lede kort
Een oude strijdbijl wordt opgegraven!
Openbare werken te Lede
=De pastorijperikelen te Wanzele
St.-Martinus Oordegem vierde
haar patroonheilige
/ferV
i «71/ tT"
De Voorpost - 3-11-1978 - 13
Tijdens de raadszitting van vorige week dinsdag, ontstond er een ernstige diskussie naar aanleiding van een
wijziging van de begroting 78 aangevraagd door de kerkfabriek van Wanzele. Zij vroeg een woonstvergoe
ding van 3.000 F op te trekken naar 78.000 F (of 6.500 F per maand) en de gemeentelijke toelage van 57.000 F
gewoon uit diezelfde begroting te schrappen. Hierover ontstond een diskussie enerzijds over het feit wie er
eigenaar is van de pastorij te Wanzele en anderzijds over de verplichting van de gemeente een woonstver
goeding te betalen voor een pastorij die eigendom is van de kerkfabriek. Schepen Grepdon zegde tijdens de
beraadslaging, als het nodig was dat hij een oude strijdbijl zou opgraven en het dossier zou doorspelen aan
de pers. Wij hebben het dossier dan doorgenomen met het volgende resultaat
Het is niet de eerste keer dat over de
eigenaar en de woonstvergoeding voor
de pastorij een hevige polemiek ont
staat Reeds in 1955 was er hierover
een ernstig meningsverschil tussen de
kerkfabriek en het toenmalige gemeen
tebestuur van Wanzele. Dit resulteerde
in een bemiddeling van het Bisdom. Wij
gingen na wie er nu juist eigenaar is van
die pastorij en welke verplichtingen de
gemeente heeft tegenover de pastoor
sn de kerkfabriek,als zij over geen pas
torij beschikt.
EIGENDOMSVERWISSELING
EIGENAARSVERWISSEUNG
TOT GEVOLG
Dat de pastorij vóór de verwisseling wel
degeli|k eigendom van de gemeente
was staat buiten kijf en wordt bewezen
door tal van verslagen van de gemeen
teraad Zo was er in de raadszitting van
15 mei 1833 tijdens de bespreking van
de begroting sprake over een ontvang-
loon en reiskosten gemaakt door de
ontvanger om de subsidies in ont
vangst te gaan nemen die toegekend
werden door Rijk en Provincie voor de
aanbouw van een pastorij. Tijdens de
gemeenteraad van 25 augustus 1836
was er sprake over een lening»aange-
gaan bij notaris Bauwens uit Overmeire
voor de aankoop van de pastorij en om
deze lening te kunnen aflossen vroeg
men toelating gemeentegoederen te
verkopen De lening voor de pastorij
bedroeg 2.448,96 F met een jaarlijkse
intrest van 101,59 F.
Uit het verslag van de gemeenteraads
zitting van 4 september 1837 leren we
dat de verkoop der gemeentegoederen
niet voldoende had opgebracht, om de
lening af te betalen, de gemeentekas
leeg was en bijgevolg de toenmalige
burgemeester 182,96 F voorgeschoten
heeft, zonder intrest en terugbetaalbaar
naar de mogelijkheden van de gemeen
tekas. Dus dit alles bewijst wel het ei
gendomsrechts van de gemeente.
Een belangrijk element moet wel de
aankoop door de kerkfabriek geweest
zijn van een perceel grond gelegen
naast de pastorif. Hierover staat in de
verslagen van de kerkfabriekraad van
25 april 1844 dat een gunstig advies
gegeven wordt voor de aankoop van
een perceel grond van 4a 61 ca. door de
kerkfabriek van de heer Charles Van Der
Snickt, veldwachter van Wanzele.
De motivatie luidde toen; dit perceel
grond is goed geschikt om de tuin van
de pastorij uit te breiden en anderzijds
zou dit perceel kunnen aangekocht
worden door iemand die er een winkel
of kafee zal houden gezien de gunstige
ligging Dit zou een hinder kunnen zijn
voor de pastoor. Om deze redenen
wordt de aankoop van de grond goed
gekeurd in de gemeenteraadszitting van
9 mei 1844 en er wordt nog bijgezegd
dat de gemeente zelf niet kan overgaan
tot de aankoop gezien zij niet over de
nodige financiële middelen beschikt.
