.f^ÉsrlÉP
f
EAN-PIERRE WALLEZ DIRIGEER'
ERNARD SOUSTROT REGEERT
Programma
RUDOLF MAES: WARME HART VAN
BRANDWEERMAN.
HOGER OP
PRESENTEERT
«DE MUZIEKSCHOOL TE AALST»
Lo
1 v i»rr
ENSEMBLE ORCHESTRAL DE PARIS
«De dichter is het hart van de wereld»
'ESTIVAL VAN VLAANDEREN:
De Voorpost - 3.10.1980 - 11
- 1 .i -
het we!
gezien
I en d
den m
ard no
e bewo
che b
wijzigin
it de p
iradere
p Aal
ant. H
tomb
id Loui
Inkom
sleden
De dogenstad Venetië viert feest. Men speelt in de
in lucht VivaldTs «Vier seizoenen», ledereen voelt zich
het gebeuren betrokken, ledereen is ontspannen.
Bach laat zijn Brandenburgse concerten creëren. Het
>f is in een stemming van vreugde. De sfeer is uitgelaten,
rgens een festival 1980. De toehoorders zitten er
lernstig en uitgestreken bij.
lieke muziek hoort immers bij cultuur, is bezit van een
te, niet gemeengoed van allen. Ze hoort bij pralerige
;en en zalen met kroonluchters en statige mensen,
lisschien is ze altijd wat afstandelijk geweest, de
;ieke muziek, wat beangstigend voor de kleine man.
toch schreef Bach zijn wekelijkse cantate voor die
Iksmens die kwam knielen in de Lutherse Thomaskirche
Leipzig. Toch schreef Mozart serenades en
irtimento's voor Salzburg, zijn stad, en voor de
ih/ersiteit. Toch hanteerde Straus de dirigeerstok in het
feense stadspark, ledereen kon er luisterend van
inieten en niemand voelde zo scherp als vandaag de
ind die soms gaapt tussen muziek en toehoorder, een
>f die ook de uitvoerder bezig houdt en die hij betreurt.
pnjzerfelukkig zijn er mensen als gebroeders Kuijken leggen
'rijs desené Clemencic en Jean- de romantische viool, cello
ierre Wallez en Bernard en fluit terzijde en grijpen
ioustrot die de musiceer- terug naar de barokinstru-
chtelinjreu9de niet vergeten en de menten. Discussies en in-
ibliarispehoorders erin betrekken, terpretaties zijn niet uit de
pleit niet voor het verle- lucht. Er gebeurt iets. Soms
m, wel voor wat meer wordt het stof op de
in-conformisme en - maar partituur mijlenver wegge-
besef hoe moeilijk dat is - blazen. Je ontdekt iets dat
locratisering. je tevoren nooit had ge-
auweltfweede bedenking. Vorige hoord. En toch... Jean-Pier-
tuur u*^ Zondag volgde ik op re Wallez en zijn musici
televisie een buitenge- speelden in klassieke trant
m boeiende uiteenzet- op klassieke instrumenten,
ig van Christopher Hog- en ik heb me over hun
'ood over zijn visie op vertolking geen moment
lozarts symfonieën. Ook vragen gesteld. Zo direct
irnoncourt is al jaren sprak ze aan. En dit is de
:ig aan een kruistocht kernvraag,
lar authenticiteit. Diezelf- Derde bedenking: Vivaldi is
I d weei< hoorde ik diezelfde een grote meneer. Wat
T2q jarnoncourt en Gustav concerto grosso en solo-
5n j10(jeonhardt pleiten voor de concert betreft is hij een
Hubeiferlontdekking van de baanbreker geweest. En nie-
sl Haujoor de componist geschre- mand schetst sprankelender
m partituur, omdat druk- dan hij de vreugde, tekent
irs vaak persoonlijk ingre- gevoeliger de melacholie.
n (en verminkten). De Toch verbleekt hij als hij
rijk
ierd er
iberghje
geprogrammeerd staat
naast Bach die hem bewon
derde en overtrof. Want
Bach blijft - creatief en
ambachtelijk - de groot
meester. Wat meer is, zoals
Louis Van der Paal zegt, hij
blijft voor wie hem speelt of
beluistert fascineren. Je
kijkt het programma in. Je
ziet het vioolconcert in E
aangekondigd, het Tweede
Brandenburgs concert, het
concerto voor hobo en
viool. Je denkt: dat ken ik
door en door. Welke verras
sing kan ik nog verwachten?
