Personeel randgemeenten wacht met F Meh pikkels 1 L of qjontjes? J 1NGEDULD OP PERSONEELSKADER PIKKELING '78 TE HERDERSEM SOCIALISTISCHE MUZIEKKORPSEN KONGRESSEREN VER TAKEN, FUNKTIES EN LOONZAKJES ADMINISTRATIEF KONGRES B.S. R -FEDERATIE AALST De Voorpost - 16-12-1977 - 3 lie opjraks is het de eerste onheugelijke verjaardag van de fusie, zei raadslid Raymond Uyttersprot wi VP) tijdens de jongste gemeenteraad, en nog altijd is het personeelskader van de nieuwe ïid idsentiteit niet klaar. Dat diskrimineert de stadswerknemers in de randgemeenten, laat leflitieke willekeur toe en maakt de betrokken mensen nerveus. Waarom blijft dat kader uit, het dringend, zei de interpellant. jctirge mee ster D'haeseleer en schepen van Personeel en Volksgezondheid Toon Blommaert reitwoordden daar met grote omwegen op, en zelfs wanneer herhaaldelijk was gevraagd daarom dan geen voorlopig basiskader werd voorgelegd aan de gemeenteraad kon de voor ter het er zich van afmaken met «u weet wat ik daar ga op antwoorden, waarom stelt u de :rplaag emand is daar veel wijzer mee geworden. 3|e at intussen iedereen duidelijk ae kollegetafél die graag diep inging op deze brief en de in houd ervan. geworden, is dat één en an- rom niet te zeggen alles draait rond het geldelijk sta- Atyt van het stadspersoneel. zaak zit zo: de personeels- len van de randgemeente rden op andere basis be- ind dan deze van klein-Aalst dit, omdat alleen op deze itsten het geldelijk statuut n Gent van toepassing is. in gelijkschakeling komt er s met de fiat van de minister Binnenlandse Zaken maar id^ar vóór moet natuurlijk eerst gemeenteraad zich hebben t i bogen over deze belangrijke /a delikate materie. Omdat de ;ing van de minister d ffcrdt toegepast met terugwer- r \fnde kracht tot de dag van ledkeuring in de gemeente- Jllejad betekent elk uitstel voor werknemers in de randge- in Éente een winstderving. h( ichtans trekt schepen Blom- t fjaert in zijn antwoord tijdens gemeenteraad letterlijk vol- ral4nd besluit: ««Al de perso- I elsleden zullen zeker geen ancieel verlies lijden. Het vaèuw geldelijk statuut zal dit ker en vast waarborgen, in iet het minst belangrijk zijn ev n laatste woorden: ««Het per- J vjneel van de randgemeenten zeker geen financieel ver- nls lijden en zal, indien het ir ordeliger lijkt, dezelfde be- Idigingsregeling genieten als van de stad Aalst welke is. estjestemd op dat van Gent.» a|^n een duidelijker antwoord af dwingen heeft Raymond Uyt- sprot tot tweemaal toe een ef van 23.6.77 gericht aan (niet vernoemd) ambte- z ar van een randgemeente en e, tarin de burgemeester en de ,rthepen een terugwerkende ïcht beloven tot 1 januari I77. it strookt hoegenaamd niet et de werkelijkheid, voegde interpellant daaraan toe, dat eb een grove onrechtvaardig- 1S id. Niemand natuurlijk aan Periode van onzekerheid Waarom is algemene terug werkende kracht tot 1.1.77 niet mogelijk Uyttersprot daar over: de wettelijke bepalingen inzake de personeelskaders la ten niet toe. dat deze met terug werkende kracht worden goedgekeurd, ook al is er een nieuwe toestand ingevolge de fusie. Het opstellen van een personeelskader is immers ge bonden aan de behoeften van het ogenblik en niet aan de be hoeften van het verleden. Gelet op wat voorafgaat en gezien het feit dat het geldelijk statuut slechts terugwerkende kracht kan hebben tot op het ogenblik dat het nieuwe personeelska der werd goedgekeurd, houdt in, dat de personeelsleden van de randgemeenten slechts aanspraak zullen kunnen ma ken op het weddestatuut van Gent vanaf de datum van goedkeuring door de gemeen teraad van voormeld kader Het zal misschien mogelijk zijn dat besprekingen met het de partement van Binnenlandse Zaken tot enig resultaat zullen leiden inzake sommige over gangsbepalingen, maar het blijft een feit dat men van de «good-will» van de voog dijoverheid zal afhangen