PACT: Toneel op beroepsniveau Hallelujakoor in vloeiende Palestrina-stijl het linnen doek Eigentijds Cecilia-konsert «Hand aan Hand» Louis-Paul Boon-herdenking in Temse 0! O IZJ De Voorpost - 28.11.1980 - 13 vensl onze vorige editie betitelden wij het toneelstuk van PACT gewoonweg als schitterend. Intussen hebben wij een tweede maal deze opvoering bezocht en van ons eerder ingenomen standpunt wijken we geen centimeter af. We hadden U voor deze week een gesprek beloofd met alle akteurs die «Zes personages zoeken een auteur» gestalte hebben gegeven, doch een aantal bleken niet aanwezig. Sien Orbie bvb, die rond het middernachtelijk uur toch kwam binnenvallen in gezelschap van Anton Coghen, was gaan repeteren in het Brugse en Herman Ravijts had andere verplichtingen na te komen. De voornaamste woordvoerders waren dan ook Ronald Schollaert, Dolf Sedeyn, Jozef Ledegen en Gragienne Van Nieuwenborgh. ten js hi n ool^oi aardi gest< i taf« schei t eeifim ■4CK ti.C Wanneer de mensen de aal binnenkomen zijn jullie il bezig met een vorm van ikteren. Was het niet de be- loeling dat er zou overge- jaan worden van die «pre- ude» naar het echte toneel- pel?» tonald: «Opgelet. Het stuk ran Pirandello is aange- >ast. Het eerste deel is er jijgeschreven. Voordat het ituk begint hebben we dus ;eifcen open scène. De akteurs if ijn aan het repeteren en die forden gestoord door de >mst van zes personages, li^hndat het maar om een ge- one repetitie gaat hebben •e geen outillage nodig !en bijna onbestaand deko- een werkelijke chouwburgruimte zodat die epetitie geloofwaardig kan >verkomen. Het hele pro- ileem van dit drie-dimen- iionele stuk zit hem in de chijn of de werkelijkheid. )aarom is ook dat eerste leel er bijgeschreven. We ïebben er gewoonweg een ilement aan toegevoegd. )it wil zeggen; we maken ran die repetitie dat PACT liet klaar is. Dat er dus één in ander is misgelopen. Het ligenlijke stuk begint pas ia mijn proloog. )e akteurs zijn aan het her- ïalen en ze verwachten zes lersonages. Ze weten wel Iegelijk dat die mensen jaan komen, maar door een nisverstand of iets derge- ijk, zijn die blijkbaar niet ianwezig. Tot Jozef plots komt binnenlopen met de onthutsende melding dat ze er toch zijn. Daarom spring ik. op het einde, onmiddel lijk in. Ik trek me terug als regisseur en laat me regis seren door Dolf. Die zegt daarop: «Mensen stop maar. Het heeft geen zin om verder te doen want die andere tonelisten zijn nu toch opgedaagd». Op dat moment begint «Zes perso nages zoeken een auteur». De rest is voorgeschiedenis en sfeerbeschrijving om de werking van Pirandello aan te duiden. Druppelsgewijs komen we dus de. eigenlijke stomme, dramatische, story van de zes personages te weten.» «De binding met het pu bliek. Wordt die niet als iets speciaals aangevoeld. Jullie praten toch in het begin te gen de toeschouwers. Moet je je aanpassen, ga je een welbepaalde rol niet anders vertolken? In funktie van het publiek bijvoorbeeld?» Dolf: «Nee. dat kan en mag ook niet. Dat zijn namelijk van die klassieke dingen die de regie niet toelaat. Fantasietjes mag je je niet veroorloven. Toch niet wan neer je zo eng verbonden bent met het publiek. Ze zit ten als het ware aan je lip pen. Als je hier even uit je rol gaat treden dan breng je een mede-akteur in moei lijkheden. Wat wel mogelijk is; dat het publiek de ene avond zus en de andere avond zo reageert. Sommige situaties zijn voor ieder mens verschillend. En dat je daar een beetje op inspeelt, dat is begrijpelijk. Maar echt gaan praten, zomaar voor de vuist weg, nee dat kan niet.» «De zaal is