AALSTERSE APOSTEL JAN DE WILDE V
ZINGT IN EIGEN STAD
FILM BIJ ONS
ENGLISH CHAMBER ORCHESTRA
TE AALST
FESTIVAL VAN VLAANDEREN 1977
Het Festival van Vlaanderen Aalst 1977 zal een veelbelovend begin kennen: niemand
minder dan de musici van het vermaarde English Chamber Orchestra zullen op 9
september te gast zijn in onze stad. Ongetwijfeld wordt dit konsert een hoogtepunt
uit het festival-gebeuren. Het optreden zal doorgaan in de Sint-
Maartenskerk te Aalst te 20.30 uur. Het orkest werd opgericht in 1948 en droeg
oorspronkelijk de naam van zijn stichter: «Goldsbrough Orchestra». Het orkest
verwierf vooral vermaardheid als uitvoerder van 18e eeuwse muziek. In 1960 nam het
definitief de naam «English Chamber Orchestra» tot zich; een naam die beter de
aktiviteiten van het orkest in het licht stelt. Reeds enkele seizoenen richten zij zelf
koncerten in, treden op bij de B.B.C. en maken talrijke koncertreizen.
Hun repertorium is zeer uitgebreid. Talrijke vermaarde dirigenten leiden het orkest,
zowel op koncerten als bij plaatopnames. Revelerend is de opname voor E.M.I. van
de Mozart-pianoconcerto's met Daniël Barenboim ais solist en dirigent. Voor DECCA
speelde het orkest onder leiding van de betreurde Benjamin Britten werk van Mozart
en Schubert (Onvoltooide Symfonie). Vele werken werden opgenomen onder leiding
van Raymond Leppard. Grote solisten als David Oistrach, Elisabeth Schwarzkopf en
Arthur Rubinstein koncerteerden of zongen met het English Camber Orchestra.
Het koncert dat het English
Chamber Orchestra op 9 sep
tember ten beste zal geven
omvat werken van Rossini.
Halstead, Mozart en Schubert.
Solisten zijn Jose Luis Garcia,
viool en Nail Black, hobox. De
leiding berust bij eerstgenoem
de. Toegangskaarten voor dit
koncert zijn te verkrijgen op het
toeristisch informatiebureau,
Belfort, Grote Markt te Aalst en
dit van 15.00 tot 18.00 uur.
T elefoon: 053/21.57.51toestel
100. Pus-3-passers en hou
ders van een kultuurkaart ge
nieten 50 vermindering op
de prijzen, vastgesteld op 250,
200 en 150 F.
Mozart: Vioolconcerto nr.1 in
Bes, KV207
In 1775 heeft Mozart 5 viool
concertos geschreven: voor ei
gen gebruik, en voor de orkest
leider aan het Salzburgse hof,
Brunetti. In deze concerto's is
roccoco-traditie schering en in
slag. Het uitgevoerd vioolcon
cert is één van de twee minst
Deze 5 concerten stammen uit
Mozarts Salzburgse periode en
vormen in zekere zin een min of
meer samenhangend geheel,
omdat ze kort na elkaar zijn ge
schreven, binnen de tijd van
drie maanden. Naar de uiter
lijke vorm zijn de vijf concerten
vrijwel identiek;alle drieledig,
het eerste deel in hoofdvorm
met vier tutti en daartussen be
sloten soli, het tweede deel een
innig gevoelig cantilenestuk,
het derde deel een «Rondau»
(presto) met allerlei geestige
wendingen en invallen. Maar
binnen dit kader tonen de con
certen weer onderling karakte
ristieke verschillen en hebben
zij elk een zeer eigen fysiono
mie, natuurlijk in de eerste
plaats wat de muzikale inhoud
betreft, maar ook naar vorm.
Schubert: Symfonie nr. 5 in
Bes, D 485 (1816)
Het eerste allegro van dit in
1816 gecomponeerde werk
begint zonder langzame inlei
ding, doch met een «aanloop-
Je» van 4 maten een derge
lijke structuur heeft ook de Fi
nale van Beethovens Eroica
dat in de aanvang van het 2e
deel (de doorwerking) viermaal
terugkeert, doch hier in
transito-verkeer. Vorm noch
inhoud stellen problemen;de
vorm is in zoverre gewoon bij
Schubert, dat de reprise in de
onderdominant Es begint, zo
dat ze weer een getrouwe
transpositie van de expositie in
het eerste deel wordt.
Het derde deel, het Menuetto,
begint in de paralleltoonsoort
met een barse uitval;die wordt
weldra gepareerd en er volgt
een behagelijk zich wiegen op
de deining van stijgende en da
lende akkoordbrekingen uit het
beginthema gevormd (en ver
want met episodes uit de eerste
Sonatine voor piano en viool),
maar de repliek spreekt het
veto over die vriendelijke klan
ken uit. Zelfs het gemoedelijke,
in Weense «Landler»-trant ge
houden trio kan de stemming
slechts tijdelijk doen opklaren,
want bij de dupliek zijn we
weer even ver als in 't begin. De
Finale schaft alle veto's af;zij is
een waardige conclusie van de
fijne voorgaande bewegingen.