Maar je opent je oor en je
hart en je wordt door mijn
muziek veroverd.
Naar het «Ensemble Or
chestral de Paris» nu onder
leiding van Jean-Pierre Wal
lez. Het is een vrij jonge
groep nog (buiten de ce-
cellisten), maar blijkbaar een
lokvogel al, want de Sint-
Martinuskerk zit vol. En
terecht. Hun musiceer-
vreugde vernietigt de slag
bomen tussen uitvoerder en
luisteraar en breekt de ernst
die zich op ons vastzet
wanneer we aan cultuur
doen. Toch hebben ze een
aanloop, wat opwarming
nodig. Want het allegro uit
Vivaldi's concerto voor
viool, twee hobo's, fagot,
strijkers en continuo klinkt
nogal rommelig in de strij
kers en de eerste violen zijn
zelfs niet toonzuiver. Maar
na enkele maten hebben
houtblazers en strijkers me
kaar gevonden in een sub
tiele, geestige dialoog.
Vooral de puntige hobo's en
de donkere fagot maken er
een zwierig muziekje van.
De plechtige intonatie en
het parafrazeren van dezelf
de houtblazers in het largo
con molto hebben een wat
berustend-melancholische
ondertoon die we bijna
identiek terugvinden in Mo-
zarts vrijmetselaarsmuziek.
De inzet van het slotallegro
is even stormachtig als de
herfst uit Vivaldi's seizoe
nen: de violen zijn kort
afgebeten, de celli nerveus.
Bachs instrumentale muziek
is streng gebonden aan
klare vormprincipes, de ei
gen emotie wordt sterk
beheerst. Toch zijn er wei
nig ontroerender passages
dan het adagio uit zijn
vioolconcert in E dat van
Jean-Pierre Wallez een zan
gerig introvert karakter en
een tere boogstreek krijgt.
De aanpak in het aanvangs-
allegro getuigt - gelukkig -
van Duitse kracht en niet
van Franse charme. En het
dansachtig slotmotief krijgt
in zijn refrein mooi geteken
de contrasten.
Trompettist Bernard
Soustrot heeft de fysiono
mie van zijn leermeester
Maurice André, de noncha
lance van James Galway -
beide bewegen zich op het
ritme van de muziek -, en
een glimlach die alleen van
hem is. Zijn trompet lijkt -
vergeleken bij zijn persoon -
een nietig Sinterklaasge
schenk, maar wat hij eruit
haalt is toverwerk waar hij
zelf genoegen aan beleeft,
niet alleen door virtuositeit,
zoals in het aanvangsalle-
gro, maar ook door het
leggen van een waas van
weemoed in het largo, en
een bereidheid tot dialoge
ren in het slotallegro. Een
niemendalletje met allure is
dat, een sonate bijna voor
viool en trompet. Maar hoe
verfijnd en genuanceerd zijn
omspeling en imitatie.
Wie vreest voor eentonig
heid - want ook na de pauze
is Bach aanwezig - is er
naast. De hobo van Daniel
Arrignon en de viool van
Jean-Pierre Wallez maken
van zijn concerto in d. een
verrukkelijk praatje. De ho
bo leidt de dans, speels en
sterk geritmeerd. Wie dacht
ook weer dat klassieke
muziek niet ontspannend
kan zijn? Het adagio is een
van Bachs meest doorvoel
de bladzijden: viool en hobo
verweven hun eigen wee
moedig lied tegen een ach
tergrond van pizzicatostrij-
Het ensemble Orchestral de Paris gaf in de Sint-Martinuskerk een knap concert. (Per)
kers. Hier heeft Sibelius'
droeve zwanezang over de
wateren van Tuonela zijn
bronnen.
Bachs Brandenburgse con
certen zijn stuk voor stuk
hoogtepunten van variatie
techniek en heldere vorm
geving. Het tweede, in F, is
geschreven voor viool, blok
fluit, hobo en trompet te
genover strijkorkest. Con-
certare betekent wedijve
ren, discussiëren, van ant
woord dienen, niet tegen
mekaar in, maar in een
klank, in verstandhouding
met. De eerste beweging is
een en al levenslust. De vier
solisten bereiken een per
fecte harmonie. Nu eens
breekt de trompet schallend
en triomfantelijk open, dan
weer duikt hij onder en
integreert hij zich in het
netwerk van de anderen.
