HOE VINDT EEN DUIF HAAR KOT TERUG? lïlecJi/ch praatje HOE HET ZOU KUNNEN EN I0E WIJ HET DOEN VRV- JUMPING TE TEMSE Waasland liiiiiiHHHyiksa De Voorpost - 11.5 1979 -37 nleiding e moderne postduif werd in het midden van de 19e eeuw in België ontwikkeld, maar de bewonderenswaardige eigenschap van duiven om hun weg terug te vinden is al bekend tolang er geschreven geschiedenis bestaat: de legers van de Assyriërs, Egvptenaren en "hoeniciërs verzonden al boodschappen per duif vanuit het strijdperk. )°k is het bekend dat er regelmatig communicatie bestond via de postduif in de dagen van Jjolius Caesar, en - veel recenter - bereikten gedurende het beleg van Parijs in 1870 meer dan |1.000.000 boodschappen ingesloten Parijzenaars via duiven die per luchtballon de stad uitgesmokkeld werden; en om hun roemruchte geschiedenis tot deze eeuw te voltooien, hebben de afstammelingen van de Columba livla dermate waardevolle diensten verricht in Ide beide wereldoorlogen, dat er monumenten voor werden opgericht in Brussel en Lille. nDit referaat over oriëntatie- en navigatlevermogen van de postduif zal zoveel mogelijk ntsgewijze de factoren behandelen die van invloed zouden kunnen zijn op de koersdrift n duiven. Accuratesse van oriëntatie navigatie resp. aan begin Téta tijdens de vlucht. Reeds lang is het bekend, dat lostduiven zich vanuit hun iplaats kunnen oriënteren n de richting van hun hok. Maar om de accuratesse liervan te bepalen was het nodig te weten hoe ze zich gedroegen tijdens de thuis reis en welke weg er precies jevolgd werd. )m hieromtrent nader geïn- brmeerd te worden volgden r vaijonderzoekers vluchten dui- nale*en »n kleine vliegtuigjes Griffin 1952. Hitchcock 1955. Yeagley 1951). Eén lerzoeker (wagner 1972) olgde één duif per helicop- er door bergen en dalen in Iwitserland. De algemene conclusie luid de dat duiven, wanneer ze losgelaten werden, een halve tot enkele cirkels boven de losplaats draaiden om ver volgens binnen 40 tot 200 seconden in de juiste richting te verdwijnen. Tijdens de reis volgden de duiven een ietwat onregelma tige koers naar huis. In Zwitserland was het duide lijk waarom: daar duiven maar tot een bepaalde hoog te vliegen, moeten ze de bergen ontwijken, maar bij de onderzoeken op dit gebied in de Verenigde Staten verricht, was het onduidelijk. Volgens Walcott (1974) zou dit ten dele het gevolg kunnen zijn van de conse quentie die het vliegen in relatief rechte koers te zijn die waarbij men denkt dat (Michener 1967). Wat nu duiven via bepaalde ken- waren de beweegredenen van merken van het gebied dat die duiven om deze koers te tussen losplaats en hok ligt, volgen? hun weg naar huis vinden. zgn. vluchten met zich mee brengt. Hoog gesocialiseerd als duiven zijn. kan het zigzaggen van de vlucht verlaat en gaat «leiden». Het was daarom dan ook nuttig om één duif over vlak land te volgen. Daar men een duif die per vliegtuig gevolgd wordt snel uit het oog verliest, werd deze voorzien van een transistorzender die een bereik had van 10 mijl gedurende vier dagen (Coch ran 1967). Door een voortdu rende peiling op deze zender te verrichten kon de gevolgde koers nauwkeurig vast gesteld worden. Door deze proef herhaalde malen uit te voeren, kreeg men een beeld van de koers die één duif over vlak land volgt. Dit bleek een 2. Factoren die bij «homing» Deze overtuiging werd ge- een rol zouden kunnen voed door het feit dat duiven spelen. die zgn. trainingsvluchten 2.1. Landschapskenmerken doormaakten (in afstand Een heel oude opvatting is va"®rend van tol ongeveer 20 km) betere thuiskeer- prestaties leverden, dan dui ven die deze vluchten niet meegemaakt hebben. Om deze veronderstelling te veri fiëren werden duiven op steeds dezelfde vlucht per vliegtuig gevolgd, waarbij bleek dat er toch steeds een verschil optrad in de richtin gen die gevolgd werden (Walcott 1974). Hieraan kon de conclusie verbonden worden dat de duiven