VAN HEKSENJOVERESSIN, KLEDDES, JIPENESSEN, DE MAAR, DE ZWARTE HAND EN ANDER DDIVELS DEDROED m'" i CLAERHAEGSE COMEDIE SPEELT GRATIS VOOR ZIEKEN, GEHANDIKAPTEN EN OUDEN VAN DAGEN 10 1-7-77 - De Voorpost Nadruk verboden. Verboden, zelfs gedeeltelijk, over te nemen. P.J.Henderickx Sagen in het land tussen Schelde en Dender AFLEVERING V Hoe Identificeer je heksen? Hoe maak je ze machteloos? Over rare rode mannekens met ongewone gewoonten. Jipenessen en tobbekens mee vuur. .a 1- Middelen om de heksen ook bulten de kerk, te herken nen... Er kwam bij ons veel een vrouw De mensen zeiden dat een toveres was. Ze zeiden ons dat we een paasnagel onder de deur moestea leg gen. We zouden dan wel zien of het waar was. We hebben dat gedaan als we een nieuw huis gebouwd hebben Treze de toveres kwam weer eens, maar ze geraakte niet over den dorpel en van toen af is ze nooit meer geweest. Daar mee wisten we goed dat het een toveres was. (De Clercq Colette, Nieuwerkerken, 84j) Er kwam hier op een hof altijd een vrouwmens. De kwade hand kwam op het hof. Ze staken ne paasnagel on- der de deur. En aan de poort bleef de die al staan en ze kost niet meer binnen. Ze is er nooit niemeer geweest. (De Vuyst K.Erondegem, 87j) Mijn vader heeft dikwijls verteld dat de paster op ne zekere keer een berechting ging doen mee zijne koster. Als hij daar in de Paarden straat kwam, zag hij een to veres afkomen. De paster zei tegen zijne koster: «De die zal ons niet voorbijgaan». En, mijne God, ze sloeg rap dat baantje aan Bruikerse (van De Bruycker) meers in. Daarmee waren ze zeker dat het een toveres was. Maar hoe die paster dat kost weten, versta ik niet. (Van den Eeck- hout A., Vlekkem, 59j) Vroeger hadden ze hier op de parochie ne rare paster. Hij ging eens een berechting doen. De koster was erbij. Ze zagen een vrouw afkomen en de paster zei tegen de koster: «De die zal niet voorbij ko men». En waarlijk, mee ne keer liep ze ne meers in, waar dat geen straat of wegel lag (De Vriendt G., Vlekkem, 72j) Een goeie truuk, om thuis te proberen... Een vrouw had hier een ge wijd kaartje onder een kopke koffie geleid. Ze zei «We zul len de toveres wel kennen want ze zal dat kopke niet aanraken, ze zal binnenko men en weer aangaan (weg gaan). En ze zal nooit nie meer weerkomen. En als er daarachter een rat binnen komt, moogt ge er niet naar slaan.» En dat is allemaal zo gebeurd. Die toveres is er nooit niemeer binnenge- weest. Maar ik versta dat toch met zelle. (De Clercq C., Nieuwerkerken, 84j) Hoe maak je heksen mach teloos, hoe ontsnap je aan hun tovermacht?.. In Moorlegem (Vlierzele) woonde er een boer bij wie alles tegenging. Hij trok ook naar de paters en die zeiden hem dat hij als hij om klaveren ging een vrouw zou tegenko men en dat hij haar niet mocht aanraken. Dan zou ze hem niets meer kunnen doen. Hij ging om klaveren en hij kwam een vrouw tegen die nijg (zeer) dicht bij hem kwam lo pen, maar hij kwam toch niet aan haar. Als hij weer thuis kwam, liep 't zweet van zijn gezicht. Zulke schrik had hij doorstaan. Maar van sedert (van toen) was het gedaan met tegenslagen op het hof. (Temmermen G., Vlierzele, 90j) Te Letterhoutem aan de beek, woonde er een boer die van alle soorten tegenslagen in zijn stallingen had. De be esten werden ziek en stier ven. Op de duur ging hij naar Gent bij de paters. Die zeiden hem dat hij de zondag daarop naar de vroegmis moest gaan. Er zou daar een oude vrouw aan de kerkdeur staan en hij moest zien dat hij in de kerk geraakte zonder haar te getaken)aan te raken. 