Deze symfonie wordt niet al
leen opgeluisterd door een rijke
melodie, zij toont bovendien de
vormperfectie die zo karakteris
tiek is voor Schuberts vroege
werken.
Rossini: sonate nr. 1 voor
strijkorkest in G groot
Toen Rossini 12 jaar was, in
1804, schreef hij zijn 6 Sonates
voor strijkers, waarvan door het
Englis h Chamber Orchestra de
eerste uitgevoerd wordt. Deze
sonates waren oorspronkelijk
gecomponeerd voor 2 violen,
een cello en een contrabas. De
ontdekking, een eeuw na de
compositie, van het origineel
manuscript in «the Library of
Congress, Washington DC»,
maakte duidelijk dat de sonates
de originelen waren van reeds
lang bekende transcripties in
kwartetvorm voor strijkers en
blazers. Het manuscript in
Washington, door de weduwe
van Rossini overhandigd als
«een vriendschapsblijk» aan
een zekere mijnheer Mazzoni
in 1872, bevatte tevens een
nota van Rossini zelf, die hij er
bijgevoegd had lang nadat hij
de muziek geschreven had. De
commentaar luidde: «Zes ver
schrikkelijke sonates door mij
gecomponeerd nabij Ravenna,
op het landgoed van mijn
vriend Agostino Triossi, wan
neer ik op de meest kinderlijke
leeftijd was, terwijl ik nog niet
eens lessen in begeleiding ge
volgd had. Ik heb het geheel
gecomponeerd en gekopieerd
in drie dagen...». Rossini
speelde zelf de 2e vioolpartij,
terwijl de andere uitvoerders
Triossi op de kontrabas, zijn
ene neef op de eerste viool en
zijn andere neef op de cello
naar Rossini's zeggen speel
den «zoals honden».
Deze werken hebben, evenals
het strijkkwartet van Verdi, niet
de klassieke struktuur, maar
bestaan uit hoofdmelodiëen
met hun variaties, samenges
teld tot spontane muziek van
een echte onschuld en vrolijk
heid. Niets is verloren, integen
deel alles is gewonnen door het
gebruik van een kamerorkest
voor Rossini's muziek: haar
aandoenlijke vitaliteit kan ter
nauwernood tanen, wat ook het
medium is. Lette men bij het
beluisteren op de humoristi
sche trekken die voorkomen in
de kontrabas-partij.
HERMANN PREY ZINGT IN
GENTSE OPERA
Het optreden van de beroemde
en geliefde Duitse bariton
Hermann Prey van 31 augus
tus laatstleden mag ongetwij
feld reeds een hoogtepunt uit
het ganse festivalgebeuren
genoemd worden. Hij bracht,
aan de piano begeleid door
Geoffrey Parsons, een pro
gramma gewijd aan duitse bal
laden. Hermann Prey behoort
tot die soort uitvoerende kun
stenaars die, zelfs al verkeren
ze in een minder goede kondi-
tie, steeds grote bewondering
afdwingen.
Net zoals het strijkkwartet de
meest intieme, de meest per
soonlijke uitdrukkingen weer
geeft in de instrumentale mu
ziek is het lied de meest ver
fijnde vorm der vokale kunst. In
het lied-genre neemt de bal
lade een speciale plaats in.
Cari Loewe (1796-1869) was
een specialist terzake. Ook an
dere komponisten hebben zich
aan deze speciale lied-vorm
gewaagd. Zo bracht Hermann
Prey naast ballades van Loewe
ook gelijkaardige werken van
Wolf (1860-1903), Schumann
(1818-1856) en Schubert
(1797-1828). Naast Dietrich
Fischer-Dieskau is Hermann
Prey de voornaamste manne
lijke uitvoerder van het kunst
lied. Van grote kennis en inzicht
getuigt 't programma dat te
Gent ten gehore werd ge
bracht. Tekenend op zichzelf
reeds is het feit dat hij zijn reci
tal aanvatte en besloot met een
kompositie op eenzelfde tekst:
«Der Sanger» (uit de roman
«Wilhelm Meister» van Goethe)
eerst op muziek van Schubert,
en om het recital te besluiten op
muziek van Hugo Wolf.