nochtans uitste kend geschikt om het pu bliek bij het geheel te be trekken». (Voor diegenen die het toneelstuk niet mochten gezien hebben, het speelde zich af in de Ma deion). Ronald: «Dat wel ja. Maar dat is eigenlijk typisch hé. De regie wordt gemaakt naar het stuk en dan wordt gezocht naar de meest ge schikte ruimte. Zo hebben wij destijds nog in een fa briekshal gespeeld. Dit stuk hier leent zich nu uitstekend tot arena-vorming. Wel, wij hebben dat ook zo opge steld.» Dolf: «Ieder heeft daar een eigen mening over. In Duits land bijvb. is het stuk ge speeld op een gewone scène. Wel daar was het ook grandioos. Wat me wel ver wonderd heeft is het volgen de: het is zo verdomd moei lijk om hier in Aalst komple- te stilte te krijgen tijdens een voorstelling. Welnu, hier was dat wel degelijk het geval. Niemand hoestte, niemand zat over en weer te schuiven op zijn bank; nee, iedereen was tot het uiterste gespannen» «Hoe voelde men de eigen rol aan? Was niemand in een patroon gedwongen dat hij tegen zijn zin in moest vertolken?» Dolf: «Nee, dat zeker niet. Natuurlijk zoek je in een richting waarbij elkeen een rol krijgt waarin hij of zij zich het best thuisvoelt. Dat gebeurt in het beroepsthea ter trouwens ook». Gragienne: «Hier ligt de zaak wel anders. Als je zui ver op publiek gaat spelen en je beleeft daar genoegen aan dan heb je automatisch succes. Hier speelt men niet voor het succes. Tenminste niet voor wat betreft de kom- merciële kant van de zaak. Het is zelfs zo dat wanneer je enkel maar moet opko men en doodvallen, dat men daar nog genoegen aan be leeft.» Dolf: «Dat is het prettige bij PACT. Iemand als Guido Van Hecke bijvb., een formi dabel akteur. voelt zich niet boven iedereen verheven om in dit stuk een bijrolletje te vertolken. En hij was er ook op alle repetities!» Graqienne: «Dat is ook de sterkte van Anton Coghen. Hij kan iedereen doen gelo ven in de rol die hij moet vertolken. «Jullie akteren wel erg na tuurlijk.» Dolf: «Dat is ook het mooiste kompliment dat je als akteur kan krijgen. Iedereen geeft zich werkelijk tot de laatste snik. Zelfs het kleinste bij rolletje. Ik persoonlijk heb nog nooit zo moeten werken en zo intens moeten bijblij ven om dergelijke kreatie gestalte te geven.» Graqienne: «Het beste voor beeld is toch wel Herman Ravijts. Dat is een heel be weeglijk type maar als je ziet wat hij hier heeft moe ten doen...» Dolf: «Dat is nogmaals het bewijs wat uit een mens kan gehaald worden. Ik had ook nooit gedacht dat Herman deze rol aan zou kunnen maar hij heeft het werkelijk op een fantastische wijze gespeeld. Een hele meta morfose heeft hij onder gaan.» Graqienne: «Dat is opnieuw de sterkte van Anton Co ghen. Hij legt je nooit iets op waarvan hij pertinent zeker is dat je het niet aankan. Op vrijdag 23. zaterdag 24 en zondag 25 januari vindt in Temse een herdenking plaats van de suksesrijke Vlaamse schrijver Louis Paul Boon. Op voormelde dagen wordt in de feestzaal van het gemeentehuis een tentoon stelling georganiseerd, waarop cartoons van Louis-Paul Boon (verschenen in «Vooruit») te zien zijn (zgn. «Kar-boontjes»). De vernissage op vrijdag 23 januari betreft een akademische zitting. Woordvoerders zijn: minister Freddy Willockx, over de persoon van L.P. Boon; prof. dr. Paul De Wispelaere. over «De Kapellekesbaan» «Zomer te Ter-muren» drs. Gustaaf De Wilde, over het Lolitamo tief bij L.P. Boon Willem Ftoggeman. over een vergelijking tussen het journalistieke en literaire werk van L.P. Boon prof. dr. Frans Vyncke, over het plastische werk van L.P. Boon De weduwe Jeanne Boon zal worden