WERKLOOSHEID, INFLATIE
VERENIGINGSLEVEN,
WELZIJNSZORG
NA DE FUSIE
- 8-10-76 - De Voorpost
enstbetoon en sociale hulp
aar men ook elkaar kan ont-
oeten en komen tot een re-
ïle gemeenschap,
ert Van Hoorick is het eens
et ongeveer al wat voor-
iande sprekers nopens dit
jnt zegden. Het zou inder-
iad ondenkbaar zijn dat ge-
jnsioneerden naar Aalst
oeten komen om hun brevet
te ahlen. «met of zonder
ipplementaire sigaar»,
ser belangrijk wordt wel het
>enbaar vervoer, voor het
jenblik execrabel. De men-
m vervoeren naar de stad zelf
i naar de andere deelge-
eenten onderling wordt een
vaar probleem, «omdat men-
in belangrijk zijn».
Dor de VU spreekt nu apothe-
;r Roels uit T erjoden diequa
iderwijs, moet vaststellen dat
Terjoden het gemeentelijk
iderwijs van de nieuwe stad
afgesneden en gevoegd
3rd bij Haaltert wat de be-
erking ontlokt dat meer reke-
ng werd gehouden met de
zeren weg» dan met het
aatselijk onderwijs. Voor het
jkomen van allerlei doku-
enten zou het moeten moge-
zijn dat ze .juist zoals nu met
oproepingsbrieven voor de
rrkiezingen, ons worden toe-
ïstuurd met de post. Door
jn degelijk openbaar vervoer
oeten de randgemeenten vol-
dig gelnkorporeerd worden in
nieuwe stad. straalsgewijze
\ax het centrum maar even-
ïns onderling.
ntoine Baetens (PMO) stelt
»st dat de partijen mooie
annen hebben maar vraagt
ch af wie ze gaat bekostigen,
•eddy Pijck (BSP) is voor de
ïrdediging van het gemeente-
onderwijs maar heeft wel
lig bezwaar tegen al te dure
imputers.
Raymond Uyttersprot, na zijn
tevredenheid te hebben uitge
drukt dat zijn naam reeds zo
dikwijls werd vernoemd waarbij
de heer Van Hoorick zelf vond
«wat een gedacht van niet op
onze lijst te hebben gestaan»
vindt dat na de fusie mensen
even belangrijk moeten kun
nen blijven als voorbeen. Voor
het gemeentelijk onderwijs
vindt hij een aktief beheer
noodzakelijk met, voor de een
heid, een eigen stedelijke pe
dagogische begeleiding en in-
spektie.
R. Uyttersprot wil geen gede
centraliseerde dienstverlening
maar wel «gedecentraliseerde
diensten». In gemeentehuizen
op de buiten moet het mogelijk
zijn te laten naamtekenen bij
volmacht. Het openbaar ver
voer volledig inrichten wordt al
licht een zware dobber voor de
nieuwe Raad.
Met al die toekomstige compu
ters vreest de burgemeester
wel dat in de plaatselijke ge
meentehuizen, nu ontmoe
tingsplaatsen tussen bestuur
der en bestuurden, de mense
lijke relatie zal wegvallen. Voor
een stad als het huidige Aalst
schijnt dit reeds zo te zijn. Wat
dan te venvachten van een
stad met ruim 82.000 inwo
ners?
Anny De Maght (PW) benad
rukt ons aller schuld wantin het
onderwijs rijzen veel proble
men die o.a. voortspruiten uit
het feit dat er nu minder kinde
ren zijn (enige jilariteit)! Qua
dienstverlening wil de PW dat
de schepenen een hele dag op
de bres staan er voortdurend
met de randgemeenten in kon-
takt staan, ook 's avonds, ook
's zaterdags, waarbij burge
meester Uyttersprot wil accen
tueren dat er toch moet tijd
overblijven om de grote beleid
sopties te realiseren.
L.H.
ntoine Baetens en Jean Wobben selfmade verdedigers van de
dfstandigen (jm)
'erkloosheid, inflatie enz... zijn woorden die op ieders lippen liggen,
rijgt deze nieuwe entiteit een andere vat op:
- de tewerkstellingsproblematiek: werkloosheid, werk in eigen
reek.