'sZorv s ging hij naar de mis en waarlijk daar stond er een vrouw die subiet neffens (ne ven) hem kwam gaan. Hij ge raakte toch in de kerk zorider dat hij aan haar geweest was en van sedert was alles ge daan. (T emmerman G., Vlier zele, 90j) Bij ons thuis hadden ze tegenslag in de stallen. Al de dieren stierven. Ons R en nonkel J. gingen naar Gent bij de paters. Ze vroegen de weg aan 't Manneken van Eegem Die lei hun dat uit en hij zei «Ge meugt (moogt) nooit de weg vragen aan een vrouw». Als ze van voren in Gent kwamen, wilden ze de weg vragen aan een champetter, maar zonder dat ze dat ge zien hadden, stond er een vrouw voor hen. Die- vroeg wat ze moesten weten. Ons R. zei dat ze met hen geen affaire had. Ze zijn dan bij de paters geweest en 't was ge daan. Misschien was dat die vrouw die ons dat aandeed, 't Was misschien de toveres. Maar 't Manneken was toch ook genen uil, hé! (De Vriendt G., Vlekkem 72,) Met brood en zout, met een fles, met wijnwater, iets kruisgewijs leggen.. Zwarte Dorothée woonde juist over de spoorweg op de Ledebaan. Het was er nogal ene. Wanneer de kinderen aan haar huis gingen spelen, verjaagde ze die. En na enige dagen hadden die kinderen brand, Het was een echte. Op het portaal van haar deur stond een lichtte branden Als ge van de die gepakt (beto verd) waart, moest ge mee uw kinderen of ook mee grote mensen, naar de Witheren in Dendermonde gaan, dat wa ren paters en die gaven u dan zout en brood om te versnij den. Dat kost die heks aan u niets meer doen en mocht ge zelfs op haar dorpel gaan zit ten. Als ze gestorven is, mocht ze niet in de kerk en haar huis is heiegans afge broken. Dat is vele jaren ge leden, vanals we kinderen waren (De Neef M.. Aalst. 71j) Mijn moeder vertelde altijd dat er bij de Kleinen te Zon- negem drie meiskens, d'een achter d'ander stierven. In zijn venster zat er altijd één (vrouw). Ze zeggen dat dat een toveres was. Op ne keer had de Kleinen in een fles gewaterd, hij mocht ze niet ontstoppen, zo hadden ze hem gezegd, en er mocht geen druppel verloren gaan. Maar de die (die vrouw) lag toen te kronkelen van de pijn. Ze smeekte hem om die fles uit te gieten. Hij mocht haar naam tegen niemand zeg gen of zij zou zijnen nek ge broken hebben. (De Vriendt G.. Vlekkem, 72j) Binst de oorlog 14-18 woonde er hier ook toveres. Samen met haar broer be woonde ze een net maar oud huisje, een beetje van de kas sei verwijderd. Die mensen woonden daar zo afgezon derd om des te beter te kun nen dóen aan toverij. Waar dat die toveres binnenging, werd zij fijn buitengeveegd of buitengeschuurd (aan de deur gezet) In een gezin wa ren er aardappels nodig en Th. de toveres had er nog te koop. De moeder van dat ge zin zou geen aardappelen eten van die toveres, want ze zouden allen betoverd wor den. De vader, van duivel noch hel benauwd, trok met één van zijn jongens 15j naar Th. de toveres. Ze had den zich thuis allebei wijwater genomen en de vader had aan de jongen gezeid dat hij niets mocht zeggen en als de toveres hem aanraakte dat hij hoger moest tikken bij haar Dat waren toch goeie patat ten, maar dat was omdat ze wijwater genomen hadden. (Govaert O Nieuwerkerken, 55j) Ze hadden hier nen be zem op z'n kruis gelegd om te weten te komen vanwaar de zwarte hand kwam. Ze kwam af en ze kost niet binnen. Van in de schuur stonden ze haar af te spieën (te bespioneren). Ze zei altijd tegen de boerin: «Pak dat weg. allé toe, pak dat weg».'En alzo wisten ze wel wie dat er hen de zwarte hand gebracht had. (De Craecker O.. Impe, 65j) Geef nooit iets gratis aan een heks, aanvaard niets uit haar handen... Als u een toveres iets komt vragen meugt ge dat nooit voor niets weggeven. Hier was er een tovers. Op ne keer kwam zij een beetje zaad bij nen boer. Eerst wilde hij haar niets geven, maar