IS DIENST VOOR TOERISME EEN OVERBODIGE LUXE? JAARLIJKS HERFSTKONCERT ONDER GROTE BELANGSTELLING Firma Bosteels houdt stand KOUSEN- EN PANTY- FABRSKANTEN DÓEN BEKLAG BIJ EUROPESE KOMMISSIE /lfenuveu wf£t' hueóve mj/N JKiiMi<Sf °°M. De Voorpost - 12-11-76 -13 opend door zijn studie te doen nadenken over het pro- leem en anderzijds te doen overgaan tot aktie stelde Hugo Van Steenberghe zich de vraag «is een dienst voor toerisme oor Groot-Aalst een overbodige luxe?» OERISME? aar «toerisme» een woord waarover zowel nationaal Is internationaal nogal praakverwarring bestaat ient men zich vooreerst te ezinnen over het begrip toerisme» zelf. Afhankelijk an het standpunt waaruit en het fenomeen bekijkt rijgt het woord uiteraard n andere vulling. Ileszins lijkt na konsulta- ie van allerlei werken van ensen die het kunnen we en, toerisme een zeer kom ieks begrip waaraan zowel ulturele sociale, ekono- mische als ruimtelijke as- pekten vastzitten, aarom duiden toerisme, ekreatie en vrijetijdsbeste ding op niet te scheiden ak- iviteiten die funktioneel ekaar beïnvloeden, oerisme gezien in zijn bre de vorm laat toe de stelling an sommige ekonomisten onderschrijven waar ze weren dat «toerisme een belangrijke motor van de wereldekonomie is». PDRACHT VAN EEN DIENST VOOR TOERISME De opdracht van dergelijke dienst kan zich niet beper- en tot het verstrekken van informatie, dokumentatie de promotie van buiten landse reizen precies omdat het begrip toerisme veel reder is. nformatie: Op dit punt hebben we te Aalst reeds enige ervaring vermits der- elijke dienst sinds '74 ge urende de zomermaanden het gebiedshuisje yan het. Ifort werd geïnstalleerd. Wanneer men de bezoekcij- onder de loupe neemt blijkt dat dergelijke dienst toch wel noodzakelijk was. juli 75 mocht men 962 ezoekers ontvangen en te beginnen vanaf de eerste zondag van die maand had men een daggemiddelde van 42. Voor augustus wa ren het er 1128 of gemid deld 47 per dag. Procents- gewijs ging het over 80% nederlandstaligen, 11% gelssprekenden, 5% franstaligen en 4% duits- sprekenden. Uit deze cijfers kan worden afgeleid dat Aalst het vooral moet hebben van ééndags- toerisme en dan nog voor ais étappe. Buiten voor karnaval heeft het ook weinig zin dat Aalst zou promotie voeren buiten landsgrenzen maar daar tegenover staat dat Aalst al les zou moeten doen om het ééndagstoerisme te bevor deren wat kan via een aantal initiatieven en de latere promotie ervan. Dokumentatie: Bij de infor matieopdracht hoort uiter aard dokumentatie. Inlich tingen en folders met be trekking tot het toeristisch aanbod van stad en streek (kuituur-historisch, wandel fietspaden, ruiterpaden autoroutes, mogelijkhe den voor sociaal toerisme, evenementenkalender, ho en restaurantfolder) Kunnen aangevuld worden met een vouwblad ten be hoeve van scholen en groe pen waarin de voor een be zoek toegankelijke in dustriële en kommerciéle bedrijven zijn opgenomen. Het zou verkeerd zijn de in formatiemogelijkheden tot eigen streek te beperken maar door bvb het ter be schikking te stellen van a's en boeken kan de in formatie geoptimaliseerd worden. Alhoewel een dienst voor toerisme geen reisbureau is wordt de mogelijkheid van hotelreservatie vaak toch geapprecieerd. Promotie de elementen onthaal en public-relations zijn een belangrijk onder deel van de informatieop dracht. Vriendeljkheid, ta lenkennis en efficient wer ken verzekeren inderdaad een goed onthaal. Een goede informatie- en dokumentatieopdracht ver onderstelt zeker overleg en samenwerking