mmmmm
JAAR
f KARNAVAL
STOET
AALST
AALST
A.K.V. DE TETTEMOECHEN
DE «PRINSENCAEMERE» BRENGT
DE KARNAVALAFFICHE LIVE
HET BELFORT
'NOIG' KLEIN...
DE AALSTERSE
GILLES ZEER AKTIEF
DE TETTEMOECHEN
BRENGEN HULDE AAN DOLF
KARTASJ HEEFT KASTEELPERIKELEN
De Voorpost - 13-1-1978 - 7
JAAR
KARNAVAL
j 1ste
JAARSGROE!
Een struisvogelverenhoed. kost
voor het ogenblik zowat 75.000 F
als men weet dat dergelijke plui
men 20.000 F per kg kosten en er in
één hoed ruim drie kg zitten plus
dan uiteraard het fatsoeneren van
de hoed. Het huren bij één van ae
twee gespecialiseerde huizen in
Binche kost dan dit jaar zowat
130.000 F voor Karnaval alleen.
Niet alleen met karnaval zelf zijn de
«Aalsterse Gilles» aktief. Zo gaat
nu morgen zaterdag 14 januari te
20.30 u. de derde Gillesnacht door
in de zaal Bistro, Grote Markt (bi|
«de Frakken») en was er verleden
zaterdag een vóóroptocht te Erem-
bodegem Op zaterdag 21 januari
volgt dan nog een vóóroptocht te
Nieuwkerken vanaf 18 u. langs de
Schoolstraat, Dorpstraat, Dorp,
Schoolstraat, Hoezestraat, Res-
tert, Dwarsstraat en terug
Schoolstraat. Ter gelegenheid
van de Prinsenverkiezing op 20 ja
nuari brengen de Gilles een Show
die de evolutie van het gillesperso
nage wil evokeren en rekonstrue-
ren doch hierover leest U meer el
ders in dit blad Ook aan de Oilj-
sterse Avond en aan de zomerkar-
naval in de Koolstraat verleent de
groep zijn medewerking.
Aan hun voorzitter, Gustaaf De
Stobbeleir, de enige nog overblii-
vende van hen dié de eerste (car
navalstoet in 1923 hebben inge
richt, willen de «Aalsterse Gilles»
een speciale hulde brengen de
week vóór Karnaval, nl. op zondag
29 januari vanaf 15.30 umet afha
ling aan huis en optocht en rond 18
u. een rondgang op de foor. Bij
deze huldiging past dan uiteraard
een groot geschenk maar wat het
precies wordt kunnen we U nog
niet verklappen
LH
De Tettemoechen zijn een nieuwe groep die zo'n 15-tal leden telt Deze
jongeren hebben mekaar hoofdzakelijk in schoolverband leren kennen
met hun goede en slechte kanten. Vooral de leutige kanten schijnen ze
allemaal gemeen te hebben. Dat was dan ook de reden waarom zij ertoe
besloten een nieuwe groep op te richten.
Alle begin is moeilijk, ook voor de
Tettemoechen. Een grote praalwa
gen kunnen zij nog niet bouwen,
daarvoor ontbreken de financies.
Het wordt dan ook een klein met de
hand getrokken wagentje waarop
als hoofdfiguur Dolf De Stads-
trommelaar zal staan Het is een
stille, kamavaleske hulde aan een
gewaardeerd karnavalfiguur die vo
rig jaar verongelukte. Dolfken is er
niet meer. maar Aalst is z'n stads-
trommelaar niet vergeten, dank zij
de Tettemoechen
De groep is zeer aktief. Alles wordt
praktisch zelf gedaan. Indien de
eindafwerking niet van hen zelf is
dan mag je er toch staat op gaan
dat zij er voor iets tussen zitten,
voornamelijk met het ontwerp dan.
Zo ontwierpen zij hun eigen kos
tuum. Voor de afwerking deden zij
echter beroep op buitenstaanders.
Dat geld ook voor de kop van Dolf
ken. Ook hiervoor werd hulp van
buitenuit ingeroepn
De groep wil voornamelijk bewijzen
dat men ook nog op een goedkope
manier karnaval kan vieren. Met
vindmateriaal en handwerk komt
men ver. Naast hun kreativiteit kre
gen zij ook hulp van heel wat men
sen. Vooreerst was er de garage
Nova in Denderleeuw die het wa
gentje laste voor deze groep jeug
digen. In hun reklamebrochure ad
verteerden 77 winkels en firma's.
En verder zijn er natuurlijk nog de
vierkleurige stickers die zij aan de
geïnteresseerden aanbieden tegen
de prijs van 20. F.
Dank zij de inkomsten van de hier
voor genoemde bronnen zijn zij er
tot op heden in geslaagd alle kosten
te dekken. De leden hebben nog
niets uit hun eigen zak moeten bij
betalen. Langs deze weg willen zij
dan ook alle mensen die hen op een
of andere manier financieel hielpen
danken.
