DE EMMER Dag Rita, dag Bart, dag Suzy Hoe sterk is de eenzame DE ZWEETDIEF EN DE MOTARDS Kamikaze Gibi DE TOUR VAN LUCIEN DE GROTE TOUR V/ De «Tour tie France 1976» is voorbij. De gouden. Tour voor Lueien Van Impe, de kleine man die plots postvat naast de groten. De vedette die zich niet heeft laten overdonderen door het sukses dat hem populair maakte bij duizenden en nog eens duizenden wielerfans. De een voudige volksjongen die zichzelf bleef. Die op de Champs Elysées de ontelbare uit Mere en gans Vlaanderen overgewaaide «gele petjes» en «gele shirts» groette toen op die memorabele 18 juli 1976 zijn fantastische pres tatie bekroond werd met een triomftocht in de scha duw van de beroemde Are de Triomphe. Lucien Van Impe, lange tijd voor zichzelf en voor de insiders de gevleugelde klimmer, de koningsadelaar. Maar nu, bijna op de vooravond van zijn dertigste verjaardag, door eigen kunde en geloof in zichzelf, gepromoveerd tot een all-roundkampioen. Tot een autentiek Tourwin naar, die plaatsneemt tussen de onsterfelijken van de wielersport. Wiens naam nu prijkt naast die van Eddy Merckx, Jacques Anquetil, Louison Bobet en de legen darische Lucien Buyze. Lucien heeft een epos geschreven. Drie weken lang hebben de kranten over de gebeurtenissen van die tot de verbeelding van allen sprekende ronde (bijna) alles verteld. Sommigen hebben hun krant bewaard, als een dokument dat ze later aan hun kinderen en kleinkinde ren als souvenier willen achterlaten. De meesten gooi den dit «oud papier» echter overboord. Vooral dan om dat er< a's men alleen het essentiële wil bewaren, heel wat knip- en plakwerk aan te pas komt om de «Lucien Van Impe-story» te bezitten. Wijzelf lichtten uit de voorbije Tour de France het belangrijste aan de hand van een aantal «verhalen», samengebracht in dit Voorpostnummer, brengen we de hoogtepunten, de waarheid over de «sleutelritten», bij een. Een dokument dat u bewaren kunt en late op nieuw lezen. Maar achteraf komt er nog meer en feuilleton over Lucien Van Impe. Verteld door mensen die hem door en door kennen. Van zijn geboorte af. bezet dorp. De end?, Mere groet vandaag de Tour. De Tour groet Mere. Dat het wachten blijft op de door tocht van de nog 130 „strij ders" beroert geen mens. Af en toe een pintje slurpen doodt de tijd en lest de dorst die de kelen schroeit nu de zon brandt en geen zuchtje wind het zweet wat afkoelt. Uit de buurdorpen waaiden ze naar Mere over. Mere, waar Lucien Van Impe op groeide en zichzelf bleef de eenvoudige jongen uit een gezin dat plots het middel punt wordt van het streek- gebeuren en later van gans Vlaanderen. In „zijn" milieu willen de duizenden Lucien applaudis seren. In de schaduw van de kerktoren, in de buurt van de kronkelende en nauwe straatjes waar hij voor dag en dauw de kranten in de brievenbussen liet glijden. Ongeduldigen tastten via hun portatief je de aeter af, op zoek naar wat informatie die Mare Stassi;ns en Jan Wauters over de etappe bij eengaarden. „Nu zijn ze in Lucien Van Impe geel is troef. MERE, maandag 28 juni. In Mere hangen vlaggen. In Mere hangen slogans. In Mere hangen bollekesshirts. Mere is een ièrüës* zit °P de stoep voor de pastorie. De vrouwen hebben de patatten laten aanbranden. De huizen staan leeg voor inbrekers is het de ideale gele genheid om een slag te slaan. Maar zelfs dat laatste gebeurt niethet is alsof er een «wapenbestand» is, een niet-aan- valspakt. NANCY, woensdag 30 juni. Bijna vijf minuten nadat Aldo Parecchini armenzwaaiend door de finish bolde, spurt de spits van een als een elastiekje uitgerokken peloton over de streep. Alsof er tussen BastOgnS Nancy niet is gebeurd. De massa applaudisseert. De meeste koereurs horen (lat niet eens. Ze hebben wat anders om mee l>ezig te zijn. LE TOUQUET. Zondag 27 juni. Gisteren bolde de Tourkara vaan van Angers naar Caen, een stad in Noord-Frankrijk. Giovanni Bataglin begon één dagje te vroeg aan zijn tijdrit de laatste vijf van 236 eindeloos lijkende kilometers fietste hij «zijn