AALST UIT ZICH IN ZIJN VOLKS
HUTSEBAUT EN GHYSELS
ANDERS DAN ANDERS!
Deel 2 van «Aalsters Volksleven» van de pers
D0KUMENTATIE
VERZAMELEN OVER
DE GESCHIEDENIS
VAN HET
SOCIALISME TE
AALST
HET LINNEN DOEK
HET LINNEN DOEK
in de reeks «Het Aalsters Volksleven» uitgegeven
door het «Genootschap voor Aalsterse Geschiede
nis», nu onder voorzitterschap van Wilfried Ver-
naeve, brengt de dynamische Aalsterse historicus
Jos Ghysens het tweede deel.
In deel I, «Het Markt- en Straatlied 1860-1950» von
den ze, vaak niet zonder binnenpretjes, leuke wijsjes
die gedurende een kleine eeuw teruggrepen naar
typisch Aalsterse situaties, anekdoten of aktualitei-
ten. Het boek werd gretig gelezen en wie er als
Aalstenaar aan begon legde dit werk maar terzijde
wanneer het niet anders meer kon. Dat zagen we
althans in verschillende omstandigheden, ook in ei
gen midden.
De overvloed aan gelegenheidsliedjes der laatste drie
CINEMA FEESTPALEIS
ZaaM
Hier bezorgen Büd Spencer, Raimund Harmstorff, Joe
Bugner en René Kolldehoff de bezoekers terug lachkram-
pen, en dit in de film «Uppercut.zijn naam is Bulldo
zer», een film van Michele Lupo.
decennia noopte de auteur echter tot een nieuwe
publikatie, «Liedjes op populaire thema's 1950-1959»
die zopas van de pers kwam en in de boekhandel te
verkrijgen is. Zoals in deel I werden de verschillende
onderwerpen in rubrieken ondergebracht gericht op
funktie en betekenis van het muzikaal verhaal in de
lokale historiek.
Met de realisatie van dit
260 pagina's tellend werk
toont Jos Ghysens eens
te meer zijn liefde voor de
Aalsterse volksmens ge
schraagd door een dege
lijk vakmanschap en on
verdroten speurijver.
Zowat alle facetten van
het volksleven komen er
aan te pas, netjes gekata-
logeerd, drieënzestig in
aantal. Uitschieters daar
bij alvast het thema kar
naval, de rivaliteit Aalst -
Dendermonde, stakingen
en verkiezingen, volksty
pes, pompiers, doktoors,
bomen en schlagers en
niet in het minst, de
vrouw met «verkrachte
romantiek» en «de man
vrouwliefde».
Niet altijd lektuur voor pa-
tronagepubliek maar
vaak bijna brutaal realis
tisch, pikant, schunning.
«Niets menselijks is me
vreemd», zegt de auteur
en alle teksten zijn opge
nomen zoals ze origineel,
ongezuiverd klonken.
In de inleiding wordt de
historiek van het Aalsters
Volkslied geschetst. Vóór
het begin van deze perio
de verkochten Aalsterse
straatzangers hun schla
geruitgaven in de dorpen
en bezongen vooral de
oorlog met al zijn nawee-
en. De patriotische
vlam werd hoog gehou
den o.m. door revues
door Aalsterse toneelve
renigingen. In de Aalster
se stadswijken ontston
den variété- en kabaret-
groepen en de roof van
het Dendermonds
«Peird» werd een fel be
zongen evenement. Ver
kiezingen en politieke
strijd waren uiteraard
dankbare onderwerpen
bezongen door o.a. d'Aal-
weiters, de Clochards en
het Corum Alostum Impe
riale. Prinsen-Karnaval
deden eveneens een fer
me duit in het zakje. Zo
Keizer Kamiel Sergant en
Michel Cleemput. Ook
kleinkunstenaar Jan De
Wilde brengt indousrijke
poëtische liederen.
