Willy Melckenbeeck: ik ben vastbesloten te winnen! Luc Janssens: voor de eerste maal kandidaat Johan Meuleman: Oordegem bestaat ook nog! LEE-KARNAVAL: 27 JAAR EN NOG VEEL LANGER ÜH 20 - 9-2-1979 - De Voorpost Willy Melckenbeeck (ja, de broer van renner Frans Melcken beeck) stelt zich voor de tweede achtereenvolgende maal kandidaat bij de prins-karnaval-verkiezing. Hij werd geboren te Aalst in 1951 en woont alleen aan de Stokstraat nummer 1. Willy verdient de kost met kasseien leggen. Hij vertelt honderduit: aanmoedigen. De grootste Verleden jaar kwam ik op de steun, vooral geldelijk dan, idee om eens mee te doen. Ge weet wel, niet om te winnen, maar zuiver om eens te gaan verkennen hoe zo een verkie zing verloopt. Toen eindigde ik de laatste of zoals ge wilt, de- derde op drie kandidaten. Nu Stel ik mijn kandidatuur met het doel te winnen: ik zou zo graag eens prins karnaval zijn! Steun heeft Willy, naar zijn zeggen, genoeg. «Zijn» karna- valgroep, de Brassers, staat volledig achter hem. Ook de central, de rembrand en nog enkele groepen zullen hem komt van een firma die het ver warmingsprobleem oplost aan de Barrevoetsenhoek. Over zijn optreden op 17 fe bruari, wenst Willy niet veel te verklappen. Zeker is dat hij zal optreden met het orkest Sum- merband, dat hij iets zeer spe ciaals voorzien heeft (maar ik zeg niet wat!) en dat hij zijn op treden besluit met een liedje voor en zuiver over karnaval. De Brassers zijn een groep die geen bals geven, geen geld in het bakje proberen te krijgen door grootse manifestaties, maar die zuiver voor het plezier meedoen aan de karnavalakti- viteiten. Dit verklaart de spon tane reaktie van Willy Mel ckenbeeck als we vragen wat hij gaat doen, ingeval hij verkozen wordt: Ik heb het beloofd, zegt Willy, dan doen we met de groep een rondgang doorheen alle kafees van Groot-Lede. Wij zullen geen enkele overslaan. Op die manier zullen de men sen van de kleine gemeenten ook eens iets hebben van kar naval. Ik beloof het: in dat geval zullen ze eindelijk in Lêe eens weten wat een prins karnaval is, want dat is hier nog niet ge weten. De eerste taak van de verkozene is naar mijn inziens ambiance in een zaal brengen en dat is nog niet veel gebeurd! Zoals in de tijd van Walter De Cuyper (een zeer goede vriend, die door Willy in alles geholpen werd) zal ik tijdens de stoet zeer vrijgevig zijn: de ou deren krijgen een bonnetje met de naam van het kafee waar ze gratis een pint mogen gaan pakken. De jongeren zullen verwend worden met hele handvolle karamellen. Ge zult ze zien grabbelen. Ja, zegt Willy, ik heb er dit jaar een goed oog in: Ik ben naar alle mogelijke karnavalfeeste- lijkheden geweest, naar de bals van alle verenigingen.. Het zou al erg fout moeten gaan... De nieuwe Miss Bette ken ik zeer goed: ik ben er zeker van dat wij degelijk kunnen sa menwerken. Zij is trouwens een echte karnavaliste. En die samenwerking heeft Lêe kar- naval'nu juist zo broodnodig. Tot slot verklapt de aspirant prins nog het volgende: «Men vraagt zich af, waarom iemand zijn plezier vindt in deze verkiezing, waarom een per soon zijn geld verspilt aan kar naval. Welnu, ik doe dat uit de diepste grond van mijn hart! Hiermee wil ik een steentje bijdragen tot het welslagen van het grootste kamavalgebeuren van onze gemeente. De mensen van het feestkomitee en de Orde van den Boer staan reeds vele ja ren in de bres: ik wil hen een beetje helpen, om van het ge beuren iets enorms te maken. Ik hoop dat karnaval