met plaatse lijke VVV's, de secundaire sektor, de hogere overheid, het boekerijwezen en de ho- recasektor. Promotie zit voor een deel vervat in het verschaffen van informatie en dokumen tatie, in de verdere uitbouw en het polyvalent maken van Aalst als toeristische zone en in de organisatie van allerhande kulturele en folkloristische manifesta ties. Tenslotte gebeurt de pro motie voor een niet-meet- baar deel door wat in mar- ketingekonomiehet «mond- tot-ooreffekt» wordt ge noemd en meer algemeen door de evolutie van het vrijetijdsgedrag en de kultu rele bewustwording. TOERISTISCHE INFRASTRUKTUUR: Een belangrijke opdracht van een dienst voor toeris me is het uitbouwen van een degelijke toeristische infrastruktuur. Hieronder ressorteren bvb het be schermen van landschap pen, gebouwen en hoeven met kultuurhistorische waarde. De vrijwaring van groenzones, vastgelegd in de gewestplannen, is vaak een taak die enkel door effi ciënt milieubeleid en een programma van toeristische ontwikkeling kan worden gewaarborgd. Ook de verontreiniging van de Dender is een negatief punt. Dit probleem is echter ouder dan velen denken en aan de studie van de veront reiniging van de Dender is men reeds vijftien jaar doende. De vervuiling van de oppervlaktewaters is een fenomeen dat waar te ne men is in gans West-Europa en dat niet zozeer technisch dan wel financieel (lees po litiek) is op te lossen. Der gelijk probleem vraagt uiter aard een nationale aanpak. In zoverre het zuiveren van het denderwater geen uto pie is kan men reeds de mogelijkheden van water toerisme onder ogen zien. Historische gebouwen: het belang van gebouwen met enige historische waarde is voor toerisme evident. Het laat zich echter wel aanzien dat de administratieve pro cedure niet zo spoedig zal versoepelen. Een en ander misschien te verklaren door het feit dat «restauratie» niet in zijn geheel onder de bevoegdheid van één mi nister ligt. Hoe dan ook ligt de oplos sing voor het behoud van ons kuituurpatrimonium en in het bijzonder van waarde volle gebouwen, hoeven, ingangen en afspanningen in het funktioneel maken er van. De vorm, museum, ge meenteraadszaal, informa tiebureau of dergelijke is ondergeschikt aan het be lang van het bestendigen van de funktie. Daarnaast zouden privé en openbaar initiatief elkaar moeten kunnen helpen en steunen waar mogelijk. Restauratie van interessan te gebouwen en gevels kunnen inderdaad het stadsbeeld attraktiever ma ken. Verblijf sakkomodatie Een andere niet te onder schatten faktor voor een doeltreffend toeristisch be leid is een aangepaste ver- blijfsakkomodatie, voorals nog ontoereikend. Daar men er niet zeker van is dat dergelijke investeringen op lange duur rendabel zullen zijn blijft hier vooral het pri- vé-initiatief in gebreke. Er zijn te weinig geschikte ho telinrichtingen, er is gebrek aan voorzieningen voor jeugdtoerisme en er is geen goed uitgeruste camping. Een camping zou moeten kunnen ingeplant worden zo centraal mogelijk als on derdeel van een polyvalente rekreatiezone. Een klein ge deelte van de gronden ach ter het sportstadion, be stemd om ooit te worden ontsloten voor stille rekrea- tie, zou tot campingplaats kunnen worden omge vormd. Wandelen en Fietsen: Ini tiatieven zoals de «fietse- lingen» hebben herhaalde lijk de aandacht gevestigd op het nijpend tekort aan fietspaden in ons land. De grote groep wandelrekrean- ten ervaren zo in de stad als daarbuiten dat nergens re kening wordt gehouden met hun primaire rekreatieve be