AALST «NIEUW LEVEN» BRENGT GOED TONEEL OPEN DOEK VOOR EEN BOEK FILM BIJ ONS 24-20/12/74- De Voorpost De blinde sir Robert is na de dood van zijn vrouw her trouwd met zijn sekretares- se Joan. Zijn zoon Simon, zijn afgod, is gesneuveld tijdens de oorlog; ter nage dachtenis van Simon, eens een gevierde sportvedette heeft hij een sportpaviljoen laten oprichten. Maar niet iedereen is het met Sir Robert's opvattingen eens. Een bezoek van lord Clan don de vroegere eigenaar van Rawley's huis, brengt Robert in een onaangename stemming als blijkt dat ook zijn vriend met de opzet van het paviljoen niet helemaal akkoord gaat. Bij de komst van Angela, de weduwe van Simon, en Max Oliver, de neef van Clandon, die bei den dienst doen in het militair geneeskundig cen trum te Berlijn, waar ze in het geheim mei elkaar ge huwd zijn, dreigt de toe stand dramatisch te wor den. Op deze avod komt daar geheel onverwacht de dood gewaande Simon op duiken. Hij is gedeserteerd, op de dool geraakt, steelt en bedriegt en het is er hem slechts om te doen geld te bemachtigen om onge stoord verder te kunnen trekken. Alhoewel blind, vermoedt sir Robert al vlug dat er iets niet in de haak is. Joan die de toestand voor haar echtgenoot verborgen wil houden biecht toch alles DEONBEKENDE SOLDAAT Tegen de mensen die me onverschillig laten heb ik niets te zeggen, en bij anderen ben ik bang iets verkeerds te zeggen. Niet uit goedheid, maar uit angst te verliezen. Het is de angst te verliezen die wellicht de oorzaak is dat ik nooit iemand bezeten heb, behalve Lus. En haar heb ik tenslotte toch ook verloren door diezelfde angst. Die uitspraak over zichzelf tekent de ingekeerde en wantrouwig-angstige Pe- xer, de ik-figuur van het falen van zijn laatste ont vluchtingspoging uit de eigen angst en onzeker- Die uitspraak over zichzelf tekent de ingekeerde en wantrouwig-angstige Pe ter, de ik-figuur van Walter Rolands De onbekende soldaat (Uitg. Heideland, Hasselt). Zij is ook de verklaring van het falen van zijn laatste ontvluchtings poging uit de eigen angst en onzekerheid: zijn korte periode van betrekkelijk groot liefdesgeluk met Lus, periode die voorlopig eindigt met haar afscheid en definitief eindigt bij haar haast schielijke dood. Peters diepe eenzaamheid wordt nog erger door de zich steeds herhalende confrontatie met de dood gedurende de vele maan den die hij als oorlogsvrij williger Je bent nog te jong om soldaat te zijn, zegt hem het meisje Annie, ergens aan het (Oost?) front in de vuurlijn heeft doorgebracht. Hij is een der weinigen onder die vrijwilligers die de oorlog overleeft, maar onder de gesneuvelde makkers be- vindr zich zijn enige vriend, door hemzelf per vergissing neergeschoten. Lus en Peter leren elkaar kennen in het herop- bloeiende «uitgangsleven» van een grote stad na een oorlog. Lus leeft op dat ogenblik reeds enkele we ken alleen, nadat zij haar man verlaten heeft omdat zij ten opzichte van haar tot geen echte geborgen heid en liefde in staat bleek te zijn, omdat zij naast hem een ongeluk kige vrouw was. Maar ook in de aanwezigheid van Peter overschaduwd door de aanspraak die haar man op haar blijft maken en door de geboorte van een kind, verwekt door haar man zal zij het zo betrachte geluk niet kun nen vinden, hoezeer bei den zich tegenover elkaar hiervoor inspannen, peter blijft in wezen angstig en eenzaan en kan niet van de herinnering aan de oor log loskomen. Daardoor wordt elk samenzijn van Peter en Lus een poging tot vlucht uit die hierin- neringen en een bevesti ging van groot gemis. De liefde is mij meer beken door haar gemis dan door haar bezit. Uiteindelijk blijk net levensverhaal van Peter één durende ont moeting met de dood. Eerst is hij de soldaat die doodt om de vijand de andere vóór te zijn, die het opvolgen van een bevel moet stellen boven de hulp van een stervende gewon de, die tenslotte zijn enige vriend neerschiet, hieromb beschuldigd wordt van moord en naar een straf- eenheid verwezen wordt, met al de gevolgen in oorlogstijd aan zo'n ver wijzing verbonden. En nó de oorlig is hij de minnaar die geheel onvrijwillig de wettige echtgenoot van zijn geliefde voor het leven verminkt in een auto-onge val. En als Lus -en Peter ten slotte elkaar opnieuw voorlopig en definitief verliezen, hoor je door heen Peters woorden de angst voor het langzaam- doodgaan-door-eenzaam- heid, de universele wee klacht die de middeleeuw se dichter an Moritoen zo treffend verwoorde in het Egidius-rondeelDu coors die doot, du liets mi tlev.