Toch blijft de klank van de
blokfluit wat bleekjes. Zijn
stem hoort eerder in de
intimiteit van de huiskamer
dan in een gotische kerk
ruimte. In het andante
zwijgt de trompet. Hobo,
viool en blokfluit zingen
beschouwend, bijna Stoï
cijns. Die eerder droef
geestige stemming wordt
door de trompet weggebla
zen in het allegro assai met
een thema dat fris is en
onbevangen en uitermate
geschikt voor contrapunti-
sche invallen. De andere
solisten bouwen de mozaïek
uit maar de trompet dringt
hen weg en eindigt in
triomf. Bernard Soustrot
laat zich meeslepen door de
muziek en de geestdrift van
zijn toehoorders, hij vergeet
in het toemaatje de naam
van de componist, groet
alsof hij zopas een trompet
concert van Torelli en
Haydn heeft gespeeld,
dankt zijn collega's, werpt
kushandjes en loopt met de
sympathie weg.
Maar een heerlijk concert
was het, een brok muziek
om mee te nemen naar de
eeuwigheid.
W.D.B.
.elf
ich{~
sroL
rtklubf6 k'oe'en£'e Toneelgilde Hoger Op presenteerde op vrij-
2g opjggg |g BePtemh®r haar rijkelijk gevuld toneelprogramma
u,Üs je weet dat deze toneelvereniging, aangesloten bij het
I.K.V.T., opgericht werd op 1 november 1935, begrijp, je
1786fm"<^c'e^j't dat ze jullie een speciaal verzorgd program-
g aan?0 willen voorschotelen. Het is nogal wiedes dat een 45-
insertr'9 bestaan, dat terecht een enorme prestatie mag ge-
tijdser610^ worden, eens extra in de verf mag gezet worden
zowel
sn uit
stem
Ivorens hun programma
oor het toneelseizoen 1980-
II voor te stellen, volgt een
ort overzicht van het voor-
ije speeljaar 79-80. Over
eel de lijn was het een
irachtig succes voor het eer-
Ie jaar voorzitterschap van
rans Philips, die de terug-
kking van Erevoorzitter L.
^ouwels op een geslaagde
wijze wist op te vangen. Het
«stuur was uiterst tevreden
ver haar heel druk seizoen.
maar liefst drie eigen
«roducties. die doorgaans
>ijzonder lovende kritieken
regen.
'ooreerst was er «moord in
e Pastorie» van Agatha
hristie. Als tweede stuk
regen wij het «Eenakterfes-
val» in uitwisseling met
lun Nederlandse vrienden
lit St. Jan-Steen. Deze tone-
isten brachten; «De Geluk-
tige Reis» van Thornton
Vilder. Hoger Op zelf stond
voor de opvoeringen van
Moany's jongen huilt niet»
■Toenemende Bewol-
van ing». Als derde productie
iwam de komische triller
Dóódsimpel» en tenslotte
»erd het vorig toneeljaar
«sloten met het bijzonder
eslaagde «Thaleia 7»
ansfeest. Dus titel van het
tfgelopen seizoen. «Moa-
ly's jongen huilt niet na de
noord in de pastorie, want,
loodsimpel maakt hij onder
oenemende bewolking een
elukkige reis». Deze rollen-
e volzin staat wel niet vol-
ndig op zijn poten qua logi
ci en stijl, maar vat het
eizoen van HO op een origi-
lele wijze samen.
)ok op het populaire vlak
*erd het seizoen een gran-
topper. Tevens werd
I verder 'gesleuteld' aan de
Itieiding de jongeren
k>or het geven van toneel-
nssen en werd er vooruit-
>r de
iges-
ceurd
prijs
naar
ly. In
acht
gang geboekt op het tech
nisch vlak.
Het programma voor het vol
gende speeljaar
De reeks, die vorig jaar
werd aangevat met een de
tective en komische thriller,
wordt afgesloten met een
bijzonder knap gecon
strueerde thriller (een onver
valste dit keer): «Het Huis op
de rots» van George Batson
en in een regie van Herman
Larcher. Geen gangsterty
pes, maar doodgewone
mensen zoals jij en ik en een
fantastische geladenheid
die tot het einde wordt vol
gehouden. U krijgt werkelijk
gelegenheid te over om de
karakters uit te pluizen en
(foutieve) gissingen te ma
ken. Dit stuk, van harte aan
bevolen voor mensen die
houden van spanning en ge
heimzinnigheid. wordt ver
toond op 22, 23, 28, 29 en 30
november en 1 december
'80.