Wat het boek dan tot een
merkwaardigheid verheft
is de aanbreng van tal
van waardevolle oude fo
to's en tekeningen die bij
na elk blad sieren. Het is
of heel Aalst er de revue
passeert en zeldzaam zijn
zeker de in het oog sprin
gende Oiljsteneirs die er
in zouden ontbreken. Ook
tal van gebouwen, monu
menten, straten en typi
sche hoekjes vonden er
een plaats, steeds als ge
vatte illustratie van de er
bij horende teksten. Ook
vermeld een «Syntaxis
van het Aalsters Dialect»
door F. Vanacker in 1948
te Tongeren bij George
Michiels uitgegeven.
Bezoeken van leden van
de Koninklijke familie lie
ten ook sporen achter in
dit boek. Zo het bezoek
van hertog van Brabant
Leopold in 1922 bij het
monument aan de Pupil
len, het bezoek van de
pas gekroonde Boude-
wijn in 1952, van diens
belangstelling voor de
Dendervallei in 1966 en
voor de tentoonstelling
van werken van Valerius
de Saedeleer. Uiteraard
ontbreekt er het laatste
bezoek met Karnaval '78
niet in met het lied van
«De Keininklijke Pot».
Karnavalist bij uitstek
Marcel De Bisschop komt
erin ruim aan zijn trekken,
ten andere reeds op de
kaft. Ook andere leden
van het Corum en het
Feestkomitee met niet in
het minst de huidige
voorzitter Frans Wauters
o.m. met een tekening
waarbij hij Aalstenaars
aan de grens van Groot-
Aalst richting Dender
monde waarschuwt met
«Opgelet! U verlaat hier
de beschaafde wereld»...
De verkiezingen vormen
zeker een dankbaar on
derwerp voor spuiters en
volkszangers. De meest
markante kandidaten
worden hier dan ook op
de korrel genomen. Ook
volkstypes als «de Poesj-
kappel», «Zotten Dolf»,
«Zwert Liwieken», «Jef-
ken mén Hoeiken», «Vos-
se Kilo» en «den tiënen-
doktoor» komen hier
ruim aan bod.
De perikelen bij de bouw
van het Kultureel Cen
trum, «den theoter van
Oiljst», konden niet onge
merkt voorbijgaan. «Als
er ooit te Aalst een
schouwburg is zal geen
enkele maatschappij erin
slagen een komedie op te
voeren van 't formaat van
degene die nu wordt op
gevoerd» schreef men in
1977 i.v.m. dit «Kuituur-
paleis».
Ook «de fusie» vond er
een plaats en tevens een
aantal foto's uit de Fa
luintjes.
«Liedjes op populaire te-
ma's» is alleszins een
merkwaardig boek dat U
zeker zal boeien. De opla
ge ervan is uiteraard be
perkt. Prijs 790 fr. Begin
1980 verschijnt dan het
derde deel van deze trilo
gie: «Een musicerende
stad 1900-1979» waarin
de honderd en zoveel mu
ziekmaatschappijen van
Aalst die zich vanaf 1900
hebben gemanifesteerd
aan bod komen, samen
met zangkoren, jazz- en
amusementsensembles.
Ze zetten dan een «orgel
punt» achter deze muzi
kale tournée.
LH
In «'t Apostelken» kan U werken zien van twee kunste
naars die na een eerder klassiek begin beide aan experi-
mentatie toe zyn en allebei een persoonlijke inbreng willen
brengen. Bedoeling waarin ze naar onze mening zeker
geslaagd zijn al is dat allemaal nogal relatief. «De gustibus
et coloribus
at
Het verhaal begint in een Amerikaans legerkamp nabij een
Italiaans dorpje. In de haven ligt de boot van Bud Spencer.
