mm<m
NATIONAAL BOERENKRIJGSMUSEUM TE BERLARE
De Voorpost - 1.8.1980 - 13
Tijdens de herdenking van de 181' verjaardag van de Boerenkrijg te Berlare maakte burgemeester Willy
Van Sande bekend dat er momenteel plannen bestaan om in Berlare een nationaal boerenkrijgmuseum te
bouwen. De burgemeester staat met deze plannen niet alleen, want de stad Hasselt, zo konden we
vernemen uit de mond van stadssekretaris Broux, steunt dit plan ten volle. Dit nationaal museum zou
worden opgetrokken achter de pastorij te Overmere en het donkmeer, waar nog een terrein dat toebe
hoort aan de gemeente braak ligt. In het museum zou men tevens nog andere dingen kunnen onderbren
gen zoals het rnariologisch museum dat door wijlen pastoor Penne werd uitgebouwd, de fauna en flora
van de donk, enz. Het Nationaal Boerenkrijgmuseum zou uiteraard alle voorwerpen herbergen die
momenteel een onderkomen hebben gevonden in het gemeentehuis van Overmere en zou bovendien
aangevuld worden met de rijke verzameling dokumenten en boeken die in de stad Hasselt rusten. Meteen
zou er op die wijze een didaktisch overzicht tot stand komen over het leven in Vlaanderen op het einde
van de 18°, begin van de 19° eeuw. Het is duidelijk dat een Nationaal Boerenkrijgmuseum een enorme
leemte zou opvullen en een brok nationale geschiedenis meer in de belangstelling zal brengen. We zijn
ervan overtuigd dat deze idee ook uiterst gunstig zal overkomen bij de regionale en nationale verant
woordelijken.
Jurgemeester Willy Van Sande
deave"nerc ^vw)
s tdaar jaarlijkse gewoonte
ïrk-^d te Overmere de her-
0|ienking van de Boerenkrijg
rkeJaats. Voor de 181® maai
n. il.Ooknuwarendeschool-
L ónderen van groot-Berlare
in omgeving aanwezig om
ie plechtigheid op te luiste-
en.
lurgemeester Van Sande
at in de voormiddag de
le jntvangstplechtigheid voor
-g fp het gemeentehuis van
pvermere. Hij verwelkomde
je Hasseltse delegatie be-
n rtaande uit Mevrouw Bae-
3_ en - Cardinaels en de he-
[g en Jooken, Broux, Hox,
a leynens, Leynen en Bus-
;r seis, de leden van de Ser-
aarse gemeenteraad, ge-
neentesekretaris Meganck
in VW sekretaris Moer
ig nan. De afwezigheid van
x. vijlen pastoor Penne deed
3_ rich in de vergadering wel
ie jevoelen. Een jaar na zijn
3 jlotse overlijden werd hij
it «Teerdere malen geciteerd
rt lis de stuwende motor ac£-
n er de idee van een boeren-
i_ pijgmuseum die naam
n waardig. Burgemeester
lt /an Sande drukte in zijn
(velkomstwoord de hoop uit
;t dat het nationaal museum
ig Ir spoedig zou komen. Wat
x betreft de herinrichting van
lg het huidige boerenkrijgmu-
3_ Seum werd een museum-
kommissie samengesteld,
j. Ze wordt geleid door archi-
j. varis Jozef Dauwe die in zijn
ie Werk wordt bijgestaan door
Karei Baert, Mevrouw
Burms. rvievrouw Van Safi-
burgemeester Willy Van
inde en gemeentesekre-
iris Meganck. Deze kom-
lissie heeft de voorbije
landen aardig wat werk
leverd, in zoverre zelfs
het museum voor deze
tegenheid een dag kon
;e [worden opengesteld en
t. vermoedelijk volgend jaar
n weer toegankelijk zal zijn.
p Men kan bovendien reke-
;e hen op de gewaardeerde
n hulp van musea uit Antwer-
d Pen en Brugge. De bedoe-
'ing zit voor om een kleine
didaktische rondgang sa-
roen te stellen en eventueel
een vaste kracht aan te
werven die hiervoor zou
kunnen instaan. Maar het
Sr°te streven blijft uiteraard
een nationaal museum over
de Boerenkrijg dat zou ge
bouwd worden achter de
Pastorij en het meer op het
terrein dat ongeveer 3 tot 4
na groot is en eigendom is
van de gemeente.