Wij springen dan naar 1894. In zijn
zitting van 17 maart van dat jaar keurt
de gemeenteraad het princiepe goed
een deel te betalen in de verwisseling
van de pastorij. In de gemeenteraad van
25 mei 1894 wordt die verwisseling
goedgekeurd om volgende redenen: het
onderzoek de commodo et incommodo
leverde slechts één bezwaar op dat door
de gemeenteraad als niet ontvankelijk
werd verklaard, het onderhoud van de
nieuwe gebouwen zal veel minder kos
ten dan het onderhoud van de oude
pastorij, de nieuwe pastorij beschikt
over een mooiere tuin. aan de oude
pastorij moeten grote herstellingswer-
j i i ken uitgevoerd worden en ten slotte
ien Oh kapelletje swat op oen'lokje grond da, „gendom „lande m,a „arteli >an de scha„er a|s
.rsc«4 **Habr,eken S'ensl J' eroegere paslonj. Ook hel «overdreven beschouwd. Het besluit
j ^rltggend deel grond was vroeger eigendom van de kerkfabriekwerd getrokken dat de verwisseling
;t|V J b h'cr de vergissing ontstaan? Het is trouwens blijkbaar lang geleden zeer voordelig zou zijn voor de kerkfa-
Jat de eigenaar van hel kapelletje, de kerkfabriek er naar zaq brick en de gemeente.
En dat in t jaar van het dorp. (EL) °e 'bee van de verwisseling was als-
Het seizoen van de harmoniën loopt stilaan ten einde. Dit
betekent dat bij de verschillende muziekverenigingen hun
St-Ceciliavieringen op til zijn. Vorig weekeinde was dit reeds
het geval voor St.-Martinus uit Oordegem. Zij besloten hun
suksesrijk seizoen, waarin zij elf titels veroverden, op een
waardige wijze.
T109 Zaterdagavond verzorgde de
ganse harmonie een enige
kunstmis. De kerk was voor de
gelegenheid stampvol gelopen
en alle aanwezigen waren ten
zeerste ontroerd over hetgeen
ten gehore gegeven werd door
de leden van St.-Martinus.
Zelfs de pastoor kon zijn ont
roering niet verbergen.
De ganse harmonie, dus majo
rette n, trommelaars en muzi
kanten vormden een reuze
zangkoor met als voorzanger
(wl
volgt ontstaan: rond 1890 was Leopold
Goris, burgemeester van Wanzele, ei
genaar van 't Kasteelken, zo immers
werd in die tijd de huidige pastorij ge
noemd. In 1894 ging deze failliet zodat
zijn goederen verkocht werden. De toe
nmalige pastoor, E.H. Vael, kocht het
Kasteelken met het gedacht het als pas
torij te bestemmen. Dus de pastoor
stelde voor aan de gemeente de oude
pastorij te verwisselen met het nieuwe
gebouw dat hij aangekocht had en dit
nieuwe gebouw als pastorij te bestem
men. De gemeente ging hiermee ak
koord om bovengenoemde redenen.
Hierdoor kwam de pastoor in het bezit
van de oude pastorij die hij dan ver
kocht heeft aan kleermaker Jan Vermei-
ren voor 3.500 F.
Maar bij die verwisseling in 1894 komt
de kat op de koord. Bij het uitvoeren van
de administratieve verwisseling zou een
bediende van het kadaster zich vergist
hebben. Dit zou waarschijnlijk het ge
volg zijn van het feit dat aan de tuin van
de oude pastorie een perceel grond lag
dat eigendom was van de kerkfabriek,
zoals wij hierboven aanhaalden. De be
diende heeft waarschijnlijk gedacht dat
het ganse domein eigendom was van de
kerkfabriek. In ieder geval bij het opma
ken van de notariële akte werd de
nieuwe pastorij opgeschreven als zijnde
eigendom van de kerkfabriek. Dus bij
de verwisseling zouden er twee verwis
selingen gebeurd zijn. Namelijk ener
zijds een verwisseling van eigendom,
zoals dus voorzien was en anderzijds
een verwisseling van eigenaar. Nergens
wordt er over de verwisseling van eige
naar ook maar met één woord gerept.
