RIK VAN LEMBERGEN
DE VETTE JAREN MOETEN NOG KOMEN
JOHNNY DE NUL
MEER DAN EEN SPURTER
/ONZE*/
8ul<iéM£eST£R
KRUipT U/EER
op T£fJ TOREN.
20 -10/5/74 - De Voorpost
In de Nijverheidsstraat 2 te Oudegem woont Rik Van
Lembergen, licentiaat lichamelijke opvoeding en in zijn
vrije uren voetbaltrainer!
Toen hij na het seizoen 1968-69 tot het besef kwam dat
hij zich als voetbalspeler niet meer kon uitleven zoals
vroeger trok hij inderdaad naar de Heizelschool om het
«Beroep» van oefenmeester te leren. Na twee jaar kon
hij de opgedane voetbal- en mensenkennis aan belang
hebbende klubs overdragen.De eerste in de rij was VW
Hamme, na één jaar gevolgd door Oudegem, een club
uit vierde provinciale.
leden van Opwijk stappen
ondernomen om de com-
munikatie tussen hen en
Van Lembergen te her
stellen. Laatstgenoemde
kreeg te horen dat men
hem speler-trainer wilde
maken. Hij aanvaardde en
verdedigde nog twee jaar,
de geel-blauwe kleuren.
Ondertussen had Van
Lembergen zich laten in
schrijven in de heizel
school, waar de kandi
daat-trainers toen nog na
twee jaar studie een di
ploma konden behalen:
«Op het gebied van tac
tiek heb ik er veel bijge
leerd. Alle spelsituaties
die zich op een voetbal
veld kunnen voordoen
worden van naaldje tot
draadje ontleed en be
sproken. Ook medische
problemen, die bij het
spel met de leren bal om
het hoekje komen kijken,
krijgen hun beurt. Kor
tom alles wat een voetbal
trainer van ver of in detail
moet wetenkomt aan
bod.»
Dat school-lopen heeft
van Van Lembergen heel
wat opofferingen ge
vraagd, maar achteraf was
hij toch dik tevreden met
het bereikte resultaat.
Men zou het voor minder!
Hij kwam als eerste van
de Vlaamstalige selectie
uit de bus en kreeg na
dien een plaats als lesge
ver LO in de nieuw opge
richte regionale afdeling
te Gent, waar de Vlaamse
«Studenten» hun eerste
van de drie jaar moeten
kloppen. Vanaf volgend
seizoen mag hij er ook
voetbal onderwijzen.
Veel van voetbal afweten
en die wijsheid kunnen
meedelen betekent echter
nog niet dat men als trai
ner succes kent. Om u
daarvan te overtuigen la
ten we de oudegemenaar
het verhaal van zijn Hams
avontuur uit het seizoen
1972-73 vertellen
«Door toedoen van be
stuursleden van Opwijk,
die in Hamme naar een
speler-trainer waren gaan
zoeken, en een vrienden
relatie ben ik in Hamme
terechtgekomen. Omdat
ik het een goed voetbal
lende ploeg vond heb ik
onmiddellijk aanvaard. De
oefenwedstrijden verlie
pen tamelijk vlot en ik
had goede hoop dat we
een eervol resultaat zou
den behalen.
Eens de competitie be
gonnen, kwam echter aan
het licht dat het spelers-
potentieel door het ver
trek van vier titularissen
gevoelig verzwakt was.
Dat was dan ook de voor
naamste oorzaak van de
degradatie. De verhou
ding tussen mij en de
spiers was goed - zij aan
vaarden mij - en ik had
geen moeilijkheden met
het bestuur».
Ondanks alles heeft
mislukte start hem t(
aardig wat Teven swijsh
bijgebracht. Hij heeft h
namelijk doen inzien
voetbal eigenlijk n
meer is dan een spel r
een relatieve waarde.
Dat alles bracht met z|
mee dat Van I embergj
aanvankelijk geen zin
en naar nieuw «werk»
te kijken. Hij wilde
jaar rusten en alles ea
goed overdenken. Na vt
#heel en weer gepri
kwam hij evenwel in f
tremis op zijn beslissi
terug. Hij gin^het a
nieuw proberen. Ditmj
bij Oudegem, een n|
jonge vereniging met a
bestuur dat geld nocj
moeite spaart om iets
bereiken:
«Ik beklaag het mij r
dat ik van gedacht ven
dert ben. In een club
Oudegem gaat het er
gemoedelijk aan toe. fv
staat heel dicht bij
spelers. De persoonli
voldoening is groot en
gepresteerde werk wo
beter gewardeerd dan
grote klubs.
