OP D'HOEIGE VESTEN... DEIR 'T OILJSTERS STEMMINGSTRIO NAAR MEER INSPRAAK VAN OUDERS IN BASISSCHOOL C( t 'J M38 Leidraad voor Ouders door BGJG 8 - 28.12.1979 - De Voorpost Een gelukkig toeval en een uitstekende receptie, aangeboden door de dekenij Molendries - Hovenier straat - Varkensmarkt bij de ingebruikname van hun magnifieke lichtreklames, zorgden voor een nauwe re kennismaking met één van zijn aktiefste leden: Johny Marcoen. Een levendige spirituele Aalstenaar met zijn «Oiljsters hert» op de juiste plaats. Niet alleen handelaar - marktkramer een titel waarop hij niet weinig fier is maar vooral aktief op karnavalesk gebied èn als gewezen lid van een groep, èn als individueel deelnemer aan de stoet, maar vooral als stuwende kracht in het Stemmings trio. Vooral dit laatste moest ons, gezien onze belangstelling voor het aanstaande karnavalgebeu- ren, sterk intresseren. Hoe en waarom het allemaal begon deed ie ons op zijn eigen openhartige wijze en doorspekt met 'n boel pittige details, proper uit de doekjes. Een nadere kennismaking met deze groep die ons toch weer elk jaar een knal-meezingertje bracht is er meer dan aan verdiend! mee te dingen naar deze prinselijke titel. Maar, er bleek dan een maar aan vastgeknoopt. Inderdaad, telde men voor '73 reeds drie kandidaten, één onder deze was de vroegere prins van '70, namelijk Michel. De ze laatste kon reeds bogen op een zekere reputatie, had zeker de steun van alle vroe gere prinsen, maar wat meer was: ging een Aalstenaar zijn eigen keuze van enkele jaren terug verloochenen? Het zou verduiveld heel vreemd moeten gedraaid hebben had er iemand an ders dan een Michel verko zen geweest zijn. Maar alles bij elkaar, de kansen van Johny waren nu terug weer Karnaval». Kwam dan het moment waarop er een wed strijd gehouden werd België - Nederland voor het beste karnavallied. De verant woordelijke van de platenfir ma die het liedje van Johny had uitgebracht wou natuur lijk ook dit liedje insturen, samen met dat van Jackie van '72, namelijk «den Ajoi- nendans». In een pre-selek- tie werd dit laatste weerhou den om samen met Jacques Raymond en Tony Gijs Dat Jackie hier onze kleuren briljant verdedigde hoeft ze ker geen betoog: hij haalde hier namelijk als eerste Belg, de zevende plaats. Zeker niet onverdienstelijk, als we zijn tegenstrevers, toch allen Bloemenfee Sonja: de aan leiding We schrijven 1971. Johny's nichtje Sonja stelt zich ook kandidate voor de titel van bloemenfee. Met een neef zoals zij er eentje had, en wiens tante het zeker niet naliet hem om de haverklap om steun te verzoeken voor haar dochtertje, kon het ook niet anders of onze lieve Sonja MOEST de Bloemen fee van dit jaar worden. In derdaad, niets was onze toenmalige «vojasjeir» te veel om zijn nichtje aan deze toen nog fel begeerde titel te helpen. Alle relaties werden aangesproken. Vrienden opgezocht. Enfin een verkiezingscampagne naar de regels van de kunst werd door hem op touw ge zet: het resultaat is gekend. Sonja werd toen ook onze zoveelste Bloemenfee. De avond van de verkiezing zelf «boschten» onze Johny toe vallig op de steun en toever laat van een medekandidate van Sonja, Marie-Claire. Het was niet min noch meer Jac kie D'Herde, een naam die in de karnavalmiddens en alles wat hiermee verband houdt, klinkt als een klok. Voegt zich dan nog een Antoine Bae- tens, zeker ook geen onbe kende in middens waar men van lol en plezier houdt! Dat deze laatste daarenboven ook nog een oude schoolka meraad bleek van Johny bleek evenwel geen bezwaar dat het trio zich daar «graat en blaat stod te