hoefte; stappen, kuieren, slenteren of wandelen met als énig motief het plezier dat ze daarbij ondervinden. De effektieve benutting van de ruimte die aan de basis ligt van dergelijke infra struktuur behoort tot de Ruimtelijke Ordening of Stedebouw. Toch kan een Dienst voor Toerisme hier aan ook meewerken bij sommige projekten voor toerisme en rekreatie. Of is het dan louter willekeurig dat de restauratie wordt overgelaten aan het Mini sterie van Nederlandse Kui tuur? ORGANISATIE VAN HET TOERISME IN BELGIE De bestuurlijke organisatie van de diensten voor toe risme in ons land beant woordt aan het traditioneel schema: nationaal, provin ciaal, lokaal of gewestelijk. Op het hoogste niveau prijkt het Kommissariaat- Generaal voor Toerisme dat momenteel onder de be- voegheid van de Minister van V6rk€€FSW**i$n ressor teert en dat negen Provin ciale Diensten voor Toeris me overkoepelt. Daaronder volgen dan de Verenigingen voor Vreemdelingenverkeer zoals bvb de V.V.V. De Den derstreek of de V.V.V. «De Falluintjesstreek», de ste delijke diensten voor toe risme en de gemeentelijke kommissies voor toerisme. De provinciale diensten subsidiëren de V.V.V.'s. De Stedelijke Kommissie voor Toerisme voor Aalst moet elk jaar zien rond te komen met een onwaarschijnlijk geringe subsidie van pro vincie en stad. Ook op het niveau van de streek is het nog zo dat de meeste V.V.V.'s zich alleen dank zijniet belangloos idealisme van enkelen kun nen handhaven. PLANNING: De «beleidslijnen» van een degelijke toeristische poli tiek zullen moeten stoelen enerzijds op studie en an derzijds resulteren in opties die men op kort, halflange of lange termijn overweegt te realiseren. Het beleid mag niet willekeurig noch geïmproviseerd zijn maar moet steunen op ontleding van vraag en aanbod en op resultaten van rekreatieon- derzoek in het verleden. Toeristisch marktonderzoek, stelt veel problemen en is bovendien erg duur. Alles zins kan men aannemen dat het rekreatiegedrag wordt bepaald door elementen als leeftijd, inkomen, gezinssi tuatie, woonsituatie en in frastruktuur. De overheid zal dus geen bestuurlijke maatregelen kunnen nemen die het ééndagstoerisme rechtstreeks stimuleren. Wel zullen een verkeersvrij stadscentrum of een open luchtzwembad in het open sportstadion vele rekrean- ten aantrekken. Een poly valente rekreatiezone in een toeristisch aantrekkelijk centrum vergroot er de pe netratiekracht van, m.a.w. bereikt een groter poten tieel van dagrekreanten zon der dat deze zich gemiddeld verder zullen moeten ver plaatsen. De aantrekkings kracht van een bepaalde pool binnen de straal be paald binnen de gemiddel de afstand waarover de één- dagstoerist zich verplaatst is grotendeels afhankelijk van de konkurrentiepositie of het aanbod ten opzichte van andere toeristische po len. Het aanbod van naast elkaar liggende zones kan nochtans gelijkwaardig en bij dezelfde gelegenheid ge diversifieerd zijn. Precies daarom is het nodig dat van overheidswege inspannin gen worden geleverd om het aanbod zo aantrekkelijk en zo gediversifieerd mogelijk te maken. VOOR GROOT-AALST! Voor Groot-Aalst betekent dit het realiseren van een polyvalente rekreatiezone, het verkeersvrij maken van het stadscentrum, het vrij waren van het milieu, de restauratie van waardevolle gevels, gebouwen, ingan gen en afspanningen, het propageren van uiteenlo pende kulturele en folklo ristische manifestaties, het bewaren en maximaal aan wenden van het landschap pelijk karakter van groen zones als de Falluintjes, het verbeteren van de