BRANDWEERHUISHOUDEN
JEUGDCLUB
JOME
KOEN DE SMET
COPAL ZORGT VOOR ZWARE
AANVAL VAN D'HAESELEER OP MARC GALLE
«Mare Galle plaatst zich boven de wet»
Ve
te,
2 -16.10.1981 - De Voorpost
Vervolg van blz. 1
Besluit van 10 juli 1970
werd deze uitbreiding
toch goedgekeurd.
De vergunning sloeg
tenslotte op 20.000 liter
benzine ondergronds,
40.000 liter stookolie bo
vengronds, 175.000 li
ter stookolie boven
gronds en 400.000 liter
stookolie bovengronds
samen dus 615.000
liter.
Op 19.10.1977, dus na
de fusie diende Copal
een nieuwe uitbrei-
dingsaan vraag in voor
samen 2.790.000 liter
zijnde 90.000 liter gas-
oil, 9QO.OOO liter gasoil,
800.000 liter afvalolie
en 1 miljoen liter afva
lolie.
Hierbij dient vermeld
dat de betrokken opslag
tanks reeds opgericht
waren en de exploitatie
ervan reeds bezig was.
Het Schepenkollege van
Aalst gaf ongunstig ad
vies op basis van één
schriftelijk bezwaar en
een petitie van 120 per
sonen. Tenslotte werd,
na heel wat moeilijkhe
den, de gevraagde uit
breiding geweigerd bij
K.B. van 13 juni 1980.
Wat de burgemeester
niet mededeelde is het
feit dat deze weigering
er vooral kwam onder
impuls van een plaatse
lijk aktiekomitee dat te
gen de tanks ageerde.
Ondanks dit kh ging de
exploitatie van de onwet
tige tanks gewoon
verder.
Verzegeling
Op 24 februari 1981
werd op het verzoek van
de burgemeester door de
brandweer van Aalst
verslag uitgebracht,
waaruit bleek dat veilig
heidsmaatregelen, zoals
het afschermen van de
reservoirs genomen
werden, maar de blus-
Copal bij aangetekende
brief zou verplicht wor
den de niet vergunde re
servoirs te ledigen, op
dat tot verzegelen zou
kunnen overgegaan
worden. Hij bevestigde
meteen dat de sluitings
procedure zou ingezet
worden, wat het verze
gelen van de tanks
omvatte.
Voor het ledigen van de
tanks sprak de burge
meester toen reeds zijn
twijfel uit over de be
schikbare middelen om
COPAL daartoe te ver
plichten.
Op 24 maart vertrok dan
de aangetekende brief
naar de firma, en twee
dagen later werd het pu
bhek via een perskonfe-
rentie van het stadsbe
stuur hiervan op de
hoogte gesteld. De on
wettelijke tanks dienden
leeg te zijn tegen 31
maart 1981. Nadien zou
den deze verzegeld
worden.
Op 9 april volgde een
nieuw overleg met de
reeds vermelde inge
nieur die bevestigde dat
hij de aangetekende
brief verstuurd had en
dit op vraag van de
hoofdingenieur-direk-
teur van de technische
inspektie. Hij verzeker
de toen aan de burge
meester van Aalst dat hij
tot de totale sluiting zou
maatregelen zou nemen
om aan deze onwettige
toestand een einde te
maken».
«De brief van Minister
Galle heeft me uiteraard
niet alleen verwonderd,
maar ook erg geschokt»
aldus de burgemeester
op de perskonferentie
«temeer omdat, zoals
blijkt uit de voorafgaan
de besprekingen met de
heer Hellinckx (zijnde
de arbeidsinspekteur) de
toezichthoudende over
heid, met name het Mi
nisterie van Arbeid en
Tewerkstelling met de
zaak geen raad weet, en
me niet kan zeggen wel
ke maatregelen ik zelf
mag en kan nemen».
Om niets verkeerds te
schrijven geven wij hier
na opnieuw letterlijk de
woorden van de burge
meester weer. «Overi
gens is het zeer duide
lijk dat Minister Galle
zijn bevoegdheid over
schrijdt en een zware in
breuk pleegt op de poli
tieke déontologie. Het
toezicht op de vérgun-
ningsplichtige inrich
tingen behoort trou
wens tot de bevoegdheid
van de Minister van Ar
beid en Tewerkstelling,
en zeker niet tot die van
Minister Galle, tenzij in
breuken zouden ge
pleegd zijn op de milieu
wetgeving, waarbij hij
zelf zou kunnen optre
den, naar het voorbeeld
van «Philips Petroleum»
te Tessenderlo».
