i
O
fyi
KUNST ALS ERVARING
jnxn
HUMDRUM WEER OP KREJAPODIUM
I
mmmm
TONEEL BUITEN
DE DENDERSTREEK
14 - 3-11-1978 - De Voorpost
Kunst, dat betekent nog steeds voor velen kijken naar het herkenbare beelden. Dit laatste zijn gegevens
van waaruit men kan opmaken met wat men te doen heeft: huis, auto, hond, vrouw, man...enzoverder.
Meer is dat niet!
Het enige wat je verder kan interesseren is het materiaal; verf, plastiek, doek, papier, polyester...
Maar er is nog een derde reden waarom kunst boeiend kan zijn, of was, namelijk de esthetische waarde.
'i5
■j
ÉS
Piero Crida stelt tentoon in galerij Pieter Coecke. JM
Veel helle kleuren in hel werk van Yvan Theys. (JM)
Nu wordt ten allen kanten uit
verteld dat in de hedendaagse
moderne kunst alle estetische
waarden zijn verloren gegaan,
op hun kop gezet.
Een streng voorbeeld van ver
waarloosde estetiek is het
werk van de nederlandse kun
stenaar Stanley Brouwn. Hij zet
op een tafel duizend kaartjes
van 1mm dikte achter elkaar.
Op elk kaartje dat door het pu
bliek kan worden beroerd
schrijft hij dan het nummer, van
1 tot 1000. Juist, 1 meter lang is
zijn werk dus, Brouwn wil
daarmede tijd (lezen) en ruimte
(lengte) situeren.
Kunst als kijkgenot wordt in dat
werk kwasi uitgesloten maar
het terrein wordt verleng naar
een interessanter onderwerp,
kunst als ervaring. En die erva
ring is in vele gevallen belang
rijker dan het kunstwerk zelf.
Dan Van Severen
In het werk van de kunstenaar
Dan Van Severen is deze erva
ring - gerichtheid ook aanwe
zig. Een belangrijk gevoel gaat
ervan uit. Het werk wordt niet
afgesloten wanneer het op een
tekenblad door de initatiefne-
mer wordt overgezet. Het is
meer een signaal dat een reak-
tie verwacht.
Van Severen in een interview
met Yves Gevaert: «Het is on
gelooflijkwat een ontdekkingen
men doet door te reduceren,
het eigenlijke handwerk bijna te
reduceren tot niets, het over
bodige zoveel mogelijk uit te
schakelen (in zoverre zelfs dat
men er zou in slagen een schil
derij te maken waar geen mate
rie bij nodig is, dat enkel maar
gedacht is).
Van Severen kondigt hier zelf
het verlengstuk van zijn werk
aan. Kunst wordt ermede her
leid tot zijn werkelijke bestem
ming, de aanzet tot nadenken.
Van Severen stelt orde op za
ken: «Ik heb mij trouwens altijd
erg geïnteresseerd voor Arte
Povera en Minimal Art, met zo
weinig mogelijk het maximum
aan expressie bereiken. Al zeer
jong heb ik een hekel gehad
aan die overvloed van materia
len die we kennen. Het wordt
allemaal te ingewikkeld. De
mens in de welvaartstaat om
geeft zich altijd meer en meer
met zaken- die hem misschien
helpen en dat vind ik zeer posi
tief maar men gaat aan iets
voorbij, een harmonie gaat ver
loren. Men zou alles opnieuw
moeten kunnen herleiden tot
het aller noodzakelijkste wat
onvernvjdelijk een nieuw res-
pekt vopr het eerlijke materiaal
meebrengt. Ik denk dat mijn
werk in die geest moet begre
pen worden».
In de galerij S65 werden in de
voorbijejweken zo'n dertig bla
den grayek van deze kunste
naar getoond, maagdelijk aan
de muur gespijkerd, gewoon en
deugdelijk.