omdat ze nogal gekend was. gaf hit haar toch een kopke zaad, maar hij deed ze toch betalen. Als ze om melk kwam, kreeg ze alleen karnemelk en ze moest die ook betalen. (De Kraecker K., Lede, 90j) In Erondegem woonde er een toveres. Als ze u iets kwam geven, mocht ge dat nooit uit haar handen aan vaarden, anders waart ge be toverd. Ze bracht ne keer een kadeauken aan een vrouw in Erondegem maar die wilde dat niet aannemen. Maar ze bleef schoon spreken en die vrouw zei: «Leg het daar maar op de tafel». Ze moest nu wel, maar ze is er van heel leven niet meer geweest. (Siau C., Lede, 85) Na aflezen herkent men de toveres Te Aalst aan de Lion d'Or was 't wreed (erg) op een hof. Er waren dagen dat ze geen melk hadden, andere dagen hadden ze maar de helft. Inde winter staken ze bussels stro in de ramen van de stallen, maar 's anderendaags lag al les over het hof gestrooid. Er kwam een pater van Affligem. maar die kon het niet uithou den, zo zat het kwaad op die boerderij. Ze zijn dan met z'n tweeën gekomen en ze zijn twee keer moeten komen, 't Zweet liep van hun gezicht, alzo hebben ze tegen dat kwaad moeten vechten. Als ze aangingen (weggingen) zeiden zij: «De die die u dat aangedaan heeft, zal wel ko men vragen wat er gebeurd is. Maar ge meugt het niet zeggen». En ze is gekomen en ze vroeg wat er gebeurd was, maar die mensen wilden dat niet zeggen en ze vroegen haar waarom er iets zou ge beurd zijn. «Hoe komt het dan dat ge nu zo geen tegensla gen meer hebt?», vroeg ze. Dat was omdat zij er nu geen hand meer kost naar uitste ken. Daarmee wisten ze ook wie hen dat aangedaan had. (De Craecker O., Impe, 65j) Heks wordt gepijnigd Eenen van mijn broers kwam naar huis. Daar aan de wal van de pastorij zat Kobe. Mijn broer vroeg haar wat ze daar zat te doen. «Hewel, hoort ge dat niet, er is enen tegen mij bezig en hij zegt altijd «stamp z'erin, stamp z'erin. En hij moet van de kanten van Gent zijn.»Mijn broer hoorde niets en hij haastte zich dat hij weg was. (Van Leuven L., Impe, 75j) Als straf: toveren Er was hier een familie die besmet was met toverij. Ze zeggen dat dat was omdat ze in die familie altijd 'n dans tent uitgebaat hebben (Cammermans Fr., Mespela- re, 72j) Toveres kan niet sterven... Die toveres die hier een be etje verder gewoond heeft is wreed (erg) oud geworden. Als haar tijd daar was. kost ze niet sterven. Ze moest eerst haar macht op een ander om zetten. Ze zeggen dat ze haar macht op haar dochter heeft overgezet. (De Vuyst C., Vlierzele, 44j) Als een heks u aanraakt, raak ze dan hoger aan... Lie zat op haar kussen te wer ken (kant klossen) en de heks kwam bij haar binnen. Ze kwam eens naar het kussen kijken en ze wreef op Lie s arm. Maar Lie tikte haar hoger aan en daarmee kost dat geen kwaad. (Lievens H Me- re. 78j) In vorige afleveringen hebben wij het sagenmotief «heksen- toveressen». uitgebreid be handeld. Een ander sterk ver spreid sagenmotief is de aardgeest: in de vorm van ka- oouters. dwergen, rode man nekens. Zij komen vaak voor in onze volksverhalen Het zijn geenszins hulpvaardige geesten. Daartegenover zijn de jipenessen eerder vrede- lievende en sociaal voelende, hulpzame geesten. Het werk van de jipenessen zou voornamelijk Destaan uit het wassen van het goed dat door de huisvrouwen 's avonds aan de deur wordt gezet De jipenessen vragen dan als be loning «een telloor papmee mastellen en siroop» of «ge woon een beetje eten» of ook «een boterham en een kopke café» En de jipenessen hou den er wel eigenaardige ge woonte op na in verband met sterven, vergaderen enz Rode mannekens, kabou ters of mannekens met rode mutskens Dat heb ik onze Miel altijd horen vertellen. Bij