NIEVELSE ROCHUSKAPEL
EERTDDS VLUCHTHEUVEL
VOORPESTLDDERS
10 - 21-2-75 - De Voorpost
Zij-aanzicht met klokketorentje. (Jm)
rie dan slechts 360 jaar oud als
Rochus er van in het begin
vereerd werd?
Opmerkelijk is nog dat het 17e
eeuws Rochusbeeld uit de kapel
de stok draagt in de rechterhand
terwijl het Rochusbeeld in de
parochiekerk dat dateert uit de
18e eeuw de stok in de
linkerhand draagt.
1666
Een inscriptie «1666» op een
zijdraagsteen van het gewelf zou
er volgens A. Wauters, auteur
van «De Geschiedenis van Brus
sel en de Omliggende Gemeen
ten» op kunnen wijzen dat de
kapel in 1666 zou gerestaureerd
zijn ofwel dat er een gewelf is in
aangebracht.
NIEVELINDE
ACHTTIENDE EEUW
Nadat er in de 17e eeuw een
zekere Robyns in de besloten tijd
op Nievel moet gehuwd zijn
heeft een andere Robyns, nl
Joos. volgende «waeraghtige ge
schiedenissen t' sedert het jaer
1740 opgetekend».
1740: Dan heeft het gevroren
van Driekoningenavond tot in
mei zodat de bevroren tarwe en
het koren werden omgereden en
ook de klaver zodat der voedsel
tekort ontstond bij het vee.
1744: Met 90.000 man heeft het
leger op de Molecauter gelegen,
zijnde het volk van de «Konin-
ginne van Hongarijen, de Hol
landers, de Engelsen en de
Hannoveranen» en dit geduren
de dertien dagen. Op 2e
sinxendag werden zes huizen
door de Hallanders geplunderd.
«In den uytcomene is hier 6 a 7
weken lanck een sterre met
eenen steirt 't savonds opcom-
mende en 't sniorgens in het
Oosten verteirende gezien».
1745: Op Rochusdag is over den
Dries van Nievel «Ghepasseert
den Coninck van Vranckerijck
met sijnen sone den dolfijn met
gheheel zijn swiet naer
d'Abdije». Begin 8ber (oktober)
is weer «die sieckte begost onder
de beesten in de Cleerhage en op
Nievel».
1746/ Nadat de Fransen Brussel
en andere Brabantse steden
veroverd hadden zijn 40 Franse
soldaten op Nievel «belijdt»
geweest. De ziekte onder de
beesten is weer toegenomen
maar op Nievel heeft de Heilige
Rochus «ons tot hiertoe bewaert.
Godtsij gelooft.»
1783: «Den derden Augustus
1783 naer middag onder 't lof
heeft het alhier gehaegeld zodat
de middelmatige haegelbollen
waeren te grote van een hennen-
ei. De 26 mey 1797 heeft het dan
weer gehaegeld».
Sint-Rochuskapel bij dreigend onweer, (jm)
nog ongeveer 30.000 F een
respektabel bedrag voor die tijd.
Bereidwilligen hielden echter
geldinzameling en zo kon de
schuld worden afbetaald door de
giften vooral van de Nievelse
bevolking!
Sinds die periode gebeurde er
echter niet zoveel meer aan die
kapel en wat niet regelmatig
onderhouden wordt vervalt stil
aan.
De grauwe binnenmuren schil
ferden af en het oksaaltje begon
door te zakken. Er moest iets
gebeuren.
Maar door wie?
Was het de kerkfabriek en had
die middelen? Of was het de
gemeente? Of moesten provincie
en/of staat dergelijke werken
financieren? Of paste men
eenvoudig het principe toe van
«rust te laten waar er rust is»?
Feit is daLer niets gebeurde en
dat de kapel dreigde in te vallen.
NIEVEL DOET HET ZELF
De Nievelaars zouden zulks
echter niet laten gebeuren. De
koppen werden bij elkaar gesto
ken en onder impuls van de
huidige kapelmeester Walter
Van Brempt werd er, na veel
wikken en wegen, besloten:
Nievel doet het zelf
De haag werd gerooid, en door
een nieuwe aanplanting vervan
gen. De bomen werden op
Allerheiligendag 1969 werd dan
overgegaan tot de stichting van
de Sint-Rochusvrienden». Gans
Nievel was op post. ledereen van
Nievel was lid van de nieuwe
vriendenkring, maar moest
daartoe wel een duit (of duitje,
volgens vermogen) in het zakje
doen. En gans de wijkgemeen-
schap kreeg' dan, meer door
bijdragen te geven dan door te
kiezen, een bestuur met als
Voorzitter, een bouwkundige.
