1
EK I
TWEEDE MOORDLIEDEREN VAN J. DE VUYST
IHET WERKPROGRAMMA
VAN LEDE VOOR DIT JAAR
LEEDSE OCMW PROBLEMEN
NOG NIET OPGELOST
ALBERT
VAN ACHTER
HERLEEFT JEUGDBEWEGING
TE MELDERT?
Julien De Vuyst
HET MOORDLIED
INDE
ZUIDELIJKE
NEDERLANDEN
(XXe eeuw)
VIJFENTWINTIG JAAR
RAADSLID
De Voorpost - 10-2-1978 - 15
Onlangs verscheen -Het moordlied in de zuidelijke Nederlanden
(XX'. eeuw)-, van de hand van Julien De Vuyst uit Mere. Dit is een
tweede boek over moordliederen. Daarmee komt de auteur een stap
dichter bij zijn streefdoel. Hij wil nl. 10 boekdelen over marktliede
ren samenstellen. De bloei van de heemkundige studie in Vlaanderen
schept een gunstig klimaat om dergelijke werken aan de man te
drcK brengen. Het eerste deel van de moordliederen is nagenoeg uitver-
idganj
eraan
ichepe
mi De
"Ulll Cl
kocht.
Het eerste deel van de moordliede
ren in de Zuidelijke Nederlanden
nfee verscheen vorig jaar. Daarover
ajuin heeft onze medewerker Wilfried
stapt Lissens uitvoerig verslag uitge
bracht. Hij loofde de schrijver om
de rijke dokumentatie in het boek.
dat het resultaat is van langdurig
en precies wetenschappelijk op-
zoekingswerk. Het boek betekent
een waardevolle bijdrage tot het
ikundig studiewerk in onze
gewesten. Het eerste boek behan
delde de moordliederen uit de 19"
eeuw en daarvóór. Bij het ver
schijnen van het tweede deel is dit
tema (voorlopig) uitgeput, maar
wat Julien De Vuyst nog in zijn
mouw heeft, zal de toekomst uit
wijzen. Hij loopt in elk geval vol
plannen.
TWINTIGSTE EEUW
De straatzangers vonden destijds
opvallende gebeurtenissen een
dankbaar onderwerp om nieuwe
liedjes te maken. Moorden waren
ook zo'n tema. De straatzanger
-«Si bracht de bevolking met zijn liede-
ren op de hoogte van de gebeurte-
nissen in de streek. Julien De
a Vuyst schrijft in zijn inleiding:
«Niet alleen schokkende gebeur
tenissen, zoals historische om
wentelingen met hun nasleep van
oorlogen, schrikbewind en andere
bezettingen ging de liedjeszanger
thematisch materiaal putten: ook
de vele moordgevallen waren een
welkom zang voer. Hierbij stond
de zanger dichter bij de realiteit en
handelde hij over gebeurtenissen,
vaak uit eigen omgeving»Markt
liederen fungeerden als een kom-
munikatie onder de bevolking. De
berichtgeving was weliswaar
overvloedig gekleurd: de teksten
van de liederen roepen op tot af
schuw en medelijden. De melodie
heeft veel weg van onze gekende
smartlappen. Julien De Vuyst ver
telt dat dit nog niet alles is: «De
woordenschat, die de zanger bij de
liederen gebruikte, scheen echter
nog niet volstaan te hebben, want
het hele gebeuren werd nog eens
gruwelijker voorgesteld op een
beschilderd doek dat telkens weer
voor iedereens ogen ontrold werd.
In de voorgestelde taferelen ont
brak het nooit aan overvloed van
bloed dat de omstanders deed hui
veren en hen deed medeleven-.
Op die manier raakte de zanger het
hart van al zijn toehoorders en
gingen zijn teksten als suiker-
broodjes van de hand. Veelal
moest de straatzanger zijn gezin
onderhouden van de opbrengst
van zijn liedjesteksten.