nog vele jaren plezier mag verschaffen aan al onze Ledenaars. Daar toe wens ik, Willy I, ook mijn steentje, of zeg maar mijn hart, toe bijdragen». Tenslotte vroegen we of Willy nog een speciale wens had. Het antwoord was zeer kort: «Ja, dat ik (als ik met mijn jas- met-Leeds-schild) optreedt met de wetenschap dat zoveel mogelijk karnavalgroepen ach ter mij staan!». Wij wensen deze kandidaat ondertussen veel sterkte... RDv Willy Melckenbeeck: Ik zou dolgraag Prin* Willy l worden, inspanning is mij te veel(EDV) Wij troffen Luc aan met een ietwat zwaar hoofd en een beetje wit rond de neus. De reden was niet ver te zoeken.Hij had juist een gezellig feestje achter de rug. Maar deze twintigjarige kandidaat prins karnaval staat ons kalm te woord. Het is de eerste maal dat hij niet iedereen! meedingt naar deze hoge kar- navalpositie. Eerst was het niet voorzien, maar de medeleden van de Keelblussers hebben hem dan toch kunnen overha len zijn naam op te geven. Luc zegt zelf: ik doe mee voor het amusement dat er zeker aan vastzit: Ik wil ook een persoon lijke inspanning leveren om iets meer te doen voor de feeste lijkheden. Dat ik mij kandidaat stel is hiervan reeds een voor beeld: immers, dat doet toch Niet alleen de Keelblussers, ook de twee groepen van de Heipias: de Sleuren en de Ma- joberkes beloofden hem te steunen. Zijn moeder staat vol ledig achter het initatief. Zij was het die zoonlief verwittigde: «Verklap niet alles, want 't komt in de gazaet!» Alleszins is het zonneklaar dat er bij de verkiezingen veel bord jes zullen omhooggestoken worden met het nodige keelge luid erbij. Luc Janssens, kandidaat prins Luc -Miss Bette komt uit onze groep, waarom de Prins ook niet!- (EDV) Luc voorziet een prettig optre den: hij gaat er een echte show van maken: de leden van de groep trommelden een gele genheidsorkestje samen en zullen de bewuste avond zor gen voor het nodige muzikale lawaai. Luc treedt alleen op. Het werd bewezen bij de Miss Bette- verkiezing dat iemand die al leen optreedt, meer kans heeft dan diegenen die in een groep hun nummer opvoeren. Toch zal op het laatst een verklede helper op het toneel verschij nen Er worden twee liedjes voorzien. Het eerste is zuiver over de plaatselijke karnaval, het tweede lied is min of meer politiek getint en werd bedoeld als een meezinger om het op treden te besluiten. Dat de kersverse Miss Bette van de zelfde kamavalgroep is, geeft hem moed. Mocht het eens waar zijn: in hetzelfde jaar een miss en een prins! Maar wat zouden de plannen zijn indien Luc verkozen werd? Daarop kregen we geen ant woord: «Daar heb ik eigenlijk nog niet over nagedacht!» Maar naar alle aktiviteiten van de karnavalgroepen en zelfs van het feestkomitee zal ik ze ker gaan, zoals ik dat nu reeds doe. Eén aktiviteithebikditjaar gemist en dat was het bal van het Hof der Prinsen. Maar daar ben ik niet geraakt doordat ik die avond een auto-ongeval heb gehad... Moest ik prins worden, zou ik proberen om achter boeren- maandag meer vaart te zetten. Nu is dat een feestdag alleen voor de groepen Maar het zou mijn wens zijn dat iedereen er aan meeviert. Vooral de Leedse scholen hebben hier een fout. Zij beschikken over voldoende snipperdagen die ze zomaar kunnen nemen, waarom geven ze de kinderen op boerenmaandag geen ver lof?! 