IS DIENST VOOR TOERISME
EEN OVERBODIGE LUXE?
JAARLIJKS
HERFSTKONCERT ONDER
GROTE BELANGSTELLING
Firma Bosteels houdt stand
KOUSEN- EN PANTY-
FABRSKANTEN
DÓEN BEKLAG BIJ
EUROPESE KOMMISSIE
/lfenuveu wf£t'
hueóve mj/N
JKiiMi<Sf °°M.
De Voorpost - 12-11-76 -13
opend door zijn studie te doen nadenken over het pro-
leem en anderzijds te doen overgaan tot aktie stelde Hugo
Van Steenberghe zich de vraag «is een dienst voor toerisme
oor Groot-Aalst een overbodige luxe?»
OERISME?
aar «toerisme» een woord
waarover zowel nationaal
Is internationaal nogal
praakverwarring bestaat
ient men zich vooreerst te
ezinnen over het begrip
toerisme» zelf. Afhankelijk
an het standpunt waaruit
en het fenomeen bekijkt
rijgt het woord uiteraard
n andere vulling.
Ileszins lijkt na konsulta-
ie van allerlei werken van
ensen die het kunnen we
en, toerisme een zeer kom
ieks begrip waaraan zowel
ulturele sociale, ekono-
mische als ruimtelijke as-
pekten vastzitten,
aarom duiden toerisme,
ekreatie en vrijetijdsbeste
ding op niet te scheiden ak-
iviteiten die funktioneel
ekaar beïnvloeden,
oerisme gezien in zijn bre
de vorm laat toe de stelling
an sommige ekonomisten
onderschrijven waar ze
weren dat «toerisme een
belangrijke motor van de
wereldekonomie is».
PDRACHT VAN EEN
DIENST VOOR TOERISME
De opdracht van dergelijke
dienst kan zich niet beper-
en tot het verstrekken van
informatie, dokumentatie
de promotie van buiten
landse reizen precies omdat
het begrip toerisme veel
reder is.
nformatie: Op dit punt
hebben we te Aalst reeds
enige ervaring vermits der-
elijke dienst sinds '74 ge
urende de zomermaanden
het gebiedshuisje yan het.
Ifort werd geïnstalleerd.
Wanneer men de bezoekcij-
onder de loupe neemt
blijkt dat dergelijke dienst
toch wel noodzakelijk was.
juli 75 mocht men 962
ezoekers ontvangen en te
beginnen vanaf de eerste
zondag van die maand had
men een daggemiddelde
van 42. Voor augustus wa
ren het er 1128 of gemid
deld 47 per dag. Procents-
gewijs ging het over 80%
nederlandstaligen, 11%
gelssprekenden, 5%
franstaligen en 4% duits-
sprekenden.
Uit deze cijfers kan worden
afgeleid dat Aalst het vooral
moet hebben van ééndags-
toerisme en dan nog voor
ais étappe.
Buiten voor karnaval heeft
het ook weinig zin dat Aalst
zou promotie voeren buiten
landsgrenzen maar daar
tegenover staat dat Aalst al
les zou moeten doen om het
ééndagstoerisme te bevor
deren wat kan via een aantal
initiatieven en de latere
promotie ervan.
Dokumentatie: Bij de infor
matieopdracht hoort uiter
aard dokumentatie. Inlich
tingen en folders met be
trekking tot het toeristisch
aanbod van stad en streek
(kuituur-historisch, wandel
fietspaden, ruiterpaden
autoroutes, mogelijkhe
den voor sociaal toerisme,
evenementenkalender, ho
en restaurantfolder)
Kunnen aangevuld worden
met een vouwblad ten be
hoeve van scholen en groe
pen waarin de voor een be
zoek toegankelijke in
dustriële en kommerciéle
bedrijven zijn opgenomen.
Het zou verkeerd zijn de in
formatiemogelijkheden tot
eigen streek te beperken
maar door bvb het ter be
schikking te stellen van
a's en boeken kan de in
formatie geoptimaliseerd
worden.
Alhoewel een dienst voor
toerisme geen reisbureau is
wordt de mogelijkheid van
hotelreservatie vaak toch
geapprecieerd.
Promotie de elementen
onthaal en public-relations
zijn een belangrijk onder
deel van de informatieop
dracht. Vriendeljkheid, ta
lenkennis en efficient wer
ken verzekeren inderdaad
een goed onthaal.