Hij heeft motorpech. De plaatselijke jeugd is niet zo blij met
de aanwezigheid van de Amerikaanse soldaten, omdat heel
'hun' zwarte markt ondermijnen. Zij willen hen daarvoor
een afstraffing geven. Zij leggen het daarom zo aan boord
dat Bud Spencer de Amerikanen zal treffen in een kleine
bar. Hijzelf weet echter van niets. Wat de jongelui echter
nog niet weten is dat Spencer het reeds aan de stok heeft
met de Amerikaanse sergeant. De ontmoeting wordt dan
ook meer dan stormachtig.
De bijnaam «Bulldozer» is nog een overblijfsel van de tijd
toen Spencer deel uitmaakte van de Amerikaanse voetbal
ploeg Wanneer de sergeant dan ook besluit zijn jongens te
laten voetballen tegen de Italianen is het nogmaals knokken
geblazen. Immers Bulldozer zal hen trainen. Doorheen de
hele training en achteraf wordt er flink geknokt en alles
verloopt dan ook volgens de nu reeds meer dan gekende
Bud Spencer-stijl.
Zaal 2 en Zaal 3
In deze beide zalen wordt de film een week verlengd. Voor
zaal 2 is dit «De sekte van Marrakech» en voor zaai 3 «De
laatste wilden van de Savanna». Twee films 'kinderen niet
toegelaten'.
CINEMA PALACE
Benedenzaal
Hier loopt de ..Invasion of the Body Snatchers.. de
invasie van de Lijkwreters.
De idee van levende organismen van een andere planeet die
de aarde overvallen en plaats overnemen van de mens kon
wel vergezocht lijken in 1956 toen «Invasion of the Body
Snatchers» werd uitgebracht. In die tijd was er immers nog
geen sprake van Spoetniks, de wedloop in de ruimte, en
vliegende schotels waren minder in de belangstelling. Toen
vroeg men zich nog af of er leven kon bestaan op andere
planeten, terwijl deze vraag nu meer verlegd is naar: «wan
neer zullen zij met ons in kontakt treden».
Twintig jaar na de eerste uitgave van deze film gaf producer
Robert Solo de opdracht aan Philip Kaufman om een
nieuwe versie van het verhaal te draaien.
Door al hetgene wat wij momenteel weten over het univer
sum is een dergelijke invasie niet meer zo absurd. De plaats
van de handeling werd van het vroegere kleine provincies
tadje in de vorige versie overgeplaatst naar de grootstad
waar de meer gesofistikeerde stadsbewoner het angstaan
jagende avontuur dat hen overkomt trachten te begrijpen en
zelfs met de overvallers trachten te onderhandelen. Twintig
jaar geleden ware de terreur die zich van een grote stad
meester maakt ongeloofwaardig overgekomen omdat men
toen de grootstad nog zag als een oninneembare vesting.
Nu weet men echter dat de grootsteden, onderhevig aan
elektriciteitspannes, terreuraanslagen en financiële insol
ventie, in feite erg kwetsbaar zijn. Als de grootstad koos
men dan ook San Francisco, een typische Amerikaanse
grootstad waar spannende achtervolgingsscènes kunnen
verfilmd worden doorheen de steile straten. San Francisco,
een mooie maar kwetsbare grootstad met een onzekere
toekomst.
STUDIO
Van licentiaat rechten Jan
Hutsebaut, Aalstenaar uit
de Drievelden, ziet U reeds
bij de aanvang een reeks
marines die duidelijk zijn
voorliefde voor zee, boten
en grijs-blauwe luchten
weergeven. Dit alles ge
bracht met een merkwaar
dige beheersing van de
techniek en met zin voor
het détail in het globale. Bij
Hutsebaut ziet men alvast
én de bomen én het bos.
Ook historische gebouwen
komen er aan bod. Zo bvb
de Borse van Amsterdam,
de Moorselse St.-
Martinuskerk en het Gent
se Schippershuis waaraan
hij gedurende zijn legertijd
alle vrije tijd spendeerde.
