OP D'HOEIGE VESTEN...
DEIR 'T OILJSTERS STEMMINGSTRIO
NAAR MEER INSPRAAK
VAN OUDERS IN BASISSCHOOL
C(
t
'J M38
Leidraad voor Ouders door BGJG
8 - 28.12.1979 - De Voorpost
Een gelukkig toeval en een uitstekende receptie,
aangeboden door de dekenij Molendries - Hovenier
straat - Varkensmarkt bij de ingebruikname van hun
magnifieke lichtreklames, zorgden voor een nauwe
re kennismaking met één van zijn aktiefste leden:
Johny Marcoen. Een levendige spirituele Aalstenaar
met zijn «Oiljsters hert» op de juiste plaats. Niet
alleen handelaar - marktkramer een titel waarop
hij niet weinig fier is maar vooral aktief op
karnavalesk gebied èn als gewezen lid van een
groep, èn als individueel deelnemer aan de stoet,
maar vooral als stuwende kracht in het Stemmings
trio. Vooral dit laatste moest ons, gezien onze
belangstelling voor het aanstaande karnavalgebeu-
ren, sterk intresseren. Hoe en waarom het allemaal
begon deed ie ons op zijn eigen openhartige wijze en
doorspekt met 'n boel pittige details, proper uit de
doekjes. Een nadere kennismaking met deze groep
die ons toch weer elk jaar een knal-meezingertje
bracht is er meer dan aan verdiend!
mee te dingen naar deze
prinselijke titel. Maar, er
bleek dan een maar aan
vastgeknoopt. Inderdaad,
telde men voor '73 reeds
drie kandidaten, één onder
deze was de vroegere prins
van '70, namelijk Michel. De
ze laatste kon reeds bogen
op een zekere reputatie, had
zeker de steun van alle vroe
gere prinsen, maar wat meer
was: ging een Aalstenaar
zijn eigen keuze van enkele
jaren terug verloochenen?
Het zou verduiveld heel
vreemd moeten gedraaid
hebben had er iemand an
ders dan een Michel verko
zen geweest zijn. Maar alles
bij elkaar, de kansen van
Johny waren nu terug weer
Karnaval». Kwam dan het
moment waarop er een wed
strijd gehouden werd België
- Nederland voor het beste
karnavallied. De verant
woordelijke van de platenfir
ma die het liedje van Johny
had uitgebracht wou natuur
lijk ook dit liedje insturen,
samen met dat van Jackie
van '72, namelijk «den Ajoi-
nendans». In een pre-selek-
tie werd dit laatste weerhou
den om samen met Jacques
Raymond en Tony Gijs
Dat Jackie hier onze kleuren
briljant verdedigde hoeft ze
ker geen betoog: hij haalde
hier namelijk als eerste Belg,
de zevende plaats. Zeker niet
onverdienstelijk, als we zijn
tegenstrevers, toch allen
Bloemenfee Sonja: de aan
leiding
We schrijven 1971. Johny's
nichtje Sonja stelt zich ook
kandidate voor de titel van
bloemenfee. Met een neef
zoals zij er eentje had, en
wiens tante het zeker niet
naliet hem om de haverklap
om steun te verzoeken voor
haar dochtertje, kon het ook
niet anders of onze lieve
Sonja MOEST de Bloemen
fee van dit jaar worden. In
derdaad, niets was onze
toenmalige «vojasjeir» te
veel om zijn nichtje aan deze
toen nog fel begeerde
titel te helpen. Alle relaties
werden aangesproken.
Vrienden opgezocht. Enfin
een verkiezingscampagne
naar de regels van de kunst
werd door hem op touw ge
zet: het resultaat is gekend.
Sonja werd toen ook onze
zoveelste Bloemenfee. De
avond van de verkiezing zelf
«boschten» onze Johny toe
vallig op de steun en toever
laat van een medekandidate
van Sonja, Marie-Claire. Het
was niet min noch meer Jac
kie D'Herde, een naam die in
de karnavalmiddens en alles
wat hiermee verband houdt,
klinkt als een klok. Voegt zich
dan nog een Antoine Bae-
tens, zeker ook geen onbe
kende in middens waar men
van lol en plezier houdt! Dat
deze laatste daarenboven
ook nog een oude schoolka
meraad bleek van Johny
bleek evenwel geen bezwaar
dat het trio zich daar «graat
en blaat stod te verwoijten».