verwoijten». Enfin, naar zijn zeggen «stonden zer echt lielek te doeng»! Evenwel geen be zwaar voor een Aalstenaar om enkele uren later samen aan een of andere schen- kbank te sukkelen en er me nig glaasje op eikaars, kort voordien nog zo hevig afge broken gezondheid te ledi gen. Resultaat: arm in arm, elkaar zoveel mogelijk on dersteunend zijn ze dan naar huis gesukkeld. Gezwoeren kamerotenl Hier werd de ba sis gelegd voor wat het late re Stemmingstrio moest worden. Prinsenverkiezing 1972: het begin Eens alle perikelen van de Bloemenfeeverkiezing ach ter de rug, ging het zoetjes aan naar nieuwjaar '72 toe. leder gaat zo zijn vrienden en kennissen opzoeken met de beste bedoeling voor nog betere wensen maar met een nog grotere dorst. Zo ook onze Johny. Valt ie bij zijn nichtje binnen en wie zit daar al bij een stevige pint: Herman Daelman. Wie het «Ketje» kent maar vooral zijn onstuitbare «babbel- kounscht» weet dat het voor deze laatste maar een klein kunstje was om ook onze Johny te overtuigen zich kandidaat te stellen voor de Prinsenverkiezing '72, vooral daar er toen ook nog maar één kandidaat bleek, zoals ook dit jaar het geval is, na melijk de reeds genoemde Jackie D'Herde. Nog een beetje tegenstribbelen, want ja zingen kon ie wel een beetje, maar de maat hou den dat bleek wat anders. Geen bezwaar opperde het «Ketje», dat kan je allemaal wel leren en voor de rest zorg ik dan wel. Hand er op en Johny werd kandidaat. Ondanks de beloften van het «Ketje», moest alles toch maar weer de allerlaatste week voor de verkiezing in een dolle haast geïmprovi seerd worden. Het werd maar half werk. Vlug nog links en rechts enkele «af- fischkes» uitgeplakt. Om ie dereen nog te kunnen berei ken om hun stemmen te ron selen, bleek het toen echter veel te laat. Ondanks deze in zeven haasten in elkaar ge timmerde campagne werd ie toch nog tweede. De op het allerlaatste ogenblik opge doken medekandidaten moesten zich met een derde en vierde plaats tevreden stellen. Maar Jackie toonde zich uit het goede hout ge sneden. Hij stelde zelfs voor dat Johny hem tijdens zijn optredens als Prins '72 over al zou vergezellen. Samen trokken ze het ganse jaar op en deelden broederlijk alle kosten. Ze bezochten meer dan honderd plaatsen als ambassadeurs van onze kei zerlijke karnavalstede. Wie gaat er nu nog beweren dat prins zijn geen «korvei» is? Voor Johny betekende dit onder meer de vaste belofte vanwege Jackie dat hij, in dien hij zich bij de Suskewie- ten liet aansluiten, op diens vaste steun mocht rekenen indien hij zich het volgende jaar terug kandidaat stelde voor de prinsentitel. En Johny liet zich nog eens overhalen toch maar weer HET STEMMINGSTRIO niet zo slecht. Het overgrote deel van de aanwezigen die avond, en men schat ze op een tweeduizendtal, waren gekomen of als supporters van Johny of als kiezers voor hem. De uitslag bewees ech ter eens te meer de «power» van de Prinsencaemere, en het werd Michel. Ondanks de steun van de voorzitter van het feestcomité, name lijk Frans Wauters, moest Johny het terug met de tweede plaats stellen. Maar ja, zo zegt ie, moest ik toen zo slim geweest zijn als nu, en we zijn 7 jaar verder, dan had ik toen tegen al die zo geheten hulp gewoonweg Foert gezegd en alles zelf gedaan. Nochtans was de idee van Frans Wauters nog lang niet zo slecht. 