Het mag dus zeker wel gesteld dat het
toen niet de bedoeling was de pastorij
ook van eigenaar te laten veranderen.
Het is dus wel duidelijk dat vóór de
verwisseling de pastorij eigendom was
van de gemeente en dat na de verwisse
ling het kadaster de kerkfabriek als ei
genaar van de pastorij vermeldt. Dus
dinds die verwisseling is de kerkfabriek
eigenaar van de pastorij, maar de ma
nier waarop zij eigenaar geworden is,
kan dus wel gekontesteerd worden.
Nochtans hebben wi| de indruk dat ver
jaring in het voordeel van de kerkfabriek
zal spelen.
HET PROBLEEM DER
WOONSTVERGOEDING
Het tweede probleem dat rees in de
raadszitting was het probleem der
woonstvergoeding. Ook hierover is er
in het verleden reeds heel wat te doen
geweest Over dit probleem vonden wij
volgende historiek
Rond 1880 mochten de pastoors
slechts één mis opdragen 's zondags
Maar kort daarna is er dan toelating
gekomen om een tweede mis te cele
breren. Om de pastoor daarvoor te ver
goeden werd er alle jaren in alle huizen
van de gemeente door de kerkmeesters
een geldinzameling gehouden. Op een
gegeven ogenblik werd dat geldinzame-
gemeentesekretaris Jozef Huy-
lebroeck.
De eucharistieviering vormde
ongetwijfeld het artistiek hoog
tepunt van de St.-Cecilia vie
ring. Als intredelied bracht de
jeugdafdeling van de harmonie
«Zie dan komt de ovenwinner»
een fragment uit het Oratorium
Judas Mathodeus van Handel,
bewerkt door Paul Moens. Als
offerandelied zong het voltallig
koor een door Staf Hoebeeck
bewerkt Zuid-Amerikaans
volkslied «Ik bied u dit brood».
Na de offerande bracht de
jeugdafdeling een bewerking
van «O kruise de Vlaming» en
als kommunielied bracht het
koor «Gebed voor de Vrede»
van Johan Strauss, met als so
lozanger Jozef Huylebroeck.
Als slotlied bracht de voltallige
harmonie «Jutex» uit Mors et
Vita van Charles Gounod. Na
dit gebeuren was iedereen het
erover eens dat dit een unikum
was.
De viering van de patroonhei
lige op een meer traditionele
manier gebeurde dan zondag.
In de voormiddag werd mot de
voltallige harmonie een be
zoekje gebracht aan de
leden-herbergiers. Daarna had
er een geslaagd banket plaats
in de zaal St.-Martinus en was
Een zicht op de huidige pastorij tot voor 1894 in privaat bezit en toen «'t Kasteelkengenoemd werd. (EL)
Dit was de pastorij van Wanzele tot 1894. (EL)
er een zeer suksesvolle tom
bola ten voordele van een
nieuwe klankinstallatie en een
nieuwe vlag. 's Avonds was er
dan een bal met diskobar
waarop de jeugd duchtig de
beentjes loszwierde. Het werd
een festijn tot in de kleine uur
tjes.
Volgende zondag, 5 november
om 15 uur houdt de harmonie
op het kerkhof van oordegem
een hulde voor alle afgestorven
leden en ereleden. Volgt dan
uiteraard ook nog de traditio
nele komst van de kerstman.
Dit was oorspronkelijk voorzien
voor 11 december, maar werd
omwille van de eksamenpe-
riode verschoven naar 18 de
cember.