De burgemeester was
trouwens van oordeel
dat zijn politionele be
voegdheid terzake inte
graal geregeld wordt in
het Regentsbesluit van
11 februari 1946 «zodat
Minister Galle zich met
zijn brief boven het Re
gentsbesluit plaatst», zo
voegde hij er nog aan
toe.
Op basis van het staats
blad was de heer D'hae-
seleer van mening dat
hij enkel bevoegd is voor
het leefmilieu, met uit
zondering van de politie
op de vergunningspüch-
tige inrichtingen.
De straffe taal van de
hoogste stadsburger
van Aalst tegenover de
minister ging verder
daar hij verklaarde: «Mi
nister Galle pleegt niet
alleen een machtsover
schrijding, maar maakt
ook een dwaling waar
hij zich beroept op arti
kel 23 van het Regents
besluit van 11.2.1946.
Dat artikel 23 slaat trou
wens enkel op beslissin
gen tot intrekking van
vergunningen, daar
waar Copal voor de be
twiste tanks van
2.790.000 liter nooit een
vergunning heeft ge
had, omdat de aanvraag
meteen geweigerd werd
bij KB van 13 juni
1980.»
Volgens de burgemees
ter zou enkel het artikel
22 van hetzelfde Re
gentsbesluit normaal
een wettelijke basis voor
een optreden kunnen
zijn, omdat Copal een in
breuk pleegde op artikel
1 dat voorschrijft dat Co
pal zich moet onderwer
pen aan alle voorschrif
ten van het Regentsbe
sluit. Het probleem was
volgens hem echter dat
artikel 22 verwijst naar
artikel 21 waaruit blijkt
dat de burgemeester en
kel kan optreden op ver
slag van de bevoegde
technische ambtenaar.
«De technische ambte
naar is, ondanks mijn
herhaald aandringen',
van oordeel dat hij geer
verslag kan opstellen
zodat ikin de onmoge
lijkheid ben om op te trc
den» aldus nog steeds de
heer D'haeseleer die
meteen de journalisten
van de ene verbazing in
de andere loodste.
Daarbij komt ook nog
dat de technische ambte
naar niet zelf optreedt,
omdat het verzegelen
van volle tanks volgens
hem op het bestendigen
van de toestand zou
neerkomen.
De Burgemeester meen
de dan ook dat Minister
Galle met zijn brief bui
ten de schreef gelopen
was «zo doorzichtig dat
hij op een onwettelijke
basis in de gunst wilde
komen van de aangelan
den van Copal, en dat hij
rond mijn houding in de
zaak een zwaar vermoe
den -van onwil wil
scheppen».
Volgens Louis D'haese
leer zou Mare Galle er
beter aan doen zijn kol-
lega van Tewerkstelling
en Arbeid voor te stellen
het Regentsbesluit van
11.2.1946 te wijzigen,
en maatregelen te voor
zien om zaken zoals Co
pal een afdoende oplos
sing te geven.
Op de vraag wat er nu
zou gebeuren
woordde de burgemet
ter dat hij het zelf q
wist.
De verbazing over wat
allemaal gezegi
was zeer groot bij
aanwezige journaliste
en één van hen foi
leerde na de persk<
rentie zeer goed de
moedstoestand van
kollega's. «Als iemai
een duivenhok op ill{
le wijze in zijn tuin
plaatsen, wordt onmi^-.
dellij k proces-verbi y
opgemaakt en moet 1
hok verdwijnen,
wanneer men in
woonwijk een reuze-bc kame
plaats in illegale tani r ACV
dan weet niemand 1 tge w«
ertegen moet opget: is da
den worden». pdiger
ektiviti
Op 30 juni volgde een
nieuwe bespreking en de
ingenieur bevestigde dat
hij de dag voorheen had
vastgesteld dat de reser
voirs nog niet geledigd
waren en dat hij daarom
proces-verbaal had op-
waren en dat de opgesla
gen produkten weinig
brandgevaar opleveren.
Op 9 maart 1981 had de
heer DUaeseleer een on
derhoud met de bevoeg
de ambtenaar-ingenieur
van de Arbeidsinspektie
waarin de burgemeester
de reukhinder, de inzij-
peling en het eventueel
ontploffingsgevaar be
nadrukte.
