EDDY VAN OOST DERDE BIERPRINS
KARNAVAL, AALST EN HUMOR?
Karnavalstoet
belooft ookmuzikaa
In het land der blinden...
Onze nieuwe karnavolprins Stefaan leidde de avond in. (Per)
lieten wel duidelijk horen achter wie ze stonden. (Per)
Urbanus trekt op mij. (Per)
De vragen uit De Voorpost waren zo moeilijk dat slechts één juist
antwoord gegeven werd! (Per)
Bertje «de hoorndrager» zoals hij zichzelf noemde. (Per)
Sinds vorige zaterdag heeft Aalst nu ook zijn eigen dinas-
tie: de prinselijke bierfamilie Van Oost. Na vader «Wantje»
Van Oost in 1978 en broer Francis in 1979 werd dit jaar
Eddy «Rodenbach» Van Oost de zevende Aalsterse bier-
prins.
Slechts Rie D'haeseleer vermocht het in 1980 de Van Oost
hegemonie even te doorbreken.
All-round man Marc De Cock
Die zevende bierprinsverkie-
zing verliep overigens eer
der moeizaam, en ondanks
de loffelijke pogingen van de
organisatoren had het heel
wat voeten in de aarde om
de nieuwe bier-soeverein
verkozen te krijgen. De drie
kandidaten: Walter Necke-
broeck, Eddy Van Oost en
Herbert Roelandt, konden
ons op geen enkel ogenblik
en in weinig opzichten van
hun mogelijkheden overtui
gen. Noch door kennis van
de Aalsterse aktualiteit, noch
door hun vakkennis inzake
het tappen en herkennen
van biersoorten, noch door
hun présence op het
podium.
Presentator Karei De Naeyer
sloofde zich nochtans uit om
de drie jongens iets leuks te
laten zeggen, doch dat was
allemaal boter aan de galg,
er kon geen lachje af... Alles
beperkte zich tot enkele
nietszeggende uitspraken.
Op het voorziene aanvangs-
uur van acht uur was enkel
het personeel van dienst
aanwezig. Later zou het
zaaltje van het HRITO gelei
delijk hardstikke vol raken en
zouden de supporters van
de drie kandidaten luidruch
tig voor de stemming
zorgen.
De onvolprezen Mare De
Cock en zijn orkest zorgden
eens te meer voor een formi
dabele muzikale omlijsting.
Mare is een all-round man
met een voortreffelijk stem
geluid en een uiterst geva
rieerd repertorium: zijn
naam staat borg voor een
meeslepende show waar ie
dereen wat aan heeft.
De strijd is gestreden. Overwinnaar Eddy Rodenboch (links) met noost zich Urbanus van Aalst
(tweede) en Bertje (derde). (Per)
De jury, een rustige ovond (Per)
Een volgende bierprins in de familie. (Per)
Spirituele Frans Wauters
Rond tien uur zien we dan
voor het eerst de kandidaten
op het podium, ze krijgen
meteen een nummer toege
wezen: Bertje Roelandt, een
goedig uitziende lobbes,
trekt het nummer één, Urba
nus van Aalst krijgt twee en
Eddy Rodenbach wordt
nummer drie. Eddy Van
Oost oogst het meeste ap
plaus, Urbanus Neckebroek
moet het zonder plakkaten
stellen, doch mag zich toch
over voldoende bijval ver
heugen, net als Bertje, die
een flinke schare jonge sup
porters met zich heeft mee
gebracht.
Stefaan, sinds veertien da
gen karnavalprins van Aalst
en één van de organisatoren
van de bierprinsverkiezing,
mag zich al over een stijgen
de populariteit verheugen.
Dat wordt duidelijk als hij
naast Karei De Naeyer op
het podium verschijnt en de
aanwezigen hem hartelijk
toejuichen.
De jury wordt voorgesteld
en die staat natuurlijk onder
het voorzitterschap van
Frans Wauters, die ons even
tevoren een reeks door hem
getekende karikaturen heeft
getoond van diverse fazan
tensoorten, kompleet met
Latijnse benaming en met
de plaatsen, waar ze zich bij
voorkeur ophouden. Spiri
tueel tot en met, om je te
bescheurenI
Kandidaten niet op dreef
Rie D'haeseleer, aftredende
bierprins, komt ook zijn op
wachting maken.