gehul digd. Ook zijn zoon Jo en diens echtgenote en zoon zullen op de plechtigheid aanwezig zijn. Een brochure wordt ter gelegenheid van deze herdenking te koop aangeboden. Zij bevat bijdragen van de sprekers, plus van Luk De Vos en Stefaan Van den Bremt over het Geu zenboek, Jeannine De Rop over Boon bij «Vooruit». Vic Van Saarloos over Boon bij «De Rode Vaan», een interview van André Hebbe- linck uit «De Rode Vaan» en een in memoriam- artikel van Jan Mestdagh en Ronny De Schepper. De organisatie van deze Boon-herdenking be rust bij het Frans Masereelfonds, afdeling Temse, die in de lente van dit jaar werd opgericht ietbal isdag •t vai Moe mee esloo gaan »et ik sn als ileum in. Di. Da in eer Jerlan loof ;n di skbiei □s nie :o eei ;ten z r ja, s ope Toe fe ver ymne hu verde n twe nen d ;r wei evoer k denl De spa kkape en fo is lief veld reek il i groti as he Jean ijd eei broe i Van ken. is toer k, hie oest il it mijr s. D. d - W.T KFL- Aalst Met «L'albero degli zoccoli» De Klompenboom is de KFL-Aalst aan zijn zevende vertoning toe De voorstelling gaat door op donderdag 4 december ek in de feestzaal van het Sint-Jozefkollege te Aalst. Ingang langs de Pontstraat en de Hoogstraat. «L'albero degli zoccoli» is een 175 minuten durende film uit 1978 van de Italiaanse regisseur Ermanno Olmi. een man die naast de regie ook het scenario schreef, de fotografie verzorgde en de montage maakte. Ermanno Olmi. geboren op 24 juli 1931 gaf na de dood van zijn vader zijn studies als boekhouder op en ging een jaartje dramatische kunsten studeren om als akteur aan werk te gaan. Dat lukte echter niet en daarop ging hij met zijn moeder in het elektriciteitsbedrijf Edison Volta, te Milaan werken. Daar regisseerde hij het amateurstoneel, en in 1953 belandde hij aldus op de filmafdeling van de firma. Tussen 1953 en 1961 realiseerde hij een veertigtal industriële filmpjes waarvan er sommigen een prijs behaalden Alle daarna gemaakte films hebben veelal een doku- mentair karakter en behandelen veelal het arbeidersprobleem in Italië. Veel van zijn films draaide hij met de medehulp van de RAI. Ermanno Olmi staat immers buiten het kommerci- ële circuit. Zijn films bereiken zelden of nooit de gewone bioscoop, met moeite de kunststudio's. Olmi behoort echter ook niet tot een of ander underground of alternatief cinema-ghetto. Hij is een persoonlijke, onafhankelijke en zelfstandige ki neast die zelf zijn filmwerken schrijft, regisseert, fotografeert en monteert. Een echte film-auteur. De film zelf verhaalt de gebeurtenissen die zich afspelen tijdens de herfst en de winter van 1897 en het voorjaar van 1898 Op een boerenbedrijf waar een paar families samenwonen die aan de landheer een gedeelte van de oogst moeten afstaan spelen zich een aantal «wel en wees» af zoals de geboorte van een kind. het slachten van een varken, de ziekte van een koe. Kortom het is een film die handelt over de dagelijkse sleur op een Italiaans boerenbedrijf einde vorige eeuw Boeren vertellen elkaar s avonds verhalen in de schuur, een weduwe zwoegt en slooft om haar zes kinderen in leven te houden, geliefden wisselen nauwelijks een kus tussen het harde labeur door. trouwen in de kerk en reizen naar Milaan, een vader kapt clandistien een boom om klompen te maken voor zijn zoontje en wordt hiervoor zwaar gestraft: zijn verdrijving van de boerderij is hiervan het gevolg CINEMA FEESTPALEIS Zaal 1 «Fleisch» Onvrijwillige donors is de nieuwe film in zaal 1 van cinema Feestpaleis. Deze halluci nate triller van Rainer Erler vertelt ons het verhaal van Monica, een jonge Duitse, en