't Feest is toch in de eerste plaats voor de jeugd bedoeld! Zijn voornaamste wens is ech ter prins te worden. Het moet inderdaad heerlijk zijn in de stoet te rijden in een open auto zoals het koningspaar... Luc weet dat hij er zich zal moeten voor inzetten, zonder inspan ning krijgt men zeker niets! Toch zal deze kandidaat spor tief blijven: als hij niet verkozen wordt, zal hij zijp medekandi daat nog even hartelijk de hand schudden en hem een welge meend (vol )glas aanbieden. Ook bij eventueel verlies, knip oogt Luc, zullen we er toch een plezierige karnaval van maken. Het enige wat Luc Janssens tegensteekt is het anders zo plezierige gebeuren, is dat sommige personen niet goed of onvoldoende samenwerken met het feestkomitee. Ook de subsidies voor de karnavalver- enigingen zouden moeten ver hoogd worden. Als ge ziet dat ze voor enkele koerskes waar altijd dezelfde mensen staan te kijken, een even groot stuk van de koek krijgen als de 18 ak- tieve groepen, die er zijn voor het plezier van iedereen... Ook de voorbereidingen van de groepen kost meer! Toch vindt Luc Lêe-karnaval een grootse gebeurtenis, die hij voor geen geld ter wereld zou willen mis sen. Wij wensen hem veel sukses in de strijd om de titel. RDv Johan Meuleman zag 25 jaar geleden het levenslicht te Wette- ren. Sinds een hele tijd woont hij, met zijn vader, op Dries 31 te Oordegem. Daar verdient hij zijn dagelijks brood als zelfstan dig tuinbouwer. Toch vindt Johan nog de tijd om zich even te ontspannen: hij is de hardwerkende voorzitter van de Sper- teleirs. Zijn eerste deelname aan de verkiezing van prins karnaval verklaart hij op een eenvoudige wijze: «Oordegem is de verste deelgemeente van Lede. Wij willen tonen dat we nog leven. Het is eigenlijk een kwestie van durf, want wij tonen met deze kandidatuur dat we ons door Lêe zeker niet laten achteruit steken!» Eigenlijk is het geen eigen idee om mee te dingen naar de hoge titel: het is eigenlijk de groep Sperteleirs, die hun voorzitter aanzetten om deel te nemen. Misschien kan de groep, zo re deneerde men, er voordeel uit halen, vooral wat betreft de le denwinst. Het is namelijk één van de grootste wensen dat de Sperteleirs een grote groep zouden vormen, die bestand tegen tegenslagen of omstan digheden toch zou blijven be staan. Steun heeft deze kandi daat genoeg. Voornamelijk de Oordegemse VAB- vertegenwoordiger Benoni Van De Steen staat achter het initia tief van de«jongeren uit zijn pa rochie». Ook het transportbe drijf van De Dijcker heeft veel problemen weggewerkt, door de jonge groep een dieplader te schenken. Het gaat hier om een voertuig, waarmee vroeger buldozers vervoerd werden. Aan bloemenhandel Pierre Everaert kunnen de jongens van de vereniging niets mis- Dit weekeinde loopt in het Kultureel Centrum te Lede een tentoonstelling «27 Jaar Lèe-Karn aval». Deze unieke ten toonstelling wordt georganiseerd door de op karnavalge- bied te Lede buitengewoon aktieve «Orde van de Leedse Hovaardige Boer». Zij biedt deze manifestatie aan de Leedse bevolking aan ter gelegenheid van haar vijfjarig bestaan, welke zij dit Jaar viert. In de tentoonstelling wordt een overzicht gegeven van 27 jaar karnaval te Lede. Maar met 27 jaar karnaval te Lede wordt in feite de kamavalstoet bedoeld, want karnaval wordt te Lede ongetwijfeld reeds meer dan honderd jaar gevierd. Daar zijn ten andere meerdere oude geschriften die dit aantonen. Het is echter pas sinds 1952 dat er op gemeentelijk vlak interesse ontstaan is voor de karnavalviering en vooral voor de uitbouw ervan. Al hoewel de viering pas se dert de laatste vijf tot acht jaar een ernstige vooruit gang is gaan boeken, vooral