WILLIAM TACKAERT EEN VAN DE SNELSTE SPURTERS DE TOUR Adec Baasrode «We hebben er genoeg van K Bij de nieuwelingen was het om |»r kompassie mee te hebben» v Kaatsen Sporting Lokeren tegen Moskou De Voorpost VRIJDAG 11 JUL11980 SPORT Jiedaktie: Oude Vest 34, 9330 Dendermonde. Tel. 052/21.40.60 die ipurten? Amaai. Toen hij de nieuwelingenskes :d was het om er kompas- fe mee te hebben. Hij zat ich in alle bochten te wrin- ïn, doch je had de indruk at hij meer vooruit dan chteruit bolde», zegt ma jertha Tackaert. «Nadien ep het wat vlotter. Tot hij Lochristi eens pardoes |gen een stukje wereldbol letste. Een schram hier, en buil ginds. Niet om in faniek te slaan. Doch de thrik zat erin. «Moe, zeg- e William, het leven is leer waard dan je hachje verwende jonge profs. Wil liam Tackaert werd wat graag ingehaald door zijn buurman. Reeds in het eer ste seizoen als broodrijder reed Tackaert de Tour. «Doch dat moest helemaal niet. Fred is geen diktator. Geen slavendrijver. Hij heeft oog voor de mens. Op een goeie morgen stap te hij binnen en deed er geen doekjes om. William mocht kiezen. Al dan niet naar de Tour 1979 gaan. Geen verplichting. Even min morele druk. «Slaap er een nachtje over, doch LEREN William Tackaert heeft veel geleerd uit die eerste (voor hem onvoltooide) Tour de France. Ook van Fred De Bruyne stak hij een en ander op: «Als die niet weet hoe het moet, wie dan wél?» Een ontgooche ling was 1979 niet. William Tackaert vond het jammer dat hij vroeg uitgeteld werd. maar hij trok de no dige konkluzies uit het ge beurde: «Volgende keer blijf ik langer overeind». Hoe het loopt, blijft even wel een open vraag. Thuis evenmin wat positiefs in de «keuze» van de piepjonge William, maar tastte toch in zijn geldbeugel toen zijn kleinzoon' om een fietsje zeurde en bleef zeuren. Toen het tweewielertje te klein werd, was het op nieuw opa die poen boven haalde voor een nieuw «rentuig». Ma Tackaert: «Beno Mi- chiels en nog een paar an deren kwamen vroeger in de buurt trainen. Daar wil de William bij zijn. Achter de jongens aanrijden. Doch met zo'n kleinschali- «Renner worden is steeds de droom van William geweest. Nu zit hij in de Tour», (c) William Tackaert: een innemende glimlach voor de wedstrijd, doch tijdens de koers de verbeten trek van de échte e vechter, (c) wagen in een massa- morgen zou ik graag weten rinkelt de telefoon elke ge fiets die veeleer gemaakt sprint» Kijk nu eens: in de of je al dan niet thuisblijft», dag. Een gesprekje uit was om er toeristische trip- Tour geraakt hy niet voor- Goeie raad was duur We Frankrijk met wat achter- jes mee te maken aan om bjj Kelly of Raas, maar de lieten William voor zichzelf grondnieuws en groetjes aan hardrijden te do£n- andere rappe jongens kan uitmaken hoe het moest, voor iedereen. En ook al kon William niet in net hy aan». Hij zat duidelijk te pieke- over wat nog komen moet: spoor van die «cracks» William Tackaert zal nooit De volgende morgen «Ik heb het profiel van de de Tout Winnen. Hij wee. «wist» h',J«L-k_ga ._H,, ber^s_besn.deerd en dat. Ziin entouraee even- bolde regelrecht naar Fred eerlijk gezegd, erg gerust eens. Het belet ntft dal de om de «beslissing» mee te ben ik er met in. En die Maar daar rees thuis con- nog jonge prof uit Zele het delen. De «baas» was in de tijdrit dan...» Toch kijkt testatie tegen. Hij vond er teeveescherm haalt h1) wolken. Zolang het gaat. William met met grote ^J^io^en^en vecht Gaat gretig in op de "i jo "tee. Als je voelt dat angstogen tegen dat «pro- met een buurjongen een uitdaging van jongens die je ballonnetje leeg aan het gramma» aan: «Ik moet nepgeweer voor een au een ontsnapping gestalte open is. stap je gewoon ,n geen klassement verdedi- tent,ek renstuur. Tackaert WUen