Piero Crida in
Pieter Coucke
Kompleet in tegenstelling met
wat voorafging is het werk van
Piero Crida. Deze Italiaan heeft
daar een aantal akwarellen la
ten ophangen welk stuk voor
stuk thuishoren in moderne in
terieurs. Harmonisch en met
veel kundigheid samengelegde
tekeningen en kleuren. Hij doet
onverwijld denken aan die an
dere landgenoot van hem Vale-
rio Adami.
De netheid waarmede Crida
zijn werkies afwerkt verraden
ons dat hij veel heeft gewerkt of
dat nog doet in de wereld van
het design. Ik zou zijn werk
meer pasklare dekoratie willen
noemen voorzien van soms
vinnige anekdotische gege
vens. Er straalt een onge
dwongen eerlijkheid van uit dat
wel, maar diepgang ontberen
ze. Binnen deze beperkingen
valt zijn werk toch op, al was het
maar om de hoek van de zitka
mer te versieren.
De galerij Pieter Coucke voert
sinds een tweetal jaren een vrij
beperkt expositiebeleid. Dit
seizoen komt dat misschien
wel wat verandering in. In de
cember volgt een tentoonstel
ling welke als opschrift mee
krijgt «De Italianen vandaag» en
zolas wordt vermoed heden
daagse kunst uit dat land zal
tonen. Voor de maand maart
wordt een gezamelijke voorbe
reid.
Een soort overzicht met de be
langrijkste kunstenaars wiens
werk sinds 1969 langs de gale
rie is gepasseerd. Pieter
Coucke viert in maart van vol
gend jaar zijn tienjarig bestaan.
Estetiek
Estetiek is in de beeldende
kunst vandaag dus een raar
beest. De kunstenaar Ger Van
Elk: «Een kunstwerk is geen
oogstreling, het is een stand
punt». In dat verband is ook de
verklaring interessant van
Hugo Roelandt. Tijdens zijn op
leiding aan de akademie van
Antwerpen was hij verplicht es-
tetisch knappe foto's te maken.
Toen hij de akademie verliet
probeerde hij slechte foto's te
produceren, kwestie van de
mentaliteit te onderzoeken
welke errond zou kunnen ont
staan. Zijn ervaring was dat
men na enkele maanden zijn
slechte foto's als mooi begon te
beschouwen. De estetiek van
de schoolklas moet dus echt op
een hoopje zitten.
Hetzelfde doet zich naar mijn
gevoelen voor het werk van
Yvan Theys, wellicht een van
de beste vertegenwoordigers
van de riante schilders die niet
de realiteit schilderen maar rea
listisch te werk gaan. Zo kan je
over het werk van deze kunste
naar spreken als over een
enorme miskleun. Maar vergis
je niet beste lezer, eerlijkheid
laat z
Alweer in galerij S65 starte vo
rig week-end de expositie van
deze kunstenaar. Volgende
week nemen wij hem wat meer
onder de loep.
Roger D'Hondt
Op dit ogenblik loopt in KVS-Brussel, een Italiaanse komedie.
Filumena van de hand van Eduardo De Filippo, Italië's meest
suksesrijke auteur in het genre. Hij wordt algemeen beschouwd
als de grootste, na de beroemde Pirandello.
Voor een afgeladen zaal mocht het KVS-gezelschap de galapre
mière brengen. De mooie dames en de uitgeborstelde heren
kwamen er wel aan hun trekken; was het niet met het stuk dan
toch wel op de sjieke receptie nadien waarbij praalzucht en
commerciële belangen hoogtij vierden.
In Filumena vertelt De Filippo ons de geschiedenis van de bour-
geoizie in zijn gewone doen met een inbreng van onverwachte en
buitengewone elementen. De boulevardstijl raakt in zijn werk
dan ook aan de diepere gemoedsbekommernissen van de gekom-
pliceerde mens.
