h
HET GROTE ARCHITEKTUURDEBAT?
KIN0VA BEKEEK HET VOORBIJE JAAR
AKTIE VEILIG VERKEER
Studenten en 'gevestigde waarden(SJ)
8 - 14-10-77 - De Voorpost
V.D.Meeren: «Ik denk dat
we in de jaren '20 meer
vooruit gegaan zijn dan nu.
Industrieën handel heeft al
les in handen. Er bestaat
geen kontakt meer tussen
bouwer en architekt. Archi-
tektuur ligt daarin vast». Hij
toont zich een voorstander
van prefab woningbouw.
Met enige zin voor nuchter
heid komt dan Pieter De
Bruyne binnenhuisarchitekt
Moderator Willy De Turck
stelt vast dat het debat op
het eerste onderwerp nog
vrij lang zou kunnen uitlo
pen. Hij stelt voor aan dit
punt voorlopig een einde te
make en het tweede deel
aan te snijden.
De vragenstelling luidt als
volgt: Kunt u stellen dat we
tans over een eigen archi-
tektuur beschikken. Hoe
zoudt u deze eigen archi-
In de marge van de tentoonstelling Antoon Blanckaert, de gevierde eredirekteur van onze
akademie én architekt, werd door Bolaska op 4 oktober in een goed gevulde raadzaal een
debat over'architektuur Nu' gehouden. Een debat dat zowel in de uitgebreidheid van de te
bespreken materie als in de aanwezigheid van sprekers te zere 'allure' nastreefde om wer
kelijk voor het publiek te ontbolsteren. Dat heb je daaraan als je geen oog hebt voor een
zakelijk en tegelijk onthullend gesprek. Wij waarschuwen al eerder in deze krant voor de te
overladen boterham die opgediend zou worden. Op deze manier verneem je enkel maar wat
.door de paneelleden reeds elders is gezegd of geschreven. Voor Aalst is het onderwerp
wellicht nog te nieuw maar dan had men het best met enkele sprekers minder kunnen
doen.
Pieter De Bruyne heeft ge
tracht door zijn tussen
komsten dit euvel uit de
weg te ruimen. Zijn in
spraak in het debat was ge
kruid met de moed welke
hijzelf in zijn eigen beroeps
situatie opbrengt om vorm
te geven aan nieuwe toe
komstgerichte ideeën. Toen
de zaal aan het woord kwam
merkte iemand op dat het
paneel nog enkele missers
in zich droeg. Immers vol
gens deze spreker is het
goed over architektuur te
spreken maar de faktor van
de financiering achtte hij al
even belangrijk. In het panel
had op zijn minst een finan
cieel expert mogen plaats
nemen.
De boterham werd eerst
aangesneden door Renaat
Braem (68) deken van de
Belgische avant-garde
bouwkunst. Hij verwierp al
vast de te uitgebreide vra
genlijst en stelde meteen
orde op zaken. Braem «zin
en onzin van de architektuur
is een vraag die alle verdere
vragen overschaduwd, zij
moet niet worden gesteld
omdat alle architektuur zin
heeft, omdat wij nooit ar
chitektuur als dusdanig als
een autonome bezigheid
mogen zien. Het is een be
hoefte. Sommigen hebben
bijvoorbeeld behoefte om
terug te kruipen in het ver
leden (historische bouw-
richting). vb. Er worden
meer fermettes gebouwd
dan goeie architektuur».
De eerste van de vijf lange
vragen luidde: Zijn er de
laatste 25 jaar, dus sinds de
vijftiger jaren, gunstige
kenteringen in onze archi
tektuur, wanneer men vast
stelt dat de geest van vele
van de hedendaagse ar
chitektuur een modever
schijnsel of status symbool
is geworden. Hoe zoudt U
deze gunstige kenteringen
omschrijven?