De Hasseltse stadssekreta-
ris Broux antwoordde in
naam van de stad Hasselt
nat men in den beginne
eerder skeptisch stond te-
9en een toenadering met
Dvermere. Maar dat skepti-
eisme sloeg spoedig om in
vertrouwen en later in een
broederlijke relatie. Hij be
efde dan ook dat de stad
"asselt alles in het werk zou
stellen om de bouw van dit
Een afvaardiging van hel Hasseltse stadsbestuur, samen met
Boerenkrijgmuzeum voor het graf van E.H. Penne. (v)
sprak de schoolkinderen toe ter gelegenheid van de heropening van het Boerenkrijgmuzeum te
museum mogelijk te kunnen
maken
Herdenking
Vervolgens had aan het
Boerenkrijgmonument een
korte maar even indruk
wekkende plechtigheid
plaats, bijgewoond door tal
rijke schoolkinderen. Ook
daar nam burgemeester
Van Sande het woord. Hij
lichtte zeer in het kort de be
tekenis van de Boerenkrijg
toe en hield eraan kinderen
en leerkrachten geluk te
wensen voor hun aanwe
zigheid. Hij bracht ook wij
len pastoor Penne in herin
nering, de kiemleggerwiens
werk men nu meer dan ooit
zal pogen verder te zetten,
waarna hij iedereen uitno
digde tot de eucharistievie
ring die in het teken van de
vrede stond
Ere-rijksarchivaris Bussels
verklaarde dat de Hasseltse
delegatie graag naar Over
mere was gekomen voor
deze herdenking. Hij vond
het spijtig dat in de geschie
denisboeken zoveel aan
dacht wordt besteed aan de
roemrijke ovenwinningen,
maar dat men helaas al te
vaak vergeet te vermelden
dat er nederlagen kunnen
bestaan die meer kunnen
betekenen dan een over
winning. De boerenkrijg is
daar 'n duidelijk voorbeeld
van. Het is trouwens een
teken aan de wand dat er
mensen zijn die hebben ge
vochten voor hun vrijheid
van gedachte, van geweien
en van godsdienst en het is
even belangrijk dat er ook
nu nog mensen zijn die dit
feit durven te herdenken.
De bedoeling van de boe
renkrijg, aldus Bussels, was
heilig en goed.
Ook in de eucharistieviering
werd de idee van vrijheid en
broederlijkheid in herinne
ring gebracht.
Nieuw museum
Na de H. Mis werd een kort
wapenschild van Overmere
staat afgebeeld. Boven het
schild staat een kruis dat het
symbool is van de recht
vaardige strijd. De zeis en
de dorsvlegel maken duide
lijk dat het gaat om een strijd
van eenvoudige boeren.
Het Hasseltse wederwoord
kwam van de heer Fryns,
voorzitter van het Boeren-
krijgkomitee, van schepen
Baeten - Cardinaels en van
stadssekretaris Broux. De
heer Fryns was van oordeel
dat de idee van een natio
naal boerenkrijgmuseum in
zijn persoon een fervent
verdediger zou vinden. Hij
was gelukkig dat hij heeft
kunnen vaststellen dat er
nog eerbied bestaat voor
het gezin en voor de gods
dienst en dat de meerder
heid van de mensen nog
denkt in de zin van outer en
heerd. Wij moeten terug
naar de idealen van Kristus,
aldus de heer Fryns die ook
een pleidooi hield om het
rnariologisch museum in het
boerenkrijgmuseum onder
dak te verlenen.
Schepen Baeten - Cardi
naels had het over de rijke
boerenkrijgtraditie die Has
selt siert. De wijze waarop
men in Berlare de zaken
aanpakt stemde haar met
diepe vreugde. Zij twijfelde
er dan ook geen ogenblik
aan dat het nationaal boe
renkrijgmuseum een feit zal
worden Trouwens, de stad
Hasselt zal zich achter deze
idee scharen. De diepe
overtuiging zal ook de lont
aansteken waarmee de
administratie op gang moet
worden gebracht «Het is de
allereerste keer, aldus de
schepen, dat ik in Overmere
een ingoede mmens en
vriend de wijsgerige drang
van wijlen pastoor Penne
toelichtte.