Enfin, naar zijn zeggen
«stonden zer echt lielek te
doeng»! Evenwel geen be
zwaar voor een Aalstenaar
om enkele uren later samen
aan een of andere schen-
kbank te sukkelen en er me
nig glaasje op eikaars, kort
voordien nog zo hevig afge
broken gezondheid te ledi
gen. Resultaat: arm in arm,
elkaar zoveel mogelijk on
dersteunend zijn ze dan naar
huis gesukkeld. Gezwoeren
kamerotenl Hier werd de ba
sis gelegd voor wat het late
re Stemmingstrio moest
worden.
Prinsenverkiezing 1972: het
begin
Eens alle perikelen van de
Bloemenfeeverkiezing ach
ter de rug, ging het zoetjes
aan naar nieuwjaar '72 toe.
leder gaat zo zijn vrienden
en kennissen opzoeken met
de beste bedoeling voor nog
betere wensen maar met
een nog grotere dorst. Zo
ook onze Johny. Valt ie bij
zijn nichtje binnen en wie zit
daar al bij een stevige pint:
Herman Daelman. Wie het
«Ketje» kent maar vooral zijn
onstuitbare «babbel-
kounscht» weet dat het voor
deze laatste maar een klein
kunstje was om ook onze
Johny te overtuigen zich
kandidaat te stellen voor de
Prinsenverkiezing '72, vooral
daar er toen ook nog maar
één kandidaat bleek, zoals
ook dit jaar het geval is, na
melijk de reeds genoemde
Jackie D'Herde. Nog een
beetje tegenstribbelen, want
ja zingen kon ie wel een
beetje, maar de maat hou
den dat bleek wat anders.
Geen bezwaar opperde het
«Ketje», dat kan je allemaal
wel leren en voor de rest
zorg ik dan wel. Hand er op
en Johny werd kandidaat.
Ondanks de beloften van het
«Ketje», moest alles toch
maar weer de allerlaatste
week voor de verkiezing in
een dolle haast geïmprovi
seerd worden. Het werd
maar half werk. Vlug nog
links en rechts enkele «af-
fischkes» uitgeplakt. Om ie
dereen nog te kunnen berei
ken om hun stemmen te ron
selen, bleek het toen echter
veel te laat. Ondanks deze in
zeven haasten in elkaar ge
timmerde campagne werd ie
toch nog tweede. De op het
allerlaatste ogenblik opge
doken medekandidaten
moesten zich met een derde
en vierde plaats tevreden
stellen. Maar Jackie toonde
zich uit het goede hout ge
sneden. Hij stelde zelfs voor
dat Johny hem tijdens zijn
optredens als Prins '72 over
al zou vergezellen. Samen
trokken ze het ganse jaar op
en deelden broederlijk alle
kosten. Ze bezochten meer
dan honderd plaatsen als
ambassadeurs van onze kei
zerlijke karnavalstede. Wie
gaat er nu nog beweren dat
prins zijn geen «korvei» is?
Voor Johny betekende dit
onder meer de vaste belofte
vanwege Jackie dat hij, in
dien hij zich bij de Suskewie-
ten liet aansluiten, op diens
vaste steun mocht rekenen
indien hij zich het volgende
jaar terug kandidaat stelde
voor de prinsentitel.