Alleszins dus perfektionali-
stische afgewerkt en gelij-
j kend tot en met.
j Gaan van zijn marines met
frele zeilboten op schui-
I mende golven, gebracht in
een merkwaardig koloriet,
j romantisch-harmonische
I impressies uit, de vruchten
van zijn nieuwe experimen-
I ten zijn ronduit fascine-
j rend. Met als hoofdtonali-
i teit «rood» ziet men er alle
j schakeringen en nuancerin-
gen als een waas hangend
j over daadwerklij k figuratief
gebrachte onderwerpen als
bvb boten of bomen. Hut
sebaut ziet het vooral in het
spel van de kleuren en al
hoewel hij de objekten niet
verwaarloost is het toch de
schakering van de tinten die
hem, en hopelijk ook U,
aanhoudend in de ban
houdt.
Zijn spelen met licht vatte
hij eerder abstrakt aan en
een vrucht daarvan is het
bekijken waard. Geleide
lijk kwam het figuratief ele
ment, zij het dan als sekun-
dair begrip, op de proppen
in werkelijk suggestieve, al
leszins zeer persoonlijke en
originele realisatie. Kon
men reeds iets in die zin
aantreffen bij Franse sur
realisten, bij Hutsebaut
brengen zijn zwoele luchten
en getormenteerde water
massa's alleszins een per
soonlijk cachet. In zijn
weer teruggrijpen naar ele
menten als bomen, zee en
duinen, schuilt dan de kon-
tinuïteit van zijn werk in
aansluiting met zijn vroege
re periode.
Wie eens iets wil zien an
ders dan anders, alhoewel
ik me kan voorstellen dat
mensen zich erbij vragen
kunnen stellen, kome eens
een kijkje nemen in «'t
Apostelken».
Ze vinden er trouwens het
werk van een ander artist
aan experimenteren toe,
Henri Ghysels, leraar plas-»
ttsche kunsten aan het
«Muihof» het St.-Gabriël-
instituut te Liedekerke
doch wonende te Dender
leeuw. Wel geboren Aalste
naar.
De eerste tien jaar hield hij
zich quasi uitsluitend bezig
met voorbereiding van zijn
lessen doch toen een voet
breuk hem een twaalftal
weken van zijn taak thuis
hield begon hij scheppend
te werken.
Na eerst gewerkt te hebben
met wit-zwart en daarna te
zijn overgeschakeld op éco-
line, bracht inspekteur van
het tekenonderwijs Jan
Heuninckx uit Mazenzele
hem de praktijk van de
«Rembrandt Artists Fluid
Colours» bij.
Een materie die zeer veel
Al is er momenteel een trend om in het onderwijs het leei
geschiedenis minder aan bod te laten komen, och of misschierfj"
des te meer, blijft de geschiedenis haar belang vbehoudenJ»!
Geen begrip hebben voor wat vóór ons gebeurde en mangel aan*™
respekt of zelfs maar gewoon uit onverschilligheid voor waf"
vroeger gebeurde getuigt van verreikende ondankbaarheid.
In dit kader riep gewezen volksvertegenwoordiger Bert Vai
Hoorick dan ook op om te komen tot een geschiedenis van he^
socialisme in de brede betekenis van het woord.
am
vergt. En
Ghysels gaat uit van een
Een ander geliefkoosd onderwerp van Jan Hutsebaut komt tot
uiting in dit doek, de haven. (Hugo)
mogelijkheden biedt waar- vorm die hem intrigeert en
bij men bvb wel kleuren die hij dan verder uitmo-
kan bij elkaar laten lopen deleert naar eigen visie,
en zelfs door mekaar op ln zijn reeks «eenzaam-
voorwaarde van een exakte heid», iets zeer origineel,
beheersing van de techniek protesteert hij tegen het
wat nogal wat training overdreven kommercieel
aspekt van wat aan het pu
bliek nogal eens wordt
bepaald thema en laat dan voorgeschoteld. Hier voelt
zijn verbeelding de vrije u wel zijn opleiding tot re-?