zijn vader thuis te Voorde hielden ze een afspanning open. Iedere keer als zijn grootmoeder in de kelder om drank ging, lag er boven op de bierton een rood manneke. Ze kwam naar boven gevlucht en als d'ande- ren gingen kijken, was er niets meer te zien Van schrik zijn ze naar Schaarbeek t' Aalst verhuisd. (CoppensCI., Erpe. 72j) Op nen avond kwam er nen veekoopman en zijn vrouw mee paard en koets voorbij de Dikke Linde van Bavegem «Ewel, ze zeggen dat de duivels hier 's nachts komen, dat ze nu ne keer af komen», zei hij tegen zijn vrouw. En al mee ne keer stond er een fciele bende kleine mannekens mee rode mutskens rond de koets. Hij heeft zijn paard nog nooit zo rap doen lopen en hij heeft nooit meer voorbij de Dikke Linde durven passeren. (Leyman E„ Oordegem, 87j) Ik heb horen vertellen dat de koeien 's avonds behekst worden. Dat waren de kabou ters die hun mutsen op de koppen van de beesten zet ten en die rond de koeien dansten (Brisard A., Aalst, 56j) De Hipenessen De jipenessen hielpen de mensen, 's Avonds werd de was buiten gezet aan de deur. Er werd een telloor pap mee mastellen en siroop bijgezet en 's anderendaags was de pap weg en de was was ge daan ook. (De Waele M., i Vlekkem, 51j) Hier in het Kloosterbos woonden er jipenessen. Dat waren oude vrouwkes die niemand kwaad deden. De mensen zetten hier vroeger 's avonds hun was aan de deur mee nen boterham en een kopke café en 's ander endaags was alles proper en schoon gewassen. Ze zeg gen dat de jipenessen dat de den. (Leyman E.. Oordegem, 87j) Oude jipenessen worden levend begraven Mijn moeder vertelde altijd dat ze van haar grootmoeder horen zeggen had dat er op hun hofstee een jipenes be graven lag. Die jipenes was een wreed oude vrouw. Ze is levend begraven geworden door haar stamgenoten, ter wijl dat ze de volgende woor den zeiden: «Oude moeder kruip in d'aarde Deze van hierboven zal er u uithalen. Haalt deze van hierboven er u niet uit, De duivel zal u eruit halen.» (Van den Eeckhout A., Vlek kem, 59 j) Op Mespelare hebben er nog jipenessen gewoond Dat was een soort zigeuners. Er is hier ne keer één getrouwd, dat moet een aardig (raar) feest geweest zijn Als er een jipenes oud werd. begraafden d'andere haar levend. Ze ga ven haar geld mee en ze zei den «Kruip erin. oude moe der, ge zult in een andere we reld jong worden». (Cam- merman F. Mespelare. 72j) Feestende jipenessen Mijn peetje (peter) vertelde al tijd dat er op Peetenzën boogerd (boomgaard) nog een huizeken gestaan heeft. Dat stond al lang leeg en 't was vervallen Dat was daar alle nachten bal. Hij zei dat dat de jipenessen geweest zijn, die daar kwamen fees ten. (De Waele M., Vlekkem, 51j) Let op voor jipenessen! In den tijd leefden er hier jipenessen. Ge moest oplet ten wat dat ge deed. Er ging hier enen naar de kouter en er liep daar een jipenes. Aan een plek vlas zei ze tegen die mens «Wrijf ne keer over dat vlas.» Hij wilde dat niet doen en 's anderendaags lagen al zijn beesten dood. (Van der Streeck B., Oudegem, 76j) Als we nog kinderen wa ren en op den boogerd speel den, gebeurde het dat we daar iets vonden gelijk als uit gedroogde appels of oeren of iets dat erop trok (geleek). Dan zei ons grootmoeder: «Dat zal wel van de jipenes sen zijn» En schrik dat we dan hadden. (Van den Eeck hout A.. Vlekkem. 