Op het podium murmelen
zijn kandidaat-opvolgers iets
over hun dorst. Urbanus, die
zich fervent supporter van
Eendracht Aalst noemt,
heeft kritiek op Jean Trappe-
niers, iets wat wij op deze
plaats niet erg passend vin
den... Hij was erbij, toen de
varkens van Aalst het
wereldrekord bierdrinken
verbeterden, maar dat werd
later door de nog straffere
varkens van Nieuwerkerken
afgezopen, vertelt Urbanus
nog. Meer dan een lichte
uiterlijke gelijkenis met de
echte Van Anus merken we
niet.
Eddy van zijn kant, heeft zich
de poëtische naam Roden
bach toegedicht, omdat het
donker biertje van dat merk
zo in zijn smaak is gevallen,
dat hij niets anders meer
drinkt. Hij hoopt vurig zijn
vader en broer op te volgen
en zo een heuse bierdinastie
in Aalst te vestigen. Zijn aan
hang schreeuwt luidkeels
zijn instemming uit en skan-
deert «Eddy! Eddy!», die is
dus kennelijk favoriet voor
de titel.
Van Bertje hebben we haast
niks kunnen verstaan, de
jongen is zeker een beetje
bedeesd.
Maar we kennen de kandida
ten nu toch een beetje en
luisteren in afwachting van
de eerste proef, die ze moe
ten afleggen naar Mare De
Cock's versie van «Summer
time», Marc zingt vlot en
met schwung en dat maakt
heel wat goed!
Dan volgt de eerste test: de
kandidaten moeten drie vra
gen beantwoorden in ver
band met de aktualiteit in
Aalst.
Wie was de figuur van het
jaar 1980? Waarvan is
P.A.C.T. de afkorting? Van
wie ging het initiatief uit om
de Aalsterse automobilisten
een plan te bezorgen waar
op alle beschikbare parkeer
ruimte in de stad zou wor
den aangeduid?
Alleen Eddy raadt Pol De
Paepe juist, de anderen ant
woorden onjuist of helemaal
niet.
Beter de Voorpost lezen,
jongens!
Daar heb je Antoine!
Na een nieuw intermezzo
van Mare De Cock and his
band mogen de drie hun
smaakorgaan testen bij het
proeven van twee biersoor
ten. Alleen Urbanus raadt
gueuze goed, Carlsberg ken
nen ze geen van de drie!
Ook van het tappen hebben
ze weinig kaas gegeten en
hier komt Eddy dan nog als
beste naar voor.
Als laatste proef staat dan
bierdrinken op het program
ma: er wordt gevraagd om
één liter bier in rekordtempo
door het keelgat te jagen.
Bertje krijgt als eerste het
reuzeglas onder de neus ge
schoven en kapt de inhoud
ervan in 19 sekonden achter
de kiezen!
Urbanus doet er drie sekon
den langer over en Eddy, die
het aroma van zijn Roden-
bachje mist, moet drie keer
slikken om de pils naar bin
nen te krijgen en doet er 33
sekonden over
Om halftwaalf gaat de jury in
konklaaf en mag ook het pu
bliek zijn stembiljetten in
vullen.
De weinige fans van Bertje
Nu is het Antoine Van der
Heyden die met enkele van
zijn oude nummertjes voor
de afwisseling zorgt, maar
ze doen het nog altijd uitste
kend! «Wit en blaat», «Den
aven tettentoeren», «Voil
Jeanette» Het publiek ap
precieert Antoine's optre
den, hoe kan het ook
anders?
«Het is Eddy!»
Het is halfeen als de jury
opnieuw de zaal betreedt en
als beloning voor haar werk
een aandenken ontvangt uit
de handen van Prins Stefaan
I.
Het publiek wordt voor zijn
geduld beloond met de uit
slag van de verkiezing.
«Het is Eddy» zegt Frans
Wauters en dat weten we
dus meteen.
Eddy Van Oost wordt dus
met 1.499 punten de zeven
de bierprins van Aalst, Wal
ter «Urbanus» Neckebroeck
krijgt er 1.027 achter zijn
naam en Bertje Roelandt, de
snelste bierdrinker, slechts
724!
Al met al kunnen we met de
verkiezing van Eddy Roden
bach, Van Oost de Derde,
wel vrede nemen, echter het
gezegde indachtig, dat in het
land der blinden eenoog ko
ning is.