loop. Wat hij er zelfs in ziet klametekenaar die hem bij
merkt U wel bij de betite- de realisatie van allerlei
ling van de werken doch figuren vrucht vaak van
liever is het hem dat U ze zwaar denkwerk, te pas
bekijkt zonder notitie te ne- komt. Met eenvoudige lij
men van zijn aanduidingen, nen brengt hij het tot volu-
Ik geef graag toe dat ik er mes, tot een duidelijke der-
vaak andere dingen in zag de, uitspringende dimensie,
maar onmiddellijk wel be- Met statische lijnen ander-
greep wat hij er in had ge- zijds bekomt hij draaiende,
legd nadat hij het me had wentelende bewegingen,
verklaard. Zo een Faust op Alvast zeer origineel,
weg naar de onderwereld Een expo buiten het alle-
die zowat van alles in dier-
waar «verkopen»
lijke vorm ontmoet op zijn niet" primeert maar waar
tocht of een droom die leidt
tot allerlei voorstellingen.
Ghysels heeft ook beeld-
beide kunstenaar zich wil
len tonen zoals ze werkelijk
gebekt zijn. Dat ze dan toch
«Romeo and Juliet», of het verhaal van een jonge liefde
tussen twee jeugdige mensen die teniet wordt gedaan. Het
verhaal van Shakespeare verfilmd in 1968 nu terug in
cinema Palace.
houwwerk, zo in Balegemse naar buiten komen is inder-
zandsteen die hij echter wil daad, ook in de wereld van
verlaten wegens de zachte de kunst, een conditie sine
delen die er soms inzitten qua non.
en hem parten spelen als in
hout, olm of afzelia. Van
een zeer harde materie
weet hij, deels figuratief,
deels abstrakt, scheppingen
te bekomen die doen na
denken na louter bekijken.
In de Balegemse steen is «openen:
het de reeds erin bestaande
Het was schepen Edgard
Hooghuys die zorgde voor
de gelegenheidstoespraak
bij de vernissage. Hij die
gewoon is huwelijken «te
sluiten» wilde nu ook wel
eens een tentoonstelling
De blauwe lotus, of een interpretatie van Jef Geeraerts «Gan-
green», een beeldhouwwerk van Henri Ghysels. (Hugo) Een marine van Jan Hutsebaut (Hugo)
Als gemeenteraadslid kwam
Van Hoorick reeds op de prop
pen met een gelijkgericht initia
tief voor de oprichting van het
Priester Daensmuseum in het
Huis van Ooteghem, nu in het
Oud-Hospitaal. Naast het Pr.
Daensfonds komt er een archief
van de Vlaamse Sociale Strijd in
huis De Bolle waaraan BTK-er
Rein D'Haese zijn beste krach
ten wijdt. Het werk van Priester
Daens kan bezwaarlijk gezien
worden buiten het kader van de
sociale strijd en een archief van
deze strijd is dan ook alleszins
noodzakelijk.
Waren er reeds vroeger aktieve
kernen, definitief is het socia
lisme in het arrondissement
gesticht in 1885 en tijdsgetui-
gen uit die tijd bestaan niet
meer of worden uiterst zeld
zame witte mussen.
In Volkshuizen hangen wel hier
en daar nog oude foto's en in
een paar socialistische biblio
theken is nog wel wat te vinden
qua boeken of brochures over
de socialistische strijd maar
denderend is dit alleszins niet.
In het Volkshuis aan de Mo
lendries was wel een bijgehou
den archief doch tijdens werel
doorlog II werd dit door de be
zetter vernield. Tijdens die pe
riode ontdeden zich ook tal van
socialisten van herinneringen
en dokumenten want al wat
links was was op zijn minst ge
nomen verdacht.