Zij vieren karnaval om de karnaval,
hebben zij een prijs des te beter,
maar zi| zijn in alle geval met van
plan om te gaan konkureren. Bij
hen gaat het hem nog om de leute
S.J.
De karnavalgroep Noig bij een parodie op staatssekretaris Henri Kissinger JM
Na een geslaagde bloemenstoet in 1922 georganiseerd door Fred
Kelders, Felix De Loose en niet het minst door de huidige voorzitter van
de «Aalsterse Gilles», Gustaaf De Stobbeleir, richtte men in Aalst in
1923 de eerste karnavalstoet in. 55 jaren zijn sinds verlopen doch er
waren slechts 50 kavalkades daar de jaren 40-45 zich tot dergelijke
festiviteiten niet leenden. Aalst was trouwens de eerste in het land die
na de oorlogsgesel terug met de karnavalaktiviteiten aanknoopte.
Noig is noig aan 't werk (SJ)
Bedoeling is het kreatief bezig zijn
o.a. door vormgeving en kleuren-
werk, het over de hekel halen van
sociale en andere mistoestanden
en uiteraard, en niet in het minst,
de uitbundige karnavalpret intens
beleven. In '74, hun stichtingsjaar,
bracht men een «Ode aan de
Kèzze», (de neus) in '75 de Nobel
prijswinnaar staatssekretaris Kis
singer, in '76 kwam Eddy
«Sterckx» als superstar aan bod en
verleden jaar hield men het bij de
doktersproblemen en de staking
Dit jaar wil men de «Restauratie
van het Belfort» onder de loupe
nemen waarbij werd vastgesteld
dat het nogal wat voeten in de aarde
had eer men er aan begonnen is.
«In Aalst», zeggen ons de gebroe
ders Louies, «duurt alles nogal erg
lang. Kijk maar eens naar de tijd die
de realisatie van het kultureel cen
trum in beslag nam, naar de tijd
nodig voor een sportkompleks of
een zwemkom».
Het Belfort, zinnebeeld dan toch
van de keizerlijke stede, wordt nu
karikaturaal gebracht echter niet in
reuzenformaat want de groep gaat
er van uit dat het evengoed met
minder materiaal in het kader van
grondstofbesparing en zuinig be
leid kan als met iets mastodontach
tig. Men kan een even goed resul
taat behalen met een kleine, goed
afgewerkte realisatie als met een
suDeraroot projekt. «Noig» brengt
dan ook liefst degelijks, maar-
schappijkritisch doch op ludieke
wijze gepresenteerd en goed afge
werkt (gedurende de week-ends en
soms 's avonds)Ook voor nieuwe
kostuums wordt inderdaad elk jaar
gezorgd, aansluitend bij het tema.
Moeders en een kleermaker zorgen
dan wel voor de realisatie van de
ontwerpen van de kostumering.
Met «Restauratie van het Belfort»
wil «Noig» zowel hekelen als op de
historische toer slaan, daarbij aan
sluitend bij de aktualiteit.
LH.
nnncp ctnpf lann rlnnr nn7P Aal*:- Stoet moeten Verlaten.
De vijftigste karnavalstoet was er aanleiding toe dat een aantal nieuwe 9a"sei stoei lang ooor onze aais Hoe dgn Qok wensen vee|
groepen het levenslicht zagen, Een van deze groepen is «Kartasj» geen terse straten moet niaen Het ware
«Tirekartasj», gewoon Kartasj.
De reus van de -Caemere- rust nog even uit (JM)
Een groep werkende jongeren en studenten stichtte in 1974 de groep
«NOIG», een vereniging zonder bestuur waar elk lid evenzeer aan zijn
trekken komt
Het zilveren jubileum in 1953 gaf de
gelegenheid tot uitreiking van ge
denkpenningen en kunstwimpels
en in dat jaar werd ook de eerste
prins karnaval gekroond cn ver
scheen het gigantisch Ros Balatum
ten tonele tot spijt van wie 't be
need.
De innovaties volgden dan elkaar
geregeld op: de eerste Cantinière
kwam in 1951, een nieuw reuzen-
paar in 1957. de stichting van het
eerste karnavalverbond in 1957, de
ajuinworp en verbranding van kar
naval in 1960. de heroprichting van
het karnavalverbond in 1970 en de
stichting van de «Prinselijke Cae-
mere tot Aelst» in 1972.
In 1971 verschenen dan onze
«Aalsterse Gilles».
Op onze vraag wat de naam «Gille»
eigenlijk betekent antwoordt ons de
dinamische sekretaris van «De
Aalsterse Gilles» Rony De Bruyn
dat er verschillende mogelijkheden
hieromtrent bestaan. Meestal
neemt men aan, en dit is ook de
mening van stadsarchivaris van
Binche Daniël Glotz, dat het de
naam was van een opvallend
Spanaard die op 'n grandioos kar-
navalesk feest door kledij, houding
en tooi boven de anderen uit-
troonde. Deze naam zou dan veral
gemeend zijn tot een hele groep.