verblijfs- akkomodatie en noem maar op. Hotel en camping wij zen meer in de richting van verblijfsrekreatie want men is de mening toegedaan dat naargelang het ééndagstoe risme toeneemt het ver- blijfstoerisme, zij het in mindere mate, zal volgen. BESLUIT: De ingreep van de overheid is van determinerend be lang voor de ontwikkeling van het toerisme in Groot- Aalst. De plaatselijke V.V.V.'s en Kommissies hebben reeds prachtig werk verricht om de stad en bvb de Falluin tjes te leren kennen. Om iets te realiseren is or ganisatie nodig. Op het hoogste niveau betekent zulks koncentratie van be voegdheden en middelen en dekoncentratie waar het aangewezen is. Geënt op de organisatie van het toeris me betekent dit dat een be slissing die aan de basis ligt van een ingrijpen in de ruimte waarin wij leven, bvb, i.v.m. een rekreatie- projekt, deel moet uitmaken van een gedekoncentreerde bevoegdheid en de gemeen te over een grotere autono mie moet kunnen beschik ken. In dergelijke optiek lijkt een toeristische dienst voor Groot-Aalst dan ook aange wezen voor een gamma nut tige werkzaamheden. Een toenemend vrijetijds- kwantum, een stijgend kui tuurniveau en vakantie spreiding zijn gegevens die doen vermoeden dat de in stallatie van een goed geor ganiseerde dienst voor toe risme geen kwaad idee zou kunnen zijn. L.H. CECILIA TRADITIONEEL Zoals dat bij de Kon. Fanfare Sint Cecilia nu al jarenlang de gewoonte is werd ook deze keer door de blauwe muzikan ten aan het herfstgebeuren wat ekstra muzikale kleur gegeven. Op zondag 7 november j.l. kreeg het getrouwe Ceciliapubliek zijn fanfare te beluisteren met een herfst- concert onder de leiding van de nieuwe dirigent Raymond Merckx die begin dit jaar de dirigeerstok van George Verhulst heeft overgenomen. Het Liberaal Huis aan de Brusselbaan was voor de zoveelste maal te klein om alle entoesiasme te bevatten dat door de talrijke aanwezigen werd opgebracht voor de uitstekende muzikanten. Deze Groot-Aalsterse fanfare -avant la lettre- was eens te meer gewoon zichzelf en dus goed zonder meer zodat de liefheb bers van het genre zich allerminst te beklagen hadden over het gebodene. GEWOONTEGETROUW Om zeker geen afbreuk te doen aan wat stilaan een goede gewoonte is gewor den werden de eerste noten maar eventjes later gebla zen dan op de uitnodigin gen was aangekondigd. Het repertorium putte uit ver schillende muzikale genres zodat iedereen wel iets te horen kreeg wat hem ekstra nauw aan het fanfare-min nend hart ligt. Naarmate de avond vorderde, het pro gramma zijn verloop kende en het gerstenat steeds meer op zijn stimulerende waarde werd geschat en ge noten steeg het entoesias me en de temperatuur tast baar. Dit alles is dan de inzet geweest tot het 122ste Ceciliafeest dat volgende zaterdag 13 november door gaat in hetzelfde lokaal en waar de geleverde inspan ningen van het voorbije jaar met een feestelijk banket worden beloond en be kroond. Het gaat de textielnijverheid niet voor de wind. Allang niet meer. Uiteraard heeft ook de kousen- en panty-industrie het lastig. Aan de vrouwen ligt het alleszins niet, want die zetten maar al te graag hun beste beentje voor. Het probleem komt van een gans andere kant. Het is bovendien bijzonder moeilijk op te lossen: vanuit Italië overspoelen zeer goedkope produk- ten de Europese markt. Goedkoop omdat de Italiaanse staat heel wat kleinere kousen- fabrieken financiële bloed transfusies toedient, hoewel die bedrijven veelal niet leef baar zijn. Bovendien zijn er de laatste jaren nog