Wat er is en er zou moeten
zijn
Het bestaande Boeren
krijgmuseum dat opgericht
werd door wijlen pastoor
Frans Penne werd sinds
1960 uitgebouwd, deels in
het oud gemeentehuis van
Overmere, deels in lokalen
van de Proostdij Bareldonk.
Het staat onder beheer van
de vzw Vriendenkring van
het Museum van de Boe
renkrijg te Overmere, opge
richt op 15 december 1966.
Het bevat thans, volgens
een voorlopige inventaris,
762 voorwerpen van di
verse aard met betrekking
tot het tijdskader van de
Boerenkrijg zelf en de uit
loop ervan in de Vlaamse
Provincies, de Vendée, Hol
land, enz... Een gespeciali-
zeerde handbibliotheek van
1.539 boeken, brochures,
pamfletten, libellen, een-
bladdrukken, knipselmap
pen enz. is aanwezig als
mede een niet onbelangrijk
deel originele archivalia.
Men tracht deze kollektie
aan te vullen door schen
king en aankoop, via een
voorlopig nog beperkt bud
get. Pastoor Penne liet
eveneens een niet oninte
ressante verzameling na
van voorwerpen in verband
met Mariaverering in Eu
ropa en biezonder in Vlaan
deren. Het gaat hier vooral
om devotiebeelden, steen
goed, prenten, postzegels,
munten, vaantjes, enz.
Deze stukken maken het
grootste deel uit van het
de infrastruktuur en de be
huizing van beide be
staande musea is niet meer
aan deze tijd aangepast aan
de eisen van het steeds stij
gend aantal bezoekers. De
museografische opbouw en
de presentatie van de ver
zameling mag men als vol
ledig verouderd en voorbij
gestreefd bestempelen. De
oprichting van een nieuw en
aangepast kompleks rond
het toeristisch Donkmeer
dringt zich dan ook spoedig
op. Het centrale punt zou
een Nationaal Boerenkrijg
museum moeten zijn, waar
aan de hand van de voor
werpen en dokumenten een
didaktisch overzicht zou
gegeven worden van het le
ven. van Vlaanderen op het
renkrijg dat zich tot doel stelt
de studies over deze pe
riode uitgegeven, te koördi-
neren, te Hasselt haar zetel
blijven behouden. De be
staande intense samen
werking tussen Overmere
en Hasselt, de plaatsen
waar de boerenkrijg begon
en eindigde, zal op die wijze
ook in de toekomst blijven
bestaan. Het is duidelijk dat
naast de permanente ver
zameling ook ruimte moet
worden voorzien voor gele
genheidstentoonstellingen
van voorwerpen uit andere
kollekties die hier tijdelijk
worden ondergebracht of
kortstondig worden geëx
poseerd. De Mariologische
verzameling dient als dus
danig bewaard in een af
zonderlijke ruimte waar de
de verantwoordelijken voor het uniformen van hel Franse leger, weergegeven in miniatuur. v
bezoek gebracht aan het
museum.
Archivaris Dauwe zette in
het kort uiteen wat er alle
maal te bewonderen viel.
Het museum, zo zei hij,
werd door pastoor Penne uit
de grond gestampt. Het
wordt nu heropend in af
wachting dat de bouw van
een nationaal museum een
feit is. Wat hier te bewonde
ren valt is de inzet en de
ijver van pastoor Penne die
erin geslaagd is een niet
onaardige kollektie voor
werpen en boeken bij elkaar
te krijgen.
Het zijn voorwerpen die be
trekking hebben op 1798,
de boerenkrijg dus. Zij ko-
.TJS.ri L'it h§t volksleven of de
militaire episode. Er zijn drie
afdelingen: twee kamers en
een bibliotheek die maar
liefst 1.539 boeken, pam
fletten en libellen bevatten.
Er zijn een hele reeks origi
nele archivalia en het is
vaak zeer moeilijk alles te
ordenen. Er zijn ook waar
devolle voorwerpen in over
vloed, zoals huisaltaren,
tinnen kelken, de sabel van
Van Gansen, voorwerpen
uit de huisnijverheid en zeer
waardevol is de kleine
sluikpers. Museografisch is
er dus een rijke overvloed
aan voorwerpen en ge
schriften, waaronder solda
tenbrieven en oproepings
bevelen. Ook assignaties
zijn er te bekijken.