1973 was nu eenmaal het Dirk Mar- tens-jaar, en de campagne van Johny onder dit teken te laten verlopen was bijlange geen slecht idee. Ze hebben onze «oijgsten Zwette Maan» zelfs tot tweemaal toe een bril gaan aanpassen gezien Johny ook een brillet je droeg. Enfin, het mocht allemaal niet baten. De titel bleef buiten bereik. Wat ech ter toch het belangrijkste bleek was dat èn Michel èn Johny ieder op zijn beurt een plaatje hadden uitge bracht. Beiden schenen goed te lopen. Voor Michel was het Oiljst ajoin en bier mè schoim, voor Johny werd het: «Johny wert Prinsj praktisch professionelen, eens bekijken. Het «Oilj sters» dialekt was hoogst waarschijnlijk wel één van de voornaamste redenen dat het liedje door onze noor derburen minder kon geap precieerd worden. De neder- landse groep, Het Cocktail trio, behaalde op deze wed strijd de overwinning. Deze groep betekende meteen een onuitputtelijke inspira tiebron voor Jackie en Joh ny, die er op de terugweg naar Aalst en in wel «gezei- genden» toestand, over komplotteerden om volgens dit patroon een eigen duo of trio te vormen, en om te beginnen ALLE liedjes van deze wedstrijd te gebruiken bij hun debuut. Eens de idee gelanceerd was er geen houden meer aan. Er zou een orkestje gevormd worden. Aan verdere kandi daten, en ook aan tekst schrijvers bleek men in Aalst geen gebrek te lijden. Er was een Jean-Paul die op dti stuk zijn kunnen reeds lang be wezen had. Er was een ande re Johny, namelijk Johny De Mol, die op dit moment de rol vertolkte van Kamile Ple zant. Deze laatste bleek meer dan entoesiast om met dit koppel van wal te steken. Het trio werd geboren! Hun naam hebben ze echter weer eens te danken aan het kar navalesk - vruchtbare brein van een Jean-Paul De Boitselier die niet alleen de teksten van hun liedjes aan paste, maar inventief ge noeg bleek om hun ook nog hun doopnaam mee te ge ven: Het Stemmingstriol Hoe het verder verliep Nu ja, eens het trio ge vormd, het repertorium vastgelegd, de naam geko zen, stond niets nog een op treden in het «oepenboor» in de weg. Jackie, onver moeibaar als geeneen, had reeds kontrakten vastge legd. Hun eerste optreden zou gehouden worden op 31.5.73 in het Volkshuis, toen nog gevestigd op de «Veikemet». Veeleisend was het trio niet en hun honora rium lag toen nog belache lijk laag: «as men ons moor en pintsch kenne koeipen». Het werd echter een dender end succes! Zowel voor het begeleidend orkestje als voor hen. Hun reputatie groeide zienderogen en tot eind 1974 hadden ze prak tisch elke week een optre den. In het Casino te Middel- kerke werden ze zelfs tot vijf maal toe teruggeroepen: als dat nou geen succes is! Achter de schermen echter bleef ook Antoine Baetens drukdoende bezig. Wat deze laatste vooral nauw aan het hart lag waren Platen. Platen met de liedjes van dit trio. Zoals men trouwens placht te zeggen: «As den dienen iet in zennen kop eijt, jaa maan, tan es ter gien aven nie mier oon»! Op een nacht wordt onze Johny uit zijn bed gebeld dat ze de volgen de dag een opname gingen doen met het trio, en wel in de studio van Johny Hoes in Nederland. Alhoewel Antoi ne deze laatste nog nooit gezien had, laat staan goed bevriend was met hem, zoals ie wel eens beweerde, bleek ie verduiveld goed van tongriem gesneden te zijn geweest. Inderdaad, hun aankomst in deze studio's dreigde falikant af te lopen ware hij niet van de partij geweest. Na diverse afwij zingen en ontwijkende ant woorden wist hij deze laat- sten toch te overtuigen, zo danig dat ons trio zich een poosje later met «alles d'er om en d'er an» in de studio's bevond, want we mogen niet vergeten dat het trio slechts zijn «keelgeluid» had meegebracht. Geen muziek, geen tekst, geen begelei ding! Dank zij het doorzet tingsvermogen van Antoine werd hen dit alles toch nog ter beschikking gesteld in de