Een goede informatie- en
dokumentatieopdracht ver
onderstelt zeker overleg en
samenwerking met plaatse
lijke VVV's, de secundaire
sektor, de hogere overheid,
het boekerijwezen en de ho-
recasektor.
Promotie zit voor een deel
vervat in het verschaffen
van informatie en dokumen
tatie, in de verdere uitbouw
en het polyvalent maken
van Aalst als toeristische
zone en in de organisatie
van allerhande kulturele en
folkloristische manifesta
ties.
Tenslotte gebeurt de pro
motie voor een niet-meet-
baar deel door wat in mar-
ketingekonomiehet «mond-
tot-ooreffekt» wordt ge
noemd en meer algemeen
door de evolutie van het
vrijetijdsgedrag en de kultu
rele bewustwording.
TOERISTISCHE
INFRASTRUKTUUR:
Een belangrijke opdracht
van een dienst voor toeris
me is het uitbouwen van
een degelijke toeristische
infrastruktuur. Hieronder
ressorteren bvb het be
schermen van landschap
pen, gebouwen en hoeven
met kultuurhistorische
waarde. De vrijwaring van
groenzones, vastgelegd in
de gewestplannen, is vaak
een taak die enkel door effi
ciënt milieubeleid en een
programma van toeristische
ontwikkeling kan worden
gewaarborgd.
Ook de verontreiniging van
de Dender is een negatief
punt. Dit probleem is echter
ouder dan velen denken en
aan de studie van de veront
reiniging van de Dender is
men reeds vijftien jaar
doende. De vervuiling van
de oppervlaktewaters is een
fenomeen dat waar te ne
men is in gans West-Europa
en dat niet zozeer technisch
dan wel financieel (lees po
litiek) is op te lossen. Der
gelijk probleem vraagt uiter
aard een nationale aanpak.
In zoverre het zuiveren van
het denderwater geen uto
pie is kan men reeds de
mogelijkheden van water
toerisme onder ogen zien.
Historische gebouwen: het
belang van gebouwen met
enige historische waarde is
voor toerisme evident. Het
laat zich echter wel aanzien
dat de administratieve pro
cedure niet zo spoedig zal
versoepelen. Een en ander
misschien te verklaren door
het feit dat «restauratie»
niet in zijn geheel onder de
bevoegdheid van één mi
nister ligt.
Hoe dan ook ligt de oplos
sing voor het behoud van
ons kuituurpatrimonium en
in het bijzonder van waarde
volle gebouwen, hoeven,
ingangen en afspanningen
in het funktioneel maken er
van.
De vorm, museum, ge
meenteraadszaal, informa
tiebureau of dergelijke is
ondergeschikt aan het be
lang van het bestendigen
van de funktie.
Daarnaast zouden privé en
openbaar initiatief elkaar
moeten kunnen helpen en
steunen waar mogelijk.
Restauratie van interessan
te gebouwen en gevels
kunnen inderdaad het
stadsbeeld attraktiever ma
ken.
Verblijf sakkomodatie
Een andere niet te onder
schatten faktor voor een
doeltreffend toeristisch be
leid is een aangepaste ver-
blijfsakkomodatie, voorals
nog ontoereikend. Daar
men er niet zeker van is dat
dergelijke investeringen op
lange duur rendabel zullen
zijn blijft hier vooral het pri-
vé-initiatief in gebreke. Er
zijn te weinig geschikte ho
telinrichtingen, er is gebrek
aan voorzieningen voor
jeugdtoerisme en er is geen
goed uitgeruste camping.
Een camping zou moeten
kunnen ingeplant worden
zo centraal mogelijk als on
derdeel van een polyvalente
rekreatiezone. Een klein ge
deelte van de gronden ach
ter het sportstadion, be
stemd om ooit te worden
ontsloten voor stille rekrea-
tie, zou tot campingplaats
kunnen worden omge
vormd.
Wandelen en Fietsen: Ini
tiatieven zoals de «fietse-
lingen» hebben herhaalde
lijk de aandacht gevestigd
op het nijpend tekort aan
fietspaden in ons land. De
grote groep wandelrekrean-
ten ervaren zo in de stad als
daarbuiten dat nergens re
kening wordt gehouden met
hun primaire rekreatieve be
hoefte; stappen, kuieren,
slenteren of wandelen met
als énig motief het plezier
dat ze daarbij ondervinden.