- De industriële problematiek: koördinatie, bevuiling
jrt Van Hoorick: U spreekt
er een nieuwe entiteit niet
ïrt Van Hoorick: U spreekt
er een nieuwe entiteit met
eer dan tachtigduizend in-
Dners. Wel. men moet de
ensen niet bedriegen: ik meen
it Groot-Aalst zal leiden tot
flatoire uitgaven. Wie het
iders voorhoudt liegt. De
tgaven zullen enorm groot
jn. Op nationaal vlak gaan de
sies zeker inflatoire effekten
rbben.
'at betreft de werkloosheid is
:t waarschijnlijk. vermits
root-Aalst de dertiende
ootste stad van het land wordt,
tt we met onze 82 tot 83.000
woners wat meer gewicht in de
haal zullen kunnen leggen op
ttionaal vlak, bij streekeko-
jmie. bij ekonomische zaken
ïz.
kan U wat betreft de
SP en aangezien de eko-
iniische politek alhier afhangt
in de nationale regering, niets
iders beloven dat wij aan
itzelfde zeel moeten blijven
ekken. Ook met alle partijen
imen. En het verbeteren van de
«estand in onze overigens zeer
droffen streek zal niet gaan
meen ik zolang men de
oed niet heeft om in Groot-
alst een belangrijk openbaar
;drijf op te richten. We zien
nmers dat vanwege het privé*
itiatief inzake niet veel terecht
3mt. Wat de Dender betreft
at is ook een probleem dat
root-Aalst niet zelf kan oplos-
•n zullen wij moccn rekenen
a de staat, op de regering, op
;t parlement en ook daar
tllen we moeten zien onze
ivloed aan te wenden. Terloops
iu ik willen zeggen dat de veel
esproken verbrandingsoven
>or het huisvuil, daar zou
loeten komen waar ook het
uiveringsstation voor het af
valwater zou worden opgericht.
En dit omdat men die oven
nodig heeft om het slibresidu
van de Dender te verbranden.
Wat de bevuiling betreft lijkt het
me noodzakelijk dat men te
Aalst normen gaat stellen en een
klachtenbureau op te richten.
Uyttersprot Raymond: ik geloof
dat wij niet mogen zeggen dat
deze nieuwe entiteit het werk
loosheidsprobleem gaat oplos
sen. Dat is begoocheling die wij
aan- de mensen demagogisch
kunnen vertellen. Dat gaat
gewoon niet omdat wij zodanig
gebonden zijn aan de ekono
mische konjunktuur op natio
naal en zelfs internationaal vlak.
Het enige wat de stad kan doen
is de problemen trachten te
ondervangen en de nationale
maatregelen trachten te verbe
teren. Op welke manieren het is
inderdad zo dat de uitgaven in
de stad verbazingwekkend zul
len stijgen? Ik geloof dat de stad
over bepaalde troeven kan
beschikken en dat het niet de
bedoeling is .van direkt nieuwe
industrieterreinen op te richten,
maar dat er eerst en vooral een
inventarisatie zou moeten ge
beuren van de bestaande ter
reinen en te zien wat er nu al
bestaat. Men moet daar meer
gaan naar arbeidsintensieve be
drijven op onze industrieter
reinen en ik geloof, dat wij daar
nooit zullen aangeraken als wij
aan een groot pilootbedrijf
(hetzij een internationaal, privé
of openbaar bedrijft de voorrang
niet kunnen verlenen.
Zolang wij dat niet hebben,
zullen we ook nooit de toele
veringsbedrijven hier niet kun
nen krijgen, het gaat niet op dat
er nog 16% van onze pendelaars
nog meer dan drie uur op de
baan zijn en dat alhoewel op
sommige punten de pendel tot
aanvaardbare normen is herleid,
wij nog steeds onze beste
krachten in Brussel gaan ver
spelen. Naast dit pilootbedrijf
moeten we ook gaan naar de
licht - wetenschappelijke indus
trie die terzelfdertijd arbeidsin
tensief is. Ook in land- en
tuinbouw en sierteelt en in de
KMO's is er voor de stad een
zeer grote taak. Het gaat er
misschien niet over gaan in deze
sektor veel nieuwe arbeids
plaatsen te scheppen, maar het
zal er om gaan de plaatsen er
minstens te behouden.
