PERSMEDEDELING VAN BURGEMEESTER D'HAESELEER Vrije tribune Uw woord B.S.P. P.V.V. ANTWOORD OP DE «OP BRIEF AAN JAN CAUDRO VAN DE INTERKOMMUNALE JEUGDWERKING, VZWTEERPE-MERE 2 - 24-3-1978 - De Voorpost de redaktie heeft het recht deze teksten in te korten. We zijn niet zinnens dat inci dent in de schoot van de be- stuursmeerderheid hier op te blazen. Een kompromis tussen om het even welke personen of organisaties is en blijft steeds een kompromis. Men moet we ten met wie men scheep gaat. Een feit is nochtans, dat de BSP blijkbaar idiologisch en po litiek in de bestuursmeerder- heid niet zeer sterk staat, of zul len de betrokkenen ons zeggen dat zij aan teksten zoals de be twiste niet veel belang hech ten? En daar komen we bij wat ei genlijk de hoofdbrok van dit ar tikel moet worden. In Antwer pen hebben volksvertegen woordigers, burgemeesters, raadsleden, syndikale verant woordelijken, patroons en noem maar op, zich gevonden om samen bij de regering hun onrusten bezorgdheid kenbaar te maken omtrent de plannen met Zeebrugge. Aan Zee- brugge zullen tientallen miljar den uitgegeven worden om er een nieuw havenkompleks uit te bouwen, dat volgens de Antwerpenaars de Scheldeha- ven wel eens noodlottig zou kunnen worden. Neen, we zullen hier niet probe ren uit te maken of de vrees van de Sinjoren gegrond is of niet. Daar gaat het niet om. We wil len er alleen de aandacht op trekken, dat men zich in Ant werpen wél kan vinden wan neer ergens een reëel of ver meend gevaar dreigt, en dat men zich in Aalst niet kan vin den wanneer er al lang geen sprake meer is van gevaar, maar wel van een immer voort schrijdende industriële aftake ling! Voor het vormen of aaneen- flansen van gemeentelijke be- stuursmeerderheden en de daaraan verbonden postjes, hebben ze alle moeilijkheden kunnen overwinnen en alle te genstellingen uit de weg weten te ruimen, tot en met de «pest van Vlaanderen» met degenen die de benaming uitgekiend hadden. Waar het om de eko- nomische en dus sociale toe komst gaat van ons gewest, blijkt dat alles onmogelijk. Men heeft ons de jongste we ken herhaaldelijk in gesprek ken allerhande op het feit ge wezen dat Aalst door allerlei onwelriekende histories te Brussel op het hoogste niveau een bedenkelijke reputatie heeft. Kan wel zijn, er is inder daad heel wat gebeurd, maar wat nu, wanneer na het voor stel van Mare Eyskens - het weze wat het wil - niet eens een begin kan worden gemaakt met het vormen van een aktiegroep die de ekonomische problemen van Zuid-Oost-Vlaanderen aanpakt? Bij de eerstvolgende klap nog maar eens aan de klaagmuur gaan staan en het een schande noemen? Is het dan toch zo dat het de heren alleen maar om hun elek- toraal kliënteel té doen was en is? Ray De Smet. OPENBARE WERKEN EN RUIMTELIJKE ORDENING 1978 Het is de bedoeling via deze bij drage enkel nieuwe impulsen van het beleid openbare werken en ruimtelijke ordening uiteen te zet ten. In de sektor openbare wegen komt er geen prestigebeleid inzake au towegen. Wel moet er een beleid komen ten behoeve van de veilig heid van voetgangers en fietsers. In Aalst heeft men behoefte aan veilige voetpaden. De deelge meenten moeten nog van voetpa den voorzien worden. Fietspaden zijn noodzakelijk voor nuts- en re- kreatiefietsers. Het verkeersvrijmaken van de Grote Markt is wel het hoofddoel voor 1978. De tendens om de aan palende straten verkeersvrij te maken is sterk verminderd en maakt plaats voor de optie ver keersarme straten: smalle rijstro ken met brede voetpaden. Woon- erfprojekten (St.