geen landschapsken merken gebruikten om hun weg naar huis te vinden. Toch schijnen landschaps kenmerken soms belangrijk te zijn: in vier gevallen werden duiven losgelaten op hun trainingsroute bij be wolkt weer. waarbij de zon niet zichtbaar was. In alle gevallen volgden de duiven een hoofdweg die leidde van vertrek naar eindpunt en een slingerend verloop had. Dezelfde duiven, nu losgela ten bij zonnig weer, volgden een koers die rechtstreeks van begin naar eindpunt liep (Walcott 1974). Conclusie: duiven kunnen landschapskenmerken ge bruiken, met name by be wolkt weer, maar deze zijn niet noodzakelijk voor een accurate oriëntatie en navi gatie. 2.2. De zon Matthew (1953) beschreef dat accurate «homing» van duiven alleen mogelijk was bij de aanwezigheid van zonlicht. Schmidt-Koenig (1965) on derzocht de invloed die de zon eventueel op de terug keer van duiven zou uit oefenen d.m.v. experimen ten. waarbij hij gebruik maakte van zgn. «clock shifted» duiven en van de veronderstelling dat bij dui ven een zgn. interne of biologische tijdklok aanwe zig was. Dit laatste is op zichzelf geen onbekend fenomeen, daar de aanwezigheid ervan ook bij de mens is aangetoond, wat zich laat illustreren aan het volgende voorbeeld. Veel reizigers die zich per vliegtuig verplaatsen naar een bestemming waar de tijd bijv. acht uur verschilt met het vertrekpunt, hebben moeite om zich in korte tijd aan te passen aan dat andere tijdsritme. Slapeloosheid 's nachts en honger gevoel op daarvoor niet bestemde tij den zijn duidelijke sympto men van een ontregelde biologische tijdklok. De wijze waarop Schmidt- Koening de ontregeling van de biologische tijdklok tot stand bracht bij duiven was als volgt: de duiven werden gehuisvest in een van de buitenwereld afgesloten ka mer met kunstlicht dat zes uur uit fase was met het daglicht: normaal was de zonsopkomst om zes uur vm., in de kamer vond dit verschijnsel om twaalf uur vm. plaats. Ook voor zonsondergang werd hetzelfde verschil aan geboden. Uit de proeven met «clock shifted» duiven bleek dat deze een tijdcompense- rend zonnekompas gebrui ken. Het houdt in dat een duif die in de richting van het hok vliegt, geen constante hoek met de zon aanhoudt, maar die hoek Iaat variëren met de tijd van de dag, i.e. met de veranderende zonne stand t.o.v. de aarde. 'aratyfus )eze ziekte wordt veroorzaakt óor Salmonella typhimurium ar. Copenhagen. Het zijn parte biotypes die duiven aan- isten, zodanig dat men gerust an zeggen dat de bewering an sommigen, als zou de dui- enparatyfose gevaarlijk zijn poor de mens, totaal onge brand is. (Van Oye). Af en toe ian ook nog wel eens een an- lere Salm. (vb. S. Dublin...) bij iuiven geïsoleerd worden, let symptomenbeeld is sterk fhankelijk of de ziekte bij oude if bij jonge duiven optreedt. In en groep jonge duiven ziet men over het algemeen een it ziekteverloop. Plots (dk- na een aankoop van een w (besmet) duitje), ziet enkele dieren die inge- ten zitten, een sïjmige <Sar- vertonen en zeer snel af- iageren. Sommigen vertonen m opgezet (rood, ontstoken) ik- of ellebooggewricht. Het is lelemaal geen zeldzaamheid lm in zo'n aangetaste toom sen duif die daags voordien log in goede toestand was fanderendaags dood aan te ■effen lij oudere duiven verloopt de 'skte over het algemeen meer ironisch. Af en toe ziet men duif die mager wordt en die met een hangende vleugel op de vloer aan het hok rondloopt en niet meer in staat is om in haar bak te vliegen. Na een zekere tijd verschijnt in het ellebooggewricht soms een paratyfusknobbel. Doch dit is maar in een zeker percentage der gevallen waar. Regelmatig ziet men ook duiven die een min of meer erge (soms dode lijke) enteritis vertonen. Af en toe kan men een duif waarne men met nerveuze stoornissen (vb. opistotonus). Later ziet men dat meer en meer eieren (waarvan het em bryo afgestorven is) niet meer uitpikken Dit komt door het feit dat de