VOLKSE KULTUUR
Julien De Vuyst verdedigt verder
de straatliederen als échte volks
kunst. «Naar smaak en keuze
stonden onze liedjeszangers stuk
ken hoger dan de (huidige) kom-
merciële grammofoonplatenkwe-
lers, die meer aan steriliteit en de
cadentie lijden dan gelijk welke
zingende generatie van vroeger».
De burgerij destijds wilde een
«dergelijk laagstaand kuituurpa
trimonium niet als het hare be
schouwen». Schrijver geeft toe dat
het hier niet om pure kuituur gaat,
omdat de liedjes geschreven wer
den zoals het volk het wilde: met
veel sentiment. Aldus kon de
marktzangcr zijn «vliegende bla
den» (strooibriefjes) vlot verko
pen. Julien De Vuyst vergelijkt de
vliegende bladen met kranten,
omdat ze dezelfde nieuwsbren-
gende funktie vervullen. Hij
meent echter dat de liedjesteksten
de waarde van volksgebondenheid
hebben.
MOORDLIEDEREN
In zijn jongste boek verzamelt Ju
lien De Vuyst liedjesteksten uit het
I Tijdens de gemeenteraadszitting vorige week werd eveneens
I het werkenprogramma voor 1978 goedgekeurd. Voor de
I Leedse normen is dit een vrij omvangrijk geheel. Dit pro-
j gramma lokte dan ook heel wat opmerkingen uit tijdens de
bespreking in de raadszitting.
Buitengewone dienst
De geplande werken die uitge
voerd worden in de buitenge
wone dienst zijn de volgende:
het verbreden van de Olmen-
dreef, evenwel na de noodzake
lijke grondverwerving. Verder
zullen er parkings aangelegd
en verhard worden in de Kat-
straat, achter het politiege-
bouw, op de Wichelse Steen
weg en in Oordegem, achter de
vroegere gemeenteschool.
Verder zullen er ook straat
greppels aangelegd worden en
boordstenen aangebracht
worden in de Heiplasstraat, de
Barrevoetsehoek, en de
Groenstraat te Lede. Op het
Oud Smetlede te Lede en te
Oordegem op de Klinkaert en
een deel van de Speurt. Ook
zal een bestaande watergrep
pel vervangen worden in kassei
te Lede in de Poortendries, de
Suikerstraat en Ronkenburg
door KWS op steenslag. Men is
ook zinnens boordstenen te
herplaatsen op steenslag en
voetpaden aan te leggen in be-
tontegels op een breedte van
1,20 meter. Deze laatste wer
ken waren reeds vorig jaar
voorzien, doch werden nog niet
uitgevoerd. Verder zal men dit
jaar ook op alle begraafplaat
sen der deelgemeenten co
lumbaria oprichten, met tien
nissen per begraafplaats. Men
zal eveneens een straatgracht
overwelven langs de Rey-
meersstraat. Voor 't personeel
zal men een werfwagen aan
kopen en voor de duidelijke
wegmarkeringen op het grond
gebied aan te kunnen brengen
zal men een markeermachine
aanschaffen. Verder zullen dit
jaar wegen aan zijbermen en/of
voetpaden beplant worden. Er
bestaat ook een uitgebreid plan
voor de verbetering van een vrij
groot aantal landbouwwegen in
de deelgemeenten. Dit laatste
zou dit jaar in studie gegeven
worden. Ten slotte is men ook
nog zinnens een bochtverbete
ring te realiseren op het grond
gebied Wanzele-Lede.
den (uitmondingen op reeds
verharde wegen) evenals de
ontoegankelijke gedeelten van
landbouwwegen. Ten slotte zal
men ook nog waar het nodig is
voetpaden vervolledigen en
herleggen, dit meer bepaald in
bebouwde centra en dorps
kommen.