Nieuw zegel
Op de perskonferentie die
volgde op het bezoek aan
het museum onderstreepte
burgemeester Van Sande
nogmaals de behoefte aan
een nationaal Boerenkrijg
museum. Hij loofde de inzet
van wijlen pastoor Penne en
deelde mee dat op de be
groting van de gemeente
Berlare een budget is voor
zien voor de aankoop van
dG&mSntsr.. 2cvendien 's
er een werkgroep aan de
slag die heel groot Berlare,
straat per straat, op beeld
hebben gezet. Het gaat om
een studie van een mer
kwaardige architektonische
waarde.
Archivaris Dauwe gaf dan
enige toelichting bij het
nieuwe zegel dat door her
aldicus Henri Boxstael was
ontworpen. Het gaat om
een ronde zegel waarin het
kom, ik hoop er nog dikwijls
te kunnen terugkeren. We
mogen niet vergeten dat de
Boerenkrijg niet alleen voor
ons land van betekenis is,
maar de vrijheidsstrijd van
heel West-Europa heeft
c^pen losbranden. Vandaar
dat men verder moet zien
dan een nationaal museum
en moet denken in de rich
ting van een internationaal
museum.
Stadssekretaris Broux on
derstreepte van zijn kant de
eenheid die er bestaat tus
sen Overmere en Hasselt.
Nogmaals onderstreepte hij
de steun die Hasselt wil ver
lenen om de idee van een
nationaal museum voor de
boerenkrijg te realizeren.
Ook ere-rijksarchivaris
Bussels nam het woóru. ïi!j
bracht pastoor Penne in her
innering als de merkwaar
dige man, die in feite bezield
was met een buitengewoon
ideaal. Hij was het die zei:
«Mik niet te laagmaar hoog
genoeg». Dat moet ook nu
gebeuren. Penne maakte
van het boerenkrijgmuseum
zijn levensdoel, aldus Bus
sels, die met tranen in de
ogen bij de herinnering aan
Uiteraard bracht pastoor Penne ook heel wat liturgische voorwerpen bijeen, (v)
museum Bareldonk. Deze
verzameling, zü L'ü 5!§-
tistieken van het bezoekers
aantal. blijkt een oprherke-
lijke aantrekkingskracht uit
te oefenen op de toeristen.
Met de medewerking van
het bisdom Gent en vooral
van pastoor - deken Van
Driessche zal deze verza
meling ter beschikking wor
den gesteld van een nieuw
plaatselijk museum. Maar
gin van de 19" eeuw, zowel
uit; GCnSsK, «?ls
sociaal-ekonomisch Op
zicht. Een wetenschappe
lijke en bruikbare handbi-
blioteek zal de geïnteres
seerden en studenten ter
beschikking staan en zoals
overeengekomen met het
stadsbestuur van Hasselt
op 11 augustus 1979 zal het
Wetenschappelijk Centrum
voor de studie van de Boe-
Het Boerenkrijgmuzeum herbergt ook heel wat liturgische en gebruiksvoorwerpen uit die pe
riode. (v)
Men ijvert ervoor om het Boerenkrijgmuzeum van nationaal belang te maken, (v)
i konen en Onze Lieve
Vrouwbeelden tot hun recht
"omen. in jS»»®
van de kleine heemmusea
die in de omliggende dor
pen dikwijls als eenmans
werk kortstondig uit de
grond rijzen, ware het wen
selijk in de streek een goed
gelegen plaatselijk depot op
te richten waar niet meer
gebruikte kultusvoorwerpen
in tijdelijke bewaring kun
nen worden gegeven. Op
die wijze zou het Nationaal
Boerenkrijgmuseum door
zijn uiterst gevarieerde sa
menstelling een aantrek
kingspool worden voor de
duizenden toeristen die tij
dens het seizoen het
Donkmeer bezoeken.
Het zou meteen de kulturele
motor worden van de
streek, motor die men nodig
heeft.
Wanneer het gemeentebe
stuur van Berlare, het stads
bestuur van Hasselt, de le
den van het Boerenkrijgko-
mitee, van de VW en de
vele vrienden en kennissen
van wijlen Pastoor Penne,
alsmede de publieke opinie
zich achter dit initiatief
schaart, dan komt dat Na
tionaal Boerenkrijgmuseum
er ongetwijfeld. En dat is
toch wat iedereen hoopt.