Het kan als vanzelfsprekend
beschouwd worden dat Her
mann Prey ten volle beant
woordde aan de (hoge) ver
wachtingen die het festival-
publiek stelde, 'n Ongeloof
lijke natuurlijkheid in voor
dracht, een volmaakte stem-
beheersing en een met prach
tige sonoriteit geladen stem zijn
zowat de meest in het oog
springende kenmerken van
deze zanger. Wie het gebeuren
gemist heeft hoeven we enkel
te beklagen. Vermelden we
nog de prachtige begeleiding
door Parsons. Beide ekseku-
tanten hebben vooreen onver
getelijke muzikale avond ge
zorgd.
KONQERTGEBOUWORKEST
AMSTERDAM SPEELT RA-
VEL EN BERLIOZ
Het Amsterdamse Kongertge-
bouworkest was als eerste we
reldorkest te gast in het Festival
van Vlaanderen. Vele muziek
liefhebbers kennen het en
semble en hun dirigent Bernard
Haitink via de vele grammo
foonopnames die ze maakten.
Dit keer was het niet Bernard
Haitink die de dirigeerscepter
zwaaide, maar wel de door de
orkestleden meest geliefde
gastdirigent Kirill Kondrasjin.
Verder verleende de ver
maarde pianist Michel Béroff
zijn medewerking: hij bracht
een sublieme vertolking van
Ravels pianoconcerto in D voor
de linkerhand.
Hoofdbrok van de avond was
de uitvoering van Berlioz
Symphonie fantastique. Naast
het reeds eerder genoemde
concerto van Ravel werden ook
diens «Valses nobles et senti-
mentales» uitgevoerd.
Het ganse gebeuren was, zoals
te verwachten van een zeer
hoogstaand peil. Kirill Kondras
jin dirigeerde met bezieling en
wist zich vooral sterk in te leven
in de gebrachte komposi-
ties;niet steeds zo gemakkelijk,
vooral bij de vaak manifistisch
aandoende Berlioz. Toch werd
met grote overtuigingskracht
gemusiceerd.
Het Concertgebouworkest
Ensemble Guillaume de Machaut treedt op in Moorselse Sint Martinuskerk.
speelde met grote virtuositeit.
Een pluim op de hoed van de
cello-groep: ze ontwikkelden
een prachtige sonoriteit en ble
ven tegelijkertijd zeer soepel en
krachtig. Bij de eerste violen liet
men hier en daar wel eens een
st(r)eekje vallen. Niet zo erg.
Het stoorde nauwelijks. Hout
blazers en kopers trokken zich
zeer goed uit de slag. Berlioz
stelt soms nogal hoge eisen,
maar voor een gereputeerd or
kest als dit leek het geen pro
bleem. Akkuraat attakerende
bazuinen en trompetten zorg
den voor adembenemende
momenten.
Hoewel Berlioz symfonie de
hoofdschotel vormde was het
toch Ravels pianoconcerto d
ons het meest heeft weten t
boeien. Solist en begeleide
zorgden voor een prachtige u
voering.
Eens te meer een zeer genie
baar festivalkoncert dat ong I
twijfeld nog lang in 't ge heli
gen zal blijven. f
André De Groey
De tot nog toe enige zendeling die Aalst onder zijn zonen
uitkoos om onze stedelijke kuituur uitte dragen gaf vorige
zondag een van zijn eerder schaarse optredens in de streek.
Jan De Wilde, afkomstig «oit 't aten derp» is, om redenen die u
op deze bladzijden vroeger reeds kon lezen en die niet alleen
voor hem gelden, er niet happig op in het Aalsterse te zingen.
Reden te meer om op dit optreden aanwezig te zijn, alhoewel
we konden vermoeden dat er na zijn show op Mallemunt
Erpe-Mere een paar weken geleden niet zoveel zou veranderd
zijn. Jan blijft echter bij elk optreden een boeiende figuur om
te volgen en daarom was uw eigenste lijfblad ook deze avond
ter plaatse.
Het prachtige weer overdag
zorgde er voor dat het zonda
gavond tamelijk fris was zodat
we binnenkort opnieuw bin
nenshuis de zangers zichzelf
ten beste zullen zien geven.
Misschien was het ook die
avondkou die de sfeer bij het
publiek eerder lauw hield. Er
waren weinig bekende gezich
ten, afgezien van een paar
groepieachtige fans (waar heb
ik die baard nog gezien?), en
het merendeel gaf de indruk op
dit optreden aanwezig te zijn
omdat er nu eenmaal iets te
doen was. Wat het juist zou zijn
had weinig belang. Niet veel
echt geïnteresseerden dus.
Wie weinig of geen last scheen
te hebben van de lage tempera
tuur was Jan zelf. Zijn muziek
ondervond er alleszins geen
hinder van. Het eerste gedeelte
was heel rustig en verwende
ons nogmaals met het mooie
«Dat houd je overend». Wat bij
dit optreden een enorm positief
punt was, was de instrumentale
inbreng van gitarist-
banjospeler André Vandevel-
de, die geen ophefmakende
dinaen doet, wat trouwens to
taal zou misstaan bij de liedjes
van Jan, maar voor een mooie
en rustige muzikale afwerking
zorgt. De vaardigheid van
André zorgde er dan ook voor
aat nu meer aandacht wordt
besteed aan zuiver instrumen
tale aksenten.