De organisatoren treft zei
geen verwijt en de drie kj
didaten hebben ongetwijfi
hun best gedaan. Maar I
het écht niet beter, jonge
Er wordt niet gevraagd i
er een show van te makj
doch kon er werkelijk
geen klein grapje van
Had de plankenkoorts ju
zo erg te pakken?
Enfin, volgende keer bel
maar het optreden van
ge zaterdag was er be
geen dat onuitwisbaar I
ons geheugen zal gegj
blijven...
Cyriel Temmerrt
Karnaval is de periode dat humor in ruime mate aan bod
zou kunnen komen. «Humor», een veelomstreden begrip,
moeilijk juist te definiëren en vooral moeilijk te begrenzen.
Hoe ver mag de «humorist» zich wagen? Hoe ver mag hij,
vaak op glad ijs, té ver gaan? Waar ligt de grens tussen het
nog duidbare en het niet meer toelaatbare?
Van Dale noemt humor, een
oorspronkelijk Engels be
grip, «oog en gevoel hebben
voor vrolijk makende tegen
strijdigheden tussen voorko
men en bedoeling van za
ken, handelingen of gebeur
tenissen». Ook de «neiging
het vrolijkmakende in de ge
beurtenissen te aksentue-
ren». Humor zou als kunstui
ting de meest edele vorm
van het komische zijn. Ver-
schueren noemt humor «de
geschiktheid om met een
glimlach het ontoereikende
bij zich zelf of bij anderen of
in situaties te herkennen en
zonder geringschatting te
accepteren». Humor noemt
hij «zwart» wanneer er een
onheilspellende of griezelige
bijgedachte in meespeelt.
Larousse impliceert bij hu
mor een dosis ironie en vaak
iets onvoorzienbaar. Latinis
ten, die weten dat «humor»
in 't latijn «vocht» betekent
en dat volgens oude medici
lichamelijk en geestelijk wel
zijn afhing van de juiste ver
houding der vochten in het
organisme, zagen de beteke
nis van het woord evolueren
naar opgeruimdheid, blij
moedige stemming, luim,
Gevoel van het belachelijke
op de grond van simpathie
heet in de moderne psycho
logie «humor».
De Angelsaksische humor is
er een van het droge soort.
Duitse humor is vooral Ber-
lijns en verwant met de
Franse. In de 17e eeuw wa
ren ten andere veel Berliners
afkomstig van Franse Huge
noten. Goethe beweert dat
«konden de apen zich verve
len, ie waren mensen ge
lijk». Ohze humor, ook die
van de karnavalperiode, is
vaak plat en soms boers.
Steeds volks en van aard
Brabants. Aalst behoorde
toch bij Brabant!
Franse humor is vaak spiri
tueel en soms gebasseerd
op een «jeu de mots». De
Franse literatuur staat vol
met «mots d'esprlt». We wil
len er U een selektie ervan
voorschotelen U daarbij zelf
de zorg laten via de voor
naam naar believen vast te
stellen wie volgens U het
passend schoentje best zou
aantrekken.
Albert: De liefde verdrijft de
tijd, de tijd de liefde (Vicom-
te de Ségur).
Anny: Men had de steden
moeten op de buiten plan
nen. De lucht is er gezonder.
(Henri Monnier).
Antoon: Uitscheiden met ro
ken is makkelijk. Ik weet het,
ik ben er minstens 100 maal
in gelukt. (Mark Twain).
Christiaan: Interessante za
ken vindt men in zijn dos
siers nooit terug. (Goethe)
Eddy: Wanneer eens de dag
na de rustdag niet gewerkt
wordt zal vermoeidheid snel
afnemen. (Pierre Dac)
Edgard: Spijtig voor diege
nen die altijd gelijk hebben.
Ze hebben ongelijk. (Pierre
de Ligne)
Enrico: Hoe hoger de aap
klimt, hoe meer hij zijn kont
toont. (Chancelier Olivier)
Frans: In het schaakspel
staan de zotten het dichts bij
de koning. (Mathurin
Regnier)
Frans: Men voelt maar iets
voor spot als het anderen
kwetst. (La Bruyère)
Herman: Kuituur is wat
overblijft als men alles ver
geten is wat men geleerd
heeft. (Selma Lagerlöf)
Gaston: Zaken doen is altijd
makkelijk. Het is toch geld
van anderen. (Alexandre
Dumas)
Ghisleen: De kerk heeft veel
voor de liefde gedaan door
er een zonde van te maken.