Een azantal studies zijn er alles
zins wel. Zo het boek van Louis
Paul Boon «Pieter Daens of hoe
in de 19de eeuw de arbeiders
vochten tegen armoede en on
recht». Boek waarop niet alleen
het Daensisme maa; ook de
eerste socialistische strijd
wordt beschreven. Van de
zelfde auteur ook «De Zwarte
Hand» over de eerste Aalsterse
anarchisten. Verder de bro
chure van Jef Van Droogen-
broeck (schuilnaam J. Roe-
landt) over «Jan Bijl en de eer
ste socialisten te Aalst»Even
eens het boek van Abraham
Ruiz, als kleine knaap na de
burgeroorlog uit Spanje mee
gekomen en opgevoed in een
Geraardsbergse familie, over
«Geraardsbergen op de drem
pel van de 19de eeuw». Ook
nog een licenciaatsverhande-
ling van Van de Velde over het
socialisme tot 1914.
Over Het Daensisme en figuren
uit deze beweging, zo in als bui
ten ons arrondissement, ver
scheen heel wat meer en werd
geschiedkundig reeds ver
werkt.
Heel wat moet kunnen worden
gedistilleerd voor wat de 19de
eeuw betreft uit de Gentse
Vooruit, die een korrespondent
had te Aalst. Ook uit publikaties
van rivaliserende bewegingen
die vaak in pennetwisten ver
zeild geraakten en waaruit van
socialistisch standpunt gezien
ook heel wat kan worden ge
puurd.
Quasi volledig (binst de oorlog
verscheen het niet) heeft Bert
Van Hoorick, keurig ingebon
den, de jaargangen van Rechtpke
en Vrijheid vanaf 1900 en daar- ~u
uit moet een vorser wel watfcn
kunnen halen mits tijd en in-|pe-
spanning.
Ook uit liberale en katholieke PS'
ob
Wa:
|r9
z»l
publikaties over de arbeider
sbeweging kan wat worden ge
haald.
«Misschien ip het voor 80%
reeds te laat»zegde ons Berlbne
Van Hoorick. «In elk geval isich
het hoogdringend er nog iet; ng
aan te doen». M
Zo wil men dan ook een oproep en
richten aan al wie nog ietsfls
heeft, een artikel, een bra ein
chure. foto's of om het ever eri
wat dat voor de historiel >m
dienstbaar kan zijn, zulks t<>rd
melden. Ook manifesten, verfatf
slagen, oude vlaggen, e.d.m*
kunnen van dienst zijn. Voorlo
pig echter alleen laten weteif
dat men het heeft. Als he ett
goede moment is aangebrokei 6kt
zal dan worden gevraagd het a rt r
te staan of te fotokopiëren. Al t( I h
dikwijls gebeurt het dat na eeft
sterfgeval veel wordt verbranr*'
wat dan door anderen als zer
interessant wordt aangezien.
Van de staking van 1936 bij!
heeft men geen enkele foto!
Dat er ruim 50 Aalstenaai
deelnamen aan de tocht en c
Internationale Brigade ii
Spanje liet weinig schriftelijl
sporen na.
Praktisch gezien zal een v.z
worden opgericht met als di
een socialistisch archief op
richten en het regelmatig bij
houden. Wie daarvoor belani
stelling heeft kan het meldt
aan C.S.C.-verantwoordelijl
Rita Van Gael, Volkshui
Houtmarkt 1 te Aalst. Te|
053-70.51.51.
Wanneer dan een zeker si
dium is bereikt wil men een tei
toonstelling organiseren waai
bij de vruchten van het opzoi
kwerk worden getoond. Tever
wordt dat alvast een stimuli
tot fertile verdere werking.
Zeer spoedig komt er wel
rondreizende tentoonstelling
het hele arrondissement, «f
Rank» wil trouwens begin v<
gend jaar reeds een tentoo
stelling organiseren gewijd a
«kinderarbeid».
In de afdelingen zal word
rondgetrokken met bando
nemers waarop oudere pers
nen die iets te melden hebbc
hun relaas kwijt kunnen. En
maandag 10 december wor
iedereen die er zich aan inter*1
seert verwacht om 19u30 in
Volkshuis voor een Werkve
gadering.
«Geschiedenis van het Soi
lisme in het Arrondissem
Aalst».