ge™Tn spurt ver de bezemwagen niemand ien. Voor de tijdslimiet begon zelf aan ztjn fiets te Wvéld snél «ik snap hét zal je met de vinger over de eindstreep bollen, sleutelen, doch htj kreeg niet», zegt ma. «Niemand wijzen». is belangrijk. Als dat lukt. snapt het. Maar hij bewijst William Tackaert geraakte komen er nog vlakke ritten dat hij het kan». slechts een goeie week ver. en daarin ligt voor de spur- Hij vloog er steeds onge- ters wat te rapen». FRED DE BRUYNE breideld in, doseerde nooit Ii:.IirnnDnnM Toen Fred De Bruyne van zijn krachten. En toen hij JEUOUUKUUM de televisie naar een job als aan een val nogal wat blij- William Tackaert werd ren- lU* sportdirekteur overstapte, vende pijn ovéïhield, bete- ner omdat hij nooit van wat V. belandde hij in het team kende dat het begin van het anders droomde. Als ie- iet Maertens - Pollentier - De einde. Bruusk remmen mand weten wilde wat hij lokken en over dat onder- nst Meyer. Zelfs met «stars» voor een ongedisciplineer- in het latere leven doen werp met pa en ma kwam od (of ondanks dit feit) werd de hond die blijkbaar zou, kreeg hij steevast een praten, maakte hij zich als he! bet voor de gewezen vedet- maling had aan de Tour- kordaat antwoord: «Koe- een hazewind uit de voe- 'e geen onverdeeld sukses. renners, veroorzaakte reur». Ma vond dat niet zo ten. «Liever op mijn veer- De Bruyne gooide het na- meer kwaad dan de val: de leuk. Een levensgevaarlijk tiende uit werken gaan, en dien over een andere boeg: kuitspieren waren gefor- stieltje. Je nek kraken. Met tussendoor koersen. De bij Daf begon hij te bou- ceerd. Het werd de proloog gebroken benen met de 900 rest 'can me gestolen wen aan een jonge ploeg, tot de aftocht. naar de kliniek. Opa, een worden». Ambitieuze en nog niet hoogbejaard man. zag William Tackaert aan- het karweitje niet voor me kaar. Dus hielpen vader Lucien en... opa hem. Het «kwaad» zat diep in de kandidaat-renner gewor teld. Schoollopen sprak William niet aan. Verre van zelfs. Toen «men» hem naar de «vakschool» wilde vaardde een job, begon re gelmatig te trainen. En toen hij 15 was lieten zijn ouders hem van lieverlede begaan. Hij gooide er niet onmiddellijk de beuk in, wist aan het einde van het eerste koerske zelfs niet dat de arrivee zo dicht lag, en was toch nog zesde. De meeste debutantjes ge raken nooit tussen de eer ste tien. Ze zijn al erg blij als ze overeind blijven. William Tackaert was geen hoogvlieger, doch meestal mocht hij een prijs afhalen: «Bovendien kwam zijn naam in de krant. Dat was een onvoorstelbaar evene ment voor hem. Later ver anderde dat laatste natuur lijk». In de «Meerskant» te Zele waren de sportfans wat ge lukkig toen ze vernamen dat William zou beginnen koersen. Nog vooraleer hij zijn eerste officiële vergun ning op zak had, had Tac kaert reeds een opkikkertje gekregen: er was een sup- portersklub gesticht: «De mensen van de Meerskant en Aevermaet hadden nie mand waar ze konden ach terstaan. En toen ze verna men dat William het er zou op wagen, waren ze er als de kippen bij met die nagelnieuwe klub». Tackaert veroverde af en toe een prijs. Dat was van zelfsprekend koren op de molen van zijn fans. FONS RAEMDONCK William Tackaert had hij zijn debuut slechts zijn fiets en zijn ambitie. Enige erva ring was hem vanzelfspre kend vreemd. Doch hij kreeg er een goeie raadge ver bij: Fons Raemdonck, een mannetje dat destijds eveneens koerste. Geen toprenner, wél een leperd. Een spurtertje ook. Een man met klare kijkers in de kop. Hij mocht achteraan in het peloton zitten, er was geen gaatje klein genoeg of hij wurmde er zich door». Die Raemdonck werd Tac- kaerts opleider. Hij was het ook die hem moreel oppep te als hij aan de grond zat. «William is erg beïnvloed