IS ER NOG HOOP VOOR DE ROEMRIJKE
AALSTERSE TEKENSCHOOL?
VOLKSDANSGROEP
«DE LEEUWERIK»
UIT LEDE KREATIEF
VOOR IEDEREEN
24 - 19-8-77 - De Voorpost
DEEL 1
In het jaar 1805 kwam te Aalst voor het eerst de officiële stedelijke akademie tot stand. Een leerschool
waar de rijkelui-jeugd ging tekenen naar het leven. De aanleiding tot de oprichting van een stedelijke
akademie werd in de hand gewerkt door de suksesrijke private tekenschool van Gillis Jan-Baptiste, een
Antwerpenaar dewelke zich hier kwam vestigen. Dit gebeurde al op negen mei 1777 zodat in feite Aalst al
zo'n 20Ó jaar een tekenschool binnen haar muren heeft.
nieuw en voorgoed op gang. Bij de
stedelijke overheid kwam de ge
dachte op te starten met een afde
ling voor het ontwerpen van
nieuwe schoenmodellen. Een
vierhonderdtal leerlingen volgden
er avond- en zondaglessen in het
model maken. De «essentie» van
een dergelijke opleiding in een
akademie wed nooit volwaardig
aangevoeld. Het ganse projekt had
meer met het ambachtelijke te ma
ken dan met het kreatief ontwer
pen van de modellen. Het idee
werd nooit in zijn geheel uitge
werkt al heeft men er enkele stu
diejaren meegemaakt. Nochtans
zat er wat in om de schoennijver
heid in het Aalsterse langs deze
weg op een aktueel niveau te hou
den. Men kon er tevens aankno
pingspunten in vinden met de idee
van Gropius.
Ignace De Vos: «In die tijd was er
ook een sterke aanvoer van schil-
dersgasten. Deze kwamen zich
hier vervolmaken in de techniek
en kleurschikking. Hun bazen wa
ren er fier op te kunnen vertellen
dat de gasten nog naar de
zondag-les trokken.
Dc stad beschikte toen over enkele
leraars met naam. Bij hen een paar
jaren les volgen was een eer, en
in de ogen van de bazen en hun
klientecl was men achteraf een
«goeie».
Met publicitcitstekenen werd in de
akademie slechts rond 1935 ge
start. Op dat ogenblik was het
Bauhaus aan zijn einde gekomen
Gewurgd door het opkomend na
tionaal socialisme welke de oorlog
voorstelde aan elke artistieke ver
nieuwing. In de schilderkunst had
zich al een verstrekkende evolutie
doorgezet. In de internationale
kunststeden zoals Parijs. Londen
en Milaan werd de abstrakte kunst
voor een deel aanvaard. In Vlaan
deren had het expressionisme zijn
hoogtepunt bereikt
De aflossing
Gustaaf Van Der Meersche was
direkteur sinds 1933 en werd op
gevolgd door Antoon Blanckaert
in 1956-57. De aflossing van dc
lerarengeneratie van voor dc
tweede wereldoorlog echter werd
niet efficient doorgevoerd. Er was
geen sprake van een vernieuwde
artistieke kwaliteit. De aanvoer
van de nieuwe leerkrachten was
niet mee geëvolueerd met de tijds
geest. Daar stelt zich een funda
menteel misverstand dat wellicht
beslissend kan worden voor de
toekomst van de akademie.
Bij het einde der 50er jaren was het
nog onmogelijk abstrakt te schil
deren binnen de akademie. Dc ar
tistieke vrijheid van de leerlingen
werd afgeremd.
De schilder Halter Schelfhout:
«men kwam me zeggen dat ik er
moest mee ophouden lyrisch ab
stract te schilderen. Ik was als jong
student een bewonderaar van
Slabbink en onderging dan ook
zijn invloed. Dat mocht ik m dc
akademie niet verwerken». Ab
stract schilderen werd binnen de
akademiedcuren geweigerd.
Thuis in het geniep dacht Schelf
hout er anders over. Hel remmend
onbehagen van de akadcmische
opleiding heeft hem niet belet er
mee door te gaan. Zijn invloed op
allerlei artistieke gebeurtenissen
in het Aalsterse is niet gering ge
weest.
Steeds uitgebreider werd in de
akademie aandacht besteed aan de
nevenaspekten van de beeldende
kunst. De instelling evolueerde
naar een ambachtelijke bedoening
steunend op voorbeelden uit het
verleden.