SMIJTEN MET GELD
Dit werkenprogramma gaf dus
wel aanleiding tot enkele bit
sige diskussies. Enerzijds werd
het nieuwe pakket landbouw
wegen dat men zinnens is te
verbeteren op de korrel geno
men door de oppositie. Dit plan
zou binnenkort ter studie gege
ven worden. De verbetering
zelf zou een massa geld kos
ten, maar hiervoor worden
aanvragen gedaan ter subsi
diëring bij het Ministerie van
Landbouw. Meester Ruyssinck
merkte op dat men reeds jaren
bezig is met een aantal land
bouwwegen in Lede zelf en dat
men nog steeds geen resultaat
heeft. Men heeft nog steeds
geen subsidie toegekend ge
kregen, de dossiers zijn nog
steeds in onderzoek Dit zou
nog lang kunnen duren en hij
vroeg zich dan ook af of het wel
opportuun is om reeds plannen
te maken voor de verbetering
van andere landbouwwegen.
Raadslid Frans Roelandt
merkte hier op dat men beter
ieder jaar binnen het bestek
van zijn begroting enkele land
bouwwegen zou maken, in
plaats van op die subsidie te
wachten, dit zou volgens hem
veel betere resultaten afwer
pen. Schepen de Paepe rea
geerde hierop dat eerstdaags
het onderzoek van het
dossier zal afgelopen zijn. Over
het programma in het alge
meen zegde raadslid Galle dat
alles zuiver verloren geld is. Hij
voegde eraan toe dat er hier in
Lede met geld gesmeten wordt
en dat hij graag eens zou zien
wat er binnen enkele jaren zal
gebeuren en van zal terecht
gekomen zijn van al dat geld-
gesmijt. Het enige wat hier
gebeurt is "t opstapelen van
massa's uitgaven door de ge
meenteraad volledig ongekon-
trolleerd, aldus nog raadslid
Galle. Hij voegde er nog aan
toe dat het gemakkelijk is zo'n
hele lijst af te dreunen, maar als
er rekening zal gepresenteerd
worden zal het te laat zijn. Over
het verbreden van de Olmeri-
dreef in 't bijzonder, merkte
hetzelfde raadslid 't volgende
op: dit is reeds het eerste ge
volg van uw verkeersplan dat
ge absoluut wilde realiseren.
Dpze verbreding zai een mil
joenenzaak worden, vooral de
onteigening van de grond
waarop een florisant bloemen-
bedrijf staat, met eveneens een
handelszaak eraan verbonden.
Ge weet niet waaraan ge be
gint. aldus nog raadslid Galle,
en dit alleen maar om uw ge
dacht te doen, meerderheid te
gen oppositie.
Raadslid De Pauw protes
teerde ook nog tegen de aanleg
van kolumbaria op iedere be
graafplaats. Dit zijn enkel nok
ken waar de mussen zullen
komen inwonen, ik zal dan ook
tegenstemmen uit kristelijke
overweging, aldus nog raadslid
De Pauw. Schepen Minnebo
wees erop dat dit wettelijk ver
plicht is voor iedere begraaf
plaats Dit antwoord wimpelde
raadslid De Pauw af en voegde
er nog aan toe dat 't allemaal
geldverspilling is Raadslid
Galle vroeg hoe zo'n kolumba-
rium er zou uitzien, hij zou dit
graag eens zien alvorens dat
opgetrokken wordt.
hele Vlaamse land. Foto's van
oorspronkelijke kopies illustreren
het boek. Bovendien weet Julien
bij elk verhaal een beschrijving
van de omstandigheden te voegen.
Daarvoor heeft hij de dag- en
weekbladen van die tijd uitge
pluisd om zijn boek met korrekte
gegevens te stofferen.
Op het eerste gezicht lijkt het
nogal repressief getint: een op
nieuw oprakelen van laakbare fei
ten uit het verleden. «Dat is hele
maal niet de bedoeling», zegt Ju
lien. «feitelijk wil ik helemaal niet
ingaan op dit tema. maar het
straatlied op zictf interesseert me.
Moordliederen komen nu eenmaal
dikwijls voor. Uit ons onderzoek
blijkt tenminste ook dat de huidige
kriminaliteit niet hoger ligt dan
vroeger. Momenteel raakt men
gemakkelijk in paniek omdat er
zogezegd meer diefstallen en
vechtpartijen plaats hebben.