baar. Je moet met hem pra ten als het minder vlot gaat. Hem zelfvertrouwen inpompen. Niet roepen, brullen of roepen, want dan kruipt hij in zijn schelp, krijg je geen res pons en zakt hij nog dieper weg. Doch er hem gewoon van overtuigen dat hij het even goed kan als de an deren». Eigenlijk is het aan Raem donck te danken dat Wil liam vandaag nog renner is. In 1977 was de Zeienaar het kotsbeu. Het ging ge woon niet meer: in augus tus was de kous af. Hij kreeg de pedalen niet meer rond. Leeg. Misschien een beetje te veel hooi op de vork genomen. Te weinig rust. Raemdonck kon Tac kaert overreden. «Je moet niet elke dag koersen, maar rond dit seizoen af, al was het maar om je supporters niet tot in de nieren te ontgoochelen». Tackaert haakte op de sug gestie in. Zonder veel over tuiging. Doch hij kreeg weer «goesting». niet alleen een erkenning van je talent, doch even eens een halve garantie om aangewezen te worden voor het wereldkampioen schap. Op voorwaarde dat je in de loop van het sei zoen niet de boot ingaat. William Tackaert bleef overeind. Het nationaal kampioenschap voor ama teurs was de kroon op het werk. Hij won niet, doch dat zat erin. William liet alle individualisme links en speelde de torefkaart Fons De Wolf uit. Zelf was hij vierde. Op De Wolf en hij zelf na, zaten alle andere «blauwen» in de bagage of zochten de kleedkamers op vooraleer de strijd gestre den was. Een schou derklopje: «Je mag gerust naar huis, je bent erbij...». Nog dezelfde avond wer den de namen van de gese- lekteerden vrijgegeven. De naam van William Tackaert stond helemaal onderaan op het lijstje: hij was in valler. Die miskenning kwam als een rake klap aan. Tac kaert was geweldig onder de indruk van die «linke stoot». Gelukkig dat Wil liam toen moereel gesteund werd... PROF Hadden de bondsbonzen geen ogen in hun kop, Fred De Bruyne heeft die wél. Hij trok de Zeienaar aan voor zijn Dafteam. Naar mate Fred zijn poulain be ter leert kennen, gaat hij hem ook hoger prijzen. De Bruyne heeft destijds met veel wilskracht en geduld aan een grote carrière ge bouwd. In William Tac kaert vindt hij iets van zich zelf terug: ambitieus, le vend voor zijn vak, leergie rig, luisterend naar goeie raad. En voldoende talent in huis om wat te bereiken. Over een paar seizoenen kan William één van 's lands toprenners zijn. En man die met kans op sukses de klassiekers rijdt. Een etappen jager ook in de Tour. Tackaert krijgt krediet. Hij weet het en leeft ernaar. Intussen klimt zijn naam steeds hoger in de hitlijst. Nog geen vedette, maar dat moet niet. Jan Raas en Ro ger De Vlaeminck waren dat ook niet op 24-jarige leeftijd... Vooralsnog is het afwach ten hoe het evolueert. Eerst trachten de Tour af te ronden. Tot in Parijs gera ken. is het doel. In het begin van die Ronde van Frankrijk liep het nochtans fiiet los: William was ziek naar het kampioenschap van België gegaan en be reikte daar niets. Opgeven, meer stak er niet in. Doch in Frankfurt spurtte hij al tegen de «grote bonzen». En vandaag loopt het nog vlotter. Die konditie zou William Tackaert liefst nog een poosje laten duren. Want er is niet alleen de Tour. Nadien volgt nog een selek- tie voor het wereldkam pioenschap in Sallanches. Met Tackaert zelf en de ook al getalenteerde Eddy Schepers, zou Fred De Bruyne twee discipelen kunnen afvaardigen die tot meer bekwaam zijn dan een dóódsimpele figuran tenrol. Marcel Van Hauwermeiren Zondag was het voor ieder een duidelijk dat er eens een eind moest komen aan de wantoestanden die mo menteel heersen in de na tionale kaatskompetitie. Of het nui toeval was of niet maar zondag waren de 3 voorzitters van onze beste vertegenwoordigers in ho gere 2, deze van Wieze, Merchtem en Adec aanwe zig op de