Ien afgeschaft en de gemeenteraad
stemde een subsidie. Er waren geen
problemen toen
Ten tijde van pastoor Baeten waren de
zogenaamde Fronters gedurende be
paalde tijd in de meerderheid in het
gemeentebestuur Om de pastoor te
tergen stemden zij de subsidie voor de
pastoor weg Verbolgen over dit feit
eiste pastoor Baeten een huishuur voor
de pastorij, in de mening verkerend dat
de gemeente, als zij over geen pastorij
beschikt, er één moet huren. De pas
toor vroeg 1.500 F woonstvergoeding
en dit werd goedgekeurd door de ge
meenteraad.
Ten tijde van het burgemeesterschap
van Frans Grepdon vroeg E.H. Van
Coppenole een verhoging van de woon
stvergoeding van 1.500 F. Na een klein
administratief voorval werd de woon
stvergoeding opgetrokken naar 3 000
F In 1955 evenwel trok E.H. De Bruyc-
ker naar de ontvanger der registratie
om de werkelijke huurwaarde van de
pastorij te kennen deze werd geschat
op 18.000 F per jaar. De pastoor vroeg
een woonstvergoeding van 12.000 F
per jaar De gemeenteraad weigerde
deze forse verhoging. Er ontstond een
konflikt waarin tussengekomen werd
door het provinciaal bestuur en door
het Bisdom Gent. De vikaris-generaal,
E.H. De Keersmaeker stelde toen vol
gende oplossing voor: de toestand la
ten zoals hij was. De gemeente betaalt
verder 3 000 F woonstvergoeding aan
de kerkfabriek, en onderzoekt de moge
lijkheid een vergoeding voor de hulp
priester te stemmen voor het opdragen
van een derde zondagsmis. Aldus ge
beurde en op 14 juni 1955 stuurde E.H
De Keersmaeker een schrijven aan bur
gemeester Frans Grepdon waarin staat
dat de moeilijkheden tussen de kerkfa
briek en de gemeente thans voor goed
uit de weg weggeruimd zijn en in de
toekomst uit de weg zullen blijven
Burgemeester Frans Grepdon bieef zich
evenwel verder aan de zaak interesse
ren, ook nog na zijn burgemeeste
rambt. In 1969 kwam hij tot volgende
bevinding. Hij stelde zich in verbinding
met de vereniging van Belgische Steden
en Gemeenten om meer te weten over
de wettelijke verplichting van de ge
meente om een woonstvergoeding te
betalen als zij geen pastori| heeft. In
haar antwoord schrijft bovengenoemde
instantie: «De meeste auteurs steunen
op het arrest van het Hof van Beroep
van Brussel, van 28 oktober 1932, vol
gens hetwelk op de wettelijke verplich
ting van de gemeente om aan de pas
toors of kapelanen huisvesting te ver
schaffen of een vergbeding te betalen
die overeenstemt met de waarde hier
van, uitzondering gemaakt wordt in ge
val het huis, dat bestemd is om als
pastorij te dienen, eigendom van de
kerkfabriek is geworden ingevolge gift
of testament, waardoor het definitief en
gratis deze bestemming krijgt.
Het antwoord van de Minister van Justi
tie verschenen in «De gemeente» be
vestigt deze thesis, volgens dewelke de
Een steeds maar verder draaiende molen in Lede is het hoofd
stuk openbare werken. Een kontakt met de verantwoordelijke
schepen De Paepe leerde ons dat talrijke werken in uitvoering
zijn. Vorige week heeft de aanbesteding plaats gehad voor het
toegieten van de watergreppels in het centrum van Lede.
Deze greppels lagen zeer laag. Ook de roosters worden opge
trokken.
Het werk is toegewezen aan de
firma Burda uit Brussel. Vol
gende maandag 6 november is
er aanbesteding voor de be-
strijkingswerken met asfalt van
de Broeder de Saedeleerstraat
en Smetlede centrum. Het be
treft allebei werken die minder
bedragen dan anderhalf mil
joen.