Vroeger werd er zelfs meer ge
vochten dan nu. Men had de wa
pens op zak. Kermissen bijvoor
beeld waren zelfs gevaarlijke
plaatsen, als vreemde jongens
naar een meisje van ter plaatse
hengelden.
UIT DE OMGEVING
Bij wijze van illustratie vermelden
we hier nog de moorden, die in het
boek opgetekend zijn en plaats
hadden in onze gewesten.
Voor Erpe-Mere: de moord te
Aaigem op 14.11.28; de moorden
teErpe op 31.12.30 en 29.5.21 en
verder te Erembodegem op
29.4.23.
Ook Erpe kende zijn liedjeszan
gers, zo staat er in het bock, nl.
Remi De Smet en Julien De Wolf.
Originele eksemplaren van hun
vliegende papieren kon men zien
op de tentoonstelling «Zo was.
Erpe».
Deze citaten zijn slechts kruimels
uit de grote boterham die Julien De
Vuyst in zijn jongste boek te grab
bel brengt.
We vroegen hem hoe hij dat alle
maal kon verzamelen. «Als de
mensen weten dat je daarmee be
zig zijt. steken ze graag een handje
toe. Vrienden uit de streek, uit de
heemkundige kringen van Vlaan
deren hebben me daarbij behulp
zaam geweest. Maar tenslotte
vraagt het van ons ook veel gedul-
digd opsporingswerk in archie
ven».
Ondertussen is Julien De Vuyst
opnieuw aan t werk geslagen voor
zijn volgende uitgaven. Op zijn
programma staan er nog 8 werken;
allemaal over marktliederen, maar
nu met andere tematieken, bv. de
arbeid, de liefde enz. Wé zijn er
zeker van dat zijn jongste werk een
gewaardeerde bijdrage is aan de
heemkundige studie.
WH
Tijdens de gemeenteraadszitting vorige week is andermaal
het probleem van de omzendbrief van het Leedse OCMW aan
de bewoners van het bejaardentehuis opgerakeld geworden.
Aanleiding ditmaal was de goedkeuring van dit orgaan voor
het jaar 1978. Ook tijdens de laatste raadszitting van vorig jaar
was dat bewuste OCMW-probleem ter diskussie gekomen.
Nu was het raadslid Cobbaut
die de zaak terug te berde
bracht. Hij vroeg wat er nu ei
genlijk waar is van de zware
beschuldigingen die door
raadslid Galle en door een
persmedewerker geuit waren
aan het adres van de OCMW
Lede.d Bewust raadslid Galle
voelde zich onmiddellijk gevi
seerd en zegde dat die tekst
voor hem schandalig en vuil is,
zeer vuil. Wat daar geschreven
staat is overduidelijk en men
kan geen andere bedoelingen
uit de tekst halen. Als men iets
schrijft moet men weten wat
men schrijft, aldus nog raadslid
Galle. Hij ging verder met te
zeggen dat hij het zeer kleinzie-
ring vindt van 'n socialistische
partij dat ze op zijn uitspraken
en de inhoud van bewust kran
tenartikel moet reageren.
Vooral dan een socialistische
partij die beweert dat ze de
kleine man vertegenwoordigt,
nochtans blijkt dit niet uit de
bewuste brief die door de
OCMW aan de bewoners van
het rustoord werd overge
maakt.
Raadslid en voorzitter van de
OCMW, mevrouw Siau, her
haalde wat zij reeds in de vo
rige zitting had gezegd, dat het
zeker niet de bedoeling is om
goederen te houden en dat met
roerende goederen enkel
persoonlijke meubelen van de
bewoners bedoeld worden.
