Aalsterse Flitsen w Meh pikkels of ajont jes AALSTERSE VLAAIEN: MMMMM.... GIJZEGEMS SINT-ROCHUSBEELDJE BLIJFT JURIDISCHE KLUIF! ALLE ZES JOOR N.V. KANTOOR RAVIJTS De Voorpost - 15-èü-76 -11 Een vlaai is weer zo'n typisch Aalsters produkt waarvan de oorsprong in de grijze mist van het verleden is verloren gegaan. Pleziermaker en levensgenieter als de Aalstenaar is, heeft dat wat hij typisch voor zijn stad vindt, nogal vaak met de maag te maken. Er zijn nog andere streken waar men vlaaien maakt (de Limburgse vlaaien bijvoorbeeld), maar die zullen uiteraard zo lekker wel niet zijn. Waarom een vla (of vlaai, dat klinkt meer Aalsters), nu eigen lijk een produkt is dat eigen aan deze streek kan genoemd worden, weet onderhand geen mens meer te vertellen. «Wij hebben het altijd zo geweten». En inderdaad, het bakken van vlaaien is een zeer oud ge bruik. Breughel heeft ze reeds op zijn schilderijen staan. Dat zo soms met die oude ge bruiken: men is er zodanig aan gewoon dat men het bestaan ervan niet eens meer opmerkt. In elk geval, vlaaien kwamen in groot- en overgrootmoeders tijd alleen met de kermis op ta fel. Of als het feest was. Nu zie je de vlaaien in die aluminium foliekommetjes dagelijks voor de uitstalramen van de bakkers staan. Een teken dat we het nu zoveel beter hebben? Ze ver kopen als zoete broodjes, om het zo eens te zeggen. Maar toendertijd was het een ker- misdessert. Onafscheidelijk verbonden met feest vieren, zoals peperkoeken harten bij Nieuwjaar hoorden, en appel sienen bij Sint Maarten. De mensen bakten ze echter zelf. Tenminste, ze maakten de «deeg» klaar en droegen die dan, in stenen kommetjes, naar de bakker, die ze dan in de oven schoof en achteraf voor het gebruik van de oven enkele centiemen aanrekende. De mensen maakten toen veel dingen zelf. Er was niet zoveel geld als nu. Bovendien werden de gastvrouwen door hun ge nodigden graag bestoeft om hun kookkunst. Een kombina- tie van zuinigheid en eergevoel dus. Maar om vlaaien te bakken had men. benevens kandijsiroop, suiker, kruid, en soms zelfs rhum aan vlaaien kon men zich blijkbaar ook te waggelen eten had men dus ook mas tellen nodig. Kleine apetijtelijke broodjes, die echter zo hard waren dat men er gemakkelijk de paardentram mee kon doen ontsporen. Vandaar ook dat veel bakkers zo een forsig voorkomen hadden: ze moes ten de mastellen eerst in stuk ken slaan. De avond tevoren zette men die stukken in melk te week, deed er de rest bij, en dan kon de vlaai gebakken worden. Wanneer de kermis naderde, namen de bakkers hele vrach ten mastellen in hun stoot- of hondekarren mee, en verkoch ten die dan aan de klanten. In die dagen was het ook een ware «begankenis» naar de bakker toe van huisvrouwen die met huri groene of bruine stenen vlaaikommetjes op wandel waren. «Och meneer, mijn keuken en achterplaats stonden hier vol met komme tjes die stonden te wachten om in de oven geschoven te wor- den. Soms 250 tot 300! Maar de mensen doen dat nu niet meer. De tijden zijn veranderd. En de vlaaien ook. Want vroe ger werden ze in stenen kom metjes gebakken. Nu gebeurt dat in aluminiumpapier. En daardoor zijn de vlaaien aan de kant soms te hard uitgedroogd. Met die kommetjes is het nu niet meer te doen. Er breken er nogal eens door de grote hitte in de oven. Die kommetjes zijn te duur geworden. Het gebeurt nog wel, hoor, maar niet veel Gustuaf De Brui ker maakt het beslag voor de Aalsterse vlaaien. (EL) Hugo De Pot, de Aalstenaar, die de bewondering van de wereldbevolking meekreeg, is terug thuis. Zijn suksesrijke choreografie en regie, tijdens de openingsplechtigheid en de slotceremonie van de Olympische Spelen, ligt eenieder nog fris in het geheugen. Onze medewerker René De Witte kreeg een exklusief interview. Geïllustreerd met foto's van Quebec, volgende week u aangeboden. Dat het behandelen van onderwerpen waarmede poli tiek en politici gemoeid zijn een nogal delikate aange legenheid is konden wij de afgelopen