Nogmaals Renaat braem:
«Er zijn ongetwijfeld
gunstige kenteringen. Wij
zijn het meest onmondige
volk van Europa. Het
grootste aantal architekten
werkt naar de behoeften van
het volk. Sommigen voelen
zich In beslag genomen
door de technische kant,
anderen werken enkele met
kompromissen». Dit is een
realistische weergave van
de bouwpolitiek in het al
gemeen. Het blijft alzo bij
kleine groepen van architek
ten die trachten er wat aan
te doen.»
Van Looij, rijksinspekteur:
«Architektuur verbruiker
hunkert niet naar de mid
deleeuwse bouw maar naar
een bouw aangepast op de
menselijke afmetingen. Het
probleem over gunstig of
ongunstige kenteringen is
volgens Van Looij moeilijk
te omschrijven. Kenterin
gen zijn er alleszins.
Volgens hem zijn er wel een
aantal aktiegroepen die er
wat willen aan doen. Een
van die aktiegroepen, waar
van burgerlijk ingenieur ar
chitekt Marcel Smets in het
panel zit, heet Krokus
(Mechelen). Deze werk
groep bestaat uit Jean Paul
Laenen die eerder bekend
heid verwierf als beeldende
kunstenaar en B. Van
Reeth. Tijdens de Biennale
van Venetië in 1976 werd de
groep eerst voor goed be
kend met een aantal projek-
ten. Volgens Van Looij ten
slotte is Braem enkel met
het «woord» revolutionair.
Braem: «Ik geloof dat de
vooruitgang erin bestaat dat
wij de zon vanuit ons bed
zien opgaan. Enkel een
werkelijke revolutie, protest
architektuur, kan iets ver
anderen».
Prof. Willy Van Der Meeren
is het ook niet eens met
Braem: «ik wens de mens
niets op te dringen maar de
bewoner te laten meespe
len».
Braem: «Tendens van de
massa wordt te passief ge
volgd».
tensprijs voor poezie en ar
chitekt: «Architektuur heeft
betrekking op het wezen
van de mens». Bontridder
steekt zich in voetbaltermen
uitgedrukt een beetje weg
in het debat.
Het is reeds twee uur aan
gang. Op voorstel van de
moderator wordt vraag drie,
opgesplitst in nog drie af
zonderlijk omschreven ge
deelten, verwezen naar late
re tijden. Hij stelt vast dat
de boterham inderdaad zeer
traag wordt gegeten.
Vraag vier: De ruimte
(bouwruimte) is beperkt en
daarenboven kommercieel
geëxploiteerd, leder heeft
recht op een deel van de
ruimte, dus moet ze afge
stemd worden op de mens
en de gemeenschap. Orga-
Het gesprekspaneel v.l.n.r.: AchielHutsebaut, MarcelSmets, Willy Van der Meeren, Renaat Braem, Willy De Turck, Theo Van Looy, Albert Bontridder, Geert Bekaert en Pieter De
uit Aalst, tussen. De Bruy
ne: «Kunsthistorici
antwoorden meestal
honderd jaar later op wat
wij nu zouden moeten be
antwoorden. Er wordt ons
dus gevraagd om aan aktue-
le kritiek te doen». Hij ziet
een splitsing tussen de fi
losofische en technische
kant van de zaak. De Bruy
ne, die zeer aktuele meubel-
kreaties ontwerpt ziet niet
goed in waarom wij nu aan
historische bouw zouden
moeten doen. Wij hebben,
zo zegt hij, te veel inspan
ningen moeten leveren om
tot deze hygiefie te komen.
De schuld ligt volgens hem
niet bij de massa, «die zijn
daar nog niet rijp genoeg
voor», maar bij de ontwer
per. Zo situeert hij in histo-
riosche perspektief de
bouwstijl van bijv. Horta,
iets wat in die tijd ook wel
een revolutie zal zijn ge
weest.