Mike, een student van Princeton, die trouwen en op huwelijksreis gaan naar Nieuw-Mexico. Zij nemen hun intrek in een goedkoop hotelletje in Las Cruces. Nog diezelfde nacht stopt een ambulance voor het hotel. Mike wordt ontvoerd, maar Monica weet te ontsnappen. Voor haar begint een haast onmogelijke opdracht: op zoek gaan naar haar gekidknapte echtgenoot. Op de autostrade gaat ze liften en wordt er meegeno men door een vrachtwagenchauffeur Dank zij zijn CB kan hij kontakt opnemen met vele ander chauf feurs en aldus de bende opsporen die Mike ontvoerde het is een bende die gezonde jonge mensen «slacht» en hun vitale organen tegen astronomische bedra gen op de zwarte markt verkoopt. Hopelijk is het voor Mike nog niet te laat... x Zaal 2 en 3 In zaal 2 blijven «De blokbeesten van de laatste rij» het voor de vijfde opeenvolgde week waar maken In zaal 3 beleeft men voor de tweede opeenvolgde week «Het eiland van de 1000 geneugten». CINEMA PALACE Benedenzaal In de benedenzaal van cinema Palace loopt vanaf vandaag een western met in de hoofdrollen Bud Spencer en Terence Hill. Het is dus weer knokken geblazen in deze film met twee titels. Inderdaad «De vier doders van het Ave Maria» en «Hazen zijn troef» zijn twee titels voor een film Hoe dan ook het gaat er warm aan toe en de goeden halen het nogmaals op de slechten Studio In de studio een film die zich richt tot musical- en dans-fanaten. «All that Jazz» een film van Bob Fose met Roy Schneider. Jessica Lante. Ann Reinking en Leiand Palmer Deze films, die vier oscars won. vertelt het verhaal van een briljante regisseur. Jo Gideon, die zodanig van de showbis bezeten is dat zijn eigen privéleven één groot spektakel is. Meegesleurd in de maalstro om van zijn beroep wordt hij het slachtoffer van een hartaanval op het ogenblik dat hij zijn nieuwste show leidt op Broodway Tijdens de daaropvolgende operatie maakt hij de balans op van zijn beroepsleven en zet in zijn verbeelding een grandioos spektakel op. een spekta kel dat hij later op de planken brengt: de laatste scène is deze van zijn dood Club In de kleine Club houdt «the exorcist» nog altijd onverwoestbaar huis. Een reprise die het uitstekend doet in het Aalsterse S.J. Iedereen pakt hij op een an dere wijze aan. Anton heeft een sterk psychologisch in zicht. Hij laat gewoonweg voelen wat hij wil.» Ronald: «Inderdaad, Anton heeft een sterke impakt op de groep. Het is ook dank zij hem dat we naar een hoger niveau geklommen zijn. Dat wordt trouwens in onze op tredens weerspiegeld. We zijn van 6 naar 17 opvoerin gen gegaan.» «Niemand voelt zich dus ge forceerd? Ronald: «Mag ook niet hé. Je moet dit stuk zuiver bren gen. Je hebt maar twee mo gelijkheden. Als die jongen zich doodschiet begint ofwel iedereen te lachen ófwel buigt iedereen het hoofd. En dat laatste is tot hiertoe nog altijd gebeurd.» «Nu eens iets anders. Voor dat jullie beginnen wordt het publiek gewaarschudw met: «Kijk mensen, we zijn nog niét klaar. PACT is door onderlinge twisten ver scheurd.» De mensen zetten inderdaad grote ogen op als ze de zaal binnen treden. Vrezen jullie niet dat er toe schouwers de zaal zouden verlaten bij het aanschou wen van dergelijke «ko medie»? Ronald: «Al wat voor het stuk gebeurd heeft Anton Coghen er bijgeschreven. Zijn laatste paragraaf is de volgende: «Het publiek dat terug wil verdwijnen dient taktvol te worden overtuigd te blijven voor een zogezegd open repetitie als het nor male startuur overschreden en de verwarring kompleet is.» Jozef: «Wanneer die mensen taktvol in de zaal gehouden worden dan zullen ze na een tijd