weken nogal eens ondervinden. Sommige Aalsterse kandidaten voelden zich niet zo happy omdat slechts enkelen on der hen een plaats in onze krant kregen. Er werd zelfs al eens het woord voorkeur en vriendjespolitiek uitge sproken. Zonder afbreuk te willen doen aan de belang rijkheid, de kansen en de inzet van andere kandidaten moesten wij ons toch noodgedwongen beperken. Vol gende kriteria werden dan ook in acht genomen. De lijsttrekker kreeg een uitgebreid vraaggesprek, waarin ook het programma aan de orde kwam. Verder stelden wij de stedelijke lijstduwer en de eerste vrouwelijke kandidate aan U voor. Kamiel Roelandt, een kampioen in het hengelen, verde digde de Belgische kleuren op de wereldkampioenschap pen hengelen in Bulgarije Karnavaldichterbij dan U denkt, althans voor de groepen, die onze kleurrijke stoet elk jaar zo aantrekke lijk maken. «Lotjonslos» jubileert en komt in de karna- valstoet met maar liefst vijftien wagens, één voor elk jaar, waarvan de eerste reeds klaar is. De «Kaloeterkabassen» hebben reeds een wagenont- werp klaar en het idee voor de kostumes groeit. Andere karnavalgroepen vergaderen. De fusiege meenten staan hier ook niet stil. Erembodegem en Gij- zegem doen zeker en vast mee. De werkgroep Personeelsbeheer van de fusiegemeenten Aalst heeft een motie gepubliceerd in verband met de onge lijke behandeling van het personeel van de fusiegemeen ten tegenover het personeel van de randfederatie Brussel. De werkgroep stelt vast en verwijst naar de desbetreffende Koninklijke besluiten, dat de personeelsleden van de rand- federaties cH verzoek voor de leeftijd van 65 jaar op pensi oen kunnen worden gesteld, indien zij op 31 december 1979 minstens 60 jaar oud zijn en 30 jaar dienst tellen. Voor het personeel van de fusiegemeenten is deze datum ge steld op 1 maart 1977 Gevolg hiervan is dat het personeel uit de fusiegemeenten, een gedeelte geboren in 1917, die genen geboren in 1918 en in 1919, geen vervroegd pensi oen kunnen aanvragen, en dus benadeeld zijn tegenover hun kollega's uit de randfederaties. Normaal zou zijn, vol gens de motie, dat aangezien er een overgangsperiode van drie jaar komt. de datum van 31 december 1979 ook voor de personeelsleden van de fusiegemeenten zou aan genomen worden Het CARJ heeft reeds heel wat gerealiseerd. Men is reeds begonnen aan de uitbouw van het jeugdsekreta- riaat. Eind oktober wordt Lutgarde De Pauw er jeugd- sekretaresse, en zal permanent dienst doen in bureau tien op het stadhuis. Het jaarverslag, waarin onder meer de resultaten van een onderzoek gehouden door het CARJ in samenwerking met het «Dienstcentrum voor Jeugdwerk» zal eerlang verschijnen. Omdat het CARJ vrij is van politiek heeft men het nodig geacht dit alles naar voor te brengen na de verkiezingen. Op het kabinet van eerste schepen Etienne Bogaert ging een korte plechtigheid door ter gelegenheid van de over handiging van de prijs pistoolschieten aan Albert De Smet. Hij behaalde bij deze wedstrijd, ingericht door het bestuur van het Politie Verbond Aalst, 146 punten op 150. ROEL VAN DE PLAS Van mastellen naar vlaaien is een lang en zorgvuldig werk. (EL) De beroering rond het Sint-Rochusbeeldje, dat jaren onbe waakt in de kapel aan de Kerkstraat heeft gestaan, is nog verre van geluwd. Toen we vorige maand de motieven van de familie Peeters naar voor schoven om dit betwiste beeldje te laten bewaren in een geheim gehouden kluis was het duidelijk dat de ge meente Gijzegem het niet bij deze patrimoniumverduistering zou laten. HERKOMST Dit beeldje werd in 1735 door een onbekend Antwerps mees ter vervaardigd. Ter gelegen heid van de Sint- Rochusfeesten kwam dit88 cm hoog houten beeldje in het be zit van de kerkgemeenschap die het aankocht voor namelijk met giften van gravin de Gou- beau Het behoorde steeds tot het kerkpatrimonium, wat ook vermeld werd in de dekanale visitaties van 1776, 1834,enz.. De zilveren sieraden (staf, schelpen, hoed), welke de hou ten