Volgens Smets is er een
gunstige kentering in die
zin dat de posities van de
architekt en zijn architek
tuur in twijfel worden ge
trokken. Braem spreekt
vanuit enorm idealisme en
het is hun recht zegt Smets,
om op te staan met de zon
maarniet hun plicht.
Van Looij: «Maar Braem
geeft de mensen een korset
aan».
Smets: «Ik pleit voor een
architektuur waarin de be
trokkenheid van de archi
tekt met de verbruiker weer
centraal staat. Men pleit
niet voor een universum van
de dingen omdat ieder zich
zelf wil zijn. Architekten
moeten de verbeeldings
kracht van de mensen los
weken».
Braem inhakend op Van
Looij: «Ik ben in zoverre
akkoord dat ik voor naakt
ben en niet voor een korset,
er wordt over ons beschikt.
De Bruyne: «Terugblikken
naar het verleden geeft geen
uitkomst».
De enige Aalsterse architekt
in het paneel is Achiel Hut
sebaut. Hij is tevens leraar
aan de stedelijke akakdemie
voor bouwkunde. Hutse
baut spreekt een vrij pro
gressieve taal: «Er is geen
gunstige kentering alhoe
wel er nu meer dan vroeger
wordt gebouwd».
Als reden van die achteruit
gang situeert hij als voor
beeld het modeverschijnsel
om naar 'den buiten' terug
te keren. Een oude koeije-
stal is nu goed genoeg.
Men kan een fermette niet
aanwijzen als architektuur
nu.
tektuur bepalen, omschrij
ven? Waar ziet U er de teke
nen van? Bereikt onze eigen
architektuur volgens u een
internationale faam, niveau,
waarde?
Hutsebaut: «Wij hebben
geen eigen architektuur».
Smeets: «Wat is een eigen
architektuur. Architektuur
heeft geen enkel nationaal
Nederland. Elk land heeft
een aantal karakteristieken.
De Bruyne: «Hang niet de
aap uit voor u geburen,
blijf jezelf. In Japan wil men
ook al komfortabel aan tafel
zitten».
Braem: «Op een ander is
het even slecht als hier. In
elk land draagt men een
lange broek of anders is het
folklore. Zo is dat ook met
de architektuur».
Albert Bontridder, in 1970
laureaat van de Dirk Mar-
nisatie en planifikatie in en
met ruimte zijn nodig. Hoe
ziet U dit verschijnsel te
genover de huidige bezit
ters.
Van Looij stelt zich tegen
over dit agendapunt sterk
revolutionair op. Volgens
hem is de herziening van
het grondbezit een revolu
tionaire daad welke niet
door deze maatschappij zal
worden opgelost. Privé ei
gendommen afschaffen,
daar is moed voor nodig.
Nu is het volgens Van Looij
een materiële realiteit.
Bontridder: «Het zijn van de
mens kan men hier niet on
dergeschikt maken aan het
hebben, ik geloof niet in de
revolutie!».
V.D.Meeren«Ruimte is ad
ministratief bepaald».
Smets: «Ik ben niet tegen
gemeenschappelijk grond
bezit». Smets geeft dan een
uiteenzetting van hoe een
prefab bouwprojekt in An-
karra verloopt, leder helpt
daar zijn eigen huur bij de
bouw en men moet reke
ning houden met een aantal
niet omschreven regels.
Men mag elkaar het zicht
niet belemmeren. Deze sa
menwerking leidt tot on
voorziene oplossingen.
V.D.Meeren zegt dat 80%
van de woningbouw prefab
is. Volgens hem is prefab
op de toekomst gericht. Hij
ziet daarin een sociale toe
komst. In hoever de archi
tekt dan nog inspraak zal
hebben is een andere
kwestie.
Hutsebaut toont zich een
vervent tegenstander van
prefab en betwijfeld de 80%
die door V.D.Meeren wer
den uitgesproken. In feite
kan men in België mis
schien spreken van
hoogstens 10%.