paratyfuskiemen ook de geslachtsorganen (zowel het ovarium als de testikels) heb ben aangetast. Gewoonlijk sterven ook veel jongen in het nest of blijven abnormaal klein en vertonen enteritis. De plui men blijven ook veel te lang in de buisjes zitten. Veel van de jongskens die toch de speen- leeftijd bereiken, vertonen bij het uit het nest nemen, ver lammingen. Eens de ziekte vol op haar intrede gedaan heeft op het hok, is deze kolonie (zonder behandeling) ge doemd om langzaam uit te sten/en. Bij autopsie ziet men naast de lm nog maar eens terug te komen op het slechte weer, ant dat heeft het al die tijd terug geweest. Regen, wind, agel, sneeuw en wat wilt u nog meer. fij hebben onze duiven gedragen op maandag 30 april: uivinnen op 5 km., jaarling weduwnaars op 10 km. en ude weduwnaars op 30 km. 's Avonds hebben wij deze atste nog meegegeven op Quiévrain. Ze zijn allen goed tuisgekomen Als ik zeg «goed thuisgekomen», dan was 5 laatste 2 uur na de eerste thuis en voor ons was dat oed omdat ze gevlogen hadden, e hebben nog altijd geen duivin gezien. Die krijgen ze na aterdag als wij inkorven voor Noyon, een 2-tal minuten en rug bij thuiskomst en dan zijn wij vertrokken. De vol- mde week gaan ze mee naar Dourdan, dus van 189 km. lar 325 km. Het is geen hinder voor oude duiven en ook at voor jaarlingen. westie van zich te oriënteren, daarover hebben wij dus an artikel in een van deze kolommen die ik de melker aoprijs daar ze zeer interessant schijnen te zijn en ons ter Bschikking gesteld worden door de firma Upjohn om te ibliceren in OKABEE. oor de oefening van mijn weduwnaars heb ik geen pro amen. Ze blijven gemakkelijk een 20-tal minuten in de cht. Niet alleen dat vliegen, ook dat afketsen en uiteen- totten van de bende zie ik graag. ze zich op het dak neerzetten, schieten ze enkele akonden later weer de lucht in en dit wijst toch reeds op ^k°nditie d'e 3an het komen is' Dan maar hoPen dat ze 'at de jonge duiven betreft, die gaan we beginnen ople- Nl, zodra de karwei klaar is met jaarlingen en fond- winnen (want een karwei is het, daar is geen weg naast) aar het houdt ons fit en maakt onze sport zo schoon. Hjs de jongen moeten nog wel een paar dagen wachten, en moet zoiets ook allemaal wat planmatig kunnen doen, iders loopt alles overhoop. ülgende week worden de jongen ook ingeënt tegen pok- in. Ook nog een serieus werkje. Ik ben er nog altijd torstander van omdat de veearts zegt dat het zeker de uchtprestatie niet kan beïnvloeden. VRM gewrichtlokalisaties, gezwollen jever, milt en nieren, etterhaard jes op de lever - erge opzetting en ontsteking van de darm - et terige eileiderontsteking en fi- brineuze ontsteking van de naastbijüggende buikluchtzak - totaal ongelijke en ontstoken testikels. Praktisch in alle orga nen kunnen wel eens lokaSsa- ties worden aangetroffen. De diagnose kan ook worden gesteld door een sero- agglutinatie uit te voeren, of ook door een kuituur aan te leggen van een cloacale swab of van verdachte organen. Maatregelen en behandeling Best worden alle magere en klinisch zieke dieren afge maakt. Enkel de zeer waarde volle en gezonde duiven wor den overgehouden alzo wordt ook de bezettingsdichtheid kleiner Gedurende ongeveer 1 maand wordt het kweken stop gezet. Het hok dient zeer goed gereinigd te worden en ontsmet (vb. met javelwater - Dettol enz...). Zeker moet in zo'n gevallen het voeder en het drinkwater onder hygiënische voorwaarden wor den verstrekt. De duiven zelf kunnen een 15- tal dagen worden behandeld met Furoxone aan 1 gram/10 liter water. Ook kan men 1 gram/liter Ampicilline (of Chlo ramphenicol) toedienen gedu rende een 7-tal dagen Inden men toch een zeer waardevolle duif indvidueel wil behandelen kan men dt doen met deze dagelijks een capsule Chloramphenicol (100 mg.) op testeken gedurende 1 week. Na een orale behandeling wor den de duiven gevaccineerd 0,5 ml (olie in water geëmul geerde