kas» leeg. Eenzaam strijdend tegen de gorilla's van Freddy Maertens die het peloton wat graag gesloten wilden houden om hun meesterspurter naar een nieuwe zege te kun nen piloteren. De bijna 25-jarige Transplantijn hield stand. De volgende dag was hij ner gens, deze Italiaan. Toen maakte Freddy Maertens, de centrale figuur van de eerste rondeweek, er een one man show van. Voor de eindzege speelde de jonge Lombardzij- denaar vanzelfsprekend niet mee. De belangstelling van. de insiders ging naar de prestaties van de potentiële kandidaten Thévenet, Baron - chelli, Zoetemelk en Van Impe. Daar diende Lucien Van Impe zijn felste konkurrenten reeds een morele klap toe Pouli- dor, bijna twee decennia lang een specialist, fietste 16 se- konden sneller dan de Mere- naar. Baronchelli vijf sekond- jes. Maar noch Poupou, noch de over het paard getilde Baronchelli, kunnen, als op klimmen aankomt, met Lu cien rivalizeren. Er was dus niets gebeurd. Belangrijker was de winst die Van Impe tegen Théve net en Zoetemelk boekte respektievelijk 18 en 23 se- konden. Een zeer kleine mar ge op het eerste gezicht, doch onder moreel oogpunt een slag die bij de overwon nenen keihard aankwam. Zoe temelk slikte eens, toen hij wist waar hij aan toe was. Thévenet zocht een ekskuus. Op weg naar Caen was hij gevallen. Een paar schram men die de chauvinistische Franse volgers tot een „se rieuze handikap" hadden op geschroefd. Die plets tegen het stukje aardbol had het, volgens Nanard, verknoeid. De held. van de Tour 1975 had de nacht voordien slecht geslapen, vertelde hij met een glimp van ontgoocheling over zijn gelaat. Oudenaarde". Niet zo heel ver meer. De uiteengespatte pu- bliciteitsstoet brak een beet je de eentonigheid. De ge haaste auto's van de kranten gierden voorbij. En dan ge beurde het de renners wa ren op komst. f)e renners Eén koereur. Lucien Van Impe. Wuivend bolde hij tus sen twee hagen juichende en applaudisserende mensen door. „Ergens" stond vrouwtje Rita. Langs de kant van de weg. Daar stopte Lucien. Goeidag zeggen. De Tour stond stil. De Tourwinnaar had de rem men even dichtgetrokken. Dat Van Impe als laureaat de Champs Elysées zou be reiken, durfde op dat moment nog niemand voorspellen. Pas later ontpopte Lucien zich tot de opvolger van Lucien Buyze, van Eddy Merckx Belangrijk was het die maan dagnamiddag nog niet. De strijd werd pas later gestre den. Kunnen „dag Rita, dag Bart, dag Suzy" zeggen, telde toen. Het menselijk aspekt van een onmenselijk gebeu- Zich bievoorbeeld afvragen wat de gevolgen zullen we zen van de massaval die één vierde van de deelnemers te gen het asfalt legde. Baron chelli, Pollentier, Van Sprin- gel, Torres. Allen hielden ze er narigheid aan over. Ergst was het met Lucien Van Impe. Een al te vlijtige „wa tergieter" had zijn misplaat ste ijver net wat te ver ge dreven. Toen hij verfrissend water over de verhitte hoof den van de Tourhelden wilde laten „nederdalen" had hij zijn emmer meegegooid. Een scène zoals na afloop van een mislukte première bloemen mét pot naar tie hooiu,.,. .«*.i de akteurs mikken. Slachtoffer van de emmer- gooierij was vooral Lucien Van Impe. Die kreeg het me talen ding pardoes tegen het hoofd. Gevolg van die niet geplande sekwentie Lucien viel. Met hem vele anderen. De Tour had op dat ogenblik bijna 150 kilometer van de 209 afgelegd en bevond zich in de buurt van Mars-la-Tour. Lucien Van Impe liep die dag nog als nummer 21 binnen. Gehavend. Zijn shirt was bo ven aan de rechterschouder stukgescheurd. Zijn rechterdij zat onder het bloed. Het heeft hem niet belet 's ande rendaags de pijn te verbijten. Al fietsend en lijdend te ge nezen. Hij jammerde niet om wat hem overkomen was, de kleine doch taaie Vlaming. Hij deed achteraf nog veel meer dan gewoon maar mee rijden langs Frankrijks door de meedogenloze zon tot een Turks bad heetgestookte we gen. Hij wilde meer dan het berggeitje zijn. Veel, veel meer Parijs voor één keer bezet door Van Impefans. (WM) safir ALPE DTIUEZ, 4 juli. Zondag