Deze brief is aan de oudjes
overhandigd om te vermijden
dat de reeds proppensvolle
kamers nog voller zouden ko
men te staan, aldus nog de
voorzitter. Dit ontlokte bij de
raadsleden Galle en Ruyssinck
de opmerking dat hier over de
tekst wordt gesproken en niet
over de bedoeling die er even
tueel achter zit. De tekst, aldus
bovengenoemde raadsleden,
is overduidelijk en ik blijf bij mijn
standpunt, voegde raadslid
Ruyssinck er nog aan toe, dat
dit een diefstal is tegenover de
bewoners van het gesticht.
Hier schoot schepen Minnebo
nog eens uit zijn sloffen en
zegde dat het protest tegen de
beschuldigingen die hij heeft
geuit via het plaatselijk rekla-
meblad, een protest was tegen
deze diefstal. Nog nooit, aldus
de schepen, heeft er iemand de
persoonlijke goederen van een
overleden bewoner van het be
jaardentehuis achtergehou
den. Het is hier dan ook volledig
misplaatst om van een diefstal
te spreken, geen enkel feit kan
deze beschuldiging bewijzen.
Schepen Minnebo voegde hier
evenwel nog aan toe dat hij ak
koord gaat over het feit dat de
tekst die verdeeld werd ver
keerd is en dat deze moet aan
gepast worden om alle misver
standen te vermijden.
Hierop replikeerde voorzitter
mevrouw Siau dat een andere
tekst ter studie is en dat deze
eerlang zal verspreid worden.
Ondertussen had raadslid
Galle de brief volledig gelezen
en deze deed hem ertoe beslui
ten dat de soep die aan de oud
jes geserveerd wordt van be
denkelijke kwaliteit moet zijn
omdat verzocht wordt geen
soepresten in de lavoirs te gie
ten. Het verzoek om er even
min hun linnen in te wassen ont
lokte aan raadslid Galle de op
merking dat het OCMW zijn
taak niet nakomt, zodat de oud
jes zelf hun linnen moeten
wassen.
Dit bleek olie op het vuur want
toen stelde schepen Noël de
vraag of men misschien niet
goed wist vanwaar dat bewuste
gewraakte artikel komt. Dit
komt uit een reglement dat ge
stemd werd in 1964, toen u,
meester Ruyssinck samen met
de CVP de absolute meerder^
heid in handen had, aldus
schepen Noël. Hij kon dan ook
de gedachtengang niet volgen
van de CVP-oppositie die hier
dus haar eigen reglementen
komt afbreken.
Meester Ruyssinck verdedigde
zich door te zeggen dat in die
tijd de mensen arm en behoef
tig waren en dat het houden
van hun meubelen toen een
kompensatie was voor de gra
tis of praktisch gratis verzor
ging die ze daar genoten. Doch
nu, aldus nog raadslid Ruys
sinck, zijn de meesten in ze
kere zin begoed en bezitten zij
allen zonder onderscheid een
zeker vermogen dat voorname
lijk bestaat uit roerende goede
ren.
Hierop ontstond er een vrij ver
warde diskussie over een noch
tans eenvoudig onderscheid
tussen roerende en onroe
rende goederen. Men was het
op dit punt onroerend eens, of
beter roerend oneens!
Als besluit zegde raadslid Galle
nog dat men met deze bewuste
brief de mensen de stuipen op
het lijf jaagt en raadslid Ruys
sinck voegde er nog aan toe dat
deze brief een misbruik is van
goede trouw.
De diskussie zal maar ten
einde zijn over dit punt als men
met een duidelijke, ondubbel
zinnige tekst naar voor komt,
waarin gestimuleerd wordt wat
men op zijn kamer mag hebben
en wat niet. Doch het begrip is
te algemeen en te veelomvat
tend om dit ongewijzigd te la
ten, want in dit geval zouden de
oudjes zelfs geen geld op hun
kamer mogen hebben, want
wettelijk gezien is geld, samen
met heel wat andere zaken uit
eraard, roerend.
MON D.G.
Als laatste punt op het agenda van de openbare raadszitting van
vorige week maandag stond er de huldiging van de heer Albert Van
Achter voor zijn 25-jarig ambtsjubileum als gemeenteraadslid.