Hutsebaut: «Er bestaat nog
geen prefab. Prefab is vol
gens mij dat de mensen hun
eigen ruimtes in fabrieken
kunnen kopen en zelf
bouwen».
Om terug te keren naar de
vraagstelling.
Braem: «gewelddadige re
volutie ingebouwd geweld.
Zij is volop bezig. Besef
over ruimte is bij de mensen
nu anders dan ten tijde van
Columbus».
Het grote architektuurdebat
was daarmede uit. Net zo
als in de beeldende
kunsten, vormgeving en ar
chitektuur worden de pro
gressieve elementen in de
hoek geduwd door een te
kommercieel zakelijk maat
schappijbesef. Architektuur
Roger C
Op maandag 10 oktober II. organiseerde de Aalsterse Ama-
teurfiimklub Kinova een projektieavond van de voornaamste
films uit 't voorbije seizoen. In totaal stonden zes filmpjes op
het programma.
De eerste twee filmpjes waren
de prijswinnaars van het klub-
kampioenschap Juniores A.
Roger Van der Meersch bracht
een toeristisch filmpje met de
titel: «Eilanden van de eeuwige
lente», handelend over Teneri-
fe.
Een zeer vlotte verfilmde do-
kumentaire over Tenerife. Niet
het soort filmpjes van moeder
op een rotsblok, zoonlief in een
luie strandstoel, enz., maar een
degelijke reportage over wat
Tenerife zoal te bieden heeft op
toeristisch vlak zonder de
fauna en flora te vergeten. Uit
erst verzorgde kadrages maar
af en toe wat donkere beelden.
Indien geëtaloneerd naar mijn
mening een betere film dan de
tweede geprojekteerde, een
Horsch-filmproduktie «Tur
kije». In tegenstelling met de
warmere kleuren uit de vorige
film was de tweede lichtjes met
een blauwzweem overgoten
zodat hij een kouder effekt gaf.
Een veel minder verzorgde
kadrage, schokkende pano's
en bruske overgangen van mu
ziek naar stem en vice versa
kwamen het geheel niet ten
goede. Deze film was echter
wel sneller gemonteerd dan
zijn voorganger.
De derde en laatste film voor de
pauze was «Sursum Corda»
van mijnheer De Bock. Op een
vrij humoristische en poëtische
wijze wordt het wel en wee van
de miniatuur vliegtuigsport in
beeld gebracht. Een nieuw as-
pekt wordt naar voor gebracht,
de slow motion, wat zeker de
poëtische waarden ten goede
kwam. Spijtig is wel dat men zo
graag teruggrijpt naar gekende
muziektema's om de klank
band te stofferen. De muziek uit
Jonathan Livingstone Seagull
is zodanig gekoppeld aan de
meeuwenfilm dat wij er ons een
paar maal op betrapte inplaats
van miniatuurvliegtuigjes
meeuwen te zien vliegen.
Na de pauze waren het de
meer gevorderden die aan de
beurt kwamen. Jan Dedroog en
Etienne Van der Schueren zijn
niet aan hun proefstuk toe op
het vlak van amateursfilmpjes.
Er zijn heel wat professionele
werken die in het geheel niet zo
afgewerkt zijn als deze filmp
jes.
't Eerste filmpje van 't tweede
deel was «De wraak van Ba-
mes Jond», een coproduktie
tussen Jan Dedroog en Etienne
Van der Schueren. Dit humoris
tisch griezel en suspence-
filmpje dat tussendoor ook nog
een paar bestaande toestan
den nekelt zoals de censuur, de
vakbondsstakingen en de bui
tenlandse TV-stations doet je
lachen of je wilt of niet. Ook het
spel van de akteurs, klubleden,
komt vrij goed over.