- ven. Frans-Jos Verdoodt. op. Een konfrontatie met zijn vader leidt naar een dramatische situatie, vooral dan wanneer de vader einde lijk de ware aard van zijn afgod ontdekt. Een gevecht eindigt met de dood van Simon die door de politie gezocht wordt wegens moord op een politieagent. Alhoewel de tematiek van dit stuk verouderd is, kun nen we heir van een knap geschreven stuk met een zeer goede inhoud gewa gen. Met wat meer animo ge speeld, met een meer geïn- tersseerd publiek, met heel wat minder jonge, snoepen de, krakende, zich vervelen de kinderen zou «Zijn afgod» tot een meer dan genietbaar spel zijn uitgegroeid. De akteurs van «Nieuw Leven» hebben hun beste beentje voorgezet. De figuur van Sir Robert werd voor het voet licht gebracht door Valère De Vriendt. Met zijn rijzige gestalte, zijn kaarsrechte houding, zijn pracht van een diepe stem bracht hij een steengoede vertolking van de blinde ietwat autoritaire vader. Ulrich D'Haese in de rol van Simon wist door een voortreffelijke diktie, vlotte bewegingen te bewijzen dat in deze jonge toneelmens meer dan gewoon akteursta- lent schuilt. Lut Van Cauter- oet liet een vrij monotone indruk na, dit was wellicht te wijten aan de moeilijke praatrol die zij had; daar waar haar stem niet de nodige hoogtes en laagtes kon opbrengen. De spelka- paciteiten van Angela (Da- niella Jacob) kunnen door een zuivere uitspraak zeker opgedreven worden. Me vrouw De Vriendt-Franco heeft haar opdracht vlijtig en keurig uitgewerkt. Roger De Cock gaf een stijlvolle ver tolking weerd. Aarzelend en wat zoekend naar de juiste tonen was Marie-Rose Pie- ters als het dienstmeisje Kate. Eddy Veeckman was verdienstelijk als Maxwell Oliver. Het dekor was goed ver zorgd, licht storend element vormde de kleurloze achter- want. Door een strak opge spannen wit zeil zou dit voorkomen zijn. Over de belichting waren we niet zo erg te spreken, het licht kwam soms te laat en kor- kertie kon onopgemerkt uit gevoerd worden. Nadien vernamen we dat de mensen van «Nieuw Leven» water en bloed gezweet hebben, wan neer bleek dat een spot bij het openen van het doek helemaal ondersteboven ge keerd was wat een reëel brandgevaar met zich mee bracht en halsbrekende toe ren om de zaak ongemerkt weer in orde te krijgen. Frangois De Cock en Eddy Poep kunnen dan ook met een gerust gemoed verder de belichting van «Nieuw Leven» verzorgen. Laat ons hopen dat dergelijke on voorziene toestanden hun gespaard blijven. De klank liet soms op zich wachten o.a. bij het begin van het tweede tafereel. Het deed ook vrij goedkoop aan het effekt van dramatische scènes te aksentueren door sterk geromantiseerde klas sieke muziek. Een doorn in ons oog was de kostume ring van de dames: de lange Eén enkele Voorpost voor twee weken is al veel, negen films in één rubriek is massaal, maar aangezien dit een dubbelnummer is moet al die informatie er in één keer door. (Gelukkig zijn Dendermonde en Aalst gescheiden, tot spijt van wie 't benijdt, want dan zouden er negentien films aan de beurt komen en dat is toch van het goede teveel.) We beginnen dan maar met de week van vrijdag 20 tot en met donderdag 26 december 74. in cinema Alfa loopt tot en met zondag een karatefilm: «DE DODENDE KUNG-FU», van en met enige illustere onbekenden. In cinema Palace is er een prachtige (alhoewel ietwat tranerige) film van Joseph Sargent: «SUNSHINE». Sargent heeft nog geen opvallende film gemaakt doch kreeg reeds herhaaldelijk de kans im met «sterren» te werken. Dat