Deze KMO's zitten dikwijls
ingeplant in echte woonzones,
verstoken van alle uitbrei
dingsmogelijkheden en met alle
gevolgen vandien voor de omlig
gende bevolking. Het is onze
taak de ambachtelijke zones
derwijze uit te breiden dat met
een soepel beleid aan deze
KMO's een herplantingsmoge-
lijkheid wordt gegeven.
Wat er zeker moet zijn is het
'Planbureau'. Men inprovizeert
te veel en er komt ook weinig
resultaat uit. het bureau moet de
industriële vertegenwoordiger,
de KMO, de GOM, de Inter-
kommunale kunnen in samen
gebracht worden om een ge
meenschappelijke ekonomische
politiek uit te stippelen.
Wat ik verder zou wensen
omtrent de huisvuilverbranding
en de oppervlaktewateren is, dat
de belastingen die daarvoor
worden geïnd ook daadwerkelijk
hiervoor besteed worden. Ik ken
plaatsen waar belastingen nooit
aangewend zijn op de plaatsen
waarvoor zij geïnd zijn, maar
verdwenen in andere kredieten.
Jan De Neve: Wel ik ben het eens
met de vorige sprekers als zij
zeggen dat de oplossing van de
tewerkstellingsproblemen in de
handen van de regering ligt,
maar ik dacht toch dat de
nieuwe stad van morgen toch
bepaalde mogelijkheden heeft
om er iets aan te doen. Ik zou dit
'willen situeren op drie verschil
lende vlakken: eerstens zal het
de taak zijn van de stad om in
het kader van de ruimtelijke
ordening degelijke industrieter
reinen te plannen die gemakke
lijk bereikbaar zijn, die een
aantrekkingskracht hebben te
genover de investeerders. Een
tweede opdracht is het oprichten
van bedrijven met sociale taak
en ik denk dat hier heel wat
kansen zijn om de werkloosheid
gedeeltelijk op te vangen. Een
derde punt is het verder stimu
leren en aanmoedigen van het
inplanten van de ambachtelijke
bedrijven. Het is bewezen dat de
KMO's in onze streek nog heel
wat personeel tewerk stellen.
Wel. waarom zouden we deze
mensen niet steunen daar waar
we zien dat die vreemde bedrij
ven wanneer die zich hier
vestigen een arbeidsplaats onge
veer 1 miljoen gaat kosten,
wanneer we morgen aan ver
schillendekleine en middelgrote
bedrijven voor het aanvaarden
van een of twee werklieden een
miljoen zou schenken, dan
zouden die mensen zeker een
verdere uitbreiding kennen.
Wat betreft 'werk in eigen
streek' wel. dat is ook een
nationaal probleem waaraan
reeds kan verholpen wanneer
men overgaat tot de decentrali-
zatie van al die diensten die niet
nodig zijn in Brussel.
Wat de Dender betreft en de
bevuiling, is het zo dat we
voorstander zijn van een zeer
vlugge in werking treding van de
waterzuiveringsstations; alleen
begrijp ik dan ook niet de
regering op nationaal vlak dat ze
daar geen komaf wil mee
maken. De Dender is een typisch
geval waar het mogelijk is op
drie jaar tijd zuiver water te
verkrijgen. De Dender ligt
volledig op Belgisch gebied- Ik
betreur hetgeen voorgevallen is
in Aalst nl. dat we op de
gemeenteraad een beslissing
hebben genomen tot het op
dracht geven van het aanleggen
van de koliektoren voor het
opvangen van de rioolwaters
langs de Dender en dat alleen
maar de vraag om het ontwerp
hiertoe te mogen maken al drie
jaar liggende is op het mini
sterie.
Ray De Smet: ik betreur en
dat is een grote verdienste van
De Voorpost dat gedurende
de hele verkiezingskampagne
alle partijen buiten de KP
zorgvuldig verwaarloosd hebben
die zeer ernstige problematiek
van werkloosheid en inflatie in
hun verkiezingsmateriaal te
stellen.
Bert Van Hoorick: vandaag is
een speciaal blad van de BSP
daarover verschenen.
Louis D'Haeseleer: ik weet niet
of u uw bus vandaag geledigd
heeft.