vandaag. Voor de gewone man een rustdag. De Tourrenners zijrt geen aardbewoners als alle andere het wordt keihard werken op weg naar Alpe D'Huez, na een ongenadige klim die de minderbegaafden genadeloos ontmaskert en de «cracks» uit h^t anonimaat. van het hon- derdkoppig peloton tilt. MONTGENEVRE, maandag 5 juli. Drie cols vandaag. Op (1e Lautaret «mag» (ie onbekende Luciano Conati als eerste over de top. Bijna allemaal outsiders zitten daar in de spits van het gebeuren na een vroege ontsnapping. De zeven weglo pers doen er wat aan op weg naar de voet van (1e Izoard fietsen ze een voorsprong van bijna vijf minuten bijeen. Maar te Guillestre, nog voor do eigenlijke klim begint, is hun liedje uit. Zondag Parijs. Maandag Aalst. Lucien Van Impe en Rita werden omstoeid door een pleiade politiekers die blijkbaar ook autentieke wielerfans blijken te zijn. Op 15 kilometer van de finish demarreert Raymond Delisle, het Franse nijcfasje. Lucien Van Impe plaatst een coun ter. Pollentierke gaat met hem mee, bijt zich als een hondje in Luciens wiel vast. Schaduwrijder Zoetemelk laat niet begaan hij katapulteert zich naar zijn Meerse „derny". Met zijn drietjes fietsen ze van de anderen weg want Delisle moet het laten af weten. Van Impe sprint recht op de pedalen. Het tempo gaat met een ruk de hoogte in. Pollen- tier schudt met het hoofd, begint nog hoekiger te rijden dan hij dat, steeds in zijn antistijl doet en moet het duo spitsrijders laten gaan. En Thévenet Die poogt er vruchteloos wat aan te doen. Het groepje van elf geklopte achtervolgers spat uiteen. Na nard kan niet eens het tempo van Galdos en Romero aan. De Franse halfgod is zijn aureool aan het verliezen. Vooraan vertikt Zoetemelk het één metertje in de wind te rijden. Hij profiteert van Van Impes noeste arbeid. Bo ven op de top van de Alpe d'I-Iuez drijft het keesje de onbeschaamdheid zo ver ach ter de rug van het Meerse werkpaardje weg te springen en gauwgauw de zege en een drietal sekondjes mee te graaien. Linke Joop won Maar eigen lijk had hij dat bijna even veel aan de motards dan aan zijn negatieve laktiek te dan ken uitgerekend op het ogenblik dat Lucien wilde „springen", werd hij, onge wild weliswaar gehinderd door een paar van die kolos sen óp twee wielen. Bloemen en een kus van de juffrouw na afloop van zijn nijdig spurtje kreeg Zoete melk wél. De gele trui niet. Die hing, erg losjes nog, voor de allereerste keer over de schouders van Lucien Van Impe, het kleine mannetje dat een grote demonstratie gaf. Lopez-Carill zet de „serieuze" vijandelijkheden in op 13 kilometer van de Izoardtop zet hij het op een lopen en krijgt Perret, Mesiet en Bouureau als waakhonden mee. Lucien Van Impe trekt een pelotonnetje van 20 naar het kwartet. Lucien houdt hel tempo strak en hoog. Hij komt als eerste boven. Het regent. Gibi Baronchelli laat zich als een steen naar beneden rollen. De konkur renten dalen voorzichtiger. Gibi lijkt op weg naar een grandioze prestatie. Misschien pakt hij de gele trui. Als de uitlopers van de Montgenèvre worden bereikt, heeft de Ita liaanse boerezoon een kloof geslagen bijna twee volle minuten. Gibi wringt zich naar boven. Eerst soepel. Als een man die de Tour op zijn kop gaat zetten. Maar dan stort hij in mekaar. Kamikaze Gibi heeft (figuurlijk) zelfmoord ge- pleeèd. Eerst Lucien Van Impe met in zijn spoor de onverbeterlijke schauwrij- der, daarna Kuiper, Thévenet en Bertoglio rijden de uit geputte en verslagen Baron chelli voorbij. De losgebroken Van Impe spurt naar 'de top. In zijn spoor huppelen Zoetemelk, Thévenet en Galdos mee. Linke Joop wipt op het laat ste nippertje achter de rüg van de spoorzoeker en dood- wroeter weg Voor de tweede keer in 24 uren draait hij Van Impe een loer. Eén se- konde knabbelt hij weer van zijn mfnieme achterstand weg. Thévenet is tweede. Lu cien Van Impe, de man die hardst werkte, krijgt geen loon naar werken. Hij is derde.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Voorpost | 1976 | | pagina 12