is deze keer echter niet het geval geweest: Christina Raines en CLiff De Young zijn geen bekende namen. Wat de film zelf betreft: het is hetn ogal onwaarschijnlijke verhaal van een jonge vrouw die aan kanker lijdt en alle doktershulp krachtdadig van de hand wijst opdat zij zich helemaal met de opvoeding va haar tweejarig dochtertje Jill wil bezighouden. Aangezien zij zich niet laat verzorgen takent zij van dag tot dag verder af en sterft, haar man en dochtertje alleen op de wereld achterlatend. Kate en Sam vormen een (voor ons Europeanen althans) ongewoon echtpaar die zich van de maatschappij niet erg veel aan trekken en Sargent maakt daar nogal handig gebruik van. De hele geschiedenis schijnt «waar gebeurt» te zijn, de vrouw waarover het in de film gaat heeft haar verhaal immers op een aantal cassettes opgenomen en aan de hand van dat materiaal (waarin zij haar opvattingen omtrent leven en sterven uiteenzet) werd het scenario gemaakt. Als je het niet te nauw neemt metn de geloofwaardigheid en volledig kan opgaan in sentimentele verhalen is «Sunshine» geknipt voor een avondje ontspanning. De muziek voor de film werd geschreven door John Denver: *Take me home, country road» is een titel die jongere lezers waarschijnlijk wel iets zegt. In cinema Feestpaleis deze week en ook volgende week«Emmanuelle», een Franse film van Just Jaeckin, gebaseerd op het ophemakende boek van Emmanuelle Arsan [onlangs in het Nederlands verschenen bij de Bezige Bij), met de Nederlandse aktrice Sylvia Kristel (Foto), Alain Cuny, Marika Green en Daniel Sarky. Toen het boek in 1963 in Frankrijk verscheen ontlokte het reakties zoals destijds Jan Cremer dat deed met zijn «Ik Jan Cremer». Wat in «Emmanuelle» aan bod komt is zowat een vrouwelijke Jan Cremer, het is het verhaal van een jonge vrouw die zich op seksueel gebied van alle banden wil ontdoen. Op het eerste gezicht dus een interessant gegeven voor een lekkere seksfilm, doch Just Jaeckin heeft zich daaraan niet willen vergrijpen. Voor hem kwam het erop aan een film te maken die verkoopt, waar volk komt naar kijken en dat is met seksfilms niet altijd het geval, die hebben immers een eigen publiek. Jaeckin heeft er dus een «propere» seksfilm van gemaakt: hij is wat kwistiger met bloot dan in een normale film het geval is en hij suggereert ook heel wat. Typisch is echter de fotografie, daar verraadt hij zijn verledenhij heeft een tijd als fotograaf gewerkt voor Marie-Claire, Mile Age Tendre en dergelijke De fotografie is dus, om het in één woord te zeggen: luksueus: harmonische kleuren, mooie dekorsen kleren, zacht als de foto's van Davil Hamilton. Dat is dn ook zowat het enige positieve dat in deze film te bespeuren is, en het is dan nog niet eens origineel. Voor zover er een filosofie in de film zit is zij volkomen rok die zij droegen was hedendaags en niet van de jaren na de tweede wereld- oosrlog. De regisseur had zeer veel aandacht besteed aan de tails maar vergat sommige essentielezaken. Lord Clan don zegt «Ik wou dat ik zo flink rechtop kon lopen als jij» terwijl hij toch al de lijd nogal kaarsrecht liep. Het is een praatstuk dat op bepaal de ogenblikken vreselijk langdradig lijkt. Er was een gebrek aan aktie in de eerste twee taferelen. In het derde tafereel komt de aktie er vanzelf maar die wordt dan weer niet genoeg beklem toond. Juist in deze scène die dramatisch op zichzelf was barst het publiek in lachen uit, wat bewijst dat de binding die er met de toeschouwer moet zijn er helemaal niet was, dat het stuk in feite niet aangegre pen heeft. De zelfmoordpo ging van sir Robert kwam zeker niet genoeg tot uiting, wat een poging moest voor stellen was een gewoon kijken over het balkon. De spelers stonden op een be<- paald moment met zijn tweeën met hun rug naar het publiek wat uitermate sto rend werkte. Algemeen moeten wij toch besluiten dat een stuk dat toch op zichzelf een behoor lijk aantal moeilijkheden be vat misschien niet zozeer geschikt lijkt om voor een amateursgezelschap