Raymond De Smet: ik heb uw
papier gelezen mr. D'Haeseleer
maar ik moet zeggejj dat dit
werkelijk een toppunt van
vaagheid is. In elk geval stel ik
vast dat wanneer men over
inflaties spreekt men nog altijd
de vraag niet stelt: wie zal dat
betalen? Want de dotaties van
gemeentes zijn inderdaad de
jongste jaren met 9 miljard
verminderd terwijl men de
bijkomende dotaties voor de
fusionerende gemeentes heeft
afgeschaft. Er is daar ergens
slecht een oplossing en dat is wat
in de meeste gefusioneerde
gemeentes is gebeurd: dat is de
verhoging van de belasting, dat
is de kleine man die zal betalen
en dat loop in de meeste
gefusioneerde gemeentes tot een
verhoging van 60% en meer.
Wat de werkloosheid betreft, we
hebben in ons arrondissement
41.000 pendelaars. Dat is geloof
ik 40% van de sociaal-verzeker
den. Daarin is nog niet begrepen
de ondertewerkstelling. Laat ons
eerlijk zijn; wanneer men
spreekt over gemeentelijke in
spanningen dan moet men
vaststellen dat de drie grote
gemeenten die reeds aan bod
zijn gekomen een kloof hebben
geschapen tussen het nationaal
en het regionaal bestuur. En wie
heeft de inplantingen beslist?
Wel. dat is bovenaan gebeurd en
dat is vooral beslist door de
mensen die uit de bedrijven
winsten kunnen kloppen. Van
daar dat het gaat naar de
havengebieden waar het voor het
privé-kapitaal heeft meeste
winstgevend is. Dat is een feit.
De ontmanteling van het gebied
Aalst is daar het gevolg van.
Kort samengevat: we zijn onte
vreden.
Wij wensen een GOM voor
Vlaanderen naar het voorbeeld
van Wallonië waar men heeft
ingezien dat verdeelde inspan
ningen niemand dient.
Wij denken ook dat er slechts
samenwerking mag gebeuren
met bepaalde organismen op
voorwaarde dat er een demo-
kratische kontrole is. Verder
mag er geen hulp of akkomoda-
tie gebeuren zonder waarborg.
Er zijn in onze stad voorbeelden
van bedrijven die de hemel op
aarde hier hebben beloof en
waar nooit iets van in huis is
gekomen.
Nog een woord over de finan
ciën: ik breng graag hulde aan
de heer Bogaert die onmiddellijk
wanneer hij schepen van Finan
ciën is geworden zijn inspannin
gen heeft gevoegd bij die van op
dat ogenblik dertien steden met
centrumfusie, en ik hoop dat het
stedelijk bestuur evenals hij de
verdere inspanningen zullen
verder zetten om die steden die
traditioneel sedert vele jaren met
moeilijkheden op financiëel vlak
te kampen hebben, geen be
sparingen te doen ten koste van
de gewone mens...
Antoine Baetens: Wat de werk
loosheid betreft ben ik ook van
mening dat een stad als Aalst dit
niet alleen kan oplossen. Noch
tans. wat het werk in eigen
streek betreft zou er volgens ons
wel een oplossing kunnen zijn.
Men zou moeten beginnen met
de herstrukturering van de
bestaande industrieterreinen.
Zoals wij die nu kennen stellen
zij gronden te koop die veel te
groot zijn voor kleine en
middelgrote bedrijven. Nu. Bert
Van Hoorick heeft zojuist ge
zegd dat wij in onze streek een
groot openbaar bedrijf zouden
moeten hebben. Wij gaan daar
helemaal niet mee akkoord
omdat de mensen die daar aan
de top komen daarom geen
bekwame mensen zijn, maar er
door politieke benoemingen
zouden voor aangesteld worden.
Die arbeidsintensieve bedrijven
die zonet de de CVP zijn
aangehaald wel we hebben
gezien dat verschillende grote
bedrijven die naar hier kwamen
en die het een tijdje later nadat
ze bepaalde subsidies enz..
gegeven door bepaalde mensen
ontvingen, het met de stille trom
afstapten. Daarom zijn wij de
mening toegedaan dat het
oplossen van tewerkstellings
problemen hier beter kan wor
den opgelost door het steunen
van de kleine en middelgrote
bedrijven. Waarom? Omdat
juist daar de persoon is die de
zaak leidt en er dichter mee
verbonden is.