opnamestudio! As je maar lef genoeg hebt om het te doen! Enfin, tussen al het beschik bare materiaal, viel hun keu ze toen op Snoepi, Snoepi. Ze verbonden zich voor een opname van tenminste 500 platen, en als enige werkma teriaal kregen ze een bandje mee naar huis met de mu ziek. De tekst bleef echter hun zaak. Niet te vergeten, de definitieve opname zou reeds binnen de twee daar opvolgende dagen moeten plaatsgrijpen. Tijd voor her halingen en andere voorbe reidingen bleek er dus niet meer. Dan maar «gerepe- teirt» in de auto die hen twee dagen later naar Weer bracht. Eens in de studio werd hen een mikro over de kop geduwd en men ging er direkt van start. Zo maar! Zegt de opnameleider: «Jongens, we zullen 't eens proberen hé. Allez, vooruit met Snoepie, Snoepiel». Ze zingen het eenmaal. O.K. zegt die vent, en nu die an dere kant: het weer is goed maar de mensen deugen niet. Allemaal vraagtekens voor ons trio: dat kon toch zo maar niet van de «ieste kier» direkt op plaat? Noch tans was het zo! Ze konden hun eigen ogen en oren niet geloven, vooral daar Johny voor de opname van zijn eerste plaatje ongeveer 5 volle uren nodig had, en hier zou dat in praktisch 5 mi nuutjes geklonken zijn? Maar eens de opname belui sterd, waren ze meer dan tevreden over het resultaat. Het was spontaan en goed gebracht, met de nodige «Schwung». Een week later waren de plaatjes klaar en werden ze door ons lustig trio opgehaald. Maar de plannen van Antoine gren zen aan het ongelooflijke. Zegt zo ineens tijdens hun terugkeer naar de Ajuinen- stad: «Jonges, geir komt dormei op den teivei, da zwere kik eirl». Hoe onge looflijk het hun toen ook in oren klonk: ze zijn er mee op den teivei geweist»! Wan neer die Antoine zich nu eenmaal iets in het hoofd haalt, dan bokst hij ook door tot hij zijn doel bereikt heeft. Het werd een uitzending van Binnen en Buiten. Hoe hij het echter voor mekaar bracht en welke relaties hij allemaal in het gareel bracht zijn tot op heden nog alle maal duistere vraagtekens. De plaatjes gingen als war me broodjes van de hand, zodanig dat dra naar andere onderwerpen moest uitge keken worden, en weer was het Antoine die het lumineu ze idee had eens «liekes oijt d'aa doeis» te brengen, want zo beweerde hij, «den Ajoin- boer», die had een ganse boek vol van dat soort din gen. Maar met de teksten alleen was er nog niets te beginnen. Toen werd er in «'t Katschoeken» voor de jeugd van de derde leeftijd een koffietafel waar uitslui tend bier geserveerd werd belegd, en na de eerste paar glazen kreeg men die ganse troep vlot aan 't zin gen. Alle oude straatliedjes werden er nog eens doorge draaid en door het «clever» trio op band opgenomen. De jongens van het orkestje distileerden uit deze potpoe- ri het overbekende sukses van het Stemmingstrio: Op d'Hoeige Vesten!.Eens tekst en muziek klaargestoomd trok men naar de studio's van Sylvain Tack in Buizin gen. In tegenstelling met wat ze in Weert beleefd had den duurden de opname daar welgeteld juist 7 uren. En toch waren ze er niet al tevreden over. De plaat kwam wel goed over ze hebben er hier een 1500 van verkocht maar het muzi kale gedeelte beviel hen toch niet zo goed. Al bij al moet het toch niet zo slecht geweest zijn, want van firma zijde uit bevestigde men dat ze er niet minder dan 4000 stuks hadden laten persen, en voegt Johny er nog met een knipoogje aan toe: wie weet waren er het niet meer? In elk geval een den derend succes voor dit be ginnend trio. Voor jongens zoals jij en ik die verduiveld goed wisten waar het om ging: het groots maken en houden van