Oud-direkteur Antoon Blanc
kaert: de overschakeling van de
vrije kursus schilderkunst naar het
secundair onderwijs kan als reden
voor teruggang schildersklas ge
zien worden». Nu volgens Blanc
kaert diende het programma een
totale hervorming te ondergaan en
is nu een vrije opleiding slechts
mogelijk in een hogere afdeling.
De stad zou een dergelijke afde
ling kunnen inrichten maar vol
gens Blanckaert rijst dan nog de
vraag of er wel voldoende leerlin
gen voor beschikbaar zijn. In een
niet al te vloeiend, per telefoon
gevoerd gesprek met ons had hij
geen afdoende kommentaar op dc
bewering van Schelfhaut, dat het
hem niet werd toegelaten abstrakt
te werken in de akademie.
Uit door ons bij bevoegde instan
ties ingewonnen inlichtingen
blijkt dat in zes van de zeven
Vlaamse akademies nog een vrije
schildersklas bestaat. Ook in Aalst
is daar vraag naar. Deze vorm van
scholing komt nu eveneens voor
nationale subsidie in aanmerking.
Opleiding
Daar waar het Bauhaus voorstelde
de invloed van de kunstenaar te
laten gelden op de ontwerpen van
produktiegoederen, werd in Aalst
een andere weg gegaan. Iedereen
die wat met beeldende kunst te
maken heeft beseft dat de basis
van een goed kunstenaar zijn te-
kenkunde is. Dat hij de materialen
moet kennen waarmede hij om
gaat. Maar ook dat de vrije en ar
tistieke inspiratie niet mag worden
afgeremd maar een bevoorrechte
steunpilaar is voor een verdere
toekomst.
De kunstenaar is de ontwerper en
wordt geschoold in de akademie
op basis van een degelijke oplei
ding. De uitvoerder vak-man
wordt opgeleverd in de technische
vakschool. Een kombinatic van
beiden is mogelijk maar niet
noodzakelijk Een prak-
De voorgevel van de Akademie voor Schone Kunsten. (SJ)
tisch voorbeeld van een dergelijke
opvatting is het werk van de meu
belontwerper Pieter De Bruyne
uit Aalst Dc Bruyne blijft als
kunstenaar-ontwerper de richting
van zijn werk aangeven, vaklui
zijn de uitvoerders.
In 1937 werd de Prijs Valerius De
Sacdeleer ingesteld. Hij had voor
namelijk tot doel een vernieuwde
uitstraling te geven aan de akade
mie. Dc studenten aan te moedi
gen
Ignace De Vos: »Dc Dc
Saedelcer-prijs was bedoeld voor
de laatste jaarsafgestudeerden. Zij
mochten nog cén jaar op «eigen
initiatief» van de akademie ge
bruik maken en werk insturen voor
dc prijs». In het begin bouwde
men met dc prijswinnaars een
merkwaardige verzameling uit.
Want de laureaten dienden een
werk aan dc stad af te staan. Deze
kollcktic zou nu een prachtig
overzicht te zien moeten geven
van enkele tientallen jaren.
Maar is de verzameling nog inlakl
gebleven Werd de waardigheid
van dc prijs met de jaren niet aan
getast door een dalende belang
stelling Is dc toekenning ook al
dc laatste jaren wel verantwoord
over de beweging der 60er ja
ren» gaan wij het later nog eens
uitvoerig hebben.
Problematiek
In 1805 waren de media waarover
men beschikte voornamelijk met
de hand en het woord gevormd
Nu in 1977 zijn deze media uitge
breider. Film. video, wetenschap,
telex en zelfs laserstraal staan ter
beschikking van beeldende kun
stenaars. Tijdens de recente ope
ning van de Documcnta 6 te Kas
sei in West-Duitsland werd
«kunst» per satclict dc wereld in
gestuurd. Uiteraard is dit alles niet
mogelijk in een Aalsterse akade
mie. Maar een en ander dient toch
te worden aangepast Zelfs de bi
bliotheek heeft weinig informatie
over de middelen waarover dc
kunstenaar vandaag beschikt. Een
onderzoek ter plaatse leerde ons
dat zelfs geen enkel ernstig heden
daags kunsttijdschrift ter inzage
ligt. En dat is toch een minimum.
De problematiek rond de akade
mie is zich blijven opstapelen.
Onvoorstelbare diskussics werden
uitgelokt om het probleem van dc
te smalle huisvesting. Voorstellen
'en ft
Een rijzende ster in het Lecdsc wereldje van alles en nog wat
ongetwijfeld de jonge volksdansgroep «De Leeuwerik». Vorig jf
ontslaan uit een volksdanskursus, hebben ze op dit ogenblik re h' Kt
heel wal aklieve en kreatievc optredens achter de rug, her en
llun optredens vallen steeds in de smaak van het grote publiek,
v oor elkeen, jong en oud.