voor de periode vanaf 1.1.1977 tot de goedkeuring van het perso neelskader in de gemeente raad. Bij deze besprekingen zal de financiële toestand van de stad zeker een harde noot om kraken zijn. Waarom dan geen voorlopig kader Spreker wijst er vervolgens op dat het onverwijld indienen van een personeelskader in ieder geval deze periode van onze kerheid kon inkorten. Het was, zo zegt Uyttersprot, trouwens goed mogelijk op relatief korte termijn een voorlopig perso neelskader in de gemeente raad te laten aanvaaraèn tën- ieinde de toepassing van het geldelijke statuut ««Gent» zo vlug mogelijk kracht van uit werking te kunnen geven ten overstaan van het personeel van de randgemeenten. Deze oplossing werd immers uitdrukkelijk door de heer mi nister van Binnenlandse Zaken gesuggereerd op een parle mentaire vraag in de Senaat (bulletin van vragen en ant woorden 1976-1977 nr. 1 blz. 33) waarin hij verklaart ««dat een basiskader kan worden samengesteld dat naderhand kan worden aangevuld en bij gewerkt precies omdat het in ventariseren van de behoeften en het opstellen van een pro- gramma.eén zekere tijd in be slag nemen». Lange studie Schepen Blommaert heeft op dat inventariseren nogal wat de nadruk gelegd. Hij verduide lijkte dat het ministerie geen absolute normen heeft vastge legd: de stad zelf dient de noodzaak te bewijzen vanihet aantal funkties en hun kwalifi- katie. Veel zal athangen van de ele menten die als verantwoording aangevoerd worden in verband met de bestaande diensten, de onderverdeling van de dien sten, de aktiviteiten, mede ook het aantal kilometer gemeen tewegen, het wagenpark, per ken, graspleinen, versierde ber men, eigenwerkplaatsen, aan leggen van wegen onder eigen beheer. Het aantal betrekkingen in de personeelsformatie zijn niet absoluut dienen funktioneel verantwoord vólgens nood wendigheden, zoals de dicht heid en aard van de bevolking, uitgestrektheid van het grond gebied, industrie, vreemdelin gen, belangrijke wegen, toe risme enz. Kortom, een ganse Op zaterdag 10 december hield de B.S.P.-Federatie Aalst in zaal Volkshuis zijn administratief kongres. Vrouwen moeten op zijn minst in alle komitees voor 10% vertegenwoordigd zijn, besliste de vergadering. Het nieuwe bestuur ziet er als volgt uit: W. Vernimmen blijft voorzitter, F. Van Den Bossche wordt ondervoorzitter, J. Timmermans wordt onbezoldigd arrondissementeel sekretaris. Karei Van Miert wordt bevestigd tot medevoorzitter van de partij. beschrijving van het nieuwe pa trimonium dat dient onderhou den Een personeelsformatie die alsdusdanig vastgesteld wordt vergt een lange studie en vele besprekingen. Omdat men daar nog niet aan toe is heeft het ook geen zin om nu al een stedelijke kommissie voor personeelszaken samen te roepen, antwoordt de sche pen op de vraag van interpel lant over het niet same nroepen van die kommissie. De sche pen: we zullen dat pas doen wanneer we goedgedokumen- teerdé dossiers kunnen voor leggen. Kontakten met overheid Maar Raymond Uyttersprot heeft nog andere vragen ge steld: waarom wordt het reeds maanden klaar zijnde ontwerp van personeelskader, met als bijlagen de financiële weerslag en de nominatieve en funktio- nele bezetting per dienst niet met de raads- of kommissiele den besproken zijn er reeds kontakten met de voogdijoverheid en zo ja, welke is de stand van zaken wanneer denkt het bestuur het personeel kader aan de raad ter goedkeuring voor te leggen Voorzitter D'haeseleer: ««Wij zijn herhaaldelijk namens het kollege naar Binnenlandse Za ken geweest. Gisteren nog hebben we het bezoek ontvan gen van een hogere ambtenaar van het ministerie. Maar wat baat het een kommissie samen te stellen wanneer we u geen opties kunnen voorleggen. Wij wachten daarvoor tot het mi- nistarie het licht op groen zet.» Uyttersprot: Jamaar, een ba siskader kan in één week wor den opgesteld en