(Anatole France)
Gustaaf: leder wil lang le
ven, maar niemand wil oud
zijn. (Jonathan Swift)
Jan: Mensen die nooit la
chen kunnen geen ernstige
mensen zijn. (Alphonse
Allais)
Johan: Die man zou niets te
zeggen hebben als anderen
het niet reeds gezegd had
den. (Charles Cotin)
Lambert: Er zijn mensen die
babbelen en babbelen tot ze
iets te zeggen hebben. (Sa-
cha Guitryj
Louis: Hoe wil men een land
regeren dat 280 verschillen
de soorten kaas heeft?
(Charles de Gaulle). Hoe wil
men een stad besturen die
ruim 50 karnavalgroepen
telt?
Ludovic: Er zijn weinig rijken
die zich de luxe kunnen per-
miteren arm te zijn. (Alphon
se Karr)
Mare: Op de hoogste troon
moet men nog altijd op zijn
gat gaan zitten. (Montaigne)
Marcel: Oefen U dikwijls om
van politiek te veranderen.
Het is het énige middel om
uiteindelijk uw ware overtui
ging te kennen. (Alfred
Capus)
Paul: De muziek is het duur
ste van alle lawijt. (Theophi-
le Gauthier)
Polle: Honni soit qui mal
pense. (Koning Edward Ifll
Raymond: Babbelaars spr
ken over zich zelf. Zeverat
spreken over anderi
Goedsprekers zijn zij
over U iets zeggen. (Man
Pagnol)
Richard: Geestige mens
begaan soms gedragsfoul
door niet aan te nemen c
anderen zo stom zijn als
het in werkelijkheid zi
(Blaise Pascal)
Rik: Met ingenieurs mc
men oppassen. Het begi
met een stikmachine en
eindigt met een atoombo
(Marcel Pagnol)
Schrijvelaar: Schrijvelaa
zijn als eunuken. Ze wet
wel hoe het moet geda
worden maar kunnen
zelf niet. (Marcel De
schop)
Willy: Mensen beladen m
kruisen die aan een kerkh
denken. (Peintre dadaïs
Picabia)
M.DJ
ger
je i
ger
Muziekkorpsen kunnen in
de Aalsterse karnavalstoet,
qua sfeer en stemming, ze
ker niet worden gemist.
Dit jaar zou ook de publici-
teitskaravaan door een
korps worden voorafgegaan
en worden de mensen in en
bij de tribunes weer op
shows en vrolijke deuntjes
vergast in afwachting van de
komst van de kavalkade.
Een hele pleiade fanfares,
harmonieën, majorettenpe-
lotons, trommelkorpsen en
drumbands zullen weer op
treden tot vreugde en jolijt
van duizenden kijkers. Zelfs
een autentieke Schotse for
matie, een pipers-band hele
maal uit het noorden van
Schotland, uit Inverness, is
van de partij.
Optredende fanfares zijn
«De Vriendenbond» uit Ber-
lare, «St.-Cecilia» uit Ere
degem, «St.-Cecilia» uit Z
lik-Asse, «Nieuw Levem
Aaigem, «St.-Cecilia»
Wieze, «St.-Cecilia»
Burst, «St.-Cecilia» uit Ere
bodegem-Terjoden,
Morgenster» uit Bugg
hout en last but not least
Cecilia uit Oordegem.
Als harmonieën zijn t
de partij «Concordia et Do
litas» uit Herdersem,
Cecilia» uit Herzele, «St.-<
cilia» uit Merelbeke en
Martinus» uit Oordegem,
Als buitenlandse gast
dan de «Highland Railv*
Club Pipe-Band» uit Inv
ness. Schotland.
Wel opvallend dat ge
enkel muziekkorps uit Aa
Stad de karnavalstoet
luistert.
StO|
tjok
bar
wat
wa:
wet
mei
spri
ma;
je h
«vei
heel
die
mer
de
Sch
Zoic
drot
Waè
Misi
ten?
san-
mie
bar,
6 - 20.2.1981 - De Voorpost