-Kamielstraat, Sterrestraat. Lokerenveldstraat) zijn in voorbereiding. Het dorps plein te Nieuwerkerken en het kerkplein te Baardegem zijn aan een grondige herinrichting toe. Met de bouw van de koliektoren langsheen de Dender komt het wa- lerzuiveringsbeleid, na jaren van diskussie en vertwijfeling, einde lijk op gang. Voor de gebouwen blijft de aan dacht gevestigd op de verdere af werking van het Kultureel Cen trum en de aanvang van de werken aan het tweede zwembad. In de sociale sektoren zijn enkele «kleinschalige projekten- ge pland. De sanering van de enkele stadswoningen in de Onze- Lieve-Vrouwstraat vullen het eer ste initiatief van woningbouw ten behoeve van de derde leeftijd (Schietbaan en Rerum Novarum- straat). Inzake Ruimtelijke Ordening wordt het beleidsinstrument «al gemeen plan van aanleg» defini tief vervangen door een nieuwe beleidsvizie nl. de struktuurplan- ning. Wij hebben reeds de erva ring van het struktuurplan Aalst Centrum. Eerlang start de studie voor het struktuurplan Groot Aalst. Via deze planning krijgen wij een beeld van de toekomstige evolutie van Aalst inzake bebou wing. landbouw, industrie, ver keer en rekreatie. Op bazis van de rezultaten van die studie zullen bijzondere plannen van aanleg voor gans Aalst worden opge maakt. Dit laatste zal op aanbeveling van de Stedelijke Adviesraad voor Ruimtelijke Ordening zo vlug mogelijk en zonder dralen gebeu ren. Tenslotte wens ik erop te wijzen dat een centraal klachten- en in formatiebureau binnen onze afde ling openbare werken werd opge richt. Deze dienst is telefonisch bereikbaar op het nummer 21.57.51. toestel 159, en is ge huisvest Kapellestraat 8 (veranda nabij parking personeel). Alle nodige herstellingen aan straten, voetpaden, rioleringen, openbare verlichting, grachten, kunnen langs dit nummer aangevraagd worden. Deze nieuwe dienst is zo danig opgevat dat een zorgvuldige en deskundige dienstverlening verzekerd is. Centralizatie van alle aanvragen om herstel en onder houd aan het omvangrijke stadspa- trimonium is een noodzaak om tot een efficiënte en geordende uit voering te komen JAN DE NEVE Schepen Openbare Werken en Ruimtelijke Ordening Het voorbeeld van Antwer pen Heel even kwam een drietal weken geleden ook de gewone man in de straat ter ore dat er in het stadsbestuur «petrol in de soep» was. Dat de burgemees ter en Bert Van Hoorick er om trent de sociaal-ekonomische vraagstukken verschillende meningen op nahouden zal niemand verwonderen. Trou wens, ook wij hadden al even snel als Van Hoorick op de in leiding van L. D'Haeseleer in de brochure die de voordrachten voor de Kleine en Middelgrote Ondernemingen moest voor stellen, gereageerd Maar wanneer de PW het no dig acht Richard De Gols in zijn pen te doen klimmen om een en ander op punt te stellen, en de BSP het gepast vindt zijn schepenen op een bestuurs vergadering even aan de tand te voelen, dan is er iets of liep er iets mis. Het nieuw industrieel beleid door Mare Galle, volksverte genwoordiger In het plan Willy Claes dat vo rige week ter bespreking aan het Parlement werd voorge legd, wordt de tewerkstelling als een eerste punt behandeld, vooral dan in de nijverheid. Het nijverheidsbeleid moet samen gaan met een conjunctuurbe leid. Van de privésektor worden durf, creativiteit en risico's ver wacht, van de openbare sector moet een stimulans uitgaan voor het privé-initiatief en zal ook eigen economische initia tief uitgaan. Hierbij zal de groei van de traditionele sectoren (meestal in Belgische handen) die van de evolutieve (meestal in buitenlandse handen) trach ten te benaderen. De herstruktureringspolitiek wordt gericht op een hogere produktiviteit van de produktie- factoren voor een loonpolitiek, aankooppolitiek van grondstof fen en energie, managements- beleid, aanwerfpolitiek van fi nanciële middelen. De Belgi sche industrie moet zich meer toeleggen op het vervaardigen van technologisch hoog staande