En Johny liet zich nog eens
overhalen toch maar weer
HET STEMMINGSTRIO
niet zo slecht. Het overgrote
deel van de aanwezigen die
avond, en men schat ze op
een tweeduizendtal, waren
gekomen of als supporters
van Johny of als kiezers voor
hem. De uitslag bewees ech
ter eens te meer de «power»
van de Prinsencaemere, en
het werd Michel. Ondanks
de steun van de voorzitter
van het feestcomité, name
lijk Frans Wauters, moest
Johny het terug met de
tweede plaats stellen. Maar
ja, zo zegt ie, moest ik toen
zo slim geweest zijn als nu,
en we zijn 7 jaar verder, dan
had ik toen tegen al die zo
geheten hulp gewoonweg
Foert gezegd en alles zelf
gedaan. Nochtans was de
idee van Frans Wauters nog
lang niet zo slecht. 1973 was
nu eenmaal het Dirk Mar-
tens-jaar, en de campagne
van Johny onder dit teken te
laten verlopen was bijlange
geen slecht idee. Ze hebben
onze «oijgsten Zwette
Maan» zelfs tot tweemaal
toe een bril gaan aanpassen
gezien Johny ook een brillet
je droeg. Enfin, het mocht
allemaal niet baten. De titel
bleef buiten bereik. Wat ech
ter toch het belangrijkste
bleek was dat èn Michel èn
Johny ieder op zijn beurt
een plaatje hadden uitge
bracht. Beiden schenen
goed te lopen. Voor Michel
was het Oiljst ajoin en bier
mè schoim, voor Johny
werd het: «Johny wert Prinsj
praktisch professionelen,
eens bekijken. Het «Oilj
sters» dialekt was hoogst
waarschijnlijk wel één van
de voornaamste redenen dat
het liedje door onze noor
derburen minder kon geap
precieerd worden. De neder-
landse groep, Het Cocktail
trio, behaalde op deze wed
strijd de overwinning. Deze
groep betekende meteen
een onuitputtelijke inspira
tiebron voor Jackie en Joh
ny, die er op de terugweg
naar Aalst en in wel «gezei-
genden» toestand, over
komplotteerden om volgens
dit patroon een eigen duo of
trio te vormen, en om te
beginnen ALLE liedjes van
deze wedstrijd te gebruiken
bij hun debuut.
Eens de idee gelanceerd was
er geen houden meer aan. Er
zou een orkestje gevormd
worden. Aan verdere kandi
daten, en ook aan tekst
schrijvers bleek men in Aalst
geen gebrek te lijden. Er was
een Jean-Paul die op dti stuk
zijn kunnen reeds lang be
wezen had. Er was een ande
re Johny, namelijk Johny De
Mol, die op dit moment de
rol vertolkte van Kamile Ple
zant. Deze laatste bleek meer
dan entoesiast om met dit
koppel van wal te steken.
Het trio werd geboren! Hun
naam hebben ze echter weer
eens te danken aan het kar
navalesk - vruchtbare brein
van een Jean-Paul De
Boitselier die niet alleen de
teksten van hun liedjes aan
paste, maar inventief ge
noeg bleek om hun ook nog
hun doopnaam mee te ge
ven: Het Stemmingstriol
Hoe het verder verliep
Nu ja, eens het trio ge
vormd, het repertorium
vastgelegd, de naam geko
zen, stond niets nog een op
treden in het «oepenboor»
in de weg. Jackie, onver
moeibaar als geeneen, had
reeds kontrakten vastge
legd. Hun eerste optreden
zou gehouden worden op
31.5.73 in het Volkshuis,
toen nog gevestigd op de
«Veikemet». Veeleisend was
het trio niet en hun honora
rium lag toen nog belache
lijk laag: «as men ons moor
en pintsch kenne koeipen».
Het werd echter een dender
end succes! Zowel voor het
begeleidend orkestje als
voor hen. Hun reputatie
groeide zienderogen en tot
eind 1974 hadden ze prak
tisch elke week een optre
den. In het Casino te Middel-
kerke werden ze zelfs tot vijf
maal toe teruggeroepen: als
dat nou geen succes is!
Achter de schermen echter
bleef ook Antoine Baetens
drukdoende bezig. Wat deze
laatste vooral nauw aan het
hart lag waren Platen. Platen
met de liedjes van dit trio.
Zoals men trouwens placht
te zeggen: «As den dienen
iet in zennen kop eijt, jaa
maan, tan es ter gien aven
nie mier oon»! Op een nacht
wordt onze Johny uit zijn
bed gebeld dat ze de volgen
de dag een opname gingen
doen met het trio, en wel in
de studio van Johny Hoes in
Nederland. Alhoewel Antoi
ne deze laatste nog nooit
gezien had, laat staan goed
bevriend was met hem,
zoals ie wel eens beweerde,
bleek ie verduiveld goed van
tongriem gesneden te zijn
geweest. Inderdaad, hun
aankomst in deze studio's
dreigde falikant af te lopen
ware hij niet van de partij
geweest. Na diverse afwij
zingen en ontwijkende ant
woorden wist hij deze laat-
sten toch te overtuigen, zo
danig dat ons trio zich een
poosje later met «alles d'er
om en d'er an» in de studio's
bevond, want we mogen
niet vergeten dat het trio
slechts zijn «keelgeluid» had
meegebracht. Geen muziek,
geen tekst, geen begelei
ding! Dank zij het doorzet
tingsvermogen van Antoine
werd hen dit alles toch nog
ter beschikking gesteld in de
opnamestudio! As je maar
lef genoeg hebt om het te
doen!