In Smetlede is men begonnen
met de eerste fase van de aan
leg der voetpaden en de
tweede fase gaat kortelings in
aanbesteding De kredieten
voor de verbeteringswerken
aan de voetpaden aan de Poor
tendries zijn opgebruikt zodat
een nieuwe aanbesteding moet
plaatsvinden. Ook de werken
aan de voetpaden te Wanzele
die met eigen personeel uitge
voerd worden, zijn nog steeds
in uitvoering. Op het kerkhof te
Lede waren de wegen in zeer
slechte staat. Gedurende de
dagen vóór Allerheiligen wer
den volop steenslagverhardin
gen aangebracht.
De werken aan de Rodtstraat te
Oordegem, waarvoor het
dienstbevel gegeven was op 15
augustus, zijn niet gestart maar
zullen pas aanvangen op 1
maart van volgend jaar. Omdat
het dienstbevel niet gegeven
was binnen de 90 dagen na de
aanbesteding had de eigenaar
het recht de werken te weige
ren. Hij zou dit gedaan hebben
omdat hij onmogelijk op die da
tum de werken kon aanvangen.
Een heraanbesteding zou zeer
veel tijd in beslag genomen
hebben en nog meer vertraging
veroorzaakt hebben. De aan
nemer vroeg een nieuwe ter
mijn en kreeg zijn aanvangsbe-
vel dus voor 1 maart 1979.
De technische diensten en
schepen De Paepe van Open
bare Werken zijn bezig met het
opmaken van het werkenpro-
gramma voor 1979.
<7Us
A/WÏOM
verplichting van de gemeente vervalt
wanneer de kerkfabriek een pastorij, in
de wettelijke zin van het woord, bezit».
In dat bewust tijdschriftDe gemeente»
verschenen in 1967 staat op bladzijde
47 het volgende te lezen- «antwoord
van de Minister van Justitie en van de
Franse Kuituur op vraag van de heer
Debucque, 2.8.1966 vragen antw.
Sen 1965-1966, nr. 41 p. 1216 Zelfs
als de pastorij eigendom van de kerkfa
briek is, is de gemeente niet verplicht
huishuur te betalen».
De Vereniging van Belgische Steden en
Gemeenten is in haar antwoord de me
ning toegedaan dat de gemeente
slechts van haar verplichting zal wor
den ontlast indien de woning die aan de
kerkfabriek toebehoort definitief en kos
teloos de bestemming van pastorij ver
kregen heeft. Indien de gemeente kan
bewijzen dat dit werkelijk zo is, zal ze
van haar wettelijke verplichting terzake
vrijgesteld worden
Tijdens de bespreking in de gemeente
raad vorige week werd het duidelijk dat
de gemeente de kerkfabriek van Wan
zele niet wil beletten te werken. De ge
meente is bereid het bedrag van 78 000
F welke de kerkfabriek als woonstver
goeding vraagt, toe te kennen onder de
post subsidie Evenwel niet als woonst-
vergoeding om bovengenoemd
prin
ciepe. Er werd vanuit het schepenkol
lege ook de bedoeling geopperd om de
zaak met de kerkfabriek van Wanzele uit
te praten. Dus afwachten welke de re
sultaten hiervan worden
De Kristelijke Bond der Gepensioneerden afdeling Wanzele is
kortelings aan grote festiviteiten toe. Deze Wanzeelse afdeling
bestaat dit jaar immers tien jaar. Dit wordt uiteraard met de
nodige luister gevierd. Afspraak wordt gegeven aan alle bejaar
den op donderdag 16 november 1978 voor de viering van deze
unieke gebeurtenis. Het zal er beslist gezellig aan toegaan bij de
gepensioneerden van Wanzele.
Er wordt een punt gezet achter het hoofdstuk nieuw station te
Lede.
Na een vrij lange lijdensweg van nieer dan twee jaar is het
nieuwe stationsgebouw dan uiteindelijk toch volledig ge
bruiksklaar gekomen. Vorige maandag, 30 oktober, heeft het
|>ersoneel in de loop van de voormiddag zijn intrek genomen
in het nieuwe en ruime stationsgebouw.
De honderden dagelijkse pendelaars waren dan ook werke
lijk in hun nopjes nu de winter voor de deur staat. Het werd
inderdaad de hoogste tijd. een derde winter vol ellende zou
maar al te gortig geweest zijn.