De effektieve benutting van
de ruimte die aan de basis
ligt van dergelijke infra
struktuur behoort tot de
Ruimtelijke Ordening of
Stedebouw. Toch kan een
Dienst voor Toerisme hier
aan ook meewerken bij
sommige projekten voor
toerisme en rekreatie. Of is
het dan louter willekeurig
dat de restauratie wordt
overgelaten aan het Mini
sterie van Nederlandse Kui
tuur?
ORGANISATIE VAN HET
TOERISME IN BELGIE
De bestuurlijke organisatie
van de diensten voor toe
risme in ons land beant
woordt aan het traditioneel
schema: nationaal, provin
ciaal, lokaal of gewestelijk.
Op het hoogste niveau
prijkt het Kommissariaat-
Generaal voor Toerisme dat
momenteel onder de be-
voegheid van de Minister
van V6rk€€FSW**i$n ressor
teert en dat negen Provin
ciale Diensten voor Toeris
me overkoepelt. Daaronder
volgen dan de Verenigingen
voor Vreemdelingenverkeer
zoals bvb de V.V.V. De Den
derstreek of de V.V.V. «De
Falluintjesstreek», de ste
delijke diensten voor toe
risme en de gemeentelijke
kommissies voor toerisme.
De provinciale diensten
subsidiëren de V.V.V.'s. De
Stedelijke Kommissie voor
Toerisme voor Aalst moet
elk jaar zien rond te komen
met een onwaarschijnlijk
geringe subsidie van pro
vincie en stad.
Ook op het niveau van de
streek is het nog zo dat de
meeste V.V.V.'s zich alleen
dank zijniet belangloos
idealisme van enkelen kun
nen handhaven.
PLANNING:
De «beleidslijnen» van een
degelijke toeristische poli
tiek zullen moeten stoelen
enerzijds op studie en an
derzijds resulteren in opties
die men op kort, halflange
of lange termijn overweegt
te realiseren. Het beleid
mag niet willekeurig noch
geïmproviseerd zijn maar
moet steunen op ontleding
van vraag en aanbod en op
resultaten van rekreatieon-
derzoek in het verleden.
Toeristisch marktonderzoek,
stelt veel problemen en is
bovendien erg duur. Alles
zins kan men aannemen dat
het rekreatiegedrag wordt
bepaald door elementen als
leeftijd, inkomen, gezinssi
tuatie, woonsituatie en in
frastruktuur. De overheid
zal dus geen bestuurlijke
maatregelen kunnen nemen
die het ééndagstoerisme
rechtstreeks stimuleren.
Wel zullen een verkeersvrij
stadscentrum of een open
luchtzwembad in het open
sportstadion vele rekrean-
ten aantrekken. Een poly
valente rekreatiezone in een
toeristisch aantrekkelijk
centrum vergroot er de pe
netratiekracht van, m.a.w.
bereikt een groter poten
tieel van dagrekreanten zon
der dat deze zich gemiddeld
verder zullen moeten ver
plaatsen. De aantrekkings
kracht van een bepaalde
pool binnen de straal be
paald binnen de gemiddel
de afstand waarover de één-
dagstoerist zich verplaatst
is grotendeels afhankelijk
van de konkurrentiepositie
of het aanbod ten opzichte
van andere toeristische po
len. Het aanbod van naast
elkaar liggende zones kan
nochtans gelijkwaardig en
bij dezelfde gelegenheid ge
diversifieerd zijn. Precies
daarom is het nodig dat van
overheidswege inspannin
gen worden geleverd om het
aanbod zo aantrekkelijk en
zo gediversifieerd mogelijk
te maken.
VOOR GROOT-AALST!
Voor Groot-Aalst betekent
dit het realiseren van een
polyvalente rekreatiezone,
het verkeersvrij maken van
het stadscentrum, het vrij
waren van het milieu, de
restauratie van waardevolle
gevels, gebouwen, ingan
gen en afspanningen, het
propageren van uiteenlo
pende kulturele en folklo
ristische manifestaties, het
bewaren en maximaal aan
wenden van het landschap
pelijk karakter van groen
zones als de Falluintjes, het
verbeteren van de verblijfs-
akkomodatie en noem maar
op. Hotel en camping wij
zen meer in de richting van
verblijfsrekreatie want men
is de mening toegedaan dat
naargelang het ééndagstoe
risme toeneemt het ver-
blijfstoerisme, zij het in
mindere mate, zal volgen.