Anderen menen evenwel wat de
naam herinnert aan de fijne kant op
de kostumering aan halsboord en
mouwen zoals te zien in «Polichi-
nelle en Gille».
Slechts één maal per jaar, met Kar
naval, vertonen de Aalsterse Gilles
zich in hun gillepak met rinkelende
bellen, klepperende klompen en
prachtige struisverenhoeden.
Dat zulks slechts één maal per jaar
gebeurt houdt o.m. verband met
het feit dat de ultra-dure kostuums
te Binche moeten worden gehuurd.
Deze groep bestaande uit een 20
30 leden, afhankelijk van de aktivi-
teiten. ontstond uit de Sint-
Jorisscouts en oud-scouts van de
zelfde groep. Afkomstig van Sint-
Anna zijn zij steeds nauw betrokken
geweest met het Kasteel Terlinden
Toen voor kort de stad dit domein
aankocht volgden zij van zeer nabij
de gebeurtenissen. Dat stelde hen
echter wat teleur. Tot op heden weet
de stad nog met wat zij met het
9oed gaat aanvangen. Zij heeft om
net rechtuit te zeggen nog «mets»
°tn er in onder te brengen. Dat
vinden de Kartasjen toch wat
reinig, en zij stoppen er dan maar
een «bult» in Die bult in het Kas
teel Terlinden stoppen is zoiets als
een tijger in je tank stoppen Vraag
hen niet wat dat allemaal betekent
want daar weten zij zelf geen ant
woord op. Een zaak staat vast. het
is in elk geval wat meer dan aat nei
«niets» van ons stadsbestuur.
Zou die «bult», «boeiljt'in 't Oilj-
sters soms iets te maken hebben
met een van de eerste karnaval-
groepen, «De Boeiliten»?
De Sint-Jorisscouts kunnen met al
les en nogwat overweg, maar rijk
ziin ze niet. Daarom ook is hun
wagen een verzameling van alleftëi
atoraakmateriaal. Zoals zij het zelf
zeggen: «Alleen de nagels en de
verf zijn nieuw»Met dat oude ma
teriaal kun ie heel wat aanvangen,
alleen valt de konstruktie, groten
deels uit hout. wat zwaar uit. Dat
zal hopenlijk geen problemen stel
len voor de Volkswagenkamionet
die onder het Kasteel van Terlinden
is gebouwd en het hele gevaarte de
Het kasteel Terlinden, nog zonder bult (SJ)
sukses toe en hopen hen ook in de
eeenenvijftigste stoet te mogen be
groeten. s.j.
«De Prinsencaemere», niet meer aan haar proefstuk, werd door het lijk projekt meebrengen kunnen
Feestkomitee uitverkoren om een interessante doch moeilijke taak tot worden gespreid over meerdere
een goed einde te brengen: het in leven brengen van de kamavalaffi- prestaties
che met al wat er aan en bij hoort L H
Uiteraard eerst de twee hoofdper-
sonnages: reus en reuzin. Reeds
vóór een halve eeuw werden ze
gemaakt en gedurende een decen
nia trokken ze ook mee in de jaar
lijkse kavalkade maar daarna raak
ten ze hier of daar in een vergeten
hoek en bleven er staan tot., de
Caemere er zich over ontfermde.
Uiteraard was er wel enig werk aan.
Bijschaven hier en daar, retouche
ren in de vormen waar het hoorde
en alles in frisse tinten brengen,
identiek met de karnavalsaffiche
van de 50* stoet. Men wilde het
eveneens de «dragers» wat verga-
mekkelijken en reus en reuzin staan
nu op wieltjes. Ghislaine Cornand
zal eer halen van haar werk.
De reuzen worden vergezeld door
trommelaars en fijfekaars en juist
geteld zeven prinsen van de Cae
mere zijn druk doende om de kne
pen van trom en fijfel meester te
worden. Een entourage van 25
aiuinboeren in typische kledij met
de nodige ingrediënten hoort er
vanzelfsprekend ook bij en ter ver
sterking werd hiertoe beroep ge
daan op leerlingen van een instituut
voor technisch onderwijs.
Buiten de reuzen voelde de Cae
mere zich nog verplicht ook een
mooie wagen te leveren met op de
achtergrond het historisch belfort
en ervoor, ter gelegenheid van het
half-eeuwfeest, een grandioos
bloemstuk de bloemenstad Aalst
ten volle waardig.
Voorgesteld aan de schepen van
Feestelijkheden werd ook dat de
beide Aalsterse reuzen zich niet tot
de Ajuinstad zouden beperken
maar wel als ambassadeurs van
Vlaanderens eerste karnavalstad
zouden optreden buiten de grenzen
van de stad en zelfs van het land
Het ware voor de Aalsterse viering
inderdaad een werkelijke propa
ganda. Dan zouden ook de grote
kosten die de realisatie van derge-
De Prinsencaemere- is bijna klaar met de Oilsjterse Reuzin (JM)