't Hoogtepunt van de avond
was naar mijn mening de indus
triële film van Jan Dedroog
«Sneakers», handelend over
het vervaardigen van de gelijk
namige schoenen. Een goede
belichting, fijne kadrages,
goede kommentaar en vlotte
montage leggen je van naaldje
tot draadje uit hoe een sneaker
i
Bruyne (SJ) I van
jf 11 h
is inderdaad nog meer |van3
beeldende kunst winst
vend. p™
En zoals Pieter De Bruj
het terecht uitdrukte
onze architekten te we^
kunstenaar en te veel V
man.
Een miljoeneninvesterinf
een bouwprojekt gaii
deerd nog geen 'echte'
chitektuur om je heen.^s d<
bouwfirmaszijn niet gei|t°||e£
resseerd in een nuttige janisi
deze tijd aangepaste vo'aefd
geving. Het grootste <jfe 20
van onze woningvoorriC'ële
trekt op niets. Of zoals Idegt
naat Braem het uitdrui
en daarmede de vingerpANI
de wonde legt, wij probe^Ol
ons reservaat te redden»|ns d<
emee
D'Holeem.
?9 va
en a
lige
iieel r
emee
een
en vj
nktie
vervaardigd wordt. Van pa an
patroon tot schoen. Uitstel zou
werkje. °P
«Op de vangreep gered» isPe fin
film van Etienne Vèn (ezien
Schueren handelend oveéanis<
heropbouwen van een «jiine t
windmolen. Een boeiendiikt v
portagefilm. Balk bij balk pinger
bij plank, bout bij bout ziet uit t<
de molen uit zijn as herrij) opl<
Eveneens een uitstekend vjen. I
Je- houd
Bij de inleiding kondigde Kfen
aan dat het voorbije jaar rjen e
een zwak jaar was gewflj(uJin
Niettegenstaande dat mol maa
wij toch eerlijk bekennen k t
positief verrast te zijn gewi
over de prestaties van <T
Aalsterse AmateurfilmklubP®
wordt blijkbaar flink gewerrj^
Lij.
laard
b firn"
Wie is «voetganger»?
Een voetganger is uiteraard
iemand die te voet gaat. Een
aantal weggebruikers zijn er
echter mee gelijkgesteld en
moeten derhalve dezelfde re
gels als die voor de voetgan
gers volgen.
Zijn ook voetgangers: perso
nen die een fiets, een tweewie
lige bromfiets, een kruiwagen,
een wagen voor minder-
validen of enig ander voertuig
zonder motor dat geen bredere
dan voor een voetganger no
dige ruimte nodig heeft aan de
hand leiden
Op de regel dat al deze perso
nen de reglementering op de
voetganger moeten volgen zijn
echter uitzondering. Daar waar
de voetganger waar geen trot
toir of berm aanwezig is de
openbare weg dient te volgen
zo dicht mogelijk links van de
kant van de baan in zijn richting
moeten deze die een fiets ot
een tweewielige bromfiets aan
de hand leiden of die veel
plaats innemende voorwerpen
vervoeren rechts op de rijweg
gaan.
Goed zichtbaar zijn is veilig!
Wandelingen, fietstochten en
dergelijke avontuurlijke onder
nemingen zijn vooral 's avonds
en 's nachts gevaarlijk. Ze me
nen dat de autobestuurder hen
goed ziet omdat zij de autolich
ten zo goed zien. Feit is dat in
dergelijk geval de bestuurder
vaaik verrast is en soms de tijd
niet meer heeft om gepast te
reageren. Reeds in 1974 werd
door de Europese ministerraad
aan de lidstaten geadviseerd
de zichtbaarheid te verhogen
door grote reflekterende voor
werpen, bandjes, figuurtjes!
Voetgangers In groep:
Voetgangers in groep met een
leider, of in een stoet, of pro
cessie, moeten wanneer ze de
rijbaan volgen rechts gaan.
Van bij het invallen van de dt op
temis moeten ze voorafge^mee
worden met een wit of geesten
vooraan links gedragen en Itebe:
teraan links een rood acli
licht.
'TIS FlETSertCONTROLE IN DC SCHOUEN.
iXe«ve> line