ook wel beseffen dat al hetgene wat ervoor ge speeld is ook bij het stuk hoort.» Ronald: «Het was niet de bedoeling van een apa thisch publiek te hebben. Nee. er moest een zekere sfeer gekreërd worden.» Jozef: «Dat is onder andere ook gebeurd in de «Grote Griezel». De mensen moes ten, vooraleer de zaal te be treden. een rouwkapel voor bij waarin een lijk lag opge baard. Ze dienden eerst dat lijk te groeten en pas dan konden ze plaats nemen. Ook daar hebben sommige mensen ons de rug toege draaid en zijn weggegaan Graqienne: «Het was zelfs de bedoeling om het stuk een andere titel mee te ge ven. Maar ergens moet je toch herkenbaar blijven tegenover je publiek. Daar om hebben we ook de na men van de akteurs die niet meespeelden in het pro grammaboekje door streept.» «Kunnen de mensen het stuk blijven vatten?» Ronald: «Dat is onmogelijk Er komen steeds maar nieu we elementen bij zodat je er op de duur het noorden bij verliest.» Dolf: «Dat is de sterkte van Pirandello. Steeds maar die aanvoer van verrassende wendingen. Het is pas de volgende dag dat je een kick krijgt en zegt: «Ha, om die en die reden reageerde men zo en zo.» Ronald: «Veel stukken zijn van het blijspelgenre. Daar worden de toeschouwers in de eerste tien minuten over stelpt met feiten om de een voudige reden dat elke.si tuatieverhouding moet ge schetst zijn. Dat heeft men dus bij Pirandello giet.» «Wat op een formidabele wijze is opgebouwd is die bijna ondraaglijke span ning». Ronald: «Die spanning wordt inderdaad kunstma tig in het leven geroepen door die voorafgaandelijke situatie. En ja. Anton is een grootmeester in het naar een hoogtepunt brengen van dergelijke zaken.» «Jullie behandelen geen so ciaal probleem?» Ronald: «Nee, in dit stuk toch niet.» Gragienne: «Het enige wat daarvoor in aanmerking zou kunnen komen is het kleine beetje theaterkritiek, maar voor de rest nee». Op dat ogenblik kwam Sien Orbie de zaal binnenwande len en op de vraag hoe zij haar rol ervaren had ant woordde zei: «Tamelijk moeilijk, maar het is toch allemaal goed verlopen Dergelijke rollen wil ik zeker nogmaals spelen. Eerst en vooral omdat je bijgestaan wordt door een pleiade aan eersterangsakteurs en ten tweede omdat je onder lei ding staat van een buiten gewoon regisseur.» PACT, een hoogstaand to neelgezelschap dat in be roepskringen zeker en vast niet zou misstaan. Integen deel!! ■Renaat' GITS Hand in Hand bracht dinsdagavond in de siadsfeestzaal een geslaagd optreden. (Per) In aanwezigheid van tal van SP-prominenten als Minister Mare Galle, oud-volksvertegenwoordiger Bert Van Hoorick, schepenen Eddy Monsieur en Edgard Hooghuys, raadsle den Jan Van der Veken, partijvoorzitter en Gracienne Van Nieuwenborgh en verder van schepen Marcel De Bisschop, Martin Hutsebaut, voorzitter van de Bestuurskommissie van de stedelijke akademie voor muziek, toneel en ballet, en Herman Van Santen, direkteur van deze school, bracht de gereputeerde harmonie «Hand aan Hand» onder leiding van Honoré Verstraeten een zeer geslaagd Ceciliakoncert. Was de bezetting van de feestzaal van het stadhuis nu niet om speciaal naar huis over te schrijven, de toch talrijke aanwezigen werden op het neusje van de zalm vergast; Vooral dan deze die het hielden bij eerder eigentijdse muziek. «Hand in Hand» volgend jaar aan haar 85e werkjaar toe, is gesproten uit de zangkring «Vooruit zonder vrees» die, in een periode dat alleen katholieke en libe ralen over een muziekmaat schappij konden beschikken, mee opstapten en strijdlie deren zong in optochten en manifestaties. Uit de in 1895 gestichte trompettersklub «Vrank en Vrij» evolueerde dan een muziekmaatschappij van ar beidersjongens die door de tegenstrevers dan ook «Het houten kloefenmuziek» werd genoemd. Jongens die werkten bij Borremans, die enige fabriek waar men als socialist niet buiten werd gegooid. Toen het lokaal «Recht voor allen» in het St. Jorisstraatje werd geruild voor lokaal «Hand aan Hand» aan de Saskaai kreeg de socialisti sche maatschappij de titel van haar lokaal. Mijlpaal in het leven van de ze vereniging was alvast 1 mei 1970, dag waarop de fanfare werd omgetoverd in een harmonie en waarbij de muzikanten voor het eerst verschenen in uniform. Ook kwalitatief was er een zeer gunstige kentering. Te Herdersem wist de Harmo nie zich immers te klasseren in de provinciale muziektor- nooien in de afdeling «uit muntendheid» en niet lang daarna .werd de hoogste af deling «ere-afdeling» bereikt onder impuls en na zeer de gelijk en volgehouden werk van dirigent Honoré Ver straeten. In de provinciale vaandel wedstrijd, voorbehouden aan de muziekverenigingen van eredivisie die het hoog ste puntenaantal wisten te verwerven, werd «Hand aah Hand» reeds tweemaal tweede en dit op een wijze waarmee niet iedereen zich akkoord kon verklaren. Als enige muziekmaatschap pij uit Klein-Aalst die het aandurft zich te meten in een officieel tornooi en daar ho ge toppen scheert wordt ver hoopt dat «Hand aan Hand» na tweemaal pal achter het net te hebben gevist, de der de keer de goede keer zal zijn. Met haar Ceciliakoncert toont de harmonie inder daad op de zeer goede weg te zijn al was dit programma nu niet bepaald gericht op een provinciaal tornooi. Veeleer werd ingespeeld op de hedendaagse trend en werd muziek gebracht waar van iedereen kon genieten. Na een daverende «Cow boy-parade», een gesinko- peerde mars van Segers, kwamen populaire stukken als «Life van Waignien» waarin na fluit en hoorn Odi- lon Mortier op sax-alto in vedette kwam, en arrange menten van «The Muppet Show» en «The Beatles in Concert». Pareltjes voor wie van het genre houdt en wie houdt er niet van als het superieur gebracht wordt? In «Ca zon Cotnetto» konden drie kersverse eerste prijzen trompet van de Konservato- ria Gent en Brussel, samen met dirigent-trompetter Ho noré Verstraeten, zonder enige begeleiding, zich to taal uitleven. Een unieke prestatie. Samen met Nina Van der Vorst, gouden stadsmedaille trompet, wer den ze dan ook letterlijk en figuurlijk in de bloemen ge zet, Minister Mare Galle overhandigde hen de prijzen en schepenen Monsieur, Hooghuys en De Bisschop de stadsplaket. In deel II kwam na «Stan Kenton in Concert» een tor- nooistuk van Jos Moeren hout «Vier Antwerpse Kunst schilders» waarbij vier voor aanstaande schilders, die al le vier wat met Antwerpen hebben te maken, worden gezongen naar de aard van hun werk in een Intrada, een Menuet, een Adagio en een Rondo waarbij alle instru mentengroepen beurtelings aan hun trekken kwamen. Met een mooi gebracht werk van Bosch, «In the Lime-tree avenue» werd dit koncert, onder luid applaus, beslo ten. Na «Copacabana» waar in Marc Van der Sdhueren zorgde voor een «inslaande» drumsolo. Positieve weten schappen en muziekliefheb bers zijn verre van antipo den. Doctor in de wiskunde, autoriteit in de computerwe reld, S.J. Bogaerts zorgde inderdaad, in vervanging van de zieke voorzitter Mar tin Van der Speeten die we bij deze gelegenheid een spoedig herstel toewensen, voor een begeesterende in leiding waarbij hij wees op de taak van de Socialistische Muziekmaatschappij in Groot-Aalst, naast de andere kulturele aktiviteiten. De pre sentatie