produkten. De over heid zal hierbij technologische vooruitgangscontracten met bedrijven afsluiten. Buiten landse investeringen worden aangetrokken en export naar ontwikkelingslanden (aan wie kapitaal ter beschikking wordt gesteld) en naar de Oostlanden wordt bevorderd. Hierbij wordt de oprichting van een export- bank overwogen. De Nationale Investerings maatschappij wordt omge vormd tot een industriële hol ding die een actieve participa- tiepolitiek zal voeren. Zij dient ervoor te waken dat bepaalde bedrijven niet onder buiten landse controle vallen. Zij zal risicodragend kapitaal aan brengen en participaties ne men in buitenlandse bedrijven als dit de industriële bedrijvig heid in België kan bevorderen en ze zal deelnemen aan de vergroting van dynamische be drijven. De overheid zelf zal specialisten in het leiden van industrieën aantrekken. We vermelden ook nog dat een speciaal stelsel van afschrij vingen voor bepaalde investe ringen wordt voorzien en dat er vrijstelling van BTW zal zijn voor arbeidscheppende inves teringen en vrijstelling voor be paalde voorwaarden. Ziedaar in enkele paragrafen het uitvoerig document van Mi nister Claes. Indien de B.S.P. alleen zou regeren, het zou er nog anders heben uitgezien. Belangrijke programmapunten, van de socialisten zijn erin op genomen. De fundamentele structuurhervormingen in de fi nanciële sector, de energie en het vervoer zijn er nog niet bij. De voorstellen voor een pro ductieverhoging en de schaal vergroting van de bedrijven zul len alleen niet alles oplossen (schaalvergroting maakt de bedrijven meer conjunctuurge voelig) en de fiscale maatrege len zullen niet noodzakelijk nieuwe investeringen, laat staan arbeidsplaatsen, tot stand brengen. Ten slotte spreekt het vanzelf dat de üemeenschapsakkoor- den ook op het industrieel be leid hun weerslag hebben. Ter loops, één van de eerste daden van de Vlamingen (die zich toch zo graag versnipperen) zal moeten zijn: van de vijf be staande Gewestelijke Ontwik kelingsmaatschappijen één enkele maken. Het Plan-Claes is een degelijk plan dat al veel belang hecht aan 't overheids initiatief. Het is een realistisch stuk. We koesteren natuurlijk nog de stille hoop dat de ge vraagde structuurhervormin gen nu worden voorbereid en dat ook spoedig zal uitgewerkt worden hoe de vooropgestelde omschakeling op technolo gisch hoogwaardige produkten een betere tewerkstelling in de hand kan werken. Hierbij mag niet uit het oog verloren worden dat de meeste werklozen on geschoold zijn en dat dus de bijscholing als een prioriteit moet worden beschouwd. ONRECHTSTREEKSE VER ANTWOORDELIJKHEID Het politiek bestuur mag zich zelf niet teveel ontledigen van zijn eigen verantwoordelijkhe den. Dit gebeurt wanneer een stadsbestuur bv. al te gemak kelijk zijn toevlucht neemt tot het stichten van verenigingen zonder winstgevend doel om bepaalde delen van zijn be voegdheid af te staan. Zo be staat te Aalst een VZW Aals- terse Sportcentra die de sport terreinen van de stad beheert. Het personeel van deze VZW is personeel van de stad; het be leid echter wordt aan 'n alge mene vergadering en aan een beheerraad toevertrouwd, daar waar een buitenstaander zich terecht kan afvragen, waarom dit deel van het gemeentelijk patrimonium moet beheerd worden buiten de recht streekse verantwoordelijkheid van de gemeenteraad. Een veelvuldig terugkerende klacht gaat over de «privatise ring» van de openbare macht. Het oprichten van VZW's door een openbaar bestuur is een vorm van privatisering: wat openbaar moet beslist worden, afwenden naar een niet- openbaar bestuur. Op het gemeentelijk niveau moet bovendien vermeden worden dat dezelfde fouten be gaan worden als deze waaraan de provinciale en nationale ge