Als ge in het land van Aalst een
terrein wil gaan ko^en dan
spreken ze x aren, x hektaren
enz. En voor een klein bedrijf
zijn die dikwijls te groot.
Louis D'Haeseleer: het zou
inderdaad een utopie zijn te
denken dat een stad als groot-
Aalst en zelfs groot-Gent in de
mogelijkheid zou zijn een na
tionaal en zelfs internationaal
probleem als de werkloosheid en
inflatie op te lossen. Ik ben toch
niet zo pessimistisch als andere
sprekers. Ik denk wel dat er een
bepaalde verbetering zou kun
nen gebeuren.
Ik zou toch willen een inventaris
maken van datgene dat bestaat
in Aalst en andere fusionerende
gemeenten: er is een industrie
terrein in Aalst, in Herdersem,
in Hofstade. drie in Erembode-
genienGijzegem.
Als men dit overloopt dan ziet
men dat elke gemeente in het
verleden zijn terrein wou heb
ben. en dit zonder bekommernis
voor rationalizatie planning en
noem maar op. Het gevolg is een
versnippering geweest en ik kom
tot de vaststelling dat men door
de fusie tot een koördinatie kan
komen. Het is volgens mij toch al
een winstpunt dat men hier door
tot een betere planning kan
komen.
Verder stel ik vast dat men
hierdoor meer gehoor moet
krijgen dan in het verleden
wanneer men met delegaties van
Aalst naar Brussel toogde en
daar weinig bekomen heeft...
bert Van Hoorick: we moeten
twee staatssekretarissen heb
ben.
Louis D'Haeseleer: ik moet
zeggen dat als U minister wil
worden, misschien na de verkie
zingen... misschien waren de
druiven te groen, maar tot nu tot
bent u er nog niet in gelukt. Bref.
dat komt hier ter sprake.
Ray De SMet: dat is geen beijs
van goed gedrag en zeden.
Louis D'Haeseleer: 't Is toch zo
gemakkelijk van uwentwege. U
hebt hier niets anders gedaan
dan af te breken. Dat is zeer
gemakkelijk maar U hebt nog
niets in de plaats gesteld. Het is
zeer gemakkelijk wanneer ge
zelf geen bestuursverantwoor-
delijkheid hebt.
Ik ben tenminstede minister van
Openbare Werken naar Aalst
kunnen brengen en dat wij een
toer hebben gedaan van het
arrondissement Aalst, waaruit
in elk geval resultaten zijn
gekomen.
Ray De Smet: natuurlijk, dan
heëft hij ontslag genomen.
Louis D'Haeseleer: hij is opge
volgd door een andere PVV'er.
Ik wacht nog altijd de tijd af dat
we een Belgische kommufiis-
tische minister hier in Aalst
zullen mogen ontvangen.
Ray De SMet: dat zou een goede
zaak zijn.
Louis D'Haeseleer: dan zou het
goed gaan... zoals achter het
ijzeren gordijn?
Men heeft hier ook gesproken
over de KMO's. Ik weet niet of
sommigen van U het Laatste
Nieuws lezen. Onlangs is er een
voorstel van de PVV verschenen
om de werkloosheid in zekere
mate onmiddellijk op te lossen.
In een paar woorden is het
voorstel het volgende: groot-
Aalst zou daar een grote rol in
spelen: wel, de KMO's zouden
het steungeld van de werklozen
ontvangen en zouden het ver
schil betalen tussen de werk
loosheidsvergoeding en de lonen
plus de sociale bijdragen.
L. Brondeel: om de tewerkge-
stelden buiten te smijten dan?
Ray De Smet: wel; dan schept U
twee soorten van tewerkgestel-
den.
L. D'Haeseleer: wel, het zou mij
zeer verwonderen mocht de KP
met ons voorstel akkoord gaan.
Ray De Smet: natuurlijk! Om
dat de syndikale strijd mij zeer
nauw aan het hart ligt.
Louis D'Haeseleer: maar de
syndikale strijd, de syndikale
strijd... wat betekent U op dat
gebied hier in Aalst?
Ray De Smet: U zou het goed
moeten weten wat syndikale strij
hier betekent.