Enfin, tussen al het beschik
bare materiaal, viel hun keu
ze toen op Snoepi, Snoepi.
Ze verbonden zich voor een
opname van tenminste 500
platen, en als enige werkma
teriaal kregen ze een bandje
mee naar huis met de mu
ziek. De tekst bleef echter
hun zaak. Niet te vergeten,
de definitieve opname zou
reeds binnen de twee daar
opvolgende dagen moeten
plaatsgrijpen. Tijd voor her
halingen en andere voorbe
reidingen bleek er dus niet
meer. Dan maar «gerepe-
teirt» in de auto die hen twee
dagen later naar Weer
bracht. Eens in de studio
werd hen een mikro over de
kop geduwd en men ging er
direkt van start. Zo maar!
Zegt de opnameleider:
«Jongens, we zullen 't eens
proberen hé. Allez, vooruit
met Snoepie, Snoepiel». Ze
zingen het eenmaal. O.K.
zegt die vent, en nu die an
dere kant: het weer is goed
maar de mensen deugen
niet. Allemaal vraagtekens
voor ons trio: dat kon toch
zo maar niet van de «ieste
kier» direkt op plaat? Noch
tans was het zo! Ze konden
hun eigen ogen en oren niet
geloven, vooral daar Johny
voor de opname van zijn
eerste plaatje ongeveer 5
volle uren nodig had, en hier
zou dat in praktisch 5 mi
nuutjes geklonken zijn?
Maar eens de opname belui
sterd, waren ze meer dan
tevreden over het resultaat.
Het was spontaan en goed
gebracht, met de nodige
«Schwung». Een week later
waren de plaatjes klaar en
werden ze door ons lustig
trio opgehaald. Maar de
plannen van Antoine gren
zen aan het ongelooflijke.
Zegt zo ineens tijdens hun
terugkeer naar de Ajuinen-
stad: «Jonges, geir komt
dormei op den teivei, da
zwere kik eirl». Hoe onge
looflijk het hun toen ook in
oren klonk: ze zijn er mee op
den teivei geweist»! Wan
neer die Antoine zich nu
eenmaal iets in het hoofd
haalt, dan bokst hij ook door
tot hij zijn doel bereikt heeft.
Het werd een uitzending van
Binnen en Buiten. Hoe hij
het echter voor mekaar
bracht en welke relaties hij
allemaal in het gareel bracht
zijn tot op heden nog alle
maal duistere vraagtekens.
De plaatjes gingen als war
me broodjes van de hand,
zodanig dat dra naar andere
onderwerpen moest uitge
keken worden, en weer was
het Antoine die het lumineu
ze idee had eens «liekes oijt
d'aa doeis» te brengen, want
zo beweerde hij, «den Ajoin-
boer», die had een ganse
boek vol van dat soort din
gen. Maar met de teksten
alleen was er nog niets te
beginnen. Toen werd er in
«'t Katschoeken» voor de
jeugd van de derde leeftijd
een koffietafel waar uitslui
tend bier geserveerd werd
belegd, en na de eerste
paar glazen kreeg men die
ganse troep vlot aan 't zin
gen. Alle oude straatliedjes
werden er nog eens doorge
draaid en door het «clever»
trio op band opgenomen.
De jongens van het orkestje
distileerden uit deze potpoe-
ri het overbekende sukses
van het Stemmingstrio: Op
d'Hoeige Vesten!.Eens tekst
en muziek klaargestoomd
trok men naar de studio's
van Sylvain Tack in Buizin
gen. In tegenstelling met
wat ze in Weert beleefd had
den duurden de opname
daar welgeteld juist 7 uren.
En toch waren ze er niet al
tevreden over. De plaat
kwam wel goed over ze
hebben er hier een 1500 van
verkocht maar het muzi
kale gedeelte beviel hen
toch niet zo goed. Al bij al
moet het toch niet zo slecht
geweest zijn, want van firma
zijde uit bevestigde men dat
ze er niet minder dan 4000
stuks hadden laten persen,
en voegt Johny er nog met
een knipoogje aan toe: wie
weet waren er het niet
meer? In elk geval een den
derend succes voor dit be
ginnend trio. Voor jongens
zoals jij en ik die verduiveld
goed wisten waar het om
ging: het groots maken en
houden van hun karnaval.