VOLKSDANSKURSUS
orig werkjaar startte in jeugd
huis Leeuwerik een nieuwe
volksdunskursus op initiatief
en onder leiding van Luk
Kassehaerl. Deze kursus kende
een meer dan bevredigende
belangstelling en dat was uiter
aard het sein om er het volgende
werkjaar mee verder te gaan. In
vergelijking met vorig jaar
kende dit nog heel wal meer
bijval. 45 ;i 50 mensen kwamen
opdagen op de eerste bijeen
komst. zodat het noodzakelijk
bleek een opsplitsing te maken
in twee groepen, onderricht aan
mensen die jonger zijn dan lb
jaar. de zondag komen de
ouderen aan de beurt.
In een eerste periode, zo lot mei
van dit jaar. werden de klassieke
volksdansen onder de voelen
genomen. Nog enkele touches
moeten gegeven worden om dit
deel perlëkt te maken. De
tweede |X*riode daarentegen
werd gebruikt om vreemde
volksdansen onder de knie te
krijgen, zoals Israëlische, Zaï-
reese. enz... Blijkbaar bestond
hiervoor heel w at meer interesse,
want de kursisten waren heel
w at regelmatiger aanwezig.
VOLKDSUANSGROKI»
I oen de leider (soms ook dc
lijder) l uk Kassehaerl merkte
dat zijn dicipelen heel wat in
luiii mars gekregen hadden,
groeide liet idee om te starten
met een volksdansgroep en met
de/c naar .buiten te treden.
Limiddellijk werden een aantal
kontakten gelegd en werd op
(ie/e voorstelling gereageerd. Zo
gaven de mensen van de groep
hun eerste optreden tijdens het
K -leest van de plaatselijke
aldelittg. begin dit jaar. Volgden
nog optredens voor bejaarden.
■peilingen van icntooiisiellin-
vn. eu/. Ook builen Lede was er
interesse, /o maakte dé-
van hel meiboom feest te Me
een succes, en bezorgden
jeugdhuis Dido in Erpe eens e
echte kreatievc avond. Nog
en der werd opgetreden, zo o
op de H'an/eclse Dorpsfeest!
vorige week. waar zij ook
succes oogstten.
VOLKSDANSFEEST
Doch niet enkel via Optredens
de groep zinnens om naar buit
te treden, zij zijn nu volop
het werken voor een volksdat
leest dat over enkele wek
georganiseerd wordt, nies
paald op 11 seplembei
Hiermede willen zij nu hi
eerste verjaardag vieren. Hi
bedoeling hiervan is eei
moeting te organiseren m
zo groot mogelijk aantal voll
dansgroepen. Voorlopig ziel i
programma er als volgt uit: in
namiddag een aantal ge/.an
lijke dansen niet alle aanwe/i
groepen. Nadien een al/ondi
lijk optreden van elke groep.
Ie vooravond dan een ma;
vullend uurtje en 's avonds is
volksbal voorzien met een g;
optreden van John Lundstrc
Reeds heel wat volksda
groepen verzekerden hun i
dewerking aan (leze Volk
leesten.
Dl TOEKOMST
In de toekomst willen zij lu
werking nog meer uitbreid
om zodoende nog een ruin
publiek te bereiken. Hiervi
maken zij nu reeds gebruik v
een eigen dekor. geluids-
lichtinstallaiie. Zij brengen i
variatie van dansen niet a;
sluitende teksten Jaarbij. lei
leest dal wal Irissc aklie
krcativiteil wilt bijgezet zien.
ongetwijfeld zeer te viedëii
in deze jor
\ION DEGENl)
Tekenkunst levend mode! uit het grijze foto-archief.
De binnenkoer van de Akademie (SJ)
(SJ)
Schepen Herman Roels, sindlV:
augustus verantwoordelijk vf
onderwijs en kuituurzaken. Rol
«Kredieten voor de Sulb zijn ife
niet goedgekeurd op nation!
vlak». Voorpost: «Hoelangnog!