L. D'Haeseleer: door de nieuwe
grote entiteit is men beter
gewapend om aan koördinatie te
doen. Tweeerlei: eerst op het
algemeen vlak waarmee de
beveiliging van de industriële
koördinatie kan worden verze
kerd en dan ook wat betreft de
sektoriële koördinatie. waarmee
vooral de marktpositie van onze
ondernemingen zou kunnen
verbeterd worden. In twee
woorden samengevat zou het de
rol van het nieuw bestuur
moeten zijn zowel 'stimulator als
koördinator te zijn.
Bert Van Hoorick: ik zou Mr.
Baetens willen antwoorden dat
wanneer hij zegt dat zij met een
openbaar pilootbedrijf niet
kunnen akkoord gaan, hij
vergeet dat de middenstanders
het slachtoffer zijn van de hoge
intrestlasten die gij in de
privé-banken moet betalen.
Daar zitten uw vijanden. Uw teg
enstrevers zitten niet bij de
socialisten en dat zou u moeten
inzien. En tenslotte, wij staan er
volledig achter dat de KMO's op
de doelmatigste manier worden
gesteund.
Antoine Baetens: met dat groot
openbaar bedrijf kunnen wij
niet akkoord gaan omdat wij
bang zijn voor politieke be
noemingen. Ten tweede in
Wallonië hebben wij ook een
openbaar bedrijf m.n.Val-St.-
Lambert.
Van Hoorick: Dat was een
bedrijf van de Société Generale.
De staat heeft het moeten
redden zoals dat altijd moet
gaan in dergelijke gevallen.
Louis D'Haeseleer: zouden wij
daarover niet een andere keer
praten?
RAYMOND Uyttersprot: voor
mij mag dat groot bedrijf ook
een multinational zijn, maar
dan op een voorwaarde en dat is
dat dat groot bedrijf ook zijn
research-centre hier meebrengt.
En dan zal het niet zo gemakke
lijk gaan dat groot bedrijf op te
doeken en te vertrekken.
Freddy Pyck en Bert Van Hoorick, één lachend gezicht is er twee
waard (jm)
De laatste vraag handelde over het vereni
gingsleven, de kulturele opgang en de folklo
ristische eigenheid van stedelijke en lande
lijke entiteiten in Aalst, smeltkroes van ver
schillende gemeenten. Op welke manier
dachten de partijen dit alles te kunnen stimu
leren?
De Heer Van Hoorick hield het
bij een opsomming van het
BSP-programma terzake,
evenwel met enige uitleg aan
gevuld. Er zou een ziekenhuis
moeten komen dat groot ge
noeg is. Het aantal eetmalen
dat bezorgd wordt, zou moeten
uitbreiden, evenals het aantal
bejaardentehuizen en de ver
zorging van de bejaarden. Hij
sprak verder ook de wens uit
een gemeentelijke grondregie
uit te bouwen, meer wandel
parken aan te leggen en de
sportvelden en -centra gratis te
laten gebruiken. Hij pleitte ook
voor het behoud van eigen
aard en folklore van de ver
schillende gemeenten (de
kleinere kermissen) en het uit
breiden van buurthuizen en
ontmoetingscentra.
Mevrouw Demaght, PW vond
het woord «smeltkroes» niet
juist. «In eenzelfde gezin heb
ben de kinderen hun eigen ka
rakter. Zo ook moeten de ge
meenten hun eigenheid kun
nen behouden. Er zijn echter
ook gemeenschappelijke za
ken. Bijvoorbeeld de jeugd. Zij
heeft meer speelruimte nodig.
Er zouden jeugdraden moeten
komen met betoelaging op plu
ralistische basis, die voor meer
instaan dan alleen voor in- en
uitstuifclubs. Een degelijke in
spraak is onontbeerlijk. Er
zouden echter niet alleen
klachten- maar ook voorstel-
lenbureaus moeten komen.
Bovendien zouden de jonge
ren over meer materiaal moe
ten kunnen beschikken». Wat
betreft de mensen van de
derde leeftijd, zei mevrouw
Demaght: «We moeten hen
zoveel mogelijk de gelegen
heid geven om in hun eigen
woning te blijven leven, en ze
niet nodeloos in inrichtingen
afzonderen. Onthaalcentra zijn
echter wel gewenst. Zo kan
men bijvoorbeeld ook uitstap
pen naar «de buiten» organise
ren: in groepsverband dus.