Piet Heymans.
Ondervoorzitter werd Jan De
Coster, sekretaris Alfons Van
den Bossche. Penningmeester
Walter Van Brempt en be
stuursleden Benoit Cornelis en
Bcnoit De Coster.
RESTAURATIE
Onmiddellijk zou aan de res
tauratie begonnen worden en in
principe zou zulks elke volgende
zaterdag in beslag nemen.
Terwijl de mannen werkten
Sint-Rochuskapel: binnenzicht.
1786: Uittreksel uit de Speci
ficatie van Judocus De Vis,
Bcdzetter der Parochie Meldert
(uit archief H. Van Brempt)
«Op 7 juni 1786hebbe ick alle de
meubelen van ons afgeschafte
Confrérie van de H. Rochus naar
Assche gevoerd».
VERVALLEN
Jaren geleden zag de kapel er
slordig en vervallen uit: een
lelijk niet onderhouden haag.
lang gras en laaghangende
takken wekten een indruk van
bouwvalligheid, niettegenstaan
de de inspanningen van de
kapelmeesters Prosper Baert en
Benoit Everaert die het zonder
veel middelen moesten stellen.
Het was wel een Nievels traditie
om de kapel te onderhouden.
Voorzitter van de Kerkraad
Hillonc Van Brempt herinnert
zich dat meer dan een kwart
eeuw geleden het dak van de
kapel werd hersteld en alhoewel
de gemeentedan een deel van de
leien, afkomstig van de school,
schonk beliepen de kosten toch
TWEE MOGELIJKHEDEN
Twee mogelijkheden stonden nu
nog open: ofwel restaureren in
oude «spaanse steen» ofwel
cementeren.
Oude spaanse steen leek wel bij
iedereen de voorkeur te genie
ten. Het moest steen zijn van
tamelijk groot formaat, onregel
matig en met hout gebakken.
Een partij dergelijke steen vond
Hilloné Van Brempt wel bij de
afbraak van een muur in het op
te richten Parochiecentrum
doch die hoeveelheid was na
tuurlijk onvoldoende en als men
weet dat dergelijke steen toen
reeds 12 F. kostte en men op
geen financiële hulp kon reken
en moest deze oplossing, alhoe
wel voor velen als een bittere pil,
wijken voor cementeren. Daar-
binnenkant werd er tot op
manshoogte een steen bijge-
metst om wat meer stevigheid te
bekomen. Ook hier werd steen
gebruikt zoals in de Middeleeu
wen. ongebakken, wit zand en
kalk verbonden door een bind
middel. De vrouwen hielden zich
dan binnen bezig o.a. met de
schildering van het plafond.
EN NU: DE VERLICHTING
Op initiatief van de «Rochus-
vrienden» met hun dynamische
voorzitter «de Piet» werd dan de
mogelijkheid onderzocht niet
alleen de elektriciteit in de kapel
te brengen doch ze ook van
buitenuit te verlichten.
Het gemeentebestuur bleek
akkoord en twee sterke licht
bronnen zullen worden ge
plaatst op plaatsen uitgekiend
(jm)
zorgden de vrouwen onder
andere voor het «vocht» en als
eerste schenkster verscheen de
oudste inwoonster (95 jaar).
Na enkele weken zwoegen oor
deelde het bestuur het nuttig een
gezellig etentje in te richten met
als doel elkaar beter te leren
kennen (w at inderdaad het geval
was) en tevens door de inleg aan
wat fondsen te geraken (wat
mislukte gezien de deelncmings-
prijs te laag gesteld was). De
nodige gelden zouden dan
komen van steunkaartcn. De
bedeltocht begon. Elk huis op
Nievel werd aangedaan en
sympathie en geldbeugel spra
ken samen het verlossend
woord. Wat er gedaan werd? De
bepleistering van de grote stenen
w as op vele plaatsen losgekomen
en die werd dan ook totaal
afgekapt. Bedoeling was na de
wegkapping van de bepleis
tering de rode steen zichtbaar te
laten doch nu bleek dat veel
steen was aangetast, dat bij de
«kanker» had en dat de kapel
dreigde in te vallen.
Zomerse tegenlichtopname. Qm)
enboven leek het quasi onmoge
lijk. zelfs moest er voldoende
steen geweest zijn om de slechte
stenen er uit te halen en door
goede te vervangen. Dat zouden
manipulaties geweest zijn die de
kapel niet zou hebben kunnen
doorstaan.