ledingen zich zo dikwijls ver grijpen. Het zich laten omrin gen door instellingen, organis men en verenigingen levert voor de mandatarissen veel bestuursmandaten op maar creëert de onrechtstreekse verantwoordelijkheid en holt de politieke verantwoordelijkheid uit van de democratisch geko zen openbare besturen. Het voorbeeld van sommigen die een overvloed van beheer dersmandaten bijeengaren, is bekend. Men vraagt zich wel af hoe zij het met de tijd klaar spe len om overal aanwezig te zijn en nog meer stelt hun deskun digheid een vraagteken Men moet ertoe komen de. rechten en de plichten te her zien van sommige verenigin gen die, zoals minister Van den Boeynants zegt over de para- statalen, «kleine of grote feodali- teiten» geworden zijn. Het subgewest zal in de nabije toekomst wellicht het vergaar bekken worden van al deze be voegdheden die openbare be sturen niet willen of niet kunnen op zich nemen. Het is slechts op voorwaarde dat het subge west zelf geen onrechtstreekse verantwoordelijkheid in het le ven roept dat de formule aan trekkelijk lijkt. GHIS WILLEMS FIETSERS WAARHEEN? ,02De problemtiek van de weg- pngèvallen loopt onmisken baar evenwijdig met de pro blematiek van het autoverkeer. De verkeersongevallen zijn een probleem en een sociale plaag geworden omdat op een relatief korte tijd een zeer groot aantal snelle motorvoertuigen begon gebruik te maken van wegen die voor dat snel, gemo toriseerd en massaal verkeer niet gebouwd waren. Noch de overheid, noch de poli tiediensten waren georgani seerd om doeltreffend op te treden ten einde een vlot, veilig en economisch verantwoord verkeersverloop te waarbor gen. Bovendien bleek ook zeer vlug dat de mens aan het stuur van dat snel motorvoertuig ook on voldoende opgeleid was en reacties vertoonde die met de doelstelling van een veilig ver keer in strijd waren. Het is dan ook begrijpelijk dat in een eerste fase van de strijd tegen de verkeersonveiligheid alle aandacht werd toegespitst op de automobilisten, op zijn autovoertuig, op de wegen waarop hij moest rijden en op alles wat met de automobilist weggebruiker te maken had. De laatste jaren is men echter gaan beseffen dat het ver- keersveiligheidsprobleem meer is dan een probleem van automobilisten. 50 van de verkeersslachtoffers zijn im mers geen automobilisten, maar wel voetgangers, fietsers, bromfietsers, ruiters en andere trage, zwakke en kwetsbare weggebruikers. Voetgangers en fietsers zou den samen zowat 30 van de verkeersdoden vertegenwoor digen. Anderzijds telden wij op 1 ja nuari 1976 in België ongeveer 3.075.000 fietsen voor dewelke de provinciale taks werd be taald. (In de provincies Luik, Namen, en Oost-Vlaanderen werden bij de telling de fietsen, toebehorend aan kinderen van minder dan 12 jaar niet meer meegerekend). Wie aan de verkeersveiligheid van de fietser denkt, denkt on getwijfeld aan fietspaden. Het lijkt erop $at wij wel nooit te we ten zullen komen hoeveel fiets paden wij in België eigenlijk bezitten. Op elke parlementaire vraag eromtrent wordt alleen geantwoord met het opgeven van 't aantal kilometers fiets-, pad langs de rijkswegen. Over de fietspaden langs de ge meentewegen wordt met geen woord gerept. Uit een recent antwoord van de Minister van Openbare Werken blijkt, dat er momentel 2.465 ki lometer fietspaden langs de rijkswegen zijn aangelegd. Hiervan zijn er 1114 km vrijlig- gend. Dit betekent dat de ove rige gemarkeerde fietspaden zijn, hetzij onmiddellijk naast de rijweg gelegen, hetzij geschei den van de rijweg door de vei- ligheidsstrook. Dit betekent dat in dit laatste geval moeilijk sprake kan zijn van een reële afscherming die de fietser tegen het bruut auto- geweld moet beschermen en dus alleen maar schijnveilig