op kwalitatief gebied, doch cok de interesse heeft er baat bij gevonden. Deze vooruitgang sedert acht jaar is er gekomen dank zij een intensere aktiviteit van het Feestkomitee onder leiding van voorzitter De Cremer. Vijf jaar geleden kregen de ze mensen dan een zeer be kwame en ijvere ploeg kar- navalisten, die zich organi seerden in de huidige over bekende «Orde van de Leed se Hovaardige Boer», aan hun zijde die hun duitje in het karnavalzakje deden via een aantal nieuwe initiatie ven. Verboden door de gemeen teraad Het Leédse kamavalgebeu ren maakt reeds sinds on heuglijke tijden deel uit van de drie overbekende dorps kermissen. Oorspronkelijk was dit kamavalgebeuren een ééndaagse kermis, na melijk de dinsdag voor As woensdag, die dan gepaard ging met een vastenavond jaarmarkt. Dat dit kamavalgebeuren reeds meer dan honderd jaar in Lede ingang en bur gerrecht verworven heeft, wordt bewezen door een ge meenteraadsbeslissing van 30 januari 1858 en waardoor een verbod uitgevaardigd werd om zich te verkleden of te maskeren, op straf van boete van 3 franken. In het begin van de 20ste eeuw werden de karnaval- vierders, bij bevel van de burgemeester, door de rijkswacht van Aalst hard handig aangepakt. De vier- ders werden met luchtscho- ten uit mekaar gedreven, terwijl een frietkotje door de menigte werd afgebroken en in brand gestoken. Een ophefmakende figuur bij deze troebelen was Karei Praet, «KrOger» genoemd (naar de figuur die hij uit- beelde). Na de eerste wereldoorlog kwam er dan wat meer schot in de viering. In de jaren twintig trokken op die dinsdag voor Aswoensdag reeds verklede ruiters en koetsen door de gemeente. Vanaf 1930 werden ook ver klede groepen ingescha keld. Het was in dat jaar 1930 dat als het ware de eer ste Leedse kamavalgroep gesticht werd, namelijk «Het lustige Stroommu- ziek» op de wijk Vogelen zang. In 1945 zou deze groep omgevormd worden tot de «Wolala's». Een groep indianen die later door gans het land bekend heid zou verwerven. In 1957 behaalde deze groep, sa men met de reuzengroep «Willem Bette» immers de eerste prijs in de Aalsterse kamavalstoet. Deze laatst- vernoemde folkloristische reuzengroep «Willem Bette» werd op de wijk Vijver ge sticht in 1950. Eén jaar later kwam de markiezin Anne- Marie haar Willem Bette uit zijn eenzaamheid verlos sen. Dit huwelijk was vruchtbaar en kreeg in 1953 de geboorte te vieren van het reuzenkind. In 1956 kreeg de reuzenfamilie een gevolg van tien historisch uitgedoste koppels en van een nar. Ook deze groep zou, zelfs tot in het buiten- lang, grote bekendheid ver werven. Maar daarover had de Leedse karnavalviering toch ook donkere jaren doorgeworsteld. Ook na de tweede wereldoorlog kwam de viering moeilijk op gang. Degenen die zich bijvoor beeld wilden verkleden of maskeren, moesten zich op het gemeentehuis laten in schrijven en kregen een nummer opgespeld, dat hij of zij goed leesbaar moes ten dragen. Stipt om 24 uur 's nachts moest iedere mas kerade afgelegd worden. De woensdagmorgen van kar naval werd begonnen met ontbloot, maar wellicht be labberd aangezicht. Het Feestkomitee nam de draad op Per einde 1952 groeide er weer een intense interesse voor een eigen karnavalvie ring te Lede. Hiervoor was vooral het pas opgericht feestkomitee verantwoorde lijk. De samenstelling zag er toen als volgt uit: Ere voorzitter: Benoit Delens, afgevaardigde van het ge meentebestuur Odilon De Smedt, voorzitter: René De- lens, sekretaris: Alois De