de minister heeft het gesuggereerd. D'haeseleer: Wil u eens zeg gen welke minister dat was. Uyttersprot:...Michel. D'haeseleer: Nu is het Boel en dat onderscheid wil ik maken, (reaktie op de banken van 'de oppositie)... zo'n belangrijke zaak hebben we niet verwaar loosd, dat verklaar ik in eer en geweten. De Turck (CVP): Wil u op de vraag antwoorden naar welke datum de terugwerkende kracht dan van toepassing zal kunnen zijn. D'haeseleer: Mag ik u vragen... u weet beter dan ik het ant woord; dus, waarom stelt u die vraag Ik hou het antwoord in beraad. Van der Sijpe (CVP): Dus me neer de voorzitter, mogen wij uit dit antwoord besluiten dat er geen retorische vragen meer zijn D'haeseleer: Ik neem akte van uw verklaring. Uyttersprot (grijpt weer naar de brief van 23.6): schepen Roels die toen schepen van perso neel was, en uzelf, beloven een toepassing vanaf 1.1.1977. Dit schrijven is voorbarig D'haeseleer:ik zal u zeggen: het kollege sluit zich aan bij de vraag van de syndikaten om te rugwerkende kracht te beko men Einde debat. René De Witte Eind juli 78 gaat de Pikkeling door te Herdersem op de hoeve Van Nuffel, Boskant. Het wordt dan reeds de negende uitgave met een telkens stijgend sukses. Begonnen wordt op 21 juli met de opening van een tentoonstel ling van plastische werken met als tema de landelijkheid en inzonderheid de Falluintjesstreek. Conditio sine qua non om deel te nemen is wel dat men ter plekke zal moeten doen aan levende kunst zodat én het aantal werken per exposant kan worden be perkt tot drie (niet alle drie uiteraard ter plaatse te maken) en het geheel een meer realistische aanblik geeft. In de «Week van de Landelijkheid» van zaterdag 22 tot en met vrijdag 28 juli worden dagelijkse wandeltochten georganiseerd o.a. door een waardevol natuurgebied, de «Biezebroeken» naar een nog werkende, algemene boerderij met vee. Pikkeling 78 gaat door in het kader van het «Jaar van het Dorp» doch de VVV «De Falluintjesstreek» blijft de inrichter, graag met medewerking van het stadsbestuur. Op Pikkeling 78 vindt U uiteraard de klassieke bedrijvigheden maar ook wil men nu wel de nadruk leggen o.a. op oude ambach ten en beroepen in passende demonstraties. Moorsel blijft tradi tioneel voor 't bloementapijt zorgen en houdt op dat gebied voor over een paar jaar een verrassing in petto. L.H. Als evenknie van de Fedekam, de Federatie der Katolieke Muziekmaatschappijen, had verleden zondag in wat voorzitter Jan Van Der Veken de «rode burcht» (Aalst) noemt in de lokalen van het nieuwe Volkshuis het tweejaarlijks Statutair Kongres van de Vlaamse Federatie van Socialistische Mu ziekkorpsen en Zangverenigingen plaats. Onder het tema ««Elkaar beter leren kennen om nog beter te kunnen dienen» ging het Kon gres door voor een ruime op komst waaronder we Minister Jos Wyninckx, minister van pensioenen, die partijvoorzitter Van Miert, weerhouden we gens besprekingen van het Egmontpakt, verontschuldigt en verder volksvertegenwoor diger Marc^Galle en afdelings voorzitter Jan'Van Der Veken. Nadat Nationaal Voorzitter Frans Christiaenssens het Ko perensemble dat het Kongres opende en onder de leiding stond van Honoré Verstraeten, dirigent van de in de hoogste afdeling optredende socialisti sche harmonie «Hand in Hand», had gefeliciteerd en bedankt werden de redenen die hadden geleid tot oprichting van deze Federatie onder de loupe genomen. Dubbel doel! Enerzijds is er het kulturele, de amateuristische beoefening van instrumentale en vokale kunst en anderzijds is er de strijd voor de socialistische idealen. De twee voorbije jaren noemt voorzitter Christiaenssens dan ook sussesvol: de korpsen groeien bestendig verder uit en via een doorgedreven promo tiekampanje komt ook jong bloed in de korpsen. Oprichting van een Jeugdfederatie en ves tiging van een Nationaal Sekre- tariaat zijn hieraan uiteraard