BESLUIT:
De ingreep van de overheid
is van determinerend be
lang voor de ontwikkeling
van het toerisme in Groot-
Aalst.
De plaatselijke V.V.V.'s en
Kommissies hebben reeds
prachtig werk verricht om
de stad en bvb de Falluin
tjes te leren kennen.
Om iets te realiseren is or
ganisatie nodig. Op het
hoogste niveau betekent
zulks koncentratie van be
voegdheden en middelen en
dekoncentratie waar het
aangewezen is. Geënt op de
organisatie van het toeris
me betekent dit dat een be
slissing die aan de basis
ligt van een ingrijpen in de
ruimte waarin wij leven,
bvb, i.v.m. een rekreatie-
projekt, deel moet uitmaken
van een gedekoncentreerde
bevoegdheid en de gemeen
te over een grotere autono
mie moet kunnen beschik
ken.
In dergelijke optiek lijkt een
toeristische dienst voor
Groot-Aalst dan ook aange
wezen voor een gamma nut
tige werkzaamheden.
Een toenemend vrijetijds-
kwantum, een stijgend kui
tuurniveau en vakantie
spreiding zijn gegevens die
doen vermoeden dat de in
stallatie van een goed geor
ganiseerde dienst voor toe
risme geen kwaad idee zou
kunnen zijn.
L.H.
CECILIA TRADITIONEEL
Zoals dat bij de Kon. Fanfare Sint Cecilia nu al jarenlang de
gewoonte is werd ook deze keer door de blauwe muzikan
ten aan het herfstgebeuren wat ekstra muzikale kleur
gegeven. Op zondag 7 november j.l. kreeg het getrouwe
Ceciliapubliek zijn fanfare te beluisteren met een herfst-
concert onder de leiding van de nieuwe dirigent Raymond
Merckx die begin dit jaar de dirigeerstok van George
Verhulst heeft overgenomen. Het Liberaal Huis aan de
Brusselbaan was voor de zoveelste maal te klein om alle
entoesiasme te bevatten dat door de talrijke aanwezigen
werd opgebracht voor de uitstekende muzikanten. Deze
Groot-Aalsterse fanfare -avant la lettre- was eens te meer
gewoon zichzelf en dus goed zonder meer zodat de liefheb
bers van het genre zich allerminst te beklagen hadden over
het gebodene.
GEWOONTEGETROUW
Om zeker geen afbreuk te
doen aan wat stilaan een
goede gewoonte is gewor
den werden de eerste noten
maar eventjes later gebla
zen dan op de uitnodigin
gen was aangekondigd. Het
repertorium putte uit ver
schillende muzikale genres
zodat iedereen wel iets te
horen kreeg wat hem ekstra
nauw aan het fanfare-min
nend hart ligt. Naarmate de
avond vorderde, het pro
gramma zijn verloop kende
en het gerstenat steeds
meer op zijn stimulerende
waarde werd geschat en ge
noten steeg het entoesias
me en de temperatuur tast
baar. Dit alles is dan de
inzet geweest tot het 122ste
Ceciliafeest dat volgende
zaterdag 13 november door
gaat in hetzelfde lokaal en
waar de geleverde inspan
ningen van het voorbije jaar
met een feestelijk banket
worden beloond en be
kroond.
Het gaat de textielnijverheid niet voor de wind. Allang niet meer. Uiteraard heeft ook de
kousen- en panty-industrie het lastig. Aan de vrouwen ligt het alleszins niet, want die zetten
maar al te graag hun beste beentje voor. Het probleem komt van een gans andere kant. Het is
bovendien bijzonder moeilijk op te lossen: vanuit Italië overspoelen zeer goedkope produk-
ten de Europese markt.
Goedkoop omdat de Italiaanse
staat heel wat kleinere kousen-
fabrieken financiële bloed
transfusies toedient, hoewel
die bedrijven veelal niet leef
baar zijn. Bovendien zijn er de
laatste jaren nog fabrieken bij
gekomen, en dit terwijl het toch
zó moeilijk gaat in de kousen
industrie. Dit had o.a. een
piuuuKueuiioreiaing ioi gevolg
waardoor een overkapaciteit
ontstond van pfusminus 45
procent.'