te wor den aangepakt. Diegene die dit dan wel aandurven en met een behoorlijk resultaat dienen daarvoor geprezen te worden. Na één van de repetities hadden wij de gelegenheid om met de gastregisseur Vic Moeremans te praten Vic Moeremans is van Me- chelen afkomstig en in to- neelminnend Vlaanderen zeker geen onbekende. Als liefhebber speelde hij in het patronaat, volgde konserva- torium; Hij kende Staf Brug gen zeer goed, startte als beroepsakteur in 1940 te Gent en is steeds gebleven. In Aalst kwam hij terecht door de toneelgroep «Nieuw Leven» die op hem herhaal delijk beroep deed voor de regie. Vorig jaar zagen wij in zijn regie een schitterende uitvoering van de «Wonder dokter». Hoe is het werk met ama teurs? Vermits ik zelf als amateur startte werk ik ook zeer graag met amateurs. Wij nemen het werk behoorlijk proffessioneel aan. Een amateur die zichzelf ernstig opneemt kan toneel als een goede naschouling be schouwen. Ik help waar het mogelijk is en het doet steeds plezier te ervaren dat het starten van niets tot iets de moeite waard is om naar te kijken. Soms is het wel een hele karwie maar die mensen spelen hier met zo'n overgave dat het toch steeds de moeite loont om naar hier terug te komen. Spijtig is het wel dat er zo weinig subsidies te krijgen zijn. In vergelijking met Nederland komt Vlaanderen er pover uitdaar wordt bij meerdere verenigingen de beroepsre gisseur vergoed door de stad of de gemeente. Wat vind je van het ver schijnsel algemeen bekend in de streek «komedie bo ven»? Altijd dat praten praten pra ten is eigenlijk niets voor een amateur; zij moeten in de eerste plaats aktie heb ben. Een komedie is hele maal niet zo gemakkelijk, maar een drama is weer veel gemakkelijker dan een tril ler. Het is alleen een ver keerde opvatting dat toneel de mensen moet laten la chen. Een drama kan toch best ook ontspanning mee brengen. Heeft het amateurstoneel dan een taak? Het ontwikkeld het ver stand. A.B.N. hebben wij toch te danken aan de rede rijkers. Als het toneel weg valt dan zal de wereld wel voort blijven draaien. We kunnen vergelijken met een museum: de enen hebben het nodig maar de anderen kunnen het best missen. En het geëngageerd toneel? Ik ben er geen aanhanger van. Het heeft misschien ergens een taak maar het verdwijnt als de taak vervuld is. Ik geloof echt niet in het boodschapbrengend teater. Zijn er nog hernieuwers? Na Bond op dit ogenblik, ik weet het niet. Hoe ziet het met de kansen van de Vlaamse toneel schrijvers? Wij hebben wel goede to neelschrijvers zoals Tone Brulin, Luc Vilsen, Van Hoecke, Eddy Asselbergs. Ik weet echt niet hoe het komt dat zij geen gensters slaan zoals bijvoorbeeld een Hugo Claus. Kom je terug naar Aalst? Zeker en vast, ik werk er Roel Van de Plas onaanvaaraoaar, de banale dialogen zijn bovendien relevant voor de bedoelingen van de makers van de film. Opvallend is verder nog de keuze van Sylvia Kristel voorde rol van Emmanuelle: zij is een nauwkeurig gedoseerde mengeling tussen sensualiteit en kuisheid. Iets totaal anders nu: vandaag vrijdag toont men in de Mikis-klub (Nieuwbeekstraat, Aalst) een interressante film van de Brasiliaanse kineast Nelson Perreira dos Santos «WAT SMAAKTE MIJN KLEINE FRANSMAN LEKKER». Achter het verhaal van de Duitse ontdekkingsreiziger schuilen heel wat theorieën die ik U wil besparen, doch die een aandachtig kijker er wel uit haalt. Het verhaal speelt zich af in de zestiende eeuw, toen een Duits ontdekkingsreiziger in de Brasiliaanse oerwouden verdwaalde, door een primitieve inboolringenstam werd gevonden en verwend met het vooruitzicht als feestmaaltijd te worden gebruikt. Gelukkig voor hem slaagt hij er in te ontsnappen zodat hij zijn minder prettige ervaringen kon opschrijven. Er is een nogal schril kontrast tussen het vredelievende kader waarin de menseneters leven en hun minder nobele bedoelingen en dit geeft aanleiding tot een vreemsoortige humor en ironie. Aangeraden. Op zondag 22 december in de Pan ('t Fabrieksken): «THEY SHOOT