Coensel, schatbewaarder: Achiel Lievens, fooraange legenheden: Hilaire Van Hauwermeiren, leden: Wal- ly Bekaert, Jozef Rutsaert, Frans Van Gijsegem, Frede- rik Sonck, Domien Ponnet, Jozef De Vuyst en Hypoliet Raes. Op dinsdag 15 fe bruari 1953 zou de eerste echte kamavalstoet door de Leedse straten trekken. Maar dat is vrijwel alles wat er over deze eerste uitgave tot nogtoe geweten is. Er Is dus nog wel een en ander te achterhalen. De eerste karnavalstoeten bestonden hoofdzakelijk uit vreemde groepen en fanfa res. Vaste Leedse waarden in die beginperiode waren de reeds gesiteerde «Wola- ia indianen», de reuzen groep «Willem Bette», de «Lustige Bolders», de «Vij- verse reuzen en hun dikkop pen», en in mindere mate de «Mijnwerkers», van wijk het Gucht, de spaar- maatschappij «Honger en Dorst» en verder nog enkele toevallig, meestal eenjarige groepen of verenigingen. Hoogstudenklub «Moeder Ochsenia» en later ook de jeugdbewegingen kwamen regelmatig de Leedse ran gen aanvullen in de stoet. Naarmate de Aalsterse kar- navalstoet een meer eigen karakter kreeg, vertoonden zich ook meer en meer Aal sterse groepen in Lede. Een nieuwe wending in het kamavalgebeuren situeert zich in 1965 of 1966, maar ook dit schijnt wat twijfels op te roepen. In één van die twee jaren verhuisde het feestkomitee met de stoet van de dinsdag voor As woensdag naar de daarop volgende zondag. Deze be slissing werd gemotiveerd als middel om de konkur- rentie van Aalst uit de weg te gaan en het eigen karna val nieuw leven in te bla zen. In de huidige karnaval- kringen wordt dit de geluk kigste beslissing genoemd die een feestkomitee ooit vragen. Wat betreft het optreden op de avond van de verkiezingen, wordt de kandidaat eventjes rood: «Ik ben nog niet helemaal klaar», zegt hij, «als zelfstan dige heb ik niet zoveel vrije tijd. Maar 't komt wel in orde!». In derdaad, hij heeft reeds een klein orkestje kunnen bijeen krijgen. Een drietal vrienden, gelegenheidsspelers uit Oor degem, zijn reeds druk aan het oefenen voor de grote dag Het gehele optreden zal handelen over de banden (of over het ontbreken van banden) tussen Oordegem en Lede. Het zal echter allemaal sportief en «braaf» verlopen. Heel zeker zal het optreden besloten wor den met een meezinger, maar Johan moet toegeven: «Ik heb nog geen lied. Het is wel in de maak!» Dat de prins karnavalverkie- zing dit jaar opgeluisterd wordt door de Koninklijke Fanfare Sint-Cecilia uit Oordegem zou mogelijk wel enige steun kun nen geven aan deze kandidaat. Immers, zullen er daardoor niet meer Oordegemmenaren naar de Volkskring afzakken? Maar Johan Meuleman staat voor een zware taak: in Oorde gem is karnaval een minder (of niet) gekend gebeuren. De Sperteleirs hebben wel reeds een T-dansant gegeven, maar zijn ervan overtuigd dat het knotsgekke kamavalgebeuren in «hun» deelgemeente nog niet genoeg doordrong. Daar hoopt de groep iets aan te doen. Moest Johan Meuleman winnen, zou zijn eerste aktivi teit erin bestaan het karnaval in nam over de karnavalvie ring. En er groeide inder daad wat vanaf dat ogenblik alhoewel de beslissing oor spronkelijk zeer aangevoch ten werd. Intussen hadden ook de prinsen hun intrede gedaan in het Leedse kama valgebeuren. In 1961 zou Al- bert Labeau de eerste verko zen prins worden uit de kar- navalgoschiedenis te Lede. Voordien had Albert Van Hove reeds in 1958 de titel van prins gedragen (hij werd zelfs ontvoerd de dag van de stoet door de studenten van «Moeder