Men zou ze dus bepleisteren
maar dan wel op een middel
eeuwse manier: onregelmatig,
met de hand. met een mengsel
van kalk en andere natuurlijke
middelen.
EEN NOODOPLOSSING?
Alhoewel een noodoplossing gaf
dit procédé toch een zekere
voldoening. De kapel zou aldus
kunnen teruggebracht worden
in de staat waarin ze oorspron
kelijk zou kunnen geweest zijn.
Bouwtechnici waren immers de
mening toegedaan dat deze
kapel van den beginne af
bepleisterd was en hiervoor
zagen ze o.a. als argument de
geringe dikte (slechts 1 steen)
van de buitenmuren. Langs de
door de heren Burgemeester A.
De Vos. gemeentesekretaris
Mare Simoens. de ingenieur van
de Provinciale Technische
dienst en «De Piets».
De gemeente zal de elektrische
leiding aanleggen tot in de kapel
maar de verdere eigenlijke
verlichting is dan een volgende
taak voor onze «Rochusvrien-
den» van Nievel.
EN SCHILDEREN!
Ondertussen is ook een aktie
gestart om de fondsen, nodig tot
het schilderen van de kapel,
bijeen te brengen. Aan alle
bewoners van de gemeenschap
Nievel. en zo mogelijk ook
daarbuiten, zal een foto van deze
enig-mooie kapel worden aange
boden waarbij het supplement
bij de kostprijs zal aangewend
worden om de nodige verf aan te
kopen. Voor «mankracht» zullen
de Rochusvrienden dan wel
zorgen. Het is immers in zekere
mate althans, «hun» kapel.
L. HAVERALS
«Waar men gaat langs Vlaamse wegen»... komt men allerlei kapellekens tegen. Ook zo te Meldert waar er
tientallen te vinden zijn.
Twee grote kapellen onderscheiden zich echter van deze massa: de vroegere Petronellakapel op de weg
naar Baardegem, Kapelleke-Koek geheten vermits daar van in de 17e eeuw een grote begankenis was op
31 mei tegen de koorts waar dan tevens veel kermiskramen, o.a. koekkramen, kwamen voor de kinderen
naar de kapel op Nievel, het zogeheten Kapelleke-Peer vermits er een jaarlijkse mis was in augustus
als de eerste peren rijp waren. Een volgende maal komt de Petronella-kapel aan de beurt doch nu eisen
Nievel en de Rochuskapel onze aandacht: vóór een paar jaar werd deze immers gerestaureerd en nu, in het
jaar der monumenten, gaat ze samen met de parochiekerk verlicht worden zodat de schilderachtige kapel
waaraan geen enkel belangstellend toerist of wandelaar zonder bekijken, zelfs zonder bewondering, kan
v oorbijgaan 's av onds een feeëriek schouwspel zal bieden. Daarenbov en is het in 1975 juist 360jaar dat de
«Confrérie v.d. H. Rochus» bestaat wat op 18 januari gevierd werd.
ONTSTAAN VAN NIEVEL
Gedurende zeven eeuwen heeft
de abdij Affligem in wiens
schaduw de Kapel is gebouwd
een overwegend deel gehad in
het bestuur van Meldert, zodat
hun geschiedenis vaak in elkaar
vloeit. Meldert was immers een
«Affligemsch dorp». In het
Afïligems Charterboek wordt
Nievel voor het eerst vernoemd
in 1151 als «terra Noville». Ook
in 1160 komt dezelfde naam
terug die blijkbaar een samen
trekking is van «Nova villa» wat
betekent «nieuwe boerderij». De
abdij had in de 12e eeuw reeds
grotendeels het grondgebied van
Nievel in haar bezit.
Van de «Heren van Nievel» is er
in dat zelfde charterboek slechts
melding gemaakt in 1182 met
Zeger van Nivelle en zijn broeder
Boudewijn.
DeAbt had het recht tot planten
op de «Dries»!
EN DE DRIES OP HET
DORP?
Het Centrum van Meldert
bestond vroeger uit één grote
dries, met gras bezaaid en
eeuwen later het toneel van
wipschietingen op de staande
wip. Typisch is wel deze dries
door zijn ligging. Hier ligt
inderdaad de basislijn in de
richting van de kerk vermits ze
gevormd wordt door de Put
straat en de Molenkouterstraat
terwijl van de scherpe hoek aan
het huidige monument de
harde zandsteen zodat Meldert
een belangrijk centrum zou
kunnen geworden zijn tussen
Brussel en Aalst.