HORSES, DON'T THEY», knappe film van Sidney Pollack, met Jane Fonda, Michael Sarrazin en Sussanah York. In deze film die hij in 1970 maakte verhaalt Pollack het tragische einde van een jonge vrouw die de toekomst niet aankan en dus konsekwent een einde maakt aan haar leven. Ookzaak daarvan zijn de tijdsomstandigheden Het verhaal speelt zich af tijdens de grote ekonomische depressie. Snuggere zakenlui vonden het toen bijzonder winstgevend dansmaratons in te richtenwie het langst kon dansen werd een aantrekkelijke geldprijs beloofd. Zo een dansmaraton was echter bijzonder wreed: allerlei stumperds kwamen erop af docht na enkele dagen bleven slechts de sterksten over. Desnoods liet men zijn partner in de steek en koos een ander uit met wie men dacht een betere kans op de overwinning te maken. Alles samen is de film. een prachtige illustratie van de «struggle'for life», het recht van de sterkste. Wat Pollack in zijn film echter centraal stelt is de aftakeling van de mens: zowel de deelnemers aan de maraton als de toeschouwers neemt hij op de korrel, zonder de organisatoren van dergelijk beestachtig spektakel te vergeten. Ook aangeraden. Zo, dat is al een week waarover U wat meer weet, wat nu volgt heeft dus betrekking op de week van vrijdag 27 december '74 tot en met donderdag 2 januari '75. (alvast al 1 gelukkig nieuwjaar). In cinema Feestpaleis loopt nog steeds «Emmanuelle» (zie hoger) In cinema Alfa is er ook niet veel veranderd, daar kan U naar «HERCULLES TEGEN KARATE» gaan zien, een Italiaanse karate film van Anthony M. Dawson, met Chai Lee, George Wang en Suwe Chang. Iets beter dan de originele easterns, doch evenenmin interressant, behalve dan voorde verwoude liefhebbers van het genre. In cinema Palace: «WATCH OUT,. WE'RE MAD», ook een Italiaanse film, van Marcello Fondato, met de fameuze lolbroeken Terence Hill (foto) en Bud Spencer. Voor de verandering zijn de onafscheidelijke vrienden nu eens geen stoere westernhelden, maar keiharde gansters. Als eindejaarsontspanning best geniet baar, vooral dan omdat het tentoon gespreide geweld volslagen onschuldig is. In jeugdklub Kreja, op vrijdag 27 december: «OSCAR», bijzonder geestige gilm met Louis de Funès, die het deze keer aan de stok krijgt met zijn huwbare dochter en haar Oscar. De Funès geeft weer een paar grandioze nummertjes weg in deze film die hoofdzakelijk op verwisselingen gebaseerd is: verwisseling van personnages en van dingen, een klassiek schema dat dankzij deprésence van de Funès gered wordt. In de Tuf Tuf klub, op 28 december (ze konden geen betere dag uitkiezen): «ONCE UPON A TIME IN THE WEST», Italiaanse western van de meester in het genre: Sergio Leone, voor de muziek bijgesataan door zijn trouwe gezen Ennio Morricone. Voornaamste akteurs zijn: Claudia Cardinale, Charles Bronson, Henry Fonda en Jason Robards. «Once upon a time» is één van de weinige films van Leone waarin een vrouw een serieuze rol toebedeeld krijgt, in zijn andere films blijven vrouwen steeds op de achtergrond, dekorelementen als het ware. Claudia Cardinael is heer de knappe weduwe, wiens ganse gezin is uitgemoord. Aanvankelijk denkt men dat Apache (of hoe noemt die kerel ook weer?) de dader is, doch Charles Bronson, de verdediger var weduwen en wezen brengt heel wat anders aan het licht: grondspeculanten zouden heel graag de grond van C.C. voor een prikje afkopen om er een spoorweg door te trekken. Dank zij de man met het mondmuziekske komt alles echter in kannen en kruiken, een happy end in de zin van..en zij leefden lang en gelukkig is er niet bij want onze stoere held snelt alweer andere spannende avonturen tegemoet. Ik wil er wel even voor waarschuwen dat heel wat van de aantrekkingskracht van degelijke films verloren gaat wanneer men ze ziet op een klein schermpje met een ratelende projektor achter in de zaal, doch het zal wel een miskleun wezen die het daarvoor zou laten. GYU De Lombaert

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Voorpost | 1974 | | pagina 24