Als zeventienjarig mcisje-van-plczier, maakte Filumena Martu-
rano destijds kennis met de zakenman en levensgenieter Domi-
nico Soriano. Filumena, Yvonne Lex, die echt van Dominico is
gaan houden, ziet in de verhouding een mogelijkheid om uit het
milieu weg te geraken. Dominico, Nand Buyl, houdt er echter
een andere mening op na. Voor hem is zij alleen maar een
plezierig tijdverdrijf, en daar Filumena fiem in allerhande zaken
helpt, mag ook voor hem de toestand wel een tijdje blijven duren.
In feite buit hij Filumena uit zoveel hij kan. Dat lieve leventje
(voor hem, want voor haar is het niet altijd een pretje) gaat zo zijn
gangetje tot zij beiden, zoals men het populair uitdrukt, een
jaartje ouder zijn geworden. Ondertussen verstreken er inderdaad
20 jaar. Dominico meent dat hij eindelijk aan een huwelijk moet
gaan denken, echter niet met Filumena. Filumena voelt zich
terecht bedrogen en, via een geraffineerde list, slaagt zij er in
Dominico tot een huwelijk te dwingen. Deze weel nochtans het
argument van bedrog inroepend, het huwelijk nietig te doen
verklaren. En dan speelt Filumena haar laatste, maar tevens beste
troef uit: ze zegt dat één van haar jongens zijn bloedeigen zoon is.
en men weet wat dit in Italië voor een man betekent
Voor deze produktie kan de lof toegezwaaid worden in de richting
van regisseur Anton Peters. Het is voor ons Vlaamse karakters
wel enigszins moeilijk het Italiaanse temperament in een tijdsbe
stek van ongeveer twee uur. te crecren. Dit is dan ook niet
gebeurd inde Vlaamse schouwburg te Brussel. Ook al kan Andrei
Ivaneanu dit wel in de opbouw van zijn dekor. Ivonnc Lex mag
deze produktie wel op haar aktief schrijven; zij was de steunpilaar
van het geheel, de overige rollen niet te na gesproken, maar deze
stegen niet uit boven de oppervlakkige typering van hun perso
nage.
JVS
Weet je 't nog? Rockralley '78... De Aalsterse voorselektie die
in Kreja doorging... Waar zo'n tiental nog niet al te bekende
groepen naar de gunst van het publiek dongen? Daar was ook
de Schepdaalse vijfmansformatie HUMDRUM, en deze snui
ters keren terug. Op zondag 19 november in datzelfde Kreja.
Over Humdrum wordt in RIFF
geschreven dat ze «een gedre
ven en gevarieerd soort rock
plegen». Dat slaat dan op de
voortdurende evolutie die ze
met hard werken in hun materi
aal brengen. Een materiaal met
wat echo's van Kinks, Kevin
Ayers en andere groten, enige
stuwende Allman Brotherach-
tige country rockers, jawel,
maar vooral met een ruime va
riatie met temp- en klankkleur
wisselingen. Overloze solo's
en pinkfloydtoestanden ga je bij
hen niet horen.
En, naar dat heet, werd er in die
Rockralleypreselektie aardig
wat gediskussieerd vooraleer
die jongens met een «vermel
ding» naar huis te zenden. Ook
al is dat een eer die slechts vijf
andere niet-finalisten te beurt
viel, dan meenden niet wei
nigen dat hen een finaleplaats
voorbehouden was. Maar we
willen niet verder in dit verleden
peuteren.
In de huidige samenstelling
speelt Humdrum pas sinds no
vember '77. Daar is bassist Luc
Van Cauter, gitarist Johan
Janssens en drummer Domini
que Desserano. De harde kern
zowat die samen al jarenlang in
verschillende muzikale water
tjes gezwommen heeft.
Fred Adams, toetsenwizzard
met een klassieke achtergrond
maar met een nieuw ontdekte
liefde voor het rockmedium;
Willem Hendrickx, speelt lead
en is ook songschrijver; en ma
nusje van allerlei technische
klusjes is Mare Van Cauter.