niet vreemd. Even wordt dan verwijld bij de nagedachtenis van wijlen Guil- laume Coeck, de grote afwe zige op dit Kongres, overleden op 31 oktober 77 in volle voor bereiding van deze zitting. Me destichter van de Antwerpse afdeling waar hij penningmees ter was van 1955 tot 1970 werd hij ook Nationaal Sekretaris en dit in 1967, taak die hij waar nam tot het begin van dit jaar. Dat zijn afscheid zo spoedig zou volgen kon niemand ver moeden. Het Kongres houdt dan ook één minuut stilte voor Guillaume Coeck. «Elkaar beter kennen el kaar beter dienen» Nationaal Sekretaris Roger ZE ZEN DER VEROM AL vroeg boy, vandejoor, de pallesoten die van hoois tot hoois goon ver heer lieken te zingen. As ge bepeist dat da foytelèk mor es vér teigen Droykeiningen; pekanst 'n mondj op avans. Ghiel zeikes zegge ze in heer oygen: wajjer moete moaken dammen onzen ieste zén, tèn kaan der gemakke- lèkker nog iets afbrokkelen ba de mensjen. Want woor damme wajjer vroeger al ne kier ginken eh lieken zingen, wore men al kontent as men iveranst 'n keremélle kreigen, of as 't goe gink nen appelsing of nen appel meh eh rompel- vèlleken. Mor naa moete ze poeng zing. Klinkende moentj, of nog liever moentj die nie 'n klinkt: brifkes... Alles wérd kommèrse jong, alles. Tot zelf6 't zingen vér 't goesjdiel En vroeger worden dad allemool pekanst de- zélde liekes, van de steire en van d'herderkes en van 't krébbeken, mor naa zincje ze_grad valles, tot van de smur fen van dènne verklidjen Ollander toe En 'n klapt heer ni oever de Steire of oever Betlejem zee, ze zollen nog teive peizen dagge over den ienen of den anderen winkel beizeg zét. Mor allei, 'n es 't ni grad 't zelde nimier, de zjést es 't er toch en ge kendj er toch nog iet van vroeger in verom vinnen. let wa dat oeik nief es, allei, da nog mor ienegte joren ingebérgerd es, -dad es da Kerstmaneken. Ge wedj wel hein, azu eh klein dik rond ventjen meh botten oon en 'n poefbroek meh witte mennekes, 'n roei kazak en 'n soert tèttemoesj meh oeik van die minnekes rond. Ge 'n moedj ni peizen zee dat dat iveranst ne verloere kozzen van Sintje Verten es, niet zoe, nog va veiren nog van dichten. Veir van door, Sintje Merten hei meh zelf gezeid dat 'n hem allensj nie 'n kaan, want in den Heimei 'n es 'n ni! Denne knol, die hier oeik ver de kommèrse moe zérgen, ik weit va woor dat 'n komt. Want 't es ni allien 't spreikmasjing en d' elletrikke lamp en de rok-en-rol dammen van ooit Ameireka gekrei- gen hemmen, mor booiten 't oyrepoejer van noor den oerlog hemme z'ons hoer oeik nog da Kerstamneken opgesolferd. En de kommersanten die kadoakes verkoeipen, zén dor vanoyges opgesprongen gelèk as vloeln op nen hond! Allei, wajjer zeilen hem mor ba aal d'ander zetten die der moete vér zérgen dat de winkels floreiren. Der zén, 't schantj mensjen die der halvelings iet op wisten omda 'k verleide weik iet geschreiven hem oever nen bis kop. Pesies of dagge van alles meigd zeggen oever mans mèh 'n brook oon, mor noeit van ze leven ni oever mans meh eh klied oon Allei toe «Mor, zoyn ze, die vortjes wore goed...» En vér die mensjen tèn mor nog insj kontent te stellen za ek probeiren van mor agaa nog iensj eh vortjen te vertellen; oever twie.schiljersgasten. De die woren on't disketeiren en teigenien op on't stoefen. Ver 't gemak zal ek heer mor nen noam geiven, den ienen hoedjegen Hektoor en den ande ren Fredjen. Hektoor: Zé, Fredjen, of dagge meh geloeifd of ni, mor op twie joor toyd hem ek ik mier as vierdoezjed kiloe verf verstreiken. Ge wedj 't Justiesjepaloys in Brissel hein, awei dad hem ek Ik van onder tot boeven op ménnen alïienen geverfdFredjen: Dad es iet hein, peis naa ne kierMor ge kendj de roei zjie en de zwèrte zjie hein Awei, de die hem ekkik ghielegans geverfd. Hektoor StrafGhiel strafMor zegkejje goy joagen hé Fredjen:7Jf da'k kaan joagen? 