Wat de gehandicapten betreft:
we mogen ze niet als randver
schijnselen behandelen, maar
ze integendeel in de samenle
ving integreren. Lichtgehandi-
capten moeten licht werk kun
nen doen. De gehandicapten
moeten een milieu krijgen
waarin ze kunnen leven».
Mevrouw Demaght vernoemde
ook de problemen in verband
met de gezondheidscentra
waarvan er meer op preventie
zou moeten gericht zijn. Ook
de huisvuilophaling zou verder
moeten gereorganiseerd wor
den. Mevrouw Demaght raakte
uiteraard ook een specifiek
vrouwelijk probleem aan: dag
verblijven voor kinderen wiens
ouders uit werken zijn. Deze
dagverblijven zag ze meer als
«opvangcentra» voor kinderen:
ook de thuiswerkende vrouwen
zouden hun kleuters daarheen
kunnen brengen wanneer ze
bijvoorbeeld op boodschap
gaan.
Wat het verenigingsleven be
treft vond mevrouw Demaght
dat wijkklubs en plaatselijke
muziekverenigingen moeten
gestimuleerd worden. Een gro
tere samenwerking op dit vlak
zou wenselijk zijn. Wisselwer
king tussen toneelverenigin
gen, bijvoorbeeld, van Groot-
Aalst: «het op verplaatsing spe
len», ook naar andere steden,
eventueel gepaard met subsi
diëring
De PVV oordeelde het verder
wenselijk en noodzakelijk dat
bibliotheek en discotheek hun
centrale wel in Aalst zouden
hebben, maar dat ze eveneens
filialen in de verschillende ge
meenten moeten installeren,
(met bv. naslagwerken voor
studenten of voor thuisblij
vende moeders.)
Tentoonstellingen zag me
vrouw Demaght niet noodzake
lijk aan «Aalst-Stad» gebon
den: «dit kan ook elders», zo
zouden we gewoon worden te
reizen».
Karnaval kwam natuurlijk ook
ter sprake: «Aalst is wel dé
Karnavalstad bij uitstek, maar
de randgemeenten zouden
nu moeten kunnen meedoen.
Men dient ook voortdurend
overleg te plegen met verte
genwoordigers van landbouw,
natuurbehoud en rekreatie
Ploegsporten individuele sport
moet worden bevorderd En dit
mag niet alleen bij olympische
sporten blijven». Tot besluit zei
mevrouw Demaght: «Zeker en
vast moeten alle, met de na
druk op alle, mededelingen tot
overal kunnen doorsijpelen»
De PMO beaamde vervolgens
grotendeels wat de PVV zojuist
had voorgesteld en hoopte dat
ook zelfstandige vrouwen van
de ontvangcentra voor kinde
ren zouden kunnen genieten
Hierop nam de KP het woord:
«we hopen dat het zo mooi is
als het gezegd wordt. In Aalst is
het verenigingsleven teveel
naar «specialisten» gegaan.
Het zou meer naar de buiten-
distrikten moeten gebracht
worden. Wat bestond moet
blijven bestaan. Ook het ge
meentelijk onderwijs. Ook kin-
derkribben zijn in de randge
meenten noodzakelijk Wij
zouden ook graag wisselwer
king zien tussen de verschil
lende kulturele levensvormen.
Maar wie zal dat allemaal beta
len?» (De PW antwoordt
hierop dat er toch subsidies
zijn) «De welzijnszorg moet
samengaan met het kulturele
leven. De COO is nog niet
overeengekomen om in een
bepaalde richting te werken.
Maar deze zaken mogen alles
zins niet in handen van privé-
instellingen komen.
Voor de VU antwoordt Herman
Roels: «Centra voor maat
schappelijke zorgen zijn er
hard nodig, maar men moet
ook de thuisverzorging benad
rukken. De bejaarden zou men
zoveel mogelijk thuis moeten
laten wonen. En wat het ver
enigingsleven betreft: iedereen
zal voor zichzelf blijven vech
ten om de vroegere voorrech
ten te blijven genieten. En de
kulturele opgang? De werking
van het kultureel centrum zal
afhangen van het openbaar
vervoer: ook de randgemeen
ten moeten het gemakkelijk
kunnen bereiken. Ze moeten
het ook kunnen gebruiken?
Ook het kunstonderwijs zou
verder moeten uitgebouwd
worden in de randgemeenten,
evenals het plastisch onderwijs