Hoger Op brengt vervolgens
op 4, 5, 10, 11, 12 en 13 april
'81 het tweede toneelstuk;
«Het Testament van Tante
Claudia», van Kurt Hey-
nicks en onder regie van
Frans Pauwels:... de siga-
rettenfabrikant Wittebol en
zijn neef Peter Resman zit
ten ernstig in de penarie als
ze verontwaardigd verne
men dat zijn overleden echt
genoot Claudia in haar tes
tament bepaald heeft dat de
helft van de monsterwinst
van de firma moet afge
staan worden aan een wild
vreemde nicht...
Talrijke mogelijke oplossin
gen worden uitgedacht en
overwogen, maar ondertus
sen stapelen de misverstan
den zich op. Het blijspel
waarborgt zeker en gewis
door zijn vlotte stijl en rake
opbouw en last but not least
het acteerstalent een pittige
avond voor gans het gezin,
waarbij het verrassende slot
iedereen zal bekoren. To
neeltechnisch worden geen
te hoge eisen gesteld, maar
de acteurs krijgen het alles
behalve gemakkelijk. Met
dit prettig stuk wordt deel
genomen (verplicht) aan het
Provinciaal Klasseringstor-
nooi om de broodnodige
subsidies te verkrijgen.
Tenslotte vindt het jaarlijks
privefeest van Hoger Op
plaats in het clubhuis, Lan-
gestraat 12, Aalst. (Beuken
hofdomein) en dit op 16 mei
'81. Dus afscheid van het
speeljaar wordt beklonken
op het 8* Thaleia feest in
travesti en komedianten
stijl.
Tussen de twee vorige to
neelopvoeringen in, valt op
24, 25, 30 en 31 januari en 1
en 2 februari hun derde
abonnements voorstel ling
En dit jaar, ter gelegenheid
van het 45-jarig bestaan,
krijgt u een jubileumviering,
een programma vol kolder,
sketsches, toneel, zang en
muziek, kortom een echte
anti-probleemavond onder
leiding van Frans Pauwels.
Ten zeerste aanbevolen voor
wie houdt van gezelligheid
en afwisseling.
Zoals U merkt blijft hun al
gemene beleidsoptie: geen
betaald toneel, maar wel op
een zo hoog mogelijk peil
zonder de sociale opdracht
te verwaarlozen.
Na vergadering van het
OCAT, werd besloten de
toegangsprijs te bepalen op
100 fr. De abonnees echter
gaan nog altijd gratis naar
binnen voor 150 fr. per sei
zoen voor 1 persoon, 250 fr.
voor 2 personen, 350 fr. 3
pers. Vergeet daarbij niet
dat alle voorstellingen
plaats hebben om 20 uur in
de feestzaal van de Moorsel-
baan (naast St.-Maartensin-
stituut).
Het bestuur van Hoger Op
twijfelt er niet aan dat u
beslist uw gading vindt in
dit programma en hoopt u
daarom hartelijk te mogen
verwelkomen op de eerst
volgende voorstelling.
J.D.B.
Gedichten uitgeven in eigen beheer getuigt van een on- ik me best in uitleven», zegt
wankelbaar optimisme. Sticht een supportersklub voor een Rudof, die het betreurt, dat
boerenzoon, die het in zijn hoofd haalt om «koereur» te in Aalst sinds jaren geen
worden en je peutert moeiteloos de briefjes van duizend uit dichtersgroep meer bestaat,
de zakken van overal opduikende kandidaat-aanhangers die aktief is. Het hele jaar
van de kampioen-in-spe. Kom echter niet aanzetten met door dan. met een eigen tijd
een dichtbundel van honderd frank, want prompt word je schrift en regelmatige akti-
met een goedkoop smoesje wandelen gestuurd! viteiten.