Roels: «Weet ik niet, maar het li
zelfs nog tien jaar worden». «Ikp
boordevol ideeën maar bouw gl
luchtkastelen ik heb gevrai
aan de diensten mij het grondpPe Aa
ter hand te stellen om de situati^ebei
onderzoeken In elk geval fpGllI1
vanaf september dagelijks Jetwt
man ter beschikking zijn om repT d
raties uit te voeren»VP: Heejeel t
zich een idee kunnen vormen Jiet a
de struktuur van het kunstomfOk 1
wijs. Roels: «Geen idee. u mialstt
begrijpen, ik ben pas verantwolsast
delijk». lenw
Waarvoor wij inderdaad begfertec
opbrengen. irrorv
De socialisten waren in de jeme
meentelijke verkiezingstrijd jteed
enigen die roerden aan de akat
mische instelling. In hun pro|
ganda opteerden ze voor een kr
tieve «vrije» akademie. Een so
centrum waar men zijn ideeën I
uitwerken. In het politiek dc
dat De Voorpost organised ge
stipte D'Haesclcer aan dat de P\
een uitbreiding van dc akaden 1
niet in dc weg zou staan. Maar
het fundamentele aspekt
geen enkele partij van de grot
Het is nochtans dat fundament
aspekt dat remt op het uitbrek
van de akademie als kreatieve
stelling
(vervolgt)
ROGER D'HONfl
reeds opgelopen tot 290 De aka
demie vierde zijn honderdjarig be
staan met een schitterende ten
toonstelling. Met werken van le
raars en studenten. In die tijd door
drieduizend personen bezocht.
Weldra groeide het aantal leerlin
gen tot 346 uit.
De akademies in het Vlaamse land
plukten toen nog de vruchten van
enkele eeuwen hooggekwoteerde
Nederlandse en Vlaamse schilder
kunst. Velen voelden zich dan ook
aangetrokken in het voetspoor
mee te gaan om roem en glorie te
verwerven in de Europese kunst
steden. Aalst heeft het geluk ge
had in die tijd over 'n vakkundig
lerarenkorps te beschikken. Van
1900 tot bij de tweede wereldoor
log werden de studenten opgeleid
door schilders-leraars met naam.
zoals Jan Van Malderen. Trip-
hon De Smet, architekt. Jan
Mulder, Frans Lemaitre, Gus
taaf Van Den Meersche en Mau-
rits Scheick.
De omwenteling
Maar door allerlei omstandighe
den werd in deze periode de om
wenteling naar de moderne kunst
gemist. Niet omdat Aalst maar een
bescheiden provinciestadje was.
Maar ondermeer omdat het van
een residentie plaats naar een
grauwe fabriekstad was overge-
groeid.
In het voorjaar van 1919 richtc
Walter Gropius in de Duitse stad
Weimar het Bauhaus op. Deze in
stelling stelde tot doel de integratie
van dc kunst in de gehele indus
triële vormgeving. Dit betekende
dat mode-ontwerpers gevormd
werden na een grondige opleiding
in de kunstwetenschappen. De in
vloed van de kunstenaars werd
daar overgebracht op het meubel
drukwerk, architectuur enz...
Walter Gropius schreef daarover
eens: Architekten. beeldhou
wers, schilders, wij moeten allen
naar het handwerk terug Er is
geen kunst als beroep. Er is geen
wezenlijk onderscheid tussen dc
kunstenaar en de handwerker». De
invloed van het Bauhaus is zich
verder blijven doorzetten. Met het
gevolg dat het modern design van
nu sterke verwantschappen onder
gaat met de beeldende kunst.
Op het einde van de oorlog werd
de akademie kortstondig bezet
door Engelse troepen. Een en an
der werd verwoest achtergelaten.
In het Brusselse bevond zich een
wereldberoemd atelier dat interna
tionale vermaardheid verwierf in
het gieten van plaasteren beelden
De serie plaasteren beelden waar
over de stedelijke akademie toen
beschikte werd gehalveerd.
In 1945 kwam de werking op-
Improviseren op de gitaar bij één van de laatste Aalsterse -pissoinen
Het begin
De akademie had in die tijd geen
vaste verblijfplaats. Waarschijn
lijk omdat men niet al te goed wist
wat er te gebeuren stond met een
«kunst akademie». Bij vele bur
gers werden kunstenaars ervaren
als gespuis. Ook koste het
akademie-volgen veel geld. De
kandidaat leerling-kunstenaars
hadden dus met een dubbele moei
lijkheid af te rekenen.
Petrus Van Nuffel schrijft daar
over in zijn boek over Jozef Me-
ganck, de eerste Aalsterse aka-
demieker, die zich na zijn studies
een faam opbouwde als historie
schilder.