hun karnaval. Tot hier wat hun «song» van «De Hoeige Vesten» betreft. Maar ze bleven zeker niet bij de pakken zitten en nog maar eens op initiatief van Antoine werden nog twee verdere plaatjes opgeno men, namelijk: «Schatje, wanneer mag ik nou» en «Den Dopper». Met het eer ste liedje werd eveneens meegedongen naar het bes te karnavallied in Maas-Me- chele, waar het trio, dank zij een bus vol heetgebakerde supporters van het A.K.V. en een Keizer Kamile als jurylid, toch nog de 6e plaats weg kaapte. Het tweede «Den Dopper» heeft daarenboven en dat is zeker vermeldens waardig gedurende één week in de Top-tien gestaan en wel op de achtste plaats! Als dat nu geen eindeloos succes was dan weet ik het ook niet meer! Maar ook an deren hadden dat in de ga ten en spoedig werden ze langs diverse zijden door vo gels van een even divers pluimage als impressario benaderd. Ze stapten mee op met een zekere groep Belwins, maar ze liepen van de klavers naar de bieten. Inderdaad, deze groep had het allemaal nogal groots opgevat. Ze ging zelfs een toernee verzorgen van Dali- da, wat voor hen allemaal falikant uitliep. Ook het trio ging eronder lijden. Hun op tredens werden niet ver zorgd en de voorbereidin gen lieten meer dan te wen sen over. We mogen echter niet vergeten dat ze dit slechts deden als liefhebbe rij en dagelijks eerst en voor al hun beroepsbezigheden moesten verzorgen. In deze ongelukkige periode werd dan toch noch een singeltje opgenomen «Roepen». In tussen ging de Belwins- groep over kop, en onze jon gens moesten terug leren op eigen poten te staan. Ze zochten vruchteloos naar een liedje in de «trant» van hun grootste succes, maar het plaatje dat ze bij P. Brijs lieten persen, namelijk «Ma- rieken» bleek bijlange zo goed niet in te slaan als D'Hoeige Vesten». Misschien was het te wijten aan het feit dat ze het plaatje op het verkeerde tijdstip hadden uitgebracht, name lijk met de Jaarbeurs en niet met Karnaval. Spijtig, de juiste reden zullen we ook wel nooit kennen. Intussen bleef onze Johny, die een eigen zaak geopend had, zeker niet bij de pakken zitten. Hij ging van stunt naar stunt, van promotie naar promotie. De dag van vandaag draait de zaak op volle toeren. En wat meer is, en voor de liefhebbers voor al belangrijk: momenteel schenkt hij het plaatje «D'Hoeige Vesten» zo maar gratis, «ver niet», weg. Je moet hem natuurlijk weten wonen, maar zijn adres kun- Hi p1 nen we je moeilijk verklapte pen. Het zou zo iets als eeifr verkapte reklame worderfa), en dat is verboden. Maar ztjj, moeilijk is het nu toch ooL, weer niet! Veel succes op j speurtocht! V' Een laatste vraagje ble< op branden op het puntje va ro onze tong: «Wat dacht Johge ny nu persoonlijk van karnqtie val op heden en de perikeleire rond dit tema van de laatstjOF maanden?». Ni ha Zonder enige poespas dló zijn mening weg. Onze kar navalisten zijn de laatste jé* ren veel te veel verwend geva weest. Vroeger gaf men ahdc vette prijzen tot 20.000 fr., efin toen «wooren weir gralejój kontent». Er was toen meade vriendschap en plezier daiu' nu. Hoe meer geld dat er vajkv stadswege begon binnen t|Bi stromen hoe slechter h0T ging. Ze kregen het gemakkelijk en nu nog ken ze niet meer tevredei geef ze vandaag 50.01 morgen willen ze er 100.01 dat is geen karnaval m« maar een «egte kommerse#0 Het gaat zo ook met ee® politieker: als ie er vandaag 100.000 kan achterover drupc ken, dan wil hij er morgi het dubbele van inkasserei Van '76 af gaat hij echtf^ individueel karnaval gaa£ vieren. Eens dat de mikrotF hem te pakken heeft is fe geen houden meer