaatsen gekon-
troleerd werden en dat men het
volgende vaststelde. Volgens de
meettoestellen die te Moerzeke
in de streek Grootbroek gelegen
zijn, had het waterpeil een
hoogte bereikt van 6 m. 65 cm.
Deze hoogte bij hoge tij moet
als een uitzonderlijk hoge
waterstand beschouwd worden.
Op het ogenblik van de kontrole
stond op de hoofddijk. ongeveer
vijfenzeventig nieter voorbij het
Pompstation in de richting van
Drijgoten. het scheldewater tot
veertig centimeter van de kruin
van de hoofddijk. Er sijpelde
toen abnormaal veel water langs
de onderkant van de, hoofddijk
naast de gekasseide weg die
naar liet Veer van Moerzeke-
Baasrode leidt en dit vanaf de
plaats waar voor enkele jaren
damplanken geslagen werden.
De meest delikate toestand
werd echter waargenomen op de
Kleine Wal. waar het Schelde
water tot op de kruin van de
hoofddijk heeft gestaan en er
een groot gevaar bestond voor
het overlopen van de dijk. De
hoofddijk in Aubroek. aldus
nir. Duerinck. op een lengte van
ongeveer honderd meter, zou
moeten versterkt worden met
zware steenslag. De opgesomde
toestanden werden vastgesteld
bij het gewone hoge tij en men
dient zich de vraag te stellen
wal de toestand zou zijn bij een
alarm «gevaarlijk stormtij»,
waarbij de stormwinden het
waterpeil met minstens vijftig
centimeter verhogen. Ten an
dere. bij het stormtij van 13
december was er een ongeveer
tieti centimeter hogere water
stand en op de Kleine Wal
stroomde het Scheldewater
gedurende ongeveer twintig
minuten over de dijk. Deze dijk
ligt onmiddellijk voor het grote
serrengebied van Mocrz.eke-
Kastel. waarin honderden mil
joenen geïnvesteerd zijn. die bij
dijkdoorbraak reddeloos zou
den verloren gaan.
ABNORMAAL HOOG PEIL
O)) de vraag hoe hij aan deze
toestanden ging verhelpen, ant
woordde minister van Openbare
werken A. Calillce het volgende.
Vooreerst stelde de minister
vast dat de hoogwaterpeilcn van
13 november en 14 december
uitzonderlijk hoog waren, voor
al in het door volksvertegen
woordiger Duerinck besproken
gedeelte van de Zeeschelde. nl.
liet deel in de buurt van
Dendernionde. Om dit te
illustreren volstaat het te zeggen
dat het water tijdens de
gevaarlijke stormteij van 14
december een peil bereikte dat
slechts .tweemaal werd over
schreden, namelijk in 1930 en
in 1953. Op 14 december
werden op bepaalde plaatsen
van het opwaarts van Antwer
pen gelegen deel van het
Scheldebekken zelfs waterstan
den genoteerd die voorheen
nooit zijn waargenomen. Deze
vaststellingen maken voldoende
duidelijk dat de dreiging sterker
is geweest dan men wel
vermoedt. Dc voorbije storm-
tijden hadden een katastrofe
kunnen worden. Dat het niet tot
een ramp gekomen is. .is dus
ontegensprekelijk te danken
aan het schitterend werk van
dijkverhoging en dijkverster
king dat de jongste jaren werd
geleverd door de bevoegde
diensten van het departement
van openbare werken. Dit
betekent echter niet dat wij met
de pakken moeten blijven
zitten, aldus minister van
openbare werken Califice. Hoe
droevig het ook is dat tijdens de
voorbije stornitijden toch nog
sommige mensen watersnood
aan den lijve hebben moeten
ondervinden en materiële scha
de geleden hebben, toch moeten
wij nuttige lessen kunnen
trekken uit de ervaring die de
natuur heeft laten opdoen. Ik
bedoel, zei de minister, dat wij
nu de laatste weerbare en
gevaarlijke plekken hebben
kunnen vaststellen. Wat de
streek van Dendernionde be
treft. zijn dat inderdaad de
plaatsen die kamerlid Duerinck
opsomde. Zoals steeds in zulke
gevallen moeten de herstellin
gen in twee keer gebeuren een
eerste keer moeten, zo vlug
mogelijk herstellingswerken uit
gevoerd worden, waar zich
echte noodsituaties voordoen.
Dit is thans op vele plaatsen
bezig. Daarna zullen definitieve
herstellingswerken uitgevoerd
worden. Deze werken omvatten
ondermeer het herstellen van
uitspoelingen in het Schelde-
.|t
lud van de band ijk valr'ï
Aubroek te Moerzeke.
inkeroever en van de bal
eveneens op de linkeroev]
Moerzeke. over een lengt
200 nieter, te beginin
driehonderd nieter afw
fabriek Stokota. Dat
gedurende twintig niinutejda
de dijk van de Kleine
gestroomd zonder schair9
berokkenen bewijst in elkr*
dat deze dijk thans zeer f
Het is inderdaad bekei
dijkbreuken vooral door
loop en achterwaartse
ontstaan. De diensten var
inisterie van openbare w
uilen nagaan of de dijl
moet verhoogd worden
bevestigend geval, met hi
decimeter. Aan de dijk
linkeroever afwaarts de tv
het veer van Baa?**'
Moerzeke, zijn verzwar
erhogingswerken aan del
om de dijk te verhogen tog
peil van 7.50 m. Deze wEy
zullen tegen einde mei vo||st
zijn
AKTIE IN KASTEL jot!
Bovenstaand ministerieel bi,
woord werd ook aan sepe
Etienne Cooreman ge a L
toen deze er bij de ministP'1!
aandrong de herstellingswj33
te bespoedigen. Senator 1
reman trad in deze kwestf^'
nadat de landbouwers!'
tuinders van Kastel via raaLe
Frans Vlassenrpot een sch£
tol senator Cooreman gUg,
hadden niet een verzoelL|
interpellatie. De bevolkïii]
Kastel was immers niet (>rc
maal gerust in de zaak. waf
15 december vernam men pi'
dat alleen de dijk in de
Wal in aanmerking kwam
herstelling als stormse
terwijl de zeer ernstige
king van Beerbroek
verwezen naar het
herstel van dijken. De bewll/E
van Kastel reageerden e#v
tegen deze visie. Enetich
gingen zij aankloppen p
senator Cooreman en uiF1
zijds stuurden zij een schil'®
naar het Bestuur vanP
Verenigde Polders. In f16
schrijven verwittigden de C.|
Iers ervoor dat. indien aai
volgende ramp zou yoortvllvl
uit het niet herstellen vafcr
dijk. het bestuur der V>
Polders daar dan de veiPO
woordelijkheid zou voord
Dijkgraaf Julien Muylaer
tic zich daarop in kontaktl
de diensten der Zeescheld]
weldra verkreeg men
verhoopte resultaat. Snel)
gonnen de eerste noodzaki
herstellingswerken aan 't
brockswieleken. nl. het
van damplanken en de
viging van de dijk lang)
landzijde. Daarna werden <L
planken geslagen vanaf del
naar Baasrode-veer tot aa*
Becrbrocksc sluis en nader
volgt nog de verhoging
Scheldedijk aan Mariali
veer. Dit alles gebeurtjrs
staatskosten.
PAUL VAN DEN Hlfuc
:ie
:hi
TOONZAAL TAPIJTEN, 1e VERDIEP
Alle afmetingen Oosterse, Chinese, Indische
Mechanische geweven tapijten
MOLENSTRAAT 28A AALST
TEL.: 719.03
1 «inl