kaatslutte tussen Merchtem en Adec. Dat deze mensen hun wel en wee met elkaar uitpraten is voor iedereen duidelijk. Uit deze konfrontatie werd al vrij vlug duidelijk dat onze Vlaamse vertegen woordigers met hetzelfde probleem geplaagd zitten: het Frans als voertaal. De klap op de vuurpijl is ech ter de uitgestelde wedstrijd Adec-Lodelinsart. Op zich zelf is dat geen ramp. maar deze gebeurtenis de drup pel die de emmer deed overlopen. Wat is er ge beurd? Op zaterdag telfo- neert een zekere meneer Hotton naar Albert De Clerck, voorzitter van de Adec-formatie, dat de wed strijd die namiddag niet kan doorgaan gezien de slechte weersomstandighe den. Het toeval wil dat de heer De Clerck niet thuis is en zijn echtgenote krijgt het bericht dat de wedstrijd uitgesteld wordt, en dat zij de scheidsrechter moet ver wittigen. Raar, want de scheidsrechter is toch aan gesteld door de «bond» en het zou dan toch ook lo gisch zijn dat deze mensen zelf deze man verwittigen. De mededeling gebeurde in de Franse taal. Dit laatste aspekt is kenmerkend voor deze gehele bondraad, ge zien de Vlamingen er niet geteld worden. Ge moet ook weten dat de Vlaamse klubs op dit ogenblik met een 8-tal vertegenwoordigd zijn in onze Belgische Na tionale reeksen, en dat ze alles in het Frans te verne men krijgen. Hoe is het mogelijk? Het is zelfs zover gekomen en dat zagen we tijdens de wedstrijd Adec- Ninove dat de scheidsrech ter bepaalde verslagen, heeft laten ondertekenen die in het Frans opgesteld waren. Tegen al deze feiten gaan de Vlaamse klubs in het verweer Of zij er zullen slagen, is een ander paar mouwen. Om terug te ko men op de uitgestelde lut- te. In het begin van deze maand kreeg de sekretaris van bovenverqjelde klub een brief, natuurlijk in het BLAUWE TREIN 1978 werd een «groot jaar». Een jaar dat evenwel ook ontgoochelingen in hield. Zijn prestaties had den de aandacht van de «bondsbonzen» getrokken. William Tackaert kreeg een «blauwe trui». Dat is Sporting Lokeren krijgt niet bepaald de gemakkelijkste opdracht. De lottrekking voor de UEFA-beker is gebeurd, en bepaalde dat tegen Dynamo Moskou moet worden gespeeld. De Sovjetrussen komen eerst naar de Durme- stad. Eerst was 17 september gepland voor de thuismatch, doch er wordt naar een andere datum uitgekeken. frans, meldend dat de lutte moest gespeeld worden op 12 juli 1980 bij beslissing van ...(decision du Comm. sportif). Nu moet je weten dat Adec de laatste wed strijd voor de vakantie speelt op 8 juli, de Beker van Vlaanderen en dan hebben de jongen juist ge teld 11 dagen om er met hun familie er eens van door te gaan. Dan weten ze natuurlijk in de bond ook gezien de meeste kaatsers hun vakantie plannen na de opstelling van de kalender. Wat zal er nu gebeuren? Moeten de Baasroodse Adec-jongens hun weinige vrije dagen laten vallen om de Franse gezagvoerders een pleziertje te doen9 Dat zie je van hier repliceerde A. De Clerck, dan speel ik liever met het bestuur. On ze spelers zijn geen be roeps-. en hebben toch ook recht op vakantie. Waar is het wettelijk aspekt geble ven? Hebben deze mensen wel het recht om een klub voor dergelijke onuitzicht loze situaties te zetten? Het is dan ook niet te verwon deren dat Albert De Clerck een «vlammende» brief ge schreven heeft naar de raad van de nationale kaats- bond. Het is de hoogste tijd dat er iets gedaan wordt aan dergelijke wantoestan den en als de Vlaamse klubs meewerken, wat er deze keer dik inzit, zal het ons niet verwonderen dat we naar een boycot van de kompetitie toegaan. Wij hopen alvast dat ze allen meewerken en dat er eens een eind komt aan dergelij ke Franskiljonse toeren. A. Van den Breen

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Voorpost | 1980 | | pagina 21