geformoleerde ent stof) subcutaan in de nek- streek. De immuniteit duurt 9 12 maanden Bij hokken waar de ziekte nog maar bij enkele duiven aanwezig was, geeft de behandeling in de regel goed resultaat. Bij kolonies de reeds jarenlang met het probleem te kampen hebben, moet men de volledige behandeling soms herhalen. Herhaling van de vaccinatie brengt dan ook dk- wijls ernstige entreacties met zich mee. Optreden van groie knobbels op de injectieplaats en soms afmageren van enkele dieren die dan uiteindelijk best worden verwijderd Linco-Spectin Daar Linco-Spectin nog niet zo lang beschikbaar is als ge neesmiddel bestaat er weinig weerstand tegenover dit pro- dukt. Daarom is Linco-Spectin het middel bij uitstek voor een af doende, vlugge en veilige be handeling van snot, ornithose en zelfs paratyphus bij duiven. Behandeling: meng 4 maatle- pels Linco - Spectin 12.5% per 5 liter drinkwater gedurende 3- tot 5 dagen. Praatje met onze veearts Wormen 1. Nematode» A. Spoelwonn Zijn grote ronde witte womicn die 4 5 cm lang kunnen worden. De mannetjes zijn merkelijk kleiner dan de wijfjes De cmbryonering van een eitje in de buitenwereld gebeurt het vlugst bij een warme cn vochtige omgeving. In dc regel duurt dit een 14-tal dagen. Als nu dit geëmbryoneerd eitje opgeno men wordt, duurt het ongeveer 40 dagen (3 7 weken) alvorens üe worm volwassen is en zelf begint eitjes te leggen, uit ten minste als het over een vrouwelijk exemplaar gaat De spoelwormen bevinden zich in het voorste deel van de dunne darm en leven van het voedsel door de gastheer aangebracht. Re gelmatig worden duiven gezien waar verschillende honderden exemplaren zorgen voor een prak tisch volledig obstruktie van de darm Zulke aangetaste duiven worden natuurlijk mager en heb ben meestal een fel opgezette buik. B. Haarwormen De wormen zijn slechts 0,08 mm dik, de mannetjes zijn ong. 1 cm cn de vrouwtjes ong. 16 mm lang. Na 6 tot 8 dagen worden de eitjes infekticus. Tussen de opname van een infek ticus eitje, het volwassen worden en het verschijnen van de eerste eitjes in de mest verlopen slechts een 25-tal dagen. Deze kleine worm die zich in het slijm van de mucosa nestelt en leeft van epitheel weef sel, richt veel meer schade aan dan de grote spoelworm. Duiven die ernstig besmet zijn vertonen vrij snel enteritis. De voedsclopname is gestoord, wat leidt tot een erge vermagering. Dc diagnozc van wormen wordt gesteld door aantonen van eitjes in de mest. De behandeling van de grote spoelworm kan gebeuren met: Tetramyzole of Pipcrazine Haarwormen worden meestal be streden met een eenmalige behan deling Mcthyridinc, subcutaan of oraan toegediend of met herhaalde toediening van Tetramyzole of Ha- loxon. Het is minstens even belangrijk van het hok wormvrij te maken als dc duiven te behandelen. Meestal ziet men wormbesmettingen uit gaan vanuit de duivenvolières. Duivinnen zijn in het seizoen pre cies de minderwaardige burgers van dc duivenmaatschappij, want in het seizoen zorgt de melker eerst voor zijn vliegduiven. De duifin- nen zitten gewoonlijk met een veel te groot aantal in een te kleine minne, en krijgen gewoonlijk slechts I maal per dag voeder, soms niet eens in een bak. Hokken worden ook minder gereinigd (Wat ideaal is voor de wormont wikkeling). Dus is het belangrijk van dc hokken eerst goed te rein igen, uit te branden met een steek vlam, te voederen in bakken met deksels en dc volières van een draadbodem te voorzien, zodanig dat dc mest buiten het bereik van de duiven terecht komt II. Gestoden Lintwormen Deze wormen zijn in onze streken zeldzaam Zij hebben een scolex met zuignappen en een lichaam bestaande uit schakels. Dc tusscn- gasthercn zijn slakjes. Meestal is slechts één duif op het hok drager van een lintworm. Deze wordt meestal opgemerkt door de eigenaar bij het zien van enkele schakels die uit dc cloaca hangen. Een lintworm kan gemakkelijk af gedreven worden door