'k Geloeif a wel. Oever- toyd hem ek in ien lap zesting missen, zeiven meerlonsj, twie eksters en 'n sprie doeidgeschoeten Meh ien kér- toesjHektoor: Wad es da jong Mor ge wedj hein, de doei zjie, awei de die hem ekik nog doeidgeschoetenTot door oever die twie stoefers. En ver slooiten nog 'n ander. Kamilleken es voyf joor. Zèn nichten, Gabieken es 't er zes. Kamilleken most meh zèn avers ba nonkel en tantjen gon nievejoraoved vieren en da spel dierdegen dor tot in de klein irkes. En gelèk as da goot, 't er wird dor oeik eh gelozeken gedronken en eh flesken gekrokt. Ba zuveir da Kamilleken zenne Pa nimmer 'n tift nor hoois royn want z' hooin hem gezeid dat er zjandarremen stonten on de brigge die allemaan in 't zaksken dein blozen Allei, doveir ni getreird, de groeite mensjen zollen wel den nacht ooitdoeng, mor de kinjeren moste sloape goon van oyges. En aozei kwamp het da Kamilleken ba zèn nichteken most sloapen. As mamaken verom beneen was, springt Kamille ken, die ne leefdegekwik was, recht in da beddeen in zèn hemmeslépken stoot dor op te dansen en te springen da Gabieken van hier nor door loy te schodderen en te wippen. De die begost te schètteren van 't lachen en Kamilleken spronk van langs om noyger da 't stof in de gebiere vloeg Mor ja, beneen hooin ze dad oeik ghoeird en aal meh ne kier stekt mamaken de deir van de koamer oepen: «awei, wad es da na Geh sakkerse state jongen Wa zèn da na vér manieren van azoei op a nichteken heer beddeken stoon te dansen En Gabieken, die in ine kier serjeis geworre was: «Ja hein, matant, en sertoe as ge ni gemokt 'n zet gelèk as alle maal...» Astablieft, as ge dad hier of door voesjverteldj, 'n trompeirt ajjer ni hein, 't vertelsjelken goot oever Kamilleken en ni oever DOLF... Roelstraete houdt dan het mo reel verslag, diept bovenver meld tema dieper uit en be klemtoont het groot belang van de muziekkorpsen bij het orga niseren van allerhande socia listische manifestaties. Hij wil bijdragen tot de bloei en de bestendige uitbouw van de muziek- en jeugdfederatie en via jeugdkonserten het bindte- ken vormen tussen jeugd en federatie. In dit kader is immers de ««aanmoedigingswedstrijd voor jongeren» te situeren. Na het verslag van de Kontro- lekommissie door Theo Cas- teleyn en het technisch verslag van Marcel Mattheesens wordt betreurd dat de ««Aanmoedi gingswedstrijd» in zijn derde editie de kaap der 100 deelne mers nog niet heeft overschre den. Spreker hoopt dan hierbij op een belangrijkere deelne ming van jonge musici uit de provincie Oost-Vlaanderen. Lode Van Doren wijst dan op de zeer intense bedrijvigheid gedurende het vorig jaar terwijl het laatste jaar de aktiviteit merkelijke minder was. Gewe zen wordt dan nog op het 100- jarig bestaan van het socialis tisch mannenkoor «Lassalle» uit Antwerpen, een unikum in de Federatie. Mare Galle aan 't woord: Volksvertegenwoordiger Mare Galle situeert dan het hele ge beuren in een meer algemeen kader en onderstreept de rol die de muziekkorpsen in dienst van de ideologie kunnen vervul len. Hij verwijst dan hierbij naar talrijke korpsen gesproten uit gewone volksgroepen doch geëvolueerd tot gereputeerde formaties. Hij dringt eveneens aan op verjonging en op vor ming van jeugdige muzikanten voor de socialistische korpsen. In een meer algemene kontekst roept hij tenslotte op tot inniger samenwerking tussen de ver schillende takken van de Ge meenschappelijke Aktie. De Minister Deze brengt de groet van de BSP en beklemtoont eveneens de belangrijke rol die de mu ziekkorpsen in het kader van de partij hebben te vervullen. Zij zijn een onmisbaar element zo bij vreugde, leed en solidariteit. Tot slot belooft Nationaal Voor zitter Christiaenssens de ge stelde problemen te onderzoe ken en te trachten er een pas sende oplossing aan te verle nen. L.H.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Voorpost | 1977 | | pagina 3