attributen vervangen bij feestelijkheden werden ge schonken door gelovigen uit Schoonaarde en Oudegem. Dit leren we uit de inscripties die erop aangebracht zijn. Het be hoorde toen tot de kerkschat en nooit heeft enige rechts- voorganger van de huidige be zitters (familie Verreecken) er retentierecht op uitgeoefend In de katalogus van het kerkpa trimonium (uitgegevn in juni 1974) werd het vermeld, zon der enig protest van om het even wie! Ook de herstellings kosten van de behandeling in de ateliers van het Koninklijk Museum van Leuven werden door de kerkfabriek integraal in 1975 betaald! ARGUMENTATIE De kapel werd in neo-gotische stijl door de familie Verrecken gebouwd. Het beeldje werd er ter verering uitgestald op vraag van de toenmalige pastoor, schenker of bouwheer. Volgens advokaat Dauwe, die de belangen van de gemeente Gijzegem verdedigt steunt de argumentatie van de familie Peeters - Verreecken ten on rechte op twee principes. als de kapel hun eigendom is, ook de inhoud eigendom zou zijn. daar het beeld sinds lange tijden in hun bezit is, alle vor deringen erop reeds lang verj aard zouden zijn. Volgens de gemeentelijke raadsman is de vraag of het eigendomsrecht dan wel van de familie Verreecken, of de paters Oblaten of van de ge meente Gijzegem is hier niet ter zake. Het religieus beeldje, werd er na de bouw van de kapel los ingeplaatst, en is minstens 130 jaar ouder dan de kapel. Het beeldje is duidelijk een voor werp dat in kapellen, of kerken werd geplaatst ten dienste van een kultus of versiering en vol gens de wet op de «Domein goederen» kunnen deze niet verkocht of weggeschonken worden, enkel door de be voegde overheid expliciet ont trokken: deze goederen zijn dus onvervreembaar en on- vergaarbaar. KONKLUSIE De gemeente heeft, als Open bare Overheid, het recht en de plicht deze goederen op te vor deren van diegenen die ze ten goede of ten kwade trouw in handen heeft (in casu familie Verreecken) en dit zonder enige vorm van schadever goeding verschuldigd te zijn. Men houdt hier dus rekening met het feit dat de huidige hou ders (familie Verreecken) geen rechtsgeldige titel van eigen dom bezitten. De voltallige gemeeenteraad besliste dan ook op haar jongste zitting bij het falen van de minnelijke pogingen in rechte te treden om het Sint- Rochusbeeld, thans in handen van de familie Verreecken. op te vorderen en terug te be stemmen tot genot van de ge meenschap Wij zijn benieuwd naar de reak- tie van de familie Verreecken (en haar raadsman advokaat Pollijn) op deze ijzersterke ar gumentatie! Dirk Daelemans Bakker De Bruiker voor zijn houtoven. die zeker bijdraagt voor de kwaliteit van de geleverde produkten. (EL) meer. Die kommetjes zijn nu trouwens antiek uit grootmoe ders tijd geworden. Maar de «vlaaienindustrie» is er niet op achteruitgegaan. We verkopen ze dagelijks. Bovendien is het een lekkernij uit eigen streek. Regelmatig komen er rensen die lange tijd uit het Aalsterse verdwenen waren, nog naar onze goeie, echte, oude Aals terse vlaaien vragen. Je ziet dus dat de vlaaien hogelijk ge waardeerd worden!». W.L. es 't nog ne kier mier karnaval, in de mondj oktoeber. Mor toensj ne karnaval die veil langer diert as droy doagen meh nog 'n oonhangsel van enen twieden zon dag. Dat es as 't kiezinkspel beizeg es. Wajjer hemmen allemool genoeg afgezing de léste weiken. D'ien omda ze op loysten stoon en zuveil meigelèèk stemmekes moeten zien banien te scheiren, d' ander die ghiel die sirk moeten ondergoon en der toch ni kennen va profe- teiren. Aal da lawoyt, aal da papier, aal die greimels die op den dier krampen werren moeten zing op hon derden en nog iensj honderden affichen en tèn nog op den hoeip toe, 't sondaossmeires on de kieslokolen ('t es door dat op den dier al krampen wirten). En dat allemool ver dor ne kier rèzzekes in eh kotjen gon te stoon en een bolleken of mier bollekes zwert, ah nie, roeid te moaken. En tèn moeten aal die bollekes geteldj werren en intissen zitten aal de die, die azoei meh heren noam veiren 'n bolleken stoon, meh de poepers. Hoeveil zol ek er hemmen, hoeveil zol den dienen of degeinen hemmen, zol ek gekoeze zén of ni? En as ek toensj gekoezen zén, zol ek er «in zitten»? Zol ek kennen scheipenen werren, of allicht berremiester? Natierlèk dat er mor ienen berremiester kaan werren.. 