Op dezelfde dag bracht
hij een bezoek ter plaat
se, waarbij olievlekken
in de scheidingsmuur
vastgesteld werden als
ook schade aan groen-
tentuin en boompjes,
reukhinder en geen in
kuiling van de tanks.
Er werd overleg ge
pleegd met buurtbewo
ners en met afgevaar
digden van het plaatse
lijk aktiekomitee.
De burgemeester bena
drukte daarbij dat hij de
heer Cop pens, die eige
naar is van de firma. Co
pal zou aanmanen on
middellijk de nodige
werken uit te voeren
zoals voorzien in de ver
leende exploitatiever
gunning, namelijk de
inkuiping van de negen
reservoirs en het aan
brengen van ondoor
dringbare isolatie.
Dit alles diende te gebeu
ren om verdere schade
voor de grebuur uit te
sluiten. Deze werken
blijken volgens een ver
slag van de stedelijke af
delingschef en hoofd
van de ekonomische
dienst de heer Spitaels
uitgevoerd te zijn. Er ge
beurde immers een in
kuiling en er werd een
betonfundering
gemaakt.
De heer ingenieur van
de arbeidsinspektie was
echter van oordeel dat de
tanks niet onmiddellijk
konden verzegeld wor
den omdat ze niet leeg
waren.
Op 16 maart 1981
bracht dezelfde ambte
naar nog een bezoek ter
plaatse
Op 20 maart 1981 had
dan een overleg plaats
met dezelfde personen
die toen mededeelde dat
Op dat ogenblik werden
geen verdere schikkin
gen genomen om de
zaak te verzegelen.
Op 25 augustus 1981
volgde een nieuwe be
spreking waaruit bleek
dat de direkteur-gene-
raai van de technische
diensten zou meege
deeld hebben dat het
geen zin had nog PVs
op te maken en dat men
niet bevoegd was om de
reservoirs te ledigen.
Op 23 september jl. werd
aan de burgemeester
nogmaals bevestigd dat
de technische diensten
niet bevoegd zijn om tot
verzegeling over te
gaan.
De burgemeester vroeg
dan ook welke maatre
gelen hij kon nemen, ten
eerste tegen de bestaan
de schade, ten tweede te
gen de schade veroor
zaakt aan een gebuur en
ten derde tegen de scha
de die nog zou kunnen
veroorzaakt worden.
Men bleef het antwoord
schuldig, doch men zou
bij de hogere overheid
inlichtingen inwinnen.
Op 2 oktober had dan de
laatste bespreking
plaats met de heer inge
nieur, die de burgemees
ter geen antwoord kon
geven op de hem op 23
vra^g. Hij deelde overi
gens mede dat Minister
Galle op 17 september
1981 aan Staatssekreta-
ris Akkermans ge
vraagd had het dossier
te onderzoeken.
Galle
Op 29 september stuur
de Minister Galle dan
volgende briéf aan de
burgemeester. Wij cite
ren letterlijk: «Mij is be
kend dat de heer A. Cop-
pens ondanks het KB
van 13 juni 1980 nog
steeds verder gaat met
de exploitatie van de niet
vergunde opslagplaats
voor 2.790.000 liter ont
vlambare produkten.
Op basis van artikel 23
van het ARAB (Alge
meen Reglement op de
Arbeidsbescherming)
moet de Burgemeester
de nodige maatregelen
treffen om de exploitatie
stop te zetten.
Gezien mijn bevoegd
heid over het leefmilieu
moet ik sterk aandrin
gen, Mijnheer de Burge
meester, dat U zo snel
mogelijk de nodige
Vervolg van blz. 1
De Poorter en sergeant
Sonck, werd de hele zaak
uitgebreid uit de doeken
gedaan:
Na de fusie nu al vijf
jaar geleden werden
de korpsen uit Moorsel
en Erembodegem, die
voorheen hun werk naar
behoren en zonder echte
klachten hadden uitge
voerd, plotseling voor
«boeren», «stelletje on-
bekwamen» en zelfs
«zwartwerkers» uitge
scholden door de kolle
ga's uit de stad. Dit lijkt
op zijn minst gezegd
«straf» voor iemand die
nog nooit klachten heeft
moeten horen. Daaren
boven worden de vrijwil
ligers dikwijls drie, vier
en zelfs vijf minuten na
het telefoontje opgeroe
pen voor een bepaalde
brand. Daardoor denken
die vrijwilligers, en mis
schien niet ten onrechten
dat het in de bedoeling
van sommigen ligt de
vrijwilligers te doen op
hoepelen om ze te laten
vervangen door een vol
ledig beroepskader,
kwestie van promotie
kansen te scheppen.