Tot hier wat hun «song» van
«De Hoeige Vesten» betreft.
Maar ze bleven zeker niet bij
de pakken zitten en nog
maar eens op initiatief van
Antoine werden nog twee
verdere plaatjes opgeno
men, namelijk: «Schatje,
wanneer mag ik nou» en
«Den Dopper». Met het eer
ste liedje werd eveneens
meegedongen naar het bes
te karnavallied in Maas-Me-
chele, waar het trio, dank zij
een bus vol heetgebakerde
supporters van het A.K.V. en
een Keizer Kamile als jurylid,
toch nog de 6e plaats weg
kaapte. Het tweede «Den
Dopper» heeft daarenboven
en dat is zeker vermeldens
waardig gedurende één
week in de Top-tien gestaan
en wel op de achtste plaats!
Als dat nu geen eindeloos
succes was dan weet ik het
ook niet meer! Maar ook an
deren hadden dat in de ga
ten en spoedig werden ze
langs diverse zijden door vo
gels van een even divers
pluimage als impressario
benaderd. Ze stapten mee
op met een zekere groep
Belwins, maar ze liepen van
de klavers naar de bieten.
Inderdaad, deze groep had
het allemaal nogal groots
opgevat. Ze ging zelfs een
toernee verzorgen van Dali-
da, wat voor hen allemaal
falikant uitliep. Ook het trio
ging eronder lijden. Hun op
tredens werden niet ver
zorgd en de voorbereidin
gen lieten meer dan te wen
sen over. We mogen echter
niet vergeten dat ze dit
slechts deden als liefhebbe
rij en dagelijks eerst en voor
al hun beroepsbezigheden
moesten verzorgen. In deze
ongelukkige periode werd
dan toch noch een singeltje
opgenomen «Roepen». In
tussen ging de Belwins-
groep over kop, en onze jon
gens moesten terug leren op
eigen poten te staan. Ze
zochten vruchteloos naar
een liedje in de «trant» van
hun grootste succes, maar
het plaatje dat ze bij P. Brijs
lieten persen, namelijk «Ma-
rieken» bleek bijlange zo
goed niet in te slaan als
D'Hoeige Vesten».
Misschien was het te wijten
aan het feit dat ze het plaatje
op het verkeerde tijdstip
hadden uitgebracht, name
lijk met de Jaarbeurs en niet
met Karnaval. Spijtig, de
juiste reden zullen we ook
wel nooit kennen.
Intussen bleef onze Johny,
die een eigen zaak geopend
had, zeker niet bij de pakken
zitten. Hij ging van stunt
naar stunt, van promotie
naar promotie. De dag van
vandaag draait de zaak op
volle toeren. En wat meer is,
en voor de liefhebbers voor
al belangrijk: momenteel
schenkt hij het plaatje
«D'Hoeige Vesten» zo maar
gratis, «ver niet», weg. Je
moet hem natuurlijk weten
wonen, maar zijn adres kun-
Hi
p1
nen we je moeilijk verklapte
pen. Het zou zo iets als eeifr
verkapte reklame worderfa),
en dat is verboden. Maar ztjj,
moeilijk is het nu toch ooL,
weer niet! Veel succes op j
speurtocht! V'
Een laatste vraagje ble< op
branden op het puntje va ro
onze tong: «Wat dacht Johge
ny nu persoonlijk van karnqtie
val op heden en de perikeleire
rond dit tema van de laatstjOF
maanden?». Ni
ha
Zonder enige poespas dló
zijn mening weg. Onze kar
navalisten zijn de laatste jé*
ren veel te veel verwend geva
weest. Vroeger gaf men ahdc
vette prijzen tot 20.000 fr., efin
toen «wooren weir gralejój
kontent». Er was toen meade
vriendschap en plezier daiu'
nu. Hoe meer geld dat er vajkv
stadswege begon binnen t|Bi
stromen hoe slechter h0T
ging. Ze kregen het
gemakkelijk en nu nog
ken ze niet meer tevredei
geef ze vandaag 50.01
morgen willen ze er 100.01
dat is geen karnaval m«
maar een «egte kommerse#0
Het gaat zo ook met ee®
politieker: als ie er vandaag
100.000 kan achterover drupc
ken, dan wil hij er morgi
het dubbele van inkasserei
Van '76 af gaat hij echtf^
individueel karnaval gaa£
vieren. Eens dat de mikrotF
hem te pakken heeft is fe
geen houden meer aan. Ebe
nog nooit, nee nog nooPP
heeft hij zich zo geamuseei01
als deze laatste jaren. WPr
zijn projekten zijn voor 198Cde
Weet hij zelf nog niet. Df"
wordt pas de allerlaatst
week beslist, dan komen 00"
de best en meest recen)_
ideeën.