aan. Ebe nog nooit, nee nog nooPP heeft hij zich zo geamuseei01 als deze laatste jaren. WPr zijn projekten zijn voor 198Cde Weet hij zelf nog niet. Df" wordt pas de allerlaatst week beslist, dan komen 00" de best en meest recen)_ ideeën. En «what about» Kamiel «"i Schepen De Bisschop? Tji hier heeft hij wel enkele bfj denkingen. Keizer Kam heeft als karnavalist zekra zijn waarde en verdienste1" maar meent Johny, ik h< toch zo een flauw idee dat het toch maar doet «ver ze nen oigen zak»! VerdefM kommentaar overbodija al tide »g bljgc rede# ;eto zot Over de Schepen van Feeyj telijkheden kan hij echtfc niets anders zeggen dan dï wanneer deze iets deed vor karnaval, hij het steeds gtv daan heeft met de beste ie tenties en bedoeling. Mifce schien heeft hij nu wel niim de gave om zich duidelijk üvc te drukken en begrijpt matr zijn «propos» soms vem keerd. Wel mogelijk, en miLj schien ook de oorzaak vaw de huidige strubbelinge($p Maar meent Johny, de ooht zaak zal wel veel, veel diepish liggen. h< Voor 1980? De beste voorul zichten. Een Aalstenaf" krijgt men er zo maar niL onder. Laat de «dikke» mal betijen, WIJ zullen wel vo« ons «oigen» zorgen! En da maar dit optimisme gaan b^ nijden! Hopelijk slaat de ef demie van karnaval met <j^ juiste mikrobe op het juis) moment weer toe, mal geen nood zegt JohnyD want... «Oiljst viert Karn^ val!Ml». Tot dan! |a R L S1 In het «Stedelijk Onderwijsinstituut nr. 1» aan het Vredeplein genoten een vijftigtal aanwezigen, on derwijsmensen en leden van ouderkomitees, van een primeur. Gewezen kantonnaal inspekteur Fons Van Rossen uit Denderhoutem, nationaal ondervoorzitter van de Bond van Grote en Jonge Gezinnen en voorzitter van de Nationale Onderwijskommissie van «de Bond» had het er immers over een brochure, die ondertussen zal uitgroeien tot een lijvig boekdeel, een leidraad voor ouders die belang stellen in het leven van hun kin(eren) in het basisonderwijs. Het Ouderkomitee van de school van «de Kat» was daarmede aan de tweede aktiviteit van het school jaar toe nadat eerder «moderne wiskunde» aan bod was gekomen. In afwezigheid van voor zitter Georges Rousseau was het Jos De Geyter die zelf drie kinderen aan de school toevertrouwt die de spreker inleidde. Is het boek momenteel we gens allerlei omstandig heden waaronder de ver anderende medewerking van een stel BTK-ers nog niet klaar, dat komt wel. Voor geïntereerde ou ders wordt het zelfs een must. Fons Van Rossen wil het probleem van de begelei ding van hun kinderen in het basisonderwijs door de ouders benaderen vanuit een familiaal standpunt. Zijn een aan tal ouders schijnbaar on verschillig, andere eerder betweterig en bemoei ziek, een groot aantal maakt zich alleszins nor male zorgen over het ei gen kind. De bevoegd heid en bekwaamheid van het onderwijzend personeel kunnen daarbij soms in vraag worden gesteld. Spreker stelt dan ook de vraag of «ouders noodzakelijk zijn in de begeleiding van hun kin deren in het lager onder wijs»? Rond deze kernvraag wentelen heel wat sekun- daire problemen: - zijn ouders tot dergelijke be geleiding in staat en zo ja wat hebben ze daartoe nodig? - hebben tussen komsten van ouders in het vormingswerk een positieve of negatieve in vloed? - zijn hun interes sen alleen gevestigd op het eigen kind of wordt de groep als dusdanig geviseerd? - wat denken schoolmensen over ou derlijke begeleiding? worden ouders niet da delijk gedoodverfd als onverschillig, onbe kwaam? Feit is dat «de school» zich eeuwen lang als een afzonderlijk entiteit heeft ontwikkeld en gedragen en dat men zich daarvan pas