heid kunnen bieden aan de tweewielers. Wat de situatie in ons arrondis sement Aalst betreft, kon de Minister mededelen dat er op het einde van 1977 ongeveer 128 km fietspaden zijn aange legd of bestaande zijn. Voor 1978 blijkt reeds 'n fiets padenplan opgesteld te zijn, waarin ook voorzien wordt in de aanleg van vrijliggende fiets paden. Hieruit blijkt dat de situatie voor ons arrondissement weinig rooskleurig is; er wordt slechts voorzien in de aanleg van één enkele vrijliggende fietspaden- strook, nl langs rijksweg nr, 56 (Gent-Mons) tussen Ophasselt-Schendelbeke (km 32,450 tot 34,700), dus 2,250 km. Niettegenstaande wij het bud get, 500 miljoen frank dat de heer Minister voor dit fietspad In «Voor Allen» en «De Voorpost», beiden van 17 maart 1978, tor betekent ekonomische 2^n verschenen artikelen respektievelijk onder de titels «Omtrent onze polemiek met Burgemeester D'Haeseleer: Laten we dui delijk zijn en het incident sluiten» en «Polemiek D'Haeseleer - Van Hoorick: Laten we mekaar niet mis verstaan». moord». Ziedaar een reeks uittrelAn waarmee ik onbeperkt zou kun doorgaan. Met mijn artikel in «De Voorpost» van 10 maart 1978 wou ik gewoon de rechtzetting doen dat de tekst van de programmabrochure, be treffende de informatieavonden voor handel, nijverheid en land bouw, wel degelijk behandeld werd in het kollege, zonder dat mijn medewerkers-schepenen Mon sieur en Hooghuys opmerkingen hebben gemaakt! Wel werd voorgesteld de voorlich tingsavonden niet te houden op dezelfde avond waarop de burge meester en de schepenen hun zit dagen in de deelgemeenten hou den. In mijn wederwoord van 17 maart 1978 was mijn enige bedoeling de interpretaties, die Bert Van Hoorick aan mijn tekst gaf, te ontzenuwen aan de hand van teksten uit mijn voordrachten. Het was dus geenszins mijn bedoe ling een polemiek te openen Inte gendeel! Juist zoals Minister Claes meen ik dat immers niets opgelost wordt door te «bakkeleien»! Er is vandaag geen nood aan op vatting en polemieken: ER MOET IETS GEDAAN WORDEN! Ik meen immers een goede poging te doen met de informatiereeks Eerlijk ge zegd had ik van Bert Van Hoorick een enigszins positieve reaktie verwacht, te meer omdat hij weet dat Aalsterse bedrijfsleiders de werklozen en de werknemers ook! al meer dan 4 jaar wachten op een initiatief van de stad. Dat wordt ten andere beaamd door de K P -leider Ray De Smet. Alleen de C.V.P. blijft omtrent dit probleem meer dan onverschillig! Bert Van Hoorick ziet gaten in sommige van mijn opvattingen Dat is zijn recht maar hij zou er goed aan gedaan hebben zich vooraf gaandelijk te hebben vergewist welke houding zijn vrienden schepenen in het Kollege van Bur gemeester en schepenen hebben aangenomen in verband met de voorlich ti ngsavonden Mag ik hem vragen wat hij denkt van volgende «bloemlezing» uit de uitspraken en opvattingen van zijn partijgenoot Claes, Minister van Ekonomische Zaken: «Indien geen matiging aanvaard wordt, zal ons systeem van sociale voorzieningen de welvaarstaat dus in elkaar storten» (voor dracht te Aalst op 22 november 1977). «Willy Claes. op de 11e verdieping van de Meeussquare, bivakkeert er nu dag en nacht.» «Alleen met de weekends ziet hij Limburg nog Van maandag tot vrijdag doorploegt hij de dossiers van bedrijven en sektoren in moei lijkheden. Hoe harder het kabinet werkt, hoe hoger de dossierberg wordt. De ekonomische krisis gunt Claes en zijn team geen rust». «Wat de sociale zekerheid betreft, heb ik altijd gedacht dat dit het in stalment bij uitstek moet zijn om rijkdommen en inkomens te herver delen. Welnu, deze opzet hebben we toch gemist. Het stelsel is aan hervorming toe en sommige uitga ven moeten afgeremd worden». «Diverse publikaties tonen aan dat