't Zol zeikes eh schoein pantomiene werren as 't er zollen nog mier berremiesters zen. In da lokooi woor da 'k ik most goon kiezen, stond er eh vraamensj meh „'n volmacht, ge wedj wel hein, azoei eh papier woor dat op stoot dagge in de plek van imand anders meigd gon doppen. Mor 't was mis. Die volmacht was ni getieked en 't was van: allei, retoer, iest loten tiekenen. On ander Iokolen 'n gink da spel belange ni verooit. Opschooiven en bleiven opschooiven. En swansjtegt stonten de vraan te peizen op heer eiten da ze nog mosten gon moaken en de mans ompossénsjeg ver zu gaa nieigelèk kennen on den toeig gon 't hangen. Da zèn allemool van die dinges die ge allien mor meh 'n kiezink kendj meimoaken. En tén 's achternoeinsj, al reidelèk vroeg, de ieste ooitsloagen. Eh stiksken van hier en 'n betjen van door. En oever Olsjt, in iene kier, lapkoe, den ooitslag was dor. Zoeiveil zeitels ver de die en zoeiveil zeitels ver degein. 't Spel was geklonken, 'k Vroeg meh af of dat da die zeitels woren die den iesten april on 't landhoois gestoon hemmen, mor 't schandj van nie. Die zeitels dat es mor ba manier van spreiken. En tèn 's oaves. Ne kier nor 't stad gon zing hoe dat de verschillende koleiren der ooitzagen, noor de slag. Op d' ien plosj plezier en meziek, op d' ander plosj reide lèk lange gezichten en lanst hier en lanst door 'n betjen teiegn onzjier geklapt. Ik hem meh afgevroagd hoe dat da na foytelèk zat meh d' Eirem Kloren. Lanst den iene kant zal der geleizen geweist hemmen ver goe weir, ver toch eknnen ooit te goon meh 't meziek, lanst den andere kant zal d' er ghiel zeikes geleizen geweist hemmen omdat zol stront geregend hemmen. Awei, d' Eirem Kloren hemmen da verschil in twien gedoon, 't he id gereged, mor 't was giene stront. In ien van de partoylokolen ik kaan d' er boy zeggen da 't ni in de Koont was stont ek ba Louis D'Haese- leer. He zag er ni kontent ooit en he was on 't chikanei- ren oever, 't es ni zjust gegoon en den iene mensj hei mier sjans as den anderen en zuvoesj'k Zeg, mor allei jong, zé toch kontent, ge zé toch berremiester! 'k Mandjen dat 'n gink iet antwoeren, mor he haafden hem in. In de plosj lieten meh zenne paspoor zing en door stont op: Dhaeselleer Louis. Mor tèn viel mennen frang as ek nor 't adres zag. 't Was nen andere Lowie. Mor toch de zelden noam. En van toyd tot toyd krovg ek insj nen brief of azu 't ien of 't ander van dinnen anderen, zoy 'n. En 'k hem tèn nog den arnbras vér dat on de fakteur weir te geiven, mor alla, oever mennen noam zal d'er de leste doagen toch veil geklapt werren. Da za wel! Want da spel es nog ni gedoon. Naa kon het er op oon van steirke elleboegen ?t hemmen en die kennen te gebrooiken. Allei, wajjer hemmen nog tot den ieste jannewore veir dammen zeikes zelle zén hoe dat die zeitels d' er ooit zing en wie dat er allemool mag inzitten, dank zè ons roeid bolleken. Oever iet anders geklapt: hoe zol da kommen dat 'n koei moe kalven, eh peerd moe veilen, 'n kat moe jongeren, enzuvoesj - en dat allien de mensjen heer kinjeren moete koeipen? 'k Zal d' er nog ne kier oever peizen en as 't ek weit zal 't ek ajjer oeik lote weiten.. Of as ge 't gajjer wedj, stierd iensj eh klein woerdeken on DOLF MOLENSTRAAT 75 9300 AALST VERZEKERINGEN LENINGEN IMMOBILIEN Spaarkas IPPA Alle takken verzekeringen - specialiteit: le ven Private leningen - Financieringen Hypothecaire leningen 1 en 2de Rang Alle geldbeleggingen Reisconsuient VASCO WIJ KOMEN AAN HUIS: Tel. 053-21.63.64. HUIS VAN VERTROUWEN SINDS 30 JAAR.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Voorpost | 1976 | | pagina 11