En «what about» Kamiel «"i
Schepen De Bisschop? Tji
hier heeft hij wel enkele bfj
denkingen. Keizer Kam
heeft als karnavalist zekra
zijn waarde en verdienste1"
maar meent Johny, ik h<
toch zo een flauw idee dat
het toch maar doet «ver ze
nen oigen zak»! VerdefM
kommentaar overbodija
al tide
»g bljgc
rede#
;eto
zot
Over de Schepen van Feeyj
telijkheden kan hij echtfc
niets anders zeggen dan dï
wanneer deze iets deed vor
karnaval, hij het steeds gtv
daan heeft met de beste ie
tenties en bedoeling. Mifce
schien heeft hij nu wel niim
de gave om zich duidelijk üvc
te drukken en begrijpt matr
zijn «propos» soms vem
keerd. Wel mogelijk, en miLj
schien ook de oorzaak vaw
de huidige strubbelinge($p
Maar meent Johny, de ooht
zaak zal wel veel, veel diepish
liggen. h<
Voor 1980? De beste voorul
zichten. Een Aalstenaf"
krijgt men er zo maar niL
onder. Laat de «dikke» mal
betijen, WIJ zullen wel vo«
ons «oigen» zorgen! En da
maar dit optimisme gaan b^
nijden! Hopelijk slaat de ef
demie van karnaval met <j^
juiste mikrobe op het juis)
moment weer toe, mal
geen nood zegt JohnyD
want... «Oiljst viert Karn^
val!Ml». Tot dan! |a
R L
S1
In het «Stedelijk Onderwijsinstituut nr. 1» aan het
Vredeplein genoten een vijftigtal aanwezigen, on
derwijsmensen en leden van ouderkomitees, van
een primeur.
Gewezen kantonnaal inspekteur Fons Van Rossen
uit Denderhoutem, nationaal ondervoorzitter van de
Bond van Grote en Jonge Gezinnen en voorzitter
van de Nationale Onderwijskommissie van «de
Bond» had het er immers over een brochure, die
ondertussen zal uitgroeien tot een lijvig boekdeel,
een leidraad voor ouders die belang stellen in het
leven van hun kin(eren) in het basisonderwijs.
Het Ouderkomitee van de
school van «de Kat» was
daarmede aan de tweede
aktiviteit van het school
jaar toe nadat eerder
«moderne wiskunde»
aan bod was gekomen.
In afwezigheid van voor
zitter Georges Rousseau
was het Jos De Geyter
die zelf drie kinderen aan
de school toevertrouwt
die de spreker inleidde. Is
het boek momenteel we
gens allerlei omstandig
heden waaronder de ver
anderende medewerking
van een stel BTK-ers nog
niet klaar, dat komt wel.
Voor geïntereerde ou
ders wordt het zelfs een
must.
Fons Van Rossen wil het
probleem van de begelei
ding van hun kinderen in
het basisonderwijs door
de ouders benaderen
vanuit een familiaal
standpunt. Zijn een aan
tal ouders schijnbaar on
verschillig, andere eerder
betweterig en bemoei
ziek, een groot aantal
maakt zich alleszins nor
male zorgen over het ei
gen kind. De bevoegd
heid en bekwaamheid
van het onderwijzend
personeel kunnen daarbij
soms in vraag worden
gesteld. Spreker stelt dan
ook de vraag of «ouders
noodzakelijk zijn in de
begeleiding van hun kin
deren in het lager onder
wijs»?
Rond deze kernvraag
wentelen heel wat sekun-
daire problemen: - zijn
ouders tot dergelijke be
geleiding in staat en zo ja
wat hebben ze daartoe
nodig? - hebben tussen
komsten van ouders in
het vormingswerk een
positieve of negatieve in
vloed? - zijn hun interes
sen alleen gevestigd op
het eigen kind of wordt
de groep als dusdanig
geviseerd? - wat denken
schoolmensen over ou
derlijke begeleiding?
worden ouders niet da
delijk gedoodverfd als
onverschillig, onbe
kwaam?