fabrieken bij gekomen, en dit terwijl het toch zó moeilijk gaat in de kousen industrie. Dit had o.a. een piuuuKueuiioreiaing ioi gevolg waardoor een overkapaciteit ontstond van pfusminus 45 procent.' Hier en daar zijn die kleine on dernemingen reeds tot grotere bedrijven samengesmolten. Soms gaat het hierbij meer naar staatsbedrijven toe. of zijn het gewoon staatsbedrijven geworden maar daarmee is het probleem nog niet opgelost. Zeer recent nog is gebleken dat een dergelijk groot bedrijf zelfs niet eens meer de lonen kon uitbetalen. De arbeiders moeten het voorlopig met één derde van hun loon stellen. En wat zal weer gebeuren? De Ita liaanse staat zal bijpassen. Maar hoelang kan dit nog du ren? Gaan die bronnen dan nooit droog komen te staan? De Italiaanse staat komt vooral tussen in grondstoffen en ma chines. Bovendien is het ook zo dat het Italiaanse bedrijfsle ven op het sociale vlak (lonen, sociale voorzieningen) nogal voorwillekeurvatbaaris. Dit al les maakt het de Italianen mo gelijk om zowat 30 procent be terkoop te zijn. NIET FAIR? De grote kousen- en panty fabrikanten uit d'overige West- europese landen kunnen op die manier niet meer konkurre- ren. In gans Europa is de ver koop gestagneerd. En toch produceert men er ginder maar op tos. AKTIE Daarom hebben Belgische, Nederlandse, Franse en Duitse fabrikanten hun grieven aan de Europese Kommissie kenbaar gemaakt. Want ook in de rest van Europa gaat het om het behoud van arbeidsplaat sen. «AANBEVELING» WAARDELOOS De Kommissie heeft dan een onderzoek gewijd aan de struk- tuur van de kousen- en panty industrie. Daaruit resulteerde een «aanbeveling» voorde lid staten van de EEG. (30.9.76). Maar nu weet ook iedereen dat een dergelijke aanbeveling niet de minste waarde heeft. Het is meer een poging om de schone schijn te redden. De Europese Kommissie is zoge naamd met het probleem bezig geweest. Maar in feite blijft al les zoals het was. Welke lid staat houdt nu rekening met een doodgewone aanbeve ling? Zo mag overproduktie fi nancieel niet meer gesteund worden. Maar wat zal daar in de praktijk van terecht komen? Er moeten ook produktie- statistieken opgemaakt wor den. Maar niet alleen komen die altijd maanden te laat. Men zet erin wat men wil. OVERHEID In onze buurlanden heeft men noodgedwongen beroep ge daan op de overheid. Zo zijn in Nederland de twee grootste bedrijven samengesmolten. Maar de staat heeft er in twee jaar tijd al 600 miljoen frank moeten inpompen. Ook Frank rijk geeft ruime hulp. Maar daarmee is het probleem nog niet opgelost. Ook in ons land is men reeds op het departe ment van Streekekonomie gaan aankloppen. Maar voor lopig nog altijd voor dove mansoren. Bij de Fa Bosteels is men tenandere in princiepe te gen overheidshulp gekant. Maar in dit geval zijn het duide lijk moeilijkheden die van bui ten het bedrijf komen. PERSONEEL Voormeld bedrijf is alleszins al tot een produktievermindering overgegaan. Voor het perso neel is dit echter geen bedrei ging. Men gaat niet tot afdan kingen over. Wel heeft men soms de noodoplossing van tijdelijke werkloosheid moeten aanvaarden. Maar aan afdan kingen wordt allerminst ge dacht. NIEUWE PRODUKTEN Om op de markt van goedkope produkten de eigen kwaliteits- produktie te behouden, en in feite ook om te bewijzen dat het bedrijf leefbaar is, komt de firma Bosteels ook af en toe met een nieuw produkt op de markt, zoals ook onlangs nog is gebeurd. OPLOSSING NOG NIET DIREKT IN ZICHT Hoelang de moeilijkheden nog zullen aanhouden is voorals nog niet