Aktief: dat is Rudolf Maes
Onderweg.. te Moorsel op 13 juni 1941. beslist
Rudolf Moes koestert daar- Een oorlogskind, dat de Reeds dertien |aar „ijwilli-
omtrent allang geen illusies meeste van zijn kinderjaren ge brandweerman is hij
Tl""™ i. u- f°°rt»°cht op het platte- sinds de oprichting van het
Als 39-,ange heelt hi, .on- and korps ook beroeps. Zijn vrije
derweg. zoals w,j allemaal Later belandde hr, in Aalst. dagen slijt hij niel in' ledd_
heel wat van zijn jeugdige de stad die hem dierbaar h„id hij is bereid er nog
dromen in 1,1e lucht zien werd en waar hij op een WQ, bij te nemen als het
opgaan. zekere populariteit mag
Daarom heeft hij nu waar- bogen,
schijnlijk zijn «Relikwieen Uiterlijk altijd goedgehu-
voor toen» gepubliceerd. Re- meurd, zit deze brandweer-
likwieèn, dierbare voorwer- man ook niet zo gauw om
pen, die je angstvallig be- een kwinkslag verlegen,
waart, dingen die je nooit Zijn eerste bundel schreef
meer kwijtwil...
geleden: «Die wondermooie
«Een bundel met wat losse wereld», zoals hij die toen
verzen, nog zag.
is met zo maar een boek. Later zou hij aansluiten bij
Nee, het zijn woorden voor de Mechelse groep «Era-
to»en in verschillende ver
moet.
Rudolf Maes: een bijna
veertiger, iemand die zoals
wij tot de «lost generation»
behoort, tussen twee stoelen
gevallen. In een zich ra
zendsnel ontwikkelende we-
hen,
zij die in deze wereld
van opgelegde ritmes
angst, spanning, dwang,
nog durven eenzaam zijn
of dromen».
Schrijft hij vooraan als inlei- --=>
ding in zijn jongste bundel ,°?A schreef hij als «proef- mantiek. die vooral gekend
i t schrift» voor zirnznlf p»n 1. j
fT ""y T ,eW ner9ens bii horend: nog
rta or,- niet bij de ouderen, niet
meer bij de jongeren. Een
leeftijd waarin men soms
wanhopig uitkijkt naar iets
of iemand waar men kan
aan vastklampen.
Voor Rudolf is dat zijn dich
terschap.
Joseph von Eichendorff, een
Duits dichter en schrijver uit
de vorige eeuw. tevens één
van de belangrijkste ver
tegenwoordigers van de ro-
zamelbundels zijn werk pu
bliceren: o.a. «Cresendo» en
«Er groeit iets». Hij heeft mo
menteel een derde bundel in
voorbereiding.
In diverse tijdschriften pu
bliceerde hij ook novellen
Rudolf Maes, dichter-brandweerman. (Per)
en als IS hij ook eenzaam,
hij durft het aan te dromen.
Hij droomt van het leven.
dat hem veel heeft ontno-
men. maar speelt meteen van, gedichten.
- - zoals die hem plots •«-
schrift» voor zichzelf
roman.
Zijn voorkeur gaat echter
nog steeds naar het kreëren
ook bewust met de doodsge- 3
dachte: vaIlen"
«Dat ligt me 't best, daar kan
is om zijn werk «Aus dem
Leben eines Taugenichts»
bracht ooit deze eenvoudige
doch welsprekende hulde
aan alle poëten ter wereld:
«De dichter is het hart van
de wereld»...
Dat zal voor Rudolf Maes
«Toch, ik sterf, in
heid. Niemand die nog
weent. Omdat in deze we
reld, Voor een mensenhart,
Geen plaats meer is;
En ook nog: «Ik wenste dat
ik morgen, in stilte sterven
kon».
Hij treurt om een verloren
geliefde en is terzelfdertijd
eiaen ,n de v'iWel'9e reeks «Het Aalsters Volksleven» van de
eigen falen en zijn machte- nrnWllUtiouo hLonon,,,. m,.,»»-.
loosheid om anderen tot lief
een aansporing zijn om ver
der te gaan. want veel
vraagt hij niet. Dat klinkt
door in zijn gedicht «Verstor
ven hoop».
«In den dankbaar
om een woord begrip».
En al keren de meeste men
sen de dichter met een mee
warige glimlach de rug toe,
Rudolf kan zich troosten met
de woorden van de grote
Goethe: Es ist nichts aus mir
geworden. nur ein
Dichter»...