Feit is dat «de school»
zich eeuwen lang als een
afzonderlijk entiteit heeft
ontwikkeld en gedragen
en dat men zich daarvan
pas nu bewust wordt.
Ouders zijn als begelei
ders van hun kinderen in
de basisschool inderdaad
onmisbaar.
School en Ouders
Een boutade: «Schooldi-
rekties hebben vaak wei
nig te zeggen, inspek-
teurs wettelijk nog min
der en programma's
staan vaak gewoon maar
in boekjes». Begeleiding
door ouders, wisselwer
king met het onderwij
zende personeel qua
werkvormen, schoolse
aktiviteiten en inhouden,
zijn echter een conditio
sine qua non.
Wel moeten tussen
leerkrachten en ouders
afspraken worden ge
maakt en moeten ze
openstaan voor weder
zijdse signalen om te ko
men tot goede prestaties
waarbij het kind zich ech
ter nog kind kan voelen
en zich als kind ge
dragen.
Sommige kinderen heb
ben meer begeleiding
nodig dan andere en ou
ders kunnen heel wat
leren over het eigen kind
van de leerkrachten ter
wijl het tegengestelde
even juist is. Kinderen
mogen echter in de
school hun belang niet
verliezen eens dat ze op
de leerlingenlijst staan
genoteerd.
In deze tijd van speciali
satie, van «doorverwij
zing» naar bvb. kinder-
krib een individueel per
soon of een opvangcen
trum, moeten ouders ge
holpen worden om hun
begeleidingstaak goed
aan te kunnen. Een
«open school» kan hier
toe bijdragen.
Leidraad BGJG
De ouders overtuigen
van de noodzaak hun kin
deren te begeleiden is
een van de objektieven
die de BGJG zich bij de te
verschijnen Leidraad
stelt. In afwachting van
nog meer adekwate mid
delen schijnt dit althans
probaat.
«Beter leren luisteren
naar zijn kinderen», suk-
seswerk van Gordon, is
op dit vlak dan ook inter
essant al lijkt het typisch
Amerikaans. De Leidraad
ziet eruit als volgt:
1. Onderwijs en Maat
schappij met doelstellin
gen, struktuur en onder
wijsbeleid in ons land.
2. Vernieuwingen in de
pedagogiek, in de onder-
wijsstruktuur en in de in
houd met aansluitend al
ternatieve opvoeding.
3. Samenwerking ouders
- school met een algeme
ne schets en het aksent
op ouderparticipatie, ook
in de praktijk.
4. Problmen in school en
gezin met o.m. training
van oudergroepen.
Diskussie
Na de zeer vlot gebrachte
en typisch met anekdotes
en grepen uit zijn rijke
ervaring geïllustreerde
causerie kwamen een
aantal luisteraars aan
bod. Niet alle vragen be
handelen echter het the
ma van deze avond waar
op Fons Van Rossen die
zich noch als «pedago
gielaar» noch als ge
vluchte uit het onder
wijs» wil zien betiteld dan
ook niet antwoorddde.
Uit de diskussie, bijwijle
zeer geanimeerd, ont
houden we vooral:
zo het kind geen spon
tane belangstelling heeft
kan die, zo het onder
werp belangrijk genoeg
is, worden gestimuleerd.
Medewerking van ouders
kan hierbij helpen.
sistemen met A- en B-
klassen hebben voor- en
nadelen. Uitsorteren ge
beurt liefst in samen
spraak met alle ouders.
kleuter- en basisonder
wijs zijn geen voorberei
dende afdelingen van het
sekundair onderwijs.
Jos De Geyter ziet het
basisonderwijs als een
periode van brede vor
ming niet met het oog op
elite-kinderen maar wel
sociaalingestelde waarbij
elk kind, van waar dan
ook komend en met wel
ke specifieke eigenschap
pen, kans krijgt tot ont
wikkeling van de eigen
persoonlijkheid.
En met een vraag uit het
publiek of ouders wel ge
schikt zijn om eigen
standpunten in onder
wijskwesties te bepalen
en advies te verstrekkejtii
over kwesties waar ze hfst
laas te weinig van afwt
ten in konfrontaties mi
schoolmensen sluit zii
de ring.
De ouders op dat sti
meer informatie verstrejla
ken is juist het doel v.'
het boek van de BGJ0*
We geven U bij het ver
schijnen ervan graag eej*
seintje.
Md
|2l