Je zal dat allemaal zelf kunnen
aanschouwen op zondaq 19
november in de Kreja. Om 20
u., maar reeds vanaf 19 u. is er
«vooranimatie». Je betaalt
veertig frank, wat zeker niet
overdreven is, enne... voor de
gelegenheid zal er een groter
podium zijn, v/ant schrijft Riff
over het Krejapodium niet:
«nou ja, toch bijna zo groot als
een goed uit de kluiten gewas
sen voorschoot».
Nog muziek, maar een andere
soort De zaterdag, 25 novem
ber dus, mogen folk- en klein-
kunstliefhebbers Terlinden-
waarts trekken. Daar komt im
mers de streekgenoot die nog
steeds met de drie op twintig
voor algebra op zijn maag ligt.
Jan De Wilde. Weetjewei:
reeds een achttal jaren niet
meer weg te denken van de
Vlaamse podia, maar sinds een
jaar niet meer in de streek te
zien geweest. Tenzij dan op de
televisieschermen met zijn
show «de bende van Jan De
Wilde». Zullen er ook nog zijn:
de nu voor het merendeel
Gents samengestelde groep Is
Cuma Liom. Met Ierse en an
dere folksongs en van Aals
terse Kris Steenhout-origine.
Voorverkoop van de kaartjes
60 fr. Inkom anders 70 fr.
En nog maar een andere soort
muziekklanken Hexachord,
zal een konsert spelen op vrij
dag 17 november in de feest
zaal van het V.T.I. ten voordele
van de Gezellen van het Heilig
Kruis (inrichters van de jaar
lijkse kruisweg op de Sint-
Jozefparochie) Hexachord is
een door jong en oud zeer ge
waardeerde zeshoofdige
groep. Mede dank zij hun muzi
kale kennis en Cantate - Do
mino - opleiding, vertolken ze
meesterlijk hun Engelse en
Franse madrigalen, Volksliede
ren, Negro-Spirituals,Volle
dig A Capella en duidelijk met
een eigen timbre en profiel.
Zaalprijs hier is 100 frank
(Pd)
Schepdaalse groep Humdrum krijgt hi sopt reden in Aalst.
In cinema Palace deze week twee films die verlengd
worden. In de Studio gaat «That darn Cat», een Walt
Disneyfilm, zijn tweede week in. De avonturen van
deze avontuurlijke kat zijn geschikt voor een zeer
groot publiek. In de Benedenzaal dan de nieuwe
Vlaamse produktie «Het verloren Paradijs» die haar
tweede week ingaat. Zoals beloofd nu wat meer
achtergrondinformatie over deze film.
Zoals u misschien wel bekend is is deze film een
realisatie van Harry Kümel, een man die sinds de
Wies Andersenshow op TV bekendheid verworf bij
het grootste deel van het televisiekijkend publiek.
Harry Kümel is filmregisseur en scenarioschrijver,
geboren te Antwerpen op 27 januari 1940. Hij maakt
reeds films vanin 1955, eerst op super 8 en later op
16mm. In 1961 begint hij als free-lance regisseur te
werken bij de BRT. In 1966 is hij regisseur bij de
VPRO. In 1967 realiseerde hij zijn eerste avondvullen
de langspeelfilm «Monsieur Hawarden».