Cyriel Temmerman
rt Genootschap voor Aalsterse Geschiedenis met
leerkracht of enig ander per- een Aalsters muziekkorps,
produktieve historiograaf Jos Ghysens in een realisatie van soneelslid waren en hoe de een fagot in de handen van
het «Genootschap voor Aalsterse Geschiedenis» liep zopas schoolbevolking evolueerde William Ruvssinck
Hnnl .t van rf» n»rc 11 i
deel 3 van de pers.
Deel 1 handelde over markt
en straatliederen tussen
1860 en 1950 en deel 2 over
liedjes op populaire the
ma's. Twee delen die het
zeker deden en dan ook veel
sukses kenden.
wordt U in dit keurig uitge- Verder vindt U er lijsten met
Bnhed„n seven boek uit de doeken houders van allerlei prijzen
Deel 5 tenslotte behandelt 9eda?n' v t er o l»' 'f' en medailles en historiek en
3 Ilfnsioue oenanaeit vensbeschrijvingen en foto s aktiviteiten
irbergwezen tussen •- - - B1B
1885 en 1900, iets quasi in-
het herbergwezen tussen Can^dimk^'^k aKl'vlte'te" vfn de fil,alen-
1885 en 1900 iets auasi in direkteurs als F L. Van ook in de deelgemeenten.
herent aan het Vlaamse a' a'SPv8 e" uitóraard wordt ook gehan-
aan net XJaamse van de huidige direkteur deld, zij het dan vanzelfspre-
volksleven en de Vlaamse Herman Van Santen,
folklore.
kend in mindere mate, over
de te bewegen:
«Ik bracht zo zelden vreugd
en toch
Ik had de mensen lief
zoals ik hield
van al wat mooi was
al wat goed was
En dat was jij...»
Rudolf Maes schrijft geen
poëzie met hoofdletter P,
maat voor ons hoeft hel ook «Muziekschool» die evo- schreef voorzitter van de Lenssens. Evarist van ruim 200 pagina's keu-
niet. De gewone mens heeft '"ee. e «Akademie voor Kommissie van Bestuur van Beeckman, Stefan De Jong- riq qeïlluslreerd dat ieder die
recht op zijn eigen alledaag- Muz|ek, Toneel en Ballet» de Stedelijke Akademie Mu- he, Maurits Pietsier, Willy belanq stelt in de muziek en
se poëzie, die spontaan op- "?aar '20° verjaardag toe ziek. Ballet en Toneel zópas Van der Meirsch, Jozef Cam- al wat ermee verband houdt
borrelt uit het hart. De ver- ls- fe,t dat men n,et onverlet in een afzonderlijke bro- maert, Stefanie De Bruyne, moet interesseren,
zen van Maes doen ons den- kon laten doorgaan. chure. Emiel Maes en van tal van U vindt het in de boekhandel
ken aan de kreet van een De®' ^waarvoor de teksten Hoe de «muziekschool» ont- muzikale formaties allerhan- of kan het bestellen door
gewond dier, dat hulpeloos e" 'oto s K'aar liggen, wordt stond, hoe ze evolueerde tot de. Foto's verder van ver- stortinq van 395 F op prk.
zijn wonden likt en uitkijkt "^en musicerende stad» akademie, waar ze^werd ge- schillende vestigingsplaat- 000-0572139 - 93 van het
Deel 3 dat nu beschikbaar is Wat de laatste drie jaar ge- Ook tal van foto's van beken- ballet' en toneelschool.
komt juist op zijn tijd nu de beurde in de Akademie be- de Aalsterse musici als René Een keuriq verzorqd boek
«Mimpkschnn dip p«n- «irhrppf unnryittor wan Hz» i r- a
r een liefdevolle aai, die lT!e' ®rin alle wetenswaar- vestigd, over welk instru- sen van «de muziekschool» «Genootschap voor Aalster-
iii...i ninhpnpn nupr Hp tznwplp mpntpriiim 70 KaorhiLfn nn -j1
zijn leed zal verzachten. digheden over de zovele mentarium ze beschikte en door de loop der jaren heen. se Geschiedenis», Albert
muziekmaatschappijen, or- beschikt, wie lid waren van Foto's van instrumenten met Liénartstraat 23 te 9300
Verstorven hoop kesten, muzikale groepjes de kommissies van bestuur, o.a. het oudste bekende Aalst
Rudolf Maes werd geboren die Aalst kende tussen 1860 welke personen direkteur, houten blaasinstrument van LH