Hier en daar zijn die kleine on
dernemingen reeds tot grotere
bedrijven samengesmolten.
Soms gaat het hierbij meer
naar staatsbedrijven toe. of zijn
het gewoon staatsbedrijven
geworden maar daarmee is het
probleem nog niet opgelost.
Zeer recent nog is gebleken
dat een dergelijk groot bedrijf
zelfs niet eens meer de lonen
kon uitbetalen. De arbeiders
moeten het voorlopig met één
derde van hun loon stellen. En
wat zal weer gebeuren? De Ita
liaanse staat zal bijpassen.
Maar hoelang kan dit nog du
ren? Gaan die bronnen dan
nooit droog komen te staan?
De Italiaanse staat komt vooral
tussen in grondstoffen en ma
chines. Bovendien is het ook
zo dat het Italiaanse bedrijfsle
ven op het sociale vlak (lonen,
sociale voorzieningen) nogal
voorwillekeurvatbaaris. Dit al
les maakt het de Italianen mo
gelijk om zowat 30 procent be
terkoop te zijn.
NIET FAIR?
De grote kousen- en panty
fabrikanten uit d'overige West-
europese landen kunnen op
die manier niet meer konkurre-
ren. In gans Europa is de ver
koop gestagneerd. En toch
produceert men er ginder maar
op tos.
AKTIE
Daarom hebben Belgische,
Nederlandse, Franse en
Duitse fabrikanten hun grieven
aan de Europese Kommissie
kenbaar gemaakt. Want ook in
de rest van Europa gaat het om
het behoud van arbeidsplaat
sen.
«AANBEVELING»
WAARDELOOS
De Kommissie heeft dan een
onderzoek gewijd aan de struk-
tuur van de kousen- en panty
industrie. Daaruit resulteerde
een «aanbeveling» voorde lid
staten van de EEG. (30.9.76).
Maar nu weet ook iedereen dat
een dergelijke aanbeveling niet
de minste waarde heeft. Het is
meer een poging om de
schone schijn te redden. De
Europese Kommissie is zoge
naamd met het probleem bezig
geweest. Maar in feite blijft al
les zoals het was. Welke lid
staat houdt nu rekening met
een doodgewone aanbeve
ling? Zo mag overproduktie fi
nancieel niet meer gesteund
worden. Maar wat zal daar in
de praktijk van terecht komen?
Er moeten ook produktie-
statistieken opgemaakt wor
den. Maar niet alleen komen
die altijd maanden te laat. Men
zet erin wat men wil.
OVERHEID
In onze buurlanden heeft men
noodgedwongen beroep ge
daan op de overheid. Zo zijn in
Nederland de twee grootste
bedrijven samengesmolten.
Maar de staat heeft er in twee
jaar tijd al 600 miljoen frank
moeten inpompen. Ook Frank
rijk geeft ruime hulp. Maar
daarmee is het probleem nog
niet opgelost. Ook in ons land
is men reeds op het departe
ment van Streekekonomie
gaan aankloppen. Maar voor
lopig nog altijd voor dove
mansoren. Bij de Fa Bosteels
is
men tenandere in princiepe te
gen overheidshulp gekant.
Maar in dit geval zijn het duide
lijk moeilijkheden die van bui
ten het bedrijf komen.
PERSONEEL
Voormeld bedrijf is alleszins al
tot een produktievermindering
overgegaan. Voor het perso
neel is dit echter geen bedrei
ging. Men gaat niet tot afdan
kingen over. Wel heeft men
soms de noodoplossing van
tijdelijke werkloosheid moeten
aanvaarden. Maar aan afdan
kingen wordt allerminst ge
dacht.
NIEUWE PRODUKTEN
Om op de markt van goedkope
produkten de eigen kwaliteits-
produktie te behouden, en in
feite ook om te bewijzen dat het
bedrijf leefbaar is, komt de
firma Bosteels ook af en toe
met een nieuw produkt op de
markt, zoals ook onlangs nog is
gebeurd.