Het tweede gedeelte werd
daarom ingezet met een knap
instrumentaal nummer: Jan en
André op five string banjo en
Lieve op akoestische gitaar.
Daarna hoorden ook nog het
cynisch-ironische «Vogelen
zang», over de rust in de buurt
waar Jan woont, en het spot
tende «Evaluatie», over het te
pas en te onpas gebruiken van
dit progressief staand woord.
Deze liedjes tussen klassiekers
als «Morgen is het feest», «E.
en E. De Vos», «Leuven Cen
traal» enz.
Afgezien van het feit
ook nog moest
met 't afslaan van
aanval op het pc
Jan die avond in
en heeft zich,
zo grote opkomst en een
tige interesse, hopelijk
waarmaken bij een min of nr
nieuw publiek.
Gezien de kwaliteit van
laatste optredens schrijver
Jan De Wilde in geen
en hopen dat hij deze
doortrekt. Wij zijn
niet aan een Jdan De
evaluatie toe.
I w
Jon De Wilde met de brede glimlach en de mooie liedjes in 't Apostelken en in open lucht (SJ)
«Film bij ons» komt terug in de ether. Met deze nieuwe of
beter hernieuwde rubriek én de openstelling van de za
len «Palace» en «Palace-Studio» (Schoolstraat) zullen de
cinefielen terug aan hun trekken komen. Voor het ogenblik
zijn dit de twee enige zalen, samen met Cine Rio waar men
terecht kan. In de zaal «Feestpaleis» is men nog druk ve
randert ngsw erken aan het uitvoeren. Cine Alfa is gesloten.
Twee films deze week: «Mr. Billion» of «Mister Dollars is
mijn naam» met Terence Hill en Valerie Perzine in de hoofd
rollen loopt in verlenging in de benedenzaal (Palace) In de
bovenzaal «Palace-Studio»: «Een Vrouw aan haar ven-
ster»;een film van Pierre Granier Deferre naar de roman van
Pierre Drieu la Rochelle. Hoofdrol vertolkers zijn Romy
Schneider, Philippe Noiret, Victor Lanoux en Umberto Orsi-
Het verhaal speelt zich af in 1936. Een ganse wereld staat
op instorten;wankelt op de rand van een afgrond, bedreigd
en verontrust door de opkomst van het tascisme.
Griekenland in die jaren: een smeltkroes van drama's en
passies. Margot Santorini (Romy Schneider) is een mooie
en rijke jonge vrouw;koningin van een gemeenschap die
zich met zwierigheid aan haar voorrechten, haar genoe
gens en misbruiken vastklampt. Ze is de echtgenote van
een diplomaat, play-boy Rico. Teleurgesteld, maar nog
«nieuw» is zij vrij van alle hartstochten. De uiterlijke schijn is
gered. Zij leven samen.
In werkelijkheid verzamelt Rico avontuurtjes en Margot be
wonderaars! In 't bijzonder Raoul Malfosse, een frans indus
trieel is qek op haar.
Maar zij geeft zich aan niemand: frivool in schijn kent zij 'n
zekere ernst, een angst, die haar nog aantrekkelijker maakt
Misschien heeft zij het voorgevoel van een onzekere en
wankele toekomst.
Deze toekomst nadert met grote schreden met de opkomst
van het fascisme in Griekenland.
Waarom is het nodig dat Margot op een augustusnacht haar
raam opent? Dat zij zo sterk aangegrepen wordt door de
klopjacht op een man die zich voor haar ogen afspeelt, dat
ze hem in haar kamer laat. De voortvluchtige, Michel Bou
tros (Victor Lanoux), een politiek militant, die door de politie
wordt gezocht Het toeval? In elk geval een toeval die haar
hele levenswijze verandert. De liefde;Margot geeft er aan
toe met vurigheid en gaar Michel Boutros in zijn ontvluch
tingspoging helpen. Ze minacht alle konventies, leidt de
politie om de tuin en misbruikt haar man en haar vrienden.
Meer nog. Zij zal alles verlaten om deze man te volgen en
haar lot met het zijne te verenigen.
Haar toekomst: het kleine meisje dat ze met Boutros heeft
gehad en dat zij aan haar man Rico (die haar vriend is
geworden) toevertrouwde. Dit kleine meisje, volwassen en
een tweede Margot geworden, zal in 1967 terugkomendaar
waar haar moeder zoveel passies heeft gekend.
A.D.G.
inze v
ndeg
irsprii
rlijkse
idag
raind
dat h<
misi
ningsf
Envlish Chamber Orchestra
28 - 9-8-77 - De Voorpost