Of Van Lembergen bij
degem blijft stata n
menteel nog helem
niet vast: «Ik weet n
niet wat ik volgend jaar
doen. Na alles wat ik
heb meegemaakt lig ik
ook niet van wakker,
hoop dat ik nog ee
hogerop kan gerak<
maar ik bekijk alles h<
nuchter. Als de gelegj
heid zich voordoet zal
wel toeslaan.» (Mike)
Een goede trainer kan men beoordelen naar de
trainingen die hij geeft en het spelersmateriaal waaro
ver hij beschikt. Het is iemand met veel geluk!
Enkele seizoenen als
scholier en één wedstrijd
bij de reserven gingen zijn
debuut in de eerste ploeg
vooraf. Als zestienjarige k
knaap mocht hij al onmid
dellijk de vreugde van ee
kampioenenviering sma
ken. Opwijk promoveerde
naar tweede provinciale,
vertoefde er één jaar en
degradeerde opnieuw
naar derde. Daarna ging
het in een vijftal jaar naar
bevordering!
Van 1963 tot 68 speelde
Opwijk nationaal. Het
laatste seizoen uitgezon
derd, behoorde halfback
Van Lembergen (geroemd
om zijn fysiek en werk
kracht) samen met neger
Kanionga («een echte fan
tast») en de gebroeders
Hofman tot de vaste
waarden van een elftal dat
Vader en moeder De Nul zouden waarschijnlijk liever gezien
hebben dat Johnny nooit op een koersfiets klom. Hij kon
behoorlijk tegen een voetbal stampen en in de jeugdrangen
van Eendracht Aalst was hij meer dan een «meeloper». Maar
wat wil jeJohnny werd door de koereursmicrobe gebeten en
daar was geen enkel kruid tegen gewassen. Ma heeft er zich
voorlopig nog niet kunnen mee verzoenen, maar pa draaide
later bij en moedigt zoonlief aan. De op 14 november achttien
jaar geworden Schoonaardenaar heeft geen «stage» bij de
nieuwelingen achter de rug. Hij debuteerde pas in 1973 en
zijn leeftijd verplichtte hem onmiddellijk een junioreslicentie
aan te vragen.
Lang heeft de aanpassing niet geduurdtwee overwinningen
na een denderende eindspurt, tegen gereputeerde renners
dan nog wel, plaatsten Johnny onmiddellijk in het zonnetje.
beweren. Het komt erop aan fit
te zitten als je op de eindstreep
afstormt dan beschik je nog
over alle reflexen en plets je
niet zo rap tegen de wereldbol.
Het kan natuurlijk gebeuren dat
je van de ene of andere een
geniepige stoot krijgt of dat een
leperd je bij het shirt trekt, doch
je moet een beetje lef hebben,
anders word je als de eerste de
beste sul in het hoekje ge
drumd. Zich laten overdonde
ren is het laatste wat Johnny
De Nul gedoogt. Hij wil iemand
voetbal van goede kwali
teit liet zien en kameraad
schappelijk een sterk ge
heel vormde.
Moeilijkheden met het be
stuur, waardoor hij alleen
op het einde van het sei
zoen toen de degrada
tie naar eerste provinciale
al bijna vaststond - in de
eerste ploeg mocht aan
treden, waren er direct de
oorzaak van dat hij in
1968 zijn geluk ergens
anders ging beproeven.
Zijn keuze viel op Macca-
bi, een ploeg uit derde
nationale. Daar beleefde
Van Lembergen, ondanks
allerlei kwetsuren, het
mooiste jaar uit zijn voet
balloopbaan. De Joden
die de touwtjes fn handen
hadden gedroegen zich
als fijne mensen en het
elftal speelde een heel
goed seizoen. SC Macca-
bi eindigde met evenveel
pmunten als kampioen
Racing Mechelen, maar
had méén wedstrijd min
der gewonnen.
Achteraf kwam er een kink in
de kabelde dokter legde hem
koersverbod op en sommigen
voorspelden al «het begin van
het einde». Het vechterke
kwam echter terug en na een
inaktiviteit van zowat zes we
ken bewees hij dat hij nog niets
van zijn kwaliteiten verloren
had te Wichelen klopte hij ie
dereen na een overtuigende
prestatie.