59j) VUURGEESTEN Een tobbeke vuur Op nen avond kwam er iemand van Edixvelde. Als hij daar op den Ommegang kwam, kwam daar mee ne keer een tobbeke mee vuur voor zijn voeten gerold, en dat bleef voortrollen. Hij had vre selijk veel schrik en hij ging dat vertellen aan de paster. «Mijne vriend, ge meugt van geluk spreken, dat ik nog op was of ze waren mee u weg geweest naar d'helle. (De Geyter C., Erpe, 66j) De pollier (poelier) van Mere kwam op ne zondaga vond van Aalst. Op de baan bolde er altijd nen tobben vuur voor hem tot als hij in de hui zen kwam. Hij kwam de paster 's anderendaags tegen en hij vertelde dat. De paster zei hem «Man, ge hebt chance dat ik nog op tijd was of ge waart gepasseerd (dood). De Vuyst K Eronde gem. 87j) Ikzelf ging ne keer naar Westrem en de «Manken» kwam mij halen Op de steenweg tussen Bavegem en Westrem sprong er mee ne keer nen groten bol vuur voor mijn voeten en ik zag hoe dat er hem een onzichtbare macht in de gracht trok. Die macht kost ik niet zien, maar den bol vuur heb ik heel goed gezien. (Van der Putten K., Bavegem 64j) Vuurgeest in de gedaante van een vrouw Zekere nacht wordt er op Goren zijn deur geklopt. Zijn vrouw zei hem nog dat hij moest blijven liggen, want 't zou toch iets zijn dat niet deugde. Maar Goren had van niemand of niet schrik en hij ging opendoen. Voor de deur stond een oude vrouw. Ze vroeg hem of hij met haar wou meegaan tot aan het Erps ka pelleken. Goren trok zijn vest aan en hij stapte mee op. Maar als ze aan 't Erps kapel leken kwamen, zag hij mee ne keer een grote straal vuur en 't vrouwke was op en weg. Go ren kwam weer naar huis, maar hij was nog niet goed binnen, of er werden drie grote kloppen op de deur ge geven Hij sprong buiten en hij zag weer die straal vuur en hij hoorde heel goed ne spot- lacht. (De Sutter Ch.. Lede. 8 Ij) Volgende week: over stal kaarsen. geheimzinnige ge luiden en framassons.. Zoals vroeger al bekend gemaakt werd, opent «De Claer- haegse Comedie Meldert» als het ware het toneelseizoen 1977-1978, en dit op de manier die deze vereniging typeert. Op 12-15-19 en 20 augustus spelen zij, op de binnenkoer van de Brabantse hoeve Van Cauwelaert, Nieveldriesweg, (dezelfde hoeve waar zij vong jaar «Pee Klak» met enorm sukses opvoerden) het be kende stuk «De Filosoof van Hagem». naar het boek van Jef Scheirs in een bewerking van Karei Ruyssinck. 't Aanvangs- uur van deze vertoningen is 21.00 u, en dit om gebruik te kunnen maken van de belich ting. De organisatoren hebben inderdaad geopteerd voor dit latere (zomer) uur, omdat zij van oordeel zijn dat een opvoe ring met lichteffekten sfeervol ler is dan zonder Dit aanvangs- uur zou natuurlijk problemen scheppen voor zieken, gehan- dikapten en ouden van dagen, een groep mensen waarvoor de inrichters steeds aandacht gehad hebben (Denken wij eraan dat zij vorig jaar liefst 100.000 F schonken aan «Levensvreugde-Aalst») Dit blijven zij doen. Om deze men sen optimale kïjkkansen te ge ven, spelen zij op zondag 14 augustus om 15.00 u gratis voor zieken, gehandikapten en ouden van dagen. Daarom doen de inrichters nu reeds een beroep op de voorzitters en/of sekretarissen van bonden die voor deze gratis-vertoning in aanmerking komen. Zij vragen hen dat zij zouden kontakt op nemen met de inrichters. Dit kan telefonisch gebeuren op het nummers 052-35.67.57 (Luc Cooreman), en 053- 70.51.81 (Piet Bernaert). Wat de rolverdeling betreft, hierin schuilt eveneens een (grote) verrassing. Doch hier over volgt ten gepaste tijde nog uitleg. Wij duimen echter nu al voor deze mensen, en hun ver eniging, die steeds meer aan belangrijkheid wint in de Fal- luintjes L.H. Chris en Tineke staan in de zomer in de felle zon naar een paar koeien te kijken. Een koe wandelt naar het uiteinde van de wei en gaat onder een afdakje staan. Waaron zou die koe zo iets doen? vraagt Tinneke aan haar broer. Dat is toch heel normaal, zegt Chris, anders wordt de melk zuur

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Voorpost | 1977 | | pagina 10