AFFLIGEM EN DE
NIEVELDRIES
Van de Abdij Affligem die het
recht had te planten op de Dries
op Nievel heeft de burgemeester
van Aalst, «gedwongen sijnde
door de trouppen om palissaden
(omheiningspalen) te leveren
deze plantage gecoght op den
Nievele voor 1000 gulden» in
KLEINDRIES, GROTEDR1ES
NIEVELDRIES
Samen met de Kleindries en de
Grotedries vormt de Nieveldries
te Meldert een schoolvoorbeeld
van wat een «dries» eigenlijk
was.
Oorspronkelijk betekende een
dries een driehoekig perceel
grond, onbebouwd, vaak be
plant met de scherpe hoek in de
richting van de begraafplaats, in
casu de kerk van Meldert. Langs
die zelfde scherpe hoek werden
de overledenen naar de begraaf
plaats gebracht. Langs de basis
van de min of meer gelijkbenige
driehoek was er dan vaak water,
een gracht, een bron of een
waterput aanwezig.
De scherpe hoek wordt hier
gevormd door de Nieveldriesweg
en de Molenstraat terwijl de
Horingstraat met vroeger een
grote gracht waarvan er nu nog
overblijfsels zijn de grondlijn
vormde. Aan de basis van
dergelijke Dries bevond zich d*n
vaak een grote boerderij.
Ook de Kleindries te Meldert
vertoont dergelijk beeld met als
hoekpunt de samenkomst van
de Kleindriesstraat met een
verbindingsstraat naar de Ab
dijstraat en aan de basis
Clerckenshof met nog een pu
blieke waterput.
De Grotedries heeft zijn toppunt
aan de samenkomst van Do-
menstraat en Grotedriesstraat
ongeveer aan de wijschool en als
basis de lijn van aan Wwe De
Croes tot aan het «Bremenil-
leken» met de er lopende beek.
Het was op dergelijke driesen
dat de bewoners werden samen
geroepen en dat ze berecht
(recht gesproken)werden.
Rochus, patroon tegen de pest
«Koopmansstraat» vertrekt die
de richting Moorsel uitgaat. Via
de «Stevensveldstraat» vroeger
ook genoemd de «Klapstraat» en
de Mutsereelstraat werd ook de
oude Mutsereelhoeve ingescha
keld. Beide takken monden
uiteindelijk op de Hoogstraat uit
die. naar blijkt, essentieel was
voor Meldert in die periode. Ze
lag immers aan het knooppunt
van water- en wegennet. De
«Koopmansstraat» zou, volgens
A. Wauters, haar naam kunnen
ontleend hebben aan het ont
werp tot vestigen van een markt
door de opkopers en bewerkers
van de te Meldert gepoelde
Vooraanzicht langs de Molenstraat, (jm)
(jm)
1690.
In 1693 heeft de abdij dan
dezelfde dries beplant met
beuken die geleidelijk in 1884,
'85 en '86 verkocht werden. Het
terrein werd dan opnieuw be
plant met witte abeel.
A.L. VROUW-KAPEL OF
ROCHUSKAPEL?
Eerste vermelding van de kapel
op Nievel vinden we terug in
1560 waar de kapel begiftigd
wordt met een inkomen vol
doende om er elke maand de mis
te lezen. Volgens sommigen, en
niet van de minst gedokulen-
teerden zou de Kapel eerst
toegewijd zijn geweest aan
O.L.V. ter Nood waarvan er op
dit ogenblik nog een kapel in
goede staat te vinden is in de
Domentveldstraat te Essene.
rechts van de weg van Meldert
komend. De Kapel zou dan eerst
toegewijd geweest zijn aan de H
Rochus toen hier een pestepi
demie heerste. Telkens wanneer
deze vreselijke ziekte zich later
nog veropenbaarde werd deze
kapel processiegewijs bezocht en
daarna werd ze. gedurende
eeuwen, ingeschakelde in de
processie zowel van Affligem als
van Meldert zelf.
De meest gangbare mening is
natuurlijk dat de liapel van bij
de aanvang aan Rochus is gewijd
maar dan rijzen er toch wel
enkele vraagtekens. Waarom
'werd. en wordt er nog. op 15
augustus en gans de oktaaf. feest
van O.L. Vrouw.' de mis opge
dragen als O.L.V. er niet
speciaal vereerd zou geweest
zijn?
Waarom werd en wordt nog
steeds de mis voorde H. Rochus
op 18januari inde Parochiekerk
opgedragen en niet in de
Rochuskapel?
Zoals gezegd werd de kapel
reeds vermeld in 1560, dus
ongeveer vóór 415 jaar mini
mum want dan kan ze reeds een
tijd bestaan hebben. Waarom is
de bloeiende St.-Rochusconfré-