SPRINTEN
Johnny De Nul vertelt van zich
zelf dat zijn voornaamste kwali
teit zijn vlijmscherpe spurt is.
De tegenstrevers zeggen dat
Johnny niet alleen over een
vrijwel onweerstaanbaar eind-
schot beschikt doch nu in de
eerste plaats een strijder is
hoeveel malen hij tijdens een
wedstrijd aanvalt, wegwipt,
bressen dicht en met een de
marrage de boel op stelten zet,
is bijna onvoorstelbaar. Loon
naar werken kreeg hij dit jaar
nog niet, maar insiders bewe
ren dat Johnny's dagje niet
meer veraf is. Of ze het al dan
niet bij het rechte eind hebben
weten we nog niet, doch ge
zegd wordt dat De Nul al meer
dan eens op het hoogste trapje
van het schavotje had gestaan
indien hij opportunistisch had
gefietst, indien hij de kat uit de
boom keek en op het gepaste
ogenblik zijn sprinterstroeven
uitspeelde. Hoe ook wij zien
liever een vechtjas aan de trok
als iemand die verstoppertje
speelt en de anderen de kas
tanjes uit het vuur laat slepen.
Zoals Johnny De Nul nu koerst,
kan hij er komen. Hij leert «af
zien» wat hem later zal ten
goede komen.
PROF
Johnny De Nul mikt hoog
wielrennen is voor hem geen
«lolleke» of een plezant tijdver
drijf. Hij ziet in die keiharde dis
cipline veel meer dan een dure
hobby. Als het kan wordt hij la
ter prof. Of dat als «luitenant»
van een grote mijnheer zal zijn
of om zelf de lakens uit te de
len, weet hij vandaag nog niet.
De toekomst moet uitwijzen
hoe hoog zijn kwaliteiten rei
ken. Wel meent hij dat hij vol
doende moet kunnen verdie
nen met koersen en links of
rechts geen «bijjob» dient uit te
oefenen, anders loont het de
moeite niet te leven als een
monnik en te trainen als een
Spartaans soldaat.
Als hij niet slaagt wordt Johnny
De Nul metaalbewerker. Zover
is het nog niethij houdt nog
een heel stel troeven achter de
hand en pas als hij niet «de
goeie kaarten» op tafel kan
gooien, verandert hij het ge
weer van schouder.
Is koersen dan geen gevaarlijk
beroep «Ik meen van niet,»
zegt Johnny kordaat, «zelfs
een massaspurt is niet zo af
schrikwekkend als sommigen
Met het diploma op zak
naar Hamme
Vóór het seizoen 1970-71
werden door de bestuurs-
Van Lembergen als scholier bij Opwijk -1954- onderaan tweede van links
als speler-trainer van Opwijk in het gezelschap van Karei
Hofman -1970 -
Van Lemberen viel dus
van het ene uiterste in het
andere. Een en ander
hield verband met bepaal
de ontgoochelende erva
ringen die hij bij de Ham-
se fusieploeg had opge
daan...
Met Opwijk naar bevorde
ring
Onder impuls van een
voetbalidealist, die de
jeugd op de vrije donder
dagnamiddagen onder
zijn hoede nam, kwam
Rik Van Lembergen in het
begin van de vijftiger ja-
ran voor het eerste met de
officiële voetbalinstanties
in concact en liet hij zijn
in zijn geboortedorp Op
wijk bij de plaatselijke
club SK St.-Paulus aan
sluiten.
worden in het leven. De wiel
rennerij lijkt hem het beste
middel om dat doel te bereiken.
Na dat mooie voetbaljaar,
dat uiteindelijk het eerste
deel van zijn carrière af
sloot, was hij als speler
nooit mer de oude. Het
jaar inactiviteit als gevolg
van de weigering om nog
voor zijn oorspronkelijke
klub te spelen kwam dan
ook niet erg gepast. En
toch had hij als speler
nog niet volledig afge
daan!
ais trainer van VW Hamme -1972-
bovenaan links
«Een goede speler is iemand die, naast de nootf"
kelijke voetbalkwaliteiten, een goed karakter beziti
steeds bereid is om zich voor anderen in te zetten.»