Sedertdien heeft hij verscheidene dramatische en
dokumentaire uitzendingen voor de BRT verwezen
lijkt, drie scenario's geschreven en aan een viertal
andere meegewerkt. Daarnaast realiseerde hij ook
vier avondvullende speelfilms. Van 1969 tot 1973
doceerde hij aan de Nederlandse film akademie en
momenteel is-hij docent regie aan het Institut des
Arts de Diffusion te Brussel, één van de belangrijkste
Franstalige filmscholen. De producente, Jacqueline
Pierreux, studeerde van 1962 tot 1966 film aan het
INSAS, een andere leidinggevende Franse film
school in België. In 1970 richtte zij haar produktie-
maatschappij, Pierre Film, op en sindsdien is zij een
vaste waarde op de belgische filmmarkt. Enkele van
haar produkties die hier in het Vlaamse land bekend
zijn zijn: «Home Sweet home» van Benoit Lamy,
«Verbrande Brug» van Guido Hendrickx, «Ik, Kuifje»
van Henri Roanne en Gérard Valet, en nu «Het
Verloren Paradijs» van Kümel. De co-scenarioschrij
ver, Kees Sengers, werd geboren te Eindhoven,
Nederland, in 1946. Hij volgt filmlessen aan het
RITCS, het Nederlandstalige ekivalent van het IN-
SAS. Samen met Harry Kümel schreef hij in 1977 het
scenario en de dialogen voor het «Verloren Paradijs».
Hij werkt nu momenteel aan het nieuwe projekt van
Pierre Drouot en aan het scenario van «Slachtvee», in
samenwerking met Jean-Claude Carrière en Patrick
Conrad. De fotografieleider is Kenneth Hodges, ge
boren te Londen in 1922. Hij startte zijn filmkarrière
in 1939, eerst als assistent kameraman en later als
fotografieleider. Hij werkte mee aan zo'n veertigtal
films en TV-reeksen, zowel in Engeland als in de
Verenigde Staten.
Wanneer wij daarbij ook nog de hoofdrolspelers,
Willeke Van Ammelrooy, Bert André en Hugo Van
den Berghe nemen, twee Nederlanders en een Belg,
dan is het overduidelijk dat datgene wat wij hier
omschreven als «Vlaamse» film in feite een interna
tionale samenwerking is. En dit is het geval met de
meeste «Belgische» films. Het afzetgebied van ons
landje is al zo miniem dat men zich geen geredetwist
kan veroorloven over taal en problemen. Film ge
bruikt slechts één taal, de visuele. Verder is het ook
zeer normaal dat in de crew specialisten opgenomen
worden uit andere landen. Dit kan echter niet wille
keurig gebeuren en is door Bepaalde normen vastge
legd binnen het kader van de Europese gemeen
schap, beperkt. In de toekomst zal dit misschien
versoepelen. Aangezien deze film gemaakt werd in
samenwerking met het Ministerie van Nederlandse
Kuituur, stelt ook deze organisatie haar voorwaar
den. Kortom een hele reeks normen die het de
Belgische Film niet gemakkelijker maken, integen
deel.
«Het Verloren Paradijs» is een film die het bekijken
waard is. Niet alleen hekelt deze film de plaatselijke
politieke toestanden en wordt er de draak gestoken
met de landelijke dorpspolitiek, het is een film die
ons toont zoals wij in feite zijn. Voor sommigen zal
dat misschien hard overkomen. Men ziet zichzelf niet
graag in de spiegel. Alhoewel het verhaal fiktie is zou
het toch echt gebeurd kunnen zijn. Het is deze
realistische aanblik die de film in mijn ogen zo
aantrekkelijk maakte, dit in tegenstelling met de
vorige Belgische produkties.
In afwachting dat John Travolta met «Grease» cinema
Feestpaleis bereikt zullen de cinefielen het nog moe
ten stellen met een aantal andere films. Deze week
wordt in zaal 1 «Game of death» verder gespeeld. De
fans van Bruce Lee en van de oosterse verdedigings-
sporten komen dus nog een tweede week aan hun
trekken.
In zaal 2 van datzelfde Feestpaleis gaat een nieuwe
film van start «Een zeer, zeer privé-detectieve», een
pittige komische prent waarvan de titel u de inhoud
reeds laat vermoeden. Veel kijkgenot.
S.J.
Tot 9 december stelt Yvan Theys werk tentoon in de galerij S 65. (J\