Daarenboven is het
dan nog een vaststaand
feit dat ongeveer 80 be-
roepsbrandweerlui meer
dan 10 maal zoveel aan
de stad kosten dan 100
vrijwilligers. De financi
ële toestand van de stad
is op zijn minst gezegd
slecht te noemen. Daar
de vrijwilligers dezelfde
dienst verrichten, even
veel uren ter beschikking
staan, rijst ook de vraag
of de stad dan zo persé
volledig bankroet wil
gaan. Ondanks talrijke
mondelinge en schriftelij
ke protesten blijft deze
toestand voortduren.
Praktische voorbeel
den zijn er genoeg: na
een recente zware brand
stonden de kranten er vol
van dat de eerste officier
meer dan 90 minuten na
de aanvang van de bluso
peraties ter plaatse
kwam. Wat men er niet
bijvertelde was dat vier
vrijwillige brandweeroffi
cieren, waarvan er ten
minste twee beschikbaar
waren niet gealarmeerd
werden en dat het slechts
bij toeval was dat er toch
een officier ter plaatse
kwam. Zij, de vrijwilli
gers, eisen dat in het be
lang van de brandweer
dienst, en door hen van
de lokale gemeenschap
pen, alle brandweerlui
dienen te worden betrok
ken bij de organisatie en
de werking van de dienst,
weliswaar onder het
kommando van een offi-
cier-dienstchef.
Daarbij kan en mag
men geen onderscheid
maken tussen de vrijwilli
ger en een lid van de
beroepsafdeling.
Volgens de vrijwilligers
zijn zijzelf nog een beetje
idealisten, terwijl de be
roeps slechts uurtjes
kloppen.
In een korps als Aalst is
er, aldus de vrijwilligers,
een goede samenwer
king nodig. Zij hebben
en dat beklemtonen ze
helemaal niets tegen de
beroeps, wel tegen de
mentaliteit van sommi
gen en wensen niets be
ter dan een voorbeeldige
samenwerking. Hun
konkreet eisenpakket kan
als volgt samengevat:
1. de regelmatige aan
werving, binnen de per
ken van de organieke ge
talsterkte, van vrijwilli
gers, eri de bevordering
tot vakante graden.
2. onder het toezicht en
de verantwoordelijkheid
van de officier-dienstchef
delegeren van verschil
lende bevoegdheden en
opdrachten, eigen aan de
brandweerdienst aan de
officieren en gegra
dueerden.
3. het regelmatig samen
roepen van de officieren-
raad en van het voltallige
kader om de werking van
de dienst te bespreken.
4. het stipt doen naleven
van de dienstvoorschrif
ten, vooral van deze met
betrekking tot de alarme
ring en de toewijzing van
de verschillende posten
van een sektor.
5. het bestraffen van die
genen die de dienstvoor
schriften niet naleven.
6. het verdelen van het
beschikbare materiaal
onder de verschillende
posten volgens de be
langrijkheid en de be
hoeften van die posten.
7. het afschaffen van de
diskriminerende bena
ming «bijpost» voor de
afdelingen Erembode
gem en Moorsel van de
brandweerdienst.
8. het organiseren van
een uniforme opleiding
voor vrijwilligers en le
den van het beroeps
kader.
9. het regelmatig raad
plegen van de vrijwilli
gers in de materies die
hen aanbelangen, op de
zelfde wijze als thans
reeds het geval is voor
het beroepspersoneel
(personeelsraad).
De eisers benadrukken
hierbij dat er haast op zijn
plaats is en dat ze met
geen vage beloften ge
noegen zullen nemen. Of
9r een bevredigende op-
ossing komt voor de bei-
Je partijen, komt u nog
wel ter ore.
Dirk Verbeken
Vervolg van blz. 1
In de tien deelnemende
landen werden de inge
zonden tekeningen
beoordeeld door provin
ciale jury's die het werk
van hun laureaat naar het
nationaal vlak brachten.
De nationale jury's pri
meerden dan een lau
reaat die als geschenk
een reis naar Canada
kreeg. Hij nam echter ook
enkele werken mede die
nationaal in kompetitie
waren gekomen doch
niet bekroond. Hierbij
was dan het werk van
Koen De Smet.
Te Montreal echter werd
juist dit werk internatio
naal de primus waarbij
dan eens te meer blijkt
dat beoordeling van der
gelijk werk steeds in ze
kere mate subjektief
blijft. Aldus ontglipte
hem wel de reis doch ge
niet hij de eer internatio
naal laureaat te zijn ge
worden.