en kommentaar was van J; Verstraeten die naast zijn melomanie een licen tiaat in de chemie is. «Les extrêmes se touchent»! Als vijfde schakel in de muzikale Sint-Martinusketting liep het Gemengd koor Halleluja o.l.v. Gaston De Cock van de ketting. Ze zongen de Missa Brevis van Palestrina. Deken De Vos zei in zijn inleiding dat die muziek paste in de periode van de bouw van de kerk. Dat is natuurlijk waar. maar beweren dat dit de oorspronkelijke bedoeling was, is iets naast de werkelijkheid. De ervaring leert immers, dat koren dat zingen, waar het hart van de dirigent ligt. Waar GaBton De Cocks hart en ziel ligt weet iedereen. Het is bijvoorbeeld een typerend feit, dat «Pro Musica» een van zijn ergenissen zich na vijfentwintig jaar nog altijd laaft aan de oasen van de polyfone muziek. Palestrina is aartsmoelijk. Laats ons dat maar vooarf stellen. Palestrina is boven dien niet populair. Zijn kunst slaat niet onmiddel lijk in, ze imponeert niet door grootsheid, je wordt niet omver geraasd van de klankzeeën, het is muziek voor fijnproevers. Ik kan je zo voor de vuist een reeks goede koren noemen, die zelfs na ellenlange repeti ties met die man geen blijf weten, en vele zangers die jaren koorzingen achter de rug hebben, lopen in de mu ziek verloren. Dat Gaston De Cock, ondanks deze moei lijkheid en wereldvreemd heid die jeugdige knapen Palestrina kan en laat zin gen. is meer dan een ver dienste. Zijn eigen cultuur en aard zal zoals gezegd daarbij wel de stimulerende rol spelen. Als dirigent komt er bovendien nog een suple- mentaire moeilijkheid bij meisjeskoren. Voor Je het goed beseft zijn de meisjes meiden en staan hun zinnen op andere dingen dan can- tus firmus en vloeiende po lyfonie. Een jarenlang bij- lvend repertorium zit er niet in. De verklaring van de Missa Brevis (een van zijn bereikööre missen) leidt ons naar een (misschien te vroe ge) conclusie bij deze cy clus: in de Aalsterse zang wereld is goddank de spe cialisatie aanwezig, en zelfs doorgedreven. De echte Pa- lestrinastijl krijgt een dankbare vertolking en klankbord langs het Halle lujakoor. De cantus wordt in een rustige ademboog door gegeven heel even maar in het Agnus Dei wordt die voor een onverwachte adempauze onderbroken. De rustige schoonheid van het pure zingen is op elk ogenblik aanwezig, de rit miek in zijn uitbundigheid op elk ogenblik bedwongen. De vergelijking met een an der jeugdkoor uit de stad mag en kan niet doorgehold ken worden, maar in dit genre kunnen ze als een waardige evenknie be schouwd worden. Alhoewel het duidelijk is dat het niet om geschoolde stemmen gaat ik denk vooral de man nen dan, is de totaalklank verbluffend helder en rijp. De liefde voor de renaissan ce zou zich voortzetten in de tussengezangen: andermaal Palestrina en Clemens non papa. Deze keer zingt het meisjeskernkoor het «Ave Maria caelorum» en het «Salve Regina». twee van Palestrina's meest bekende motetten klinken langs de uiterst verfijnde canontech niek vol rustige deining. Kortom Halleluja zorgde an dermaal voor een hoogte punt in dit muzikale feuille ton, en ik hoop dat de vele aanwezigen (tot in de hoe ken van de zijbeuken) zich bewust waren van het uur polyfone schoonheid dat hen geboden werd. Even vermelden dat «Kunst en Vermaak» van het Groen Kruis ter gelegenheid van hun 70e verjaardag als ou verture een flard Schubert en een vleug Handel bliezen. Kristiaan Van Ingelgem gaf een mini Van de Kerckhoven cyclus. Hij speelde een serie Versetten op kerktoonlad ders. F.C.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Voorpost | 1980 | | pagina 13