Desbetreffend een bericht aan alle mandatarissen van het
arrondissement het is niet meer nodig nog parlementaire
vragen te stellen aan de Minister van Verkeerswezen over de
bouw van het nieuwe station te Lede.
Traditioneel op 11 november worden de gesneuvelden herdacht
van de eerste wereldoorlog naar aanleiding van de wapenstilstand
die op die dag in 1918 plaatsvond. Iedere gemeente heeft voor
deze gesneuvelden wel één of ander monument. Meestal staan die
monumenten er reeds een hele tijd en vele verkeren maar in een
belabberde toestand. De toestand van het monument op het
Leedse dorpsplein was nu wel niet belabberd, maar het scheelde
toch geen haar. Hierop had de CVP-oppositie gewezen in haar
informatieblad CVP-Posl van juni 1978. De technische dienst
heeft, met de herdenkingsplechtigheid in het vooruitzicht, dan
toch ingegrepen. Er werd een stelling rondom het monument
opgetimmerd en een van de gemeentelijke werklui heeft er zich
de afgelopen weck mee geamuseerd het monument prachtig op te
kuisen. Het iseen verrijking voor het uitzicht van het Dorpsplein.
Naast dit monument en tussen de bijna volledig gerestaureerde
glasramen, staat de gevel van de kerk er niet zo fleurig bij.
Wanneer krijgt deze eens een beurt?
Door de fusie met vier andere gemeenten is in het gemeente
huis een vrij uitgebreid archief samengekomen. Hiervan was
minister Spitaels zich ongetwijfeld bewust. Hij heeft Lede
dan ook speciaal hiervoor vier personeelsleden ter beschik
king gegeven om dit archief te sorteren en te klasseren. Hope
lijk blijft van die vier mensen toch één persoon definitief
behouden met de bedoeling dit archief, dat voor de gemeente
zeker een zeer groot belang heeft, bij te houden en aan te
vullen. Een inventarisering van het'archief zal zeker wel zijn
nut hebben. Misschien gebeurt dit wel.
Vechtersbazen hebben toegeslagen in het anders zo rustige Wan
zele. In een herberg op het Dorp te Wanzele kwam het tot een
hoogoplopende ruzie tussen verbruikers. R.D.B. uit Wanzele
werd door onbekenden flink toegetakeld en liep hierbij verwon
dingen op.
Groot-Lede uw handelsgemeente. Dit is de titel van een bro
chure die deze week gratis in alle bussen van Groot-Ledc
terecht kwam. Het is een handelsgids met stratenplan van de
volledige gemeente. Zoiets is in ieder geval een lovenswaardig
initiatief van de V laamse Uitgeverij. Er werd een adressen
lijst van de gemeenteraadsleden in opgenomen, informatie
over gemeentelijke diensten en parochies en een onvolledige
lijst van vertegenwoordigers van vrije beroepen als apote-
kers, dokters, tandartsen en dierenartsen. Daarnaast is er
een uitgebreide gids van de Leedse handelszaken ingedeeld
per straat. Er staat ook nog heel wat reklame in, uiteraard
anders zou de bedeling niet gratis zijn. Maar wat er ook nog
in voorkomt zijn, in grote druk, de oproepnummers voor
brandweer, ambulance, politiehulp. Spijtig genoeg is op een
bepaalde plaats een verkeerd oproepnummer gebruikt voor
de brandweer. Wij gaan het verkeerde niet herhalen maar
enkel het goede nummer hier vermelden en dit is heel eenvou
dig het nummer 900. Aldus hopen we dat alle verwarring
opgelost is.
Nog over Wanzele, mijn dorp. De voorstellingen vorige zaterdag
en zondag van deze eerste film van de Wanzeelse kineasten kende
een overweldigend sukses. Tweemaal zat de zaal van het klooster
meer dan barstensvol. Er moesten telkens toeschouwers teleur
gesteld worden daar ze er gewoon niet meer bij konden.