nu bewust wordt. Ouders zijn als begelei ders van hun kinderen in de basisschool inderdaad onmisbaar. School en Ouders Een boutade: «Schooldi- rekties hebben vaak wei nig te zeggen, inspek- teurs wettelijk nog min der en programma's staan vaak gewoon maar in boekjes». Begeleiding door ouders, wisselwer king met het onderwij zende personeel qua werkvormen, schoolse aktiviteiten en inhouden, zijn echter een conditio sine qua non. Wel moeten tussen leerkrachten en ouders afspraken worden ge maakt en moeten ze openstaan voor weder zijdse signalen om te ko men tot goede prestaties waarbij het kind zich ech ter nog kind kan voelen en zich als kind ge dragen. Sommige kinderen heb ben meer begeleiding nodig dan andere en ou ders kunnen heel wat leren over het eigen kind van de leerkrachten ter wijl het tegengestelde even juist is. Kinderen mogen echter in de school hun belang niet verliezen eens dat ze op de leerlingenlijst staan genoteerd. In deze tijd van speciali satie, van «doorverwij zing» naar bvb. kinder- krib een individueel per soon of een opvangcen trum, moeten ouders ge holpen worden om hun begeleidingstaak goed aan te kunnen. Een «open school» kan hier toe bijdragen. Leidraad BGJG De ouders overtuigen van de noodzaak hun kin deren te begeleiden is een van de objektieven die de BGJG zich bij de te verschijnen Leidraad stelt. In afwachting van nog meer adekwate mid delen schijnt dit althans probaat. «Beter leren luisteren naar zijn kinderen», suk- seswerk van Gordon, is op dit vlak dan ook inter essant al lijkt het typisch Amerikaans. De Leidraad ziet eruit als volgt: 1. Onderwijs en Maat schappij met doelstellin gen, struktuur en onder wijsbeleid in ons land. 2. Vernieuwingen in de pedagogiek, in de onder- wijsstruktuur en in de in houd met aansluitend al ternatieve opvoeding. 3. Samenwerking ouders - school met een algeme ne schets en het aksent op ouderparticipatie, ook in de praktijk. 4. Problmen in school en gezin met o.m. training van oudergroepen. Diskussie Na de zeer vlot gebrachte en typisch met anekdotes en grepen uit zijn rijke ervaring geïllustreerde causerie kwamen een aantal luisteraars aan bod. Niet alle vragen be handelen echter het the ma van deze avond waar op Fons Van Rossen die zich noch als «pedago gielaar» noch als ge vluchte uit het onder wijs» wil zien betiteld dan ook niet antwoorddde. Uit de diskussie, bijwijle zeer geanimeerd, ont houden we vooral: zo het kind geen spon tane belangstelling heeft kan die, zo het onder werp belangrijk genoeg is, worden gestimuleerd. Medewerking van ouders kan hierbij helpen. sistemen met A- en B- klassen hebben voor- en nadelen. Uitsorteren ge beurt liefst in samen spraak met alle ouders. kleuter- en basisonder wijs zijn geen voorberei dende afdelingen van het sekundair onderwijs. Jos De Geyter ziet het basisonderwijs als een periode van brede vor ming niet met het oog op elite-kinderen maar wel sociaalingestelde waarbij elk kind, van waar dan ook komend en met wel ke specifieke eigenschap pen, kans krijgt tot ont wikkeling van de eigen persoonlijkheid. En met een vraag uit het publiek of ouders wel ge schikt zijn om eigen standpunten in onder wijskwesties te bepalen en advies te verstrekkejtii over kwesties waar ze hfst laas te weinig van afwt ten in konfrontaties mi schoolmensen sluit zii de ring. De ouders op dat sti meer informatie verstrejla ken is juist het doel v.' het boek van de BGJ0* We geven U bij het ver schijnen ervan graag eej* seintje. Md |2l

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Voorpost | 1979 | | pagina 6