En zulks werd verjeden
vrijdagavond in een
stemmige zaal van het
VTI plechtig gevierd.
In aanwezigheid van
Prof. dr. ir. De Beer, voor
zitter Raad van Beheer
VTI, algemeen direkteur
Wouters, pedagogisch
direkteur Verstraeten,
techinsch direkteur Lion,
studieprefekt Coppens,
leden van de Raad van
Beheer deken De Vos,
Verhavert en Van Haver,
schepen Roels en tal van
andere prominenten be
klemtoonde inspekteur
Roels van de Raiffeise-
norganisatie de idee die
aan de bais van deze In
ternationale jeugdwed
strijd ligt. Gegroeid uit de
hamvraag «wat de jeugd
van een financiële inrich
ting verwacht» kwam een
enqute die aanleiding gaf
tot realisatie van een ven
de belangrijkste insterna-
tionale wedstrijden.
Enerzijds wil men de
maatschappij via de
jeugd konfronteren met
aktuele problemen waar
uit de themata «Olympi
sche Spelen», «Energie»,
«Techniek,; en nu «Wat
wil je worden?». Ander
zijds wil men jeugd en
school een steuntje ge
ven tot kreatief denken.
Via deze wedstrijd waar
van de eerste editie in
1970 startte en die sinds
dien 33 miljoen deelne
mers kende wil men o.m.
een steentje bijdragen tot
Europese éénmaking en
terzelfdertijd de mens
centraal stellen.
Algemeen direkteur
Wouters sprak woorden
van dank en gelukwen
sen. Hij noemde het ook
voor het VTI een eer der
gelijk internationaal lau
reaat onder zijn leerlin
gen te tellen. In de wed
strijd zelf ziet hij een sleu
tel voor gezonde kompe
titie en voor kreativiteit.
Niettegenstaande de me
nigvuldige geperfektio-
neerde hulpmiddelen die
tot onze beschikking
staan, niettegenstaande
al het gesofistikeerde,
blijft de vrucht van eigen
kreativiteit en"èigen kun
nen steeds waardevol en
zoet. Gesofistikeerde
hulpmiddeltjes mogen
ons nooit beletten écht
mens te zijn, homo faber
of homo ludens. Dat doet
er niet toe als het maar
een voldoend homo sa
piens is om bewust een
homo activus te zijn. Lek-
tuur, schilderen, tekenen,
beeldhouwen, muziek
beoefening, toneel, cho
reografie, folklore, verza
melen, allemaal vrije
tijdsbestedingen dragers
van de gelukbrengende
filosofie «small is beauti
ful». Men bereikt er een
stukje levensgeluk mee,
onbetaalbaar met of zon
der gedé- of gerevalueer
de westerse valuta.
Schepen Herman Roels
ziet in Koen De Smet
wiens kippen geen «bat-
terie doch wel scharre
leieren» leggen en nako
meling van die vele Vla
mingen bekend om hun
plastisch kunstenaar
schap. Fascinerend
noemt hij daarbij het feit
iets helemaal zelf te ma
ken tegen de trend in dat
ieder hedendaags mens
maar een klein stukje van
het geheel maakt waarna
uiteindelijk de puzzel in
elkaar wordt gestoken.
Het werk van De Smet
noemt spreker een ver
bluffend staaltje van
kleur en techniek, aan
sluitend bij de vigerende
retrostijl met nostalgi
sche back-ground.
De organiserende instel
ling stamt af van Fried-
rich Wilhelm Raiffeisen
geboren in het Westfaal-
se Hamm (1818) en ge
storven in het Rijnlandse
Neuwied (1888), grond
legger van een koöpera-
tief stelsel, ook op finan
cieel vlak maar niet al
leen daarop. Een tijd lang
burgemeester in diverse
gemeenten hield hij zich
daarna alleen nog met
zijn gestichte genoot-
toen er zich in de Station
straat een gelegenheid
voordeed hebben wij niet
geaarzeld om zelfstandig
te kunnen zijn en onaf
hankelijk te zijn van iede
reen. ledereen is en ikzelf
ben tevreden dat alles
uiteindelijk voorbij is,
hetgeen niet belet dat we
teleurgesteld zijn in een
dergelijke houding van
een geestelijke die zelfs
tegen mensen van een
andere, dan nog christe
lijke beweging, letterlijk
gezegd heeft: «ik zal er
voor zorgen dat die vere
niging dood bloedt».