geweten. Veel zal af hangen van de regeringen in de EEG-lidstaten. Het verzet is overigens vooral vanuit België op gang gekomen. De Bonne- terie Bosteels heeft hierin ruimschoots haar aandeel ge had? In haar genre is het trou wens een der grootste bedrij ven in ons land. Gezien het uit blijven van overheidshulp, was in ons land het probleem ook het scherpst gesteld. Men kan verder alleen nog afwachten en hopen. In elk geval: hiermee is de kous nog niet af. W.L. ZÉLFM0O£.V Hy WM1 ycu AAHM CfZOSS iTtF V <jöN66££tf- PttAfj A PERSONALIA Onder de talrijke aanwezi gen bevonden zich uiteraard voorzitter Florian Herzeelen en zijn echtgenote, de beide onder-voorzitters G. Hey- lenbosch en O. Riga met hun dames evenals de he ren F.Palsterman en L. Ruyssinck respektievelijk sekretaris en ere-penning- meester, die als spelende leden hun plaats op het po dium dienden in te nemen en niet zo zeer aan ontspan ning dan wel aan inspan ning konden denken. Wie eveneens in zijn element was tussen de vele beken- dén en vrienden was Gilbert Bourlon die als toekomsti ge schepen van Groot-Aalst handen te kort kwam om iedereen te begroetenme vrouw Bourlon moest wel willend toezien hoe steeds door anderen beslag werd gelegd op haar man. Oud dirigent Georges Ver hulst leek bijzonder in zijn element als trombonist en de man uit Brussel, René Berghmans, drukt als saxo foon onveranderlijk zijn stempel op het geheel. Ver geten wij evenmin de jonge William Ruyssinck die zeker professionele allures heeft ais kiarmetist evens's Aciolf Breynaert die met piccolo en dwarsfluit duidelijk pri ma werk levert. Al leek het er in het begin op dat alles niet al te vlot van de grond kwam, toch kregen de muzikanten van St.Cecilia De «schwung» te pakken, naarmate zij verder op dreef gerakten. Het eerste stuk was zeker geen sinecure en leek ons nog niet helemaal ingespeeld, al moeten wij toegeven dat ve le professionele muzikan ten de Florentine Mars een van de moeilijkste werken vinden. De Virginia-jazz Ou verture lag al beter in de hand al ontbrak wel even tjes de gewenste stemming waarmee jazz meestal dient gebracht. Bij Grieg's huldi gingsmars haperde hier en daar nog een kleinigheidje maar alles bij elkaar werd het geheel sterk gebracht, voornamelijk gebracht doo: alt-saxofoon René Berhg- mans en piccolo Adolf Rey- naert. Bij de Verdi-Selectie was St.Cecilia geheel zich zelf en men kon aanvoelen dat deze muziek gaarne wordt gespeeld. Na de pau ze zat het stuk voor stuk goed. Show Boat kwam goed uit de verf, het juiste ritme was er en het werd een en al uitbundigheid bij de meest gekende «songs», René Berghans bracht zijn Lover Prayer zonder moeite zeer gepast ondersteund door de andere muzikanten. Als het ware op het lijf ge goten was het Caraïbisch Ritme van de Nederlander Cees Vlak. Het meeslepend en opgewekt ritme van zuid- Amerikaanse werd op een kleurrijke wijze uit de mouw geschud. Kort, krachtig en perfekt kregen wij het slot de typische Engelse Mars van M.Willson. Als toe maatje kreeg het dankbare publiek nog als meeklapper en uitblazer de overbekende Radetzky Mars aangeboden die gewoontegetrouw in een daverend applaus uit- deinde. Eens te meer bracht de Ce- ciliafanfare goede muziek direkt bij de gewone man op een eenvoudige en ver- staantbare wijze en dit tot eenieders genoegen, niet in het minst dit van de spelers zelf! Ongetwijfeld een suksesrijk herfstconcert dat doet uitzien naar nog meer..

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Voorpost | 1976 | | pagina 13