nuchter 0,5 gram Yomesan op te steken, III. Treniatoden Deze wormen zetelen in de dunne darm. De tussengasthercn zijn slakjes. De duiven vermageren snel en vertonen een muco- hemoragischc enteritis. In ons land hebben wij met deze ziekte slechts uiterst zelden af te rekenen. Men zou deze wormen kunnen be handelen met metheridine VRM VC Temse won de irolleybalbeker van Oost-Vlaanderen. (dw) De ininieinenjeugd van VW Hamine speelde zich zowaar kampioen; hier de fiere en uitbundige snuiten.' (md) Na de motoravond van Rijschool Waasland op vrijdag 5 mei waar de 5 renners van het Rijschool Waasland Team onder grote belang stelling werden voorgesteld, en gehuldigd voor hun fair-play in de wedstrijden ging zondag 7 mei te Axel de eerste cross door die de jonge MC Waasland inrichtte. Schoorvoetend was zondag de lente teruggekeerd... en de crossliefhebbers. Door de volledige inzet van de voorzitter Walter Haentjens en de hulp van de weermaker werd de organisatie een volledig sukses. De uitslagen van het team waren minder suksesvol. Zij hebben het te goed willen doen. De renmotoren piekfijn in orde gesteld om goede uitslagen te rijden lieten onze renners in de steek. Bijna allen hadden af te rekenen met mekanische defekten. Etienne Maes reed in zijn 1e reeks prachtig en eindigde 7e, in zijn 2e reeks ging het nog beter, maar halfweg liep de motor vast. Theo Maes werd reeds in zijn 1e reeks door een vastlopende motor uitgeschakeld. Rony Mertens heeft nog altijd last van een letsel opgelopen in een vroegere cross. In zijn eerste reeks moest hij zich tevreden stellen met een 43 plaats. In de 2e reeks ging het absoluut niet meer en moest met tranen in de ogen de motor stilleggen. Tony Hofman reed de eerste ronde in 3e positie, dan een val die de ketting deed aflopen en werd daardoor naar de 31e plaats verwezen. In de 2e reeks kon hij de 14e afgevlagd worden, de einduitslag gaf hem de 20e plaats. De Temse Wedstrijd Rui ters hadden voor de Nationale BGLSR wed strijd van zondag 6 mei bergen werk verzet, vechtend tegen een over last aan water, in een poging hun piste en paddock berijdbaar te krijgen en te houden. Daarin waren ze ge slaagd, de bodem van de piste was zeer goed berijdbaar en de piste bouwer, Dhr. Georges Martens zorgde voor een prima omloop. Gelukkig regende het zondag niet te veel, een fikse plensbui in de vroege namiddag niet te na gesproken. Het werd een geslaagde dag met meer dan driehonderd omlopen, die door de jury onder leiding van Henri Volkaert op een deskundige wijze vlot afgewerkt werden De ruiters traden zeer gedisciplineerd op en alles verliep in de beste stemming. Er werd goed gereden, sommige plaat selijke TWR ruiters slaagden erin zich prima te klasseren, evenals ver schillende VRV kombi- naties. Geen slecht re sultaat gezien de klasse van de deelnemers. j We vernoemen er enke le: Kamiel Meersman, Karin Duerinck, Nadia Bulteel, Peter Kievit, Etienne Van de Walle, Herwig Bul- teel, Walter Meersman en Jan de Potter. De sterren waren onge twijfeld de winnaars in de onderscheiden proe ven: Kamiel Meersman met Pirouchka en Johan Ma thijs bij de juniors I Willy Vannitsen en Bert Mathijs bij de seniors 1 Bij de juniors 2: Guy De Pelsmaeker en Johan Mathijs die samen met wisselende kans boksten voor de overwinning. In de seniors 2 proeven: terug Bert Mathijs, Willy Vannitsen en Karin Ves- ters, met Frans Meers man die met wisselende kans om de ereplaatsen streden. VRV-voorzitter en TWR- sekretaris, Johan Maris die een ganse week en zondag op z'n zenuwen leefde kon na afloop een zucht van voldoening slaken, ondanks alle handicap van de weers omstandigheden, kon den de TWR leden zich gelukkig prijzen met een geslaagd evenement, waarvan er in het Waas land nog mogen komen. Zondag a.s. 13 mei springen de VRV ruiters te Londerzeel aanvang te 10 u.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Voorpost | 1979 | | pagina 37