via de RMZ geen substantiële her verdeling plaatsvindt. Het pensi oenstelsel illustreert dit Hier vin den we dezelfde spanning terug als diegene die tussen de hoogste en de laagste lonen in de aktieve loopbaan bestaat. Van een echte herverdeling is dus geen sprake. Een zelfde kritiek gaat op voor de kinderbijslag. Boven een bepaald inkomen lijkt mij deze bijslag niet langer verantwoord. Ik ben er mij bewust van dat deze ideeën niet overal even enthousiast onthaald worden. Ook binnen de BSP wor den ze gevreesd. Sommigen stel len zich de vraag of zulke maatre gelen niet de afbraak van de so ciale zekerheid zullen inluiden. Ik heb begrip voor de vrees, maar toch geloof ik dat we dit risiko indien het tenminste bestaat, moeten ne men. Het kan immers sterk beperkt worden. Zo kunnen de grenzen bij de wet vastgelegd worden en ik zie het parlement niet zo makkelijk in een asociale richting evolueren». «Tot dusver lijkt het erop dat de bevolking nog niet te hard onder de crisis geleden heeft. De reisbu reaus doen nog altijd uitstekende zaken De reden? Tot dusver werden de lasten en de kosten van de krisis aan de staat doorbesteld. Quid wanneer het Rijk het gelag niet lan ger kan betalen?» artikel «Het Nieuwsblad» van 17.3.1978 En verder: «Met voormannen als Claes en Van Miert heeft het socialisme in Vlaanderen duidelijk méér gekre gen dan een nieuw gezicht: de be weging gaat de weg op naar een meer pragmatische aanpak van de zaken, en wil duidelijk niet verzan den in ideologische bakkeleien». «Claes: Wat de algemene sociale politiek betreft verklaart hij ondub belzinnig dat iedereen water in zijn wijn moet doen.» «Zei Claes nog: een nieuw indus trieel beleid kan alleen slagen als de sociale partners bepaalde prioriteiten aanvaarden: sober heid wordt een must». «Maar een feit blijft dat een taal, zoals gevoerd door Minister Claes. moeilijk zou kunnen gesproken worden door een liberaal minister van ekonomische zaken, zonder de vakverenigingen op straat te krijgen...» «Claes: Als we gulzig blijven, on dergraven we heel ons sociaal- ekonomisch systeem». artikel «De Beiaard» van 17.3.1978 En nog verder: «In zijn besluit wees Willy Claes erop dat het voorgestelde beleid een ingrijpende wijziging van men taliteit vereist. Men moet de indus triële durf en de kreativiteit terug vinden». «Alle sociale groepen, aldus Minis ter Claes, moeten beseffen dat on der de huidige omstandigheden de toetreding tot een afzetmarkt voor nieuwe produkties slechts kan plaats vinden mits een speciale in spanning, ja, een opoffering, op te brengen voor heel de natie met een intensifiëring en een reorganisatie van het wetenschappelijk onder zoek, een verhoging van de pro duktiviteit, een matiging van de loonkosten, gekoppeld aan een verbetering van de arbeidsvoor waarden en met vrijwaring van de koopkracht en een grotere autofi nanciering door de ondernemin gen. Er is geen andere uitweg voor een land met een beperkte natio nale markt». artikel «Het Volk» van 15.3.1978 «De Minister onderstreepte dat dit beleid, waarvan de grote krachtlij nen al zijn gekend, slechts kan sla gen indien de hele natie offers brengt; dat, gezien de budgettaire situatie, omzichtig en selectief zal moeten worden gehandeld en dat bij het uitwerken van dit beleid «ideologisch gehakketak» best achterwege kan blijven». artikel «Het Nieuwsblad» van 15.3.1978 En om de «bloemlezing» te beëin digen: «Een korte werktijd in de staalsek- !f! Minister Claes spreekt een rea I sche taal. Hij heeft ten minsti '9' moed de waarheid in de oge ^9 kijken. us Uit de uittreksels moet nu nieti (-F den afgeleid dat mijn teksten g r0< spireerd zijn aan de woorden n Minister Claes, of omgekeerd, teksten zijn immers veel ouder zijn