Meganck, zoon van een slachter in
de Pontstraat, schoolde zich in
Aalst onder de leiding van de eer
ste bestuurder Guillaume Van
Buscum (1803-1831Samen met
zijn tijdgenoten P.F. De Pau en
Van Thienen werd Meganck her
haaldelijk door de stad financieel
ondersteund. Dit om zich in Brus
sel en Parijs te kunnen vervolma
ken. Deze geldelijke steun waar
mede het stadsbestuur toen zijn
kunstenaars vereerde. Meganck
was pas 24 jaar toen hij een pen
sioen van 1200 franken ontving,
was niet slecht bekeken. Want in
ruil daarvoor werden verschil
lende werken door deze kunste
naars aan de stad geschonken. Zo
kwam men tot een bezit aan kunst
van plaatselijke schilders. Een
idee dat ook nu nog een zekere
aktualiteit inhoud. In 1831na dc
dood van zijn vader, werd Willem
Van Buscum zijn opvolger als be
stuurder. De Pau weid als onder
bestuurder aangesteld. In de 150-
jarige geschiedenis van de akade
mie werd De Pau ook de enige
geboren Aalstenaar die er een lei
dende funktie waarnam. Vooreen
kortstondige periode van drie jaar
dan nog maar Later zou Antoon
Blanckaert de tweede geboren
Aalstenaar zijn als direkteur
Louis D'Haeseleer een werkbe
zoek afgelegd aan de akademie
«Om er zich van te vergewissen in
welke slechte toestand lokalen en
infrastruktuur zich bevonden
Stelselmatig is de akademie sinds
die tijd afgetakeld naar een instel
ling van bescheiden niveau. Ze
behoorde eens tot de beste in
Vlaanderen. Een opleiding in
Vlaanderen gegarandeerde uitste
kende resultaten in Gent of Ant
werpen.
Ruimte, materiaal, inhoud en
struktuur werden weinig of nieta
aangepast aan de noodzakelijke
behoeften. Slechts in de tweede
helft der 50er jaren werd het ge
drapeerd model vervangen door
een naakt voorzittend model.
De afremmende mentaliteit heeft
vooral buiten de instelling gevol
gen gehad. Na de 60er jaren kwam
ook in Aalst de abstrakte kunst de
kop opsteken. Door initiatieven
van jonge ambitieuze kunstenaars
en kunstliefhebbers Het pas ge
restaureerde Oud-Hospitaal werd
ingepakt door exposities als die
van de «Takel-groep». De kleine
-garage-galerie» Vertikaal in de
Stationstraat maakte de stroming
naar de nieuwe kunst in het Aals
terse wakker. Maar meteen werd
ook duidelijker welke achterstand
het artistieke peil van de akademie
met «de tijd bleef oplopen. Maar
van hier en daar werden gedaan.
Men dacht aan een stuk nieuw-
goed op het terrein Terlinden. Een
vooralsnog utopisch voorstel be
vattende een modieuze uitbreiding
van de bestaande (kern)-
gebouwen (waarbij zich dan ook
de muziekakademie zou kunnen
vestigen), het domein Schelfhout
in de Zonnestraat werd vernoemd
en nog later werd een stuk fabriek,
de Sulb. in de onmiddellijke om
geving van de bestaande instelling
aangekocht. Maar de politici heb
ben nog geen besluit genomen be
treffende een eventuele uitbrei
ding. De Sulb ligt te wachten en
restaureerd ondertussen zichzelf
als archeologisch erfgoed voor de
toekomst.
De nieuwe kommissie van toe
zicht, negen leden, welke in april
van dit jaar werd geïnstalleerd
werd van het begin af aan gekon-
fronteerd met dit netelige pro
bleem Netelig is het wel omdat
de kommissie indirekt betrokkene
is en advies moet uitbrengen aan
het stadsbestuur. Maar uiteinde
lijk zijn het deze bestuurders
welke de beslissingen nemen.
De voorzitter van de kommissie
maakte daar allussie op tijdens de
recente proklamatie Een drin
gende inspanning wordt gevraagd
aan het bestuur om dc situatie tc
redden Als dit niet met konkrete
plannen zou gebeuren is de zaak
voor de toekomst verloren en zien
sommge leden het niet meer zit
ten.Men zit er toch niet voor de
soep alleen
We gingen ons licht opsteken bij
Nationale erkenning
Van bij de oprichting tot haar 50-
jarig bestaan huisde de akademie
op drie verschillende plaatsen. In
de Pontstraat in de oude gebou
wen waar nu het lyceum zit, in het
voormalig schepenhuis en later
nog in het oud-stadhuis. De oplei
ding tot «vakman» in het schilde
ren, tekenen en beeldhouwen. In
1835 werd met de komst van de
nieuwe bestuurder Cornelus
Eduardus-I.aurent ook een su-
mier begin gemaakt met de bouw
kunde.
Bij de eeuwwisseling werd de
akademie ondergebracht naar de
nu nog in gebruik genomen ge
bouwen van het Oud-Hospitaal.
Het aantal studenten was toen