Tot zover het relaas van
Dirk Van Medegael die er
de nadruk op legt dat zijn
verhaal zo objektief mo
gelijk werd weergegeven
zodat hij niet inziet wat er
zich tegen een publikatie
zou verzetten. Maar, hoe
kalm de versie ook werd
gegeven en hoe groot de
betrachting naar waar
achtigheid ook moge ge
weest zijn, het blijft een
feit dat het voor de lezer
ook al heeft die mis
schien een achtergrond
kennis van de kwestie
een versië van één kant
blijft. Dat is natuurlijk
spijtig maar het ligt niet
aan on5. «De andere
kant» heeft er opzettelijk
voor gekozen verstek te
laten gaan en de lezer zal
daar zijn eigen conclusies
uit trekken.
Van bepaalde zijde werd
er ook hoogst geheimzin
nig gedaan over de statu
ten van de vzw Jome. Het
nummer van het Belgisch
Staatsblad waarin ze ver
schenen zou nergens
meer te verkrijgen zijn,
zelfs niet meer bij de
drukkerij of de diensten
van het Staatsblad zelf.
Net alsof dat bepaalde
nummer een uniek docu
ment is geworden met
bijzondere waarde alleen
omdat de vzw Jome erin
voorkomt. Een telefoon
tje naar de juiste man op
de juiste plaats was vol
doende om reeds daags
nadien de hand te kun
nen leggen op het Staats
blad van 6 augustus
lerlijst
(ubert
W), 2.
Vervolg van btyeund
en de
Va.
4.
Roger
ACW
jhe uit
eper) e
2j c
,n 9em)'
in „oir.,,
doel f
1970. Op bladzijde
onder nummer
staan de bewuste
ten en voor wie er bels j
in stelt volgen hierna
belangrijkste artikelen.
Art. 1De verenigi
wordt gesticht onder
benaming «Jeugdd
Jome VZW» met zetel
Gijsegem. De clubz.
kan verplaatst won
naar en andere gemee rö
door beslissing van
algemene vergaderinc
Art. 2: De verenigi
heeft tot doel bij te d
gen tot het bevordei
van een oordeelkun
verantwoord gebruik v
de vrije tijd bij de oud tl
jeugd. Dit zowel var
kreatief als uit rekrea
standpunt.
Art. 3: Om dat
verwezenlijken mag
vereniging alle roere
goederen die daartoe
dig zijn bezitten, kc
verkopen, huren, v<
ren, in grondplan en
schrift uitgeven, alle
de bijeenkomsten,
toonstellingen, cini
voorstellingen,
drachten, tombola's,
één woord, alle geweriol
bewerkingen verrichte du
Art. 7: De ontslaggev idis
de, uitgesloten of
gens schorsing uittn
de leden hebben hoe
naamd geen recht op
kapitalen van de ven
ging. Zij mogen het
drag van de door hen
hun mandataris
bijdragen niet
sen. Zij mogen noch
ventaris eisen noch
gave of voorlegging
rekeningen noch de ze
doen leggen.
n pau uil
gest
opvolc
i
Munte
1st*
Me'
ler Zc
Uytt
ingjrsel),
(Burs
Key mi
Fred<
jelove
12 g
10 A
bij.
deze 1
urd (14
deze
i (69 st
.Het
allerh
i"?.
V
Art. 17: Beschikking
goederen. In geval
ontbinding van de
zullen al de goederen,
aftrek van de schuld
overgedragen wot
aan een jeugdwerk wa
van het doel zoveel
gelijk gelijk is aan dit
de huidige vereni(
Deze zal door de
ne vergadering
aangeduid.
alge m
AJ
adsber
schappén bezig. Zijn sche Boerenbond. I toos.
ideeën kwamen in ons feisen krijgt stichtin JNoël.
land via eerwaarde heren in zowat alle westf^85®
Mellaerts en Helleputte landen,
en gaven o.m. aanleiding
tot stichting van de F
Mau
plaal
te p
van Vi
rat:
reeg
hei
.ken c
luideli
issen
is. 1
igder
ichte p<
de
gedir:
een b
Terlcx
efiekti
teruc d t-o
neder
dijst
naat p
ibosch-
(A
dcx
>aele i
ilid Rc
irl lerde p
Ouder
uld,
plaat.
ig*>a,
(AC
Ie en vi
Om
enderle
plaats
Wi
De Smet ontvangt de prijs van de jury.