Hiervoor werd hij samen met zijn familie in een eerste passende
hulde betrokken, later volgt nog de uitreiking der erbij horende
onderscheidingen.
GEWONE DIENST
In de gewone dienst, binnen
een beschikbaar budget van
vier miljoen, vierhonderddui
zend frank zal men volgende
projekten dit jaar pogen te rea
liseren: het bestrijken van de
zijkanten in de Broeder de
Saedeleerstraat, het vullen van
straatgreppels langs geasfal
teerde wegen van Lede
centrum met gietasfalt; het ni
velleren van zijbermen en het
herprofileren van straatgrach
ten te Oordegem, Impe, Smet
lede en Wanzele. Deze laatste
werken waren eveneens voor
zien voor vorig jaar maar wer
den niet uitgevoerd. Verder zal
men ook nog voet- en wandel
wegen verharden met betonte-
gels, asfalt of steenslag en do
lomiet; zal men de eerste delen
van landbouwwegen verhar-
Vóór enkele jaren had de parochiegemeenschap Meldert een
bloeiende jeugdvereniging, zowel voor jongens als meisjes, die in
aangrenzende parochies vaak als model werd gesteld. Wegens aller
lei omstandigheden en tribulaties, te lang om te melden en om geen
slapende honden wakker te maken, willen we hier geen oude koeien
uit de gracht halen maar wel de bezorgdheid van een deel Vleldertse
ouderparen vertolken in verband met eventueel het ontstaan van een
nieuwe jeugdbeweging.
«Wat gebeurt er met onze kinde
ren?» is een vraag die men zich
hier inderdaad vaak stelt.
De «J.I.N.'S» onder leiding van
Paul Jacobs willen dit probleem
onderzoeken maar niet zonder te
kunnen stoelen op een brede basis
waarbij alle belanghebbenden be
trokken worden.
-J.1.N - staat hier voor «Jijen Ik,
een Noodzaak- en is een afdeling
van de VVKS, de Vlaamse Berc-
niging voor Katolieke Skouts. Ze
houdt zich bezig njet meisjes van
16 tot 18 en jongens van 17 tot 18
jaar en met de bedoeling ze gedu
rende een jaar een passende oplei
ding te geven en ze als leider of
leidster van een jeugdgroepering
klaar te stomen.
Op de vergadering van vrijdag 3
februari te Meldert in het Paro
chiecentrum viel een sterk geïnte
resseerde opkomst van ouders,
vooral van Meldert en Baardegem
te noteren maar ook andere paro
chies waren vertegenwoordigd.
Besloten werd er gedurende een
maand elk week-end iets te doen
om de mensen voor de jeugdpro
blematiek te sensibiliseren zodat
gemotevcerd een houdine kan
worden bepaald.
Wat nu volgt zijn nog maar voor
stellen waarover met de passende
mensen nog moet worden gepraat
doch in principe zou het zo kunnen
worden.
Zaterdag 4 maart: te 20 uur in 't
Parochiecentrum gespreksavond
over «Zin of Onzin van de Jeugd
beweging» waarbij Chiro, KSA,
Scouts e.m.a. worden verwacht.
Zondag 12 maart richt men zich
meer speciaal tot de jeugd zelf met
een Poppenspel te 15 uur in zaal
«Ons Huis» bij Wwe Van Mol
Het poppenspel wordt verzorgd
door jeugdklub «Ypsilon-,
Daarna is er dan te 17.30 uur in de
Meldertse Parochiekerk een
jcugdmis met uiteraard een aange
past thema.
Zondag 19 maart: volgt dan in de
zaal Van Den Brocck (men wil de
kerk blijkbaar in het midden hou
den, wars van oude dorpsveten)
een filmvoorstelling van Chaplins
«Moderne Tijden- waar men dan
specifiek meer de ouders wil be
reiken
Zondag 26 maart volgt dan fi
naal het Paneclgcsprek in 't Paro
chiecentrum waartoe ieder zal
worden uitgenodigd met in het pa
nel jeugdleiders en vooraanstaan
den van de parochie. Daar wordt
dan uiteindelijk een antwoord ge
geven op de toch wel prangende
vraag «Komt er in Meldert weer
een jeugdbeweging?».