OPLOSSING NOG
NIET DIREKT
IN ZICHT
Hoelang de moeilijkheden nog
zullen aanhouden is voorals
nog niet geweten. Veel zal af
hangen van de regeringen in
de EEG-lidstaten. Het verzet is
overigens vooral vanuit België
op gang gekomen. De Bonne-
terie Bosteels heeft hierin
ruimschoots haar aandeel ge
had? In haar genre is het trou
wens een der grootste bedrij
ven in ons land. Gezien het uit
blijven van overheidshulp, was
in ons land het probleem ook
het scherpst gesteld. Men kan
verder alleen nog afwachten
en hopen. In elk geval: hiermee
is de kous nog niet af.
W.L.
ZÉLFM0O£.V Hy
WM1 ycu AAHM
CfZOSS iTtF
V <jöN66££tf-
PttAfj A
PERSONALIA
Onder de talrijke aanwezi
gen bevonden zich uiteraard
voorzitter Florian Herzeelen
en zijn echtgenote, de beide
onder-voorzitters G. Hey-
lenbosch en O. Riga met
hun dames evenals de he
ren F.Palsterman en L.
Ruyssinck respektievelijk
sekretaris en ere-penning-
meester, die als spelende
leden hun plaats op het po
dium dienden in te nemen
en niet zo zeer aan ontspan
ning dan wel aan inspan
ning konden denken. Wie
eveneens in zijn element
was tussen de vele beken-
dén en vrienden was Gilbert
Bourlon die als toekomsti
ge schepen van Groot-Aalst
handen te kort kwam om
iedereen te begroetenme
vrouw Bourlon moest wel
willend toezien hoe steeds
door anderen beslag werd
gelegd op haar man.
Oud dirigent Georges Ver
hulst leek bijzonder in zijn
element als trombonist en
de man uit Brussel, René
Berghmans, drukt als saxo
foon onveranderlijk zijn
stempel op het geheel. Ver
geten wij evenmin de jonge
William Ruyssinck die zeker
professionele allures heeft
ais kiarmetist evens's Aciolf
Breynaert die met piccolo
en dwarsfluit duidelijk pri
ma werk levert.
Al leek het er in het begin
op dat alles niet al te vlot
van de grond kwam, toch
kregen de muzikanten van
St.Cecilia De «schwung» te
pakken, naarmate zij verder
op dreef gerakten. Het
eerste stuk was zeker geen
sinecure en leek ons nog
niet helemaal ingespeeld, al
moeten wij toegeven dat ve
le professionele muzikan
ten de Florentine Mars een
van de moeilijkste werken
vinden. De Virginia-jazz Ou
verture lag al beter in de
hand al ontbrak wel even
tjes de gewenste stemming
waarmee jazz meestal dient
gebracht. Bij Grieg's huldi
gingsmars haperde hier en
daar nog een kleinigheidje
maar alles bij elkaar werd
het geheel sterk gebracht,
voornamelijk gebracht doo:
alt-saxofoon René Berhg-
mans en piccolo Adolf Rey-
naert. Bij de Verdi-Selectie
was St.Cecilia geheel zich
zelf en men kon aanvoelen
dat deze muziek gaarne
wordt gespeeld. Na de pau
ze zat het stuk voor stuk
goed. Show Boat kwam
goed uit de verf, het juiste
ritme was er en het werd
een en al uitbundigheid bij
de meest gekende «songs»,
René Berghans bracht zijn
Lover Prayer zonder moeite
zeer gepast ondersteund
door de andere muzikanten.
Als het ware op het lijf ge
goten was het Caraïbisch
Ritme van de Nederlander
Cees Vlak. Het meeslepend
en opgewekt ritme van zuid-
Amerikaanse werd op een
kleurrijke wijze uit de mouw
geschud. Kort, krachtig en
perfekt kregen wij het slot
de typische Engelse Mars
van M.Willson. Als toe
maatje kreeg het dankbare
publiek nog als meeklapper
en uitblazer de overbekende
Radetzky Mars aangeboden
die gewoontegetrouw in
een daverend applaus uit-
deinde.
Eens te meer bracht de Ce-
ciliafanfare goede muziek
direkt bij de gewone man op
een eenvoudige en ver-
staantbare wijze en dit tot
eenieders genoegen, niet in
het minst dit van de spelers
zelf! Ongetwijfeld een
suksesrijk herfstconcert dat
doet uitzien naar nog meer..