uitspraken! p™ Ik kan alleen maar besluiten i®L een socialistische voorman - an hij regeerverantwoordelijk lytl draagt en echt gekonfronteei ou met de krisis! er duidelijk am jur, ideeën op nahoudt dan zijn p -u genoten Bert Van Hoorick die nog vastkalmpt aan oude ide die al jaren zijn voorbijgestree len De ideeën van Bert Van Hooinv doen mijn terugdenken aan de d F van de marxistische slogan nin gendom is diefstal»! Intusse mi zeer veel veranderd, maar s^ur( migen» willen het of kunnen niet begrijpen. Mij goed. Ze vo! den dan maar in de boosheid Als Bert Van Hoorick wenst voc gaan met zijn vrije tijd te beste i®n aan het schrijven van persartik (00 over «Lang vervlogen tijden» d (oo zijn goed recht. vqoi Dat hij dan zijn misnoegend jiw( botviert op de klare en de taal van Minister Claes! Voor mij is deze «persmededel no[ het slot voor wat voor sommfQ t een polemiek leek te zijn. Veri Toch nog dit: Ik heb niet het recht, Bert Van ij rick, die ik als 'n verstandig aanzie, raad te geven. Ik durf het aan een uitzonderir| maken! Mijnheer de volksvertegenwoordiger fractie-voorzitter, bekijk evenpOU' voorpagine van «TRENDS» ®tuu nancieel - economische magajWilli uitgave van 15 maart 1978 - mfcfdg vermelding «Nieuw industriebeU0o Willy Claes, verliest zijn rodet Aldus heb ik definitief punt w zetten achter de zogenaamde lemiek. Ik heb ander werk te doen! Inmiddels gaat de informatie! pagne verder en wordt aghe Nieuw-Aalst een nieuw ek£|or misch beleid gemaakt. jg Daden maar geen woorden. Cr het belangrijkste, dacht ik. nei L. D'Haesiras Burgei ki Alhoewel het evenmin in mijn bedoeling ligt een po lemiek levendig te houden wil ik toch een paar opmer kingen maken ter gelegen heid van uw «Open brief», verschenen in de vorige uit gave van dit weekblad. Ik blijf bij mijn bewering dat de studiedag over het Eg- montpact in Dido te Erpe niet onpartijdig en objectief was omdat het officieel pa neel uitsluitend bestond uit Anti-Egmonters. Zelfs de moderator, die tijdens de discussies misschien wel neutraal bleef, bewees een paar weken geleden na een spreekbeurt van staatsse cretaris Anciaux in het Hof ten Dale een ferfent anti-Eg- monter te zijn. ledereen heeft natuurlijk het recht er zijn eigen mening op na te houden, maar omwille van de onpartijdigheid had ik liever een ander scheids rechter gezien. U vraagt mij naar een verkla ring waarom de pro-Eg- montopvattingen zo gering in aantal waren? Wel heel eenvoudig omdat zij niet of ficieel uitgenodigd waren Yvor Pieri Uite kou: were dan: deze wel «raai een: tonr zoals de andere panee Hier! den! De VU kunt U niet verwijtïipi de bevolking niet te heblfeuyl voorgelicht aangezien partij zowel na Egmont na Stuivenberg de offici De teksten integraal en mHant saai heeft verspreid. Mey Dat er bij ons van pai ^ud tucht geen sprake was wijzen de neen-stemmen A de onthoudingen van so ®j|)e mige VU-parlementairen Kamer en Senaat. Ik noteer uw bereidheid r een gesprek te organize met alle betrokken partijl waaraan ik graag zal de nemen Hoogachtend, WERKTEN MEE AAN DIT NUMMER: Jan CaudiStee in zijn programma heeft voor zien, niet anders dan toejui chen kunnen, vinden wij het toch spijtig dat ons arrondis sement hier totaal over het hoofd werd gezien. Diane D'Haeseleer ALGEMEEN NIEUWS: Dolf Boel, Peter Dauwe, Mon De Gendt, André De Groeve, René De V\ Roger D'Hondt, Lieve Haverals, Erich Van der Eist Willy HostJ Wilfried Lissens. Rik Devijver FOTO'S EN TEKENINGEN: Patrick Kieckens, Eddy Lamin, Jan Muylaert, Jan Strickx jo Raes j SPORT: Mare Marcel, Gilbert De Pauw, André De Wit, Eric Van Aerschot, Jeff Hove, Beno Van Winckel REDAKTIE: Roel Van de Plas

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Voorpost | 1978 | | pagina 2