We zullen niet nalaten U verderop
de hoogte te houden van deze in
derdaad merkwaardige poging.
LH.
Sinds 10 januari 1953
Raadslid Van Achter is hiermede
eveneens het oudste raadslid in
dienstjaren van de 25-koppige
gemeenteraad van Groot-Lede.
Hij begon zijn lange taak als ge
meenteraadslid op lOjanuari 1953
in de oordegemse gemeenteraad.
Doch in feite dateert zijn politieke
aktiviteit reeds van vroeger, want
hij werd een eerste maal als verte
genwoordiger door zijn kiezers
aangeduid tijdens de verkiezingen
van 1946. Hij was echter toen nog
te jong om in de raad te zetelen en
moest nog gedurende een periode
van zes jaar wachten. In de pe
riode 1953-1959 was hij tevens
tweede schepen voor de muizen
(CVP) in Oordegem. In deze pe
riode is hij ook lid geweest van de
provincieraad. Van 1959 tot 1971
was hij dan raadslid van Oorde
gem en van 1972 tot op het ogen
blik dat Oordegem opgehouden
heeft te bestaan in 1976 was hij
eerste schepen. Sinds I januari
1977 zetelt hij als raadslid in de
Leedse gemeenteraad.
Het was burgemeester Gravez
welke deze curiculum vitae schet
ste en voegde er aan toe dat hij het
werk van Alben Van Achter niet
kent om daar in hel bijzonder over
uit te wijden, daar hij slechts 1 jaar
tot hiertoe samen met hem ge
werkt heeft. Burgemeester Gravez
drukte verder zijn hoop uit dat
raadslid Van Achter nog vele jaren
in hun midden mag vertoeven,
vooral daar hij een gewaardeerde
medewerker is door zijn jaren
lange politieke - en bestuurlijke
ervaring.
Hij betrok eveneens de echtgenote
van de heer Van Achter in de
eerbetuigingen omdat zij evenzeer
heeft medegeholpen aan het wel
slagen van de politieke karrière van
haar echtgenoot. Zij kreeg hier
voor bloemen aangeboden en de
heer Van Achter kreeg het ere-
plakket van de gemeente en een
prachtige ets ten geschenke.
GRAAG NOG
VELE JAREN
Op zijn beurt dankte de heer Van
Achter omdat zij hem niet te lang
laten wachten hebben op de huldi
ging. Hij ging verder met te zeg
gen dat een politikus hem ooit toe
vertrouwde dat iemand die na zo
veel jaren nog in de politiek zit.
niet veel politieke daden op zijn
palmares staan heeft. Hij hoopte
dat dit niet het geval was en dat zal
het zeker ook niet zijn. Hij voegde
er aan toe dat hiu misschien wel
een klein beetje moe wordt, maar
dat hij er wel nog graag zeer lang
zou blij zijn.
Hij somde dan drie kenmerken op
die men volgens hem in een poli
tieke karriere kan herkennen: ten
eerste de vreugde aan de politiek
bij de suksessen en ten tweede het
verdriet aan de politiek bij de
overwinningen, maar deze beide
vergeèt men vlug, aldus raadslid
Van Achter. Maar het derde punt
heeft hem zeer veel pijn gedaan.
Raadslid Van Achter voegde eraan
toe: «Ik heb altijd mijn partij ge
volgd ook al heeft dat soms zeer
veel pijn gedaan voor mij persoon
lijk. maar ook voor mijn familie-
en vriendenkring. Maar voor mij
stond de partij steeds op de eerste
plaats, ik volgde altijd mijn partij
en heb haar nooit ontrouw geweest
of de rug toegekeerd. Doch niet
iedereen heeft deze verdienste en
dit heeft mij pijn gedaan-.
Tot dus deze huldiging van het ju
bilerende raadslid Van Achter.
MON D.G.