Ochsenia») en in 1956 reeds zelfs een Wanzelenaar mee als prins (namelijk Georges Mer- tens). Maar ook in het pal mares van de prinsen zijn totnogtoe onopgevulde leemten. Ook hier hoopt de Orde op enige informatieve hulp van mannen van het eerste uur. Want de samen stelling van de geschiede nis van het Leedse kamaval gebeuren moet in feite nog begonnen worden. Een har de, maar prettige opdracht waar de «Orde» zich totaal wil voor inzetten. Zij ver wacht alleen maar de nodi ge tips, informatie of ver geelde dokumenten. De tentoonstelling Mei deze karnavaltentoon- stelling wil de Orde niet al leen bereiken dat geschied- zijn gemeente te stimulere verga zodat het in het vervolg e< die e; suksesgebeuren zal worden kochi Dit zou ondermeer gebeurt liefde ter gelegenheid v< men Oordegem-kermis... hoon Maar de enige kandidaa Hoe met-baard is van zijn karnava Hoe toekomst nog niet zeker herha wenst geen verdere plannt kenbaar te maken. Die moetr eventueel nog verder in et bestuursvergadering bespr ken worden... Maar ingeval hij verkozt wordt, zal Johan proberen all< te doen wat de inrichters he vragen. Hij zal zeker op 80 van de feestelijkheden aanwi zig zijn Wij vroegen he waarom hij zich niet toonde de Miss Betteverkiezing, ma Johan schudde de schoudei «Ik lag die avond doodziek bed met flinke koorts...» Wij vroegen de kandidafffidat eveneens welke zijn specie ,gesl wensen waren. Natuurlijk w^k de eerste wens «verkozen worden. Hiervoor hoopt kandidaat op de steun van i< dida. dereen. Maar de tweede wer Ck w is eveneens belangrijk: «Wij w oej r len Oordegem bewijzen, dat ye op karnavalgebied iets mogss de lijk is!» rzitte Tenslotte eisten wij een uitle fhur over het affiche-hangen in k^en>1 fees en andere openba Wjg€ plaatsen. Wij zagen reec een I «Stem Willy I» en «Luc, U raCht kandidaat prins», maar ne^t Wi gens iets over Johan! eer|i De uitleg is weer eenvoudig e wij zeer eerlijk. Waarom zou ik d n po doen? vraagt hij zich af. Finar a|ge cieel wil ik het niet zelf rooier <jt.» de klub wil ik niet aderlatei dit Waarom zou ik het wel doen dgel Het publiek stemt immers ni< jjngt mee. jS ka Wij geven hem een beetje gelij 0mn en wensen hem zeker hst bei jnhc te... dei RDi d n( 7sone aak Cre eledi fee nde nmer ceen i kundige leemten worden opgevuld. Het doel van dezt tentoonstelling is hoofdza-i qek kelijk het vieren van haa vijfjarig bestaan. Naar zi zelf zegt, en inderdaad te- recht, zou zij de «Orde» niet ente zijn indien zij deze verjaringkft Zj op de klassieke manier zoufcr de vierenontvangst op het i me gemeentehuis, korte uit-aid p stap langs de leden herber-kunn giers, een feestmaal, en dies meer. De Orde wenste «baal «werk» te maken van haar «viering» en de Leedse be- n? volking wat konstruktiefs aan te bieden in de vorm van deze blik naar het verle den. Toch zou de «Orde» aan de ze tentoonstelling niet al leen een goede herinnering willen overhouden, mis schien samen met enkele tips voor de samenstelling van de historie. Het is ook haar betrachting een eerste stap te zetten in de richting van de samenstelling van een archief. Ook daarvoor wordt gerekend op iedereen jtnhe die nog ergens een fotootje een aandenken of om het even welke herinnering be zit aan een kamavalgebeu ren uit het verleden. Het wordt in ieder geval de moeite om tijdens het weekeinde eens langs te lo pen in het Kultureel Cen trum. Mon DG kaï nt tv mek ftrbc

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Voorpost | 1979 | | pagina 20