BRANDWEERHUISHOUDEN JEUGDCLUB JOME KOEN DE SMET COPAL ZORGT VOOR ZWARE AANVAL VAN D'HAESELEER OP MARC GALLE «Mare Galle plaatst zich boven de wet» Ve te, 2 -16.10.1981 - De Voorpost Vervolg van blz. 1 Besluit van 10 juli 1970 werd deze uitbreiding toch goedgekeurd. De vergunning sloeg tenslotte op 20.000 liter benzine ondergronds, 40.000 liter stookolie bo vengronds, 175.000 li ter stookolie boven gronds en 400.000 liter stookolie bovengronds samen dus 615.000 liter. Op 19.10.1977, dus na de fusie diende Copal een nieuwe uitbrei- dingsaan vraag in voor samen 2.790.000 liter zijnde 90.000 liter gas- oil, 9QO.OOO liter gasoil, 800.000 liter afvalolie en 1 miljoen liter afva lolie. Hierbij dient vermeld dat de betrokken opslag tanks reeds opgericht waren en de exploitatie ervan reeds bezig was. Het Schepenkollege van Aalst gaf ongunstig ad vies op basis van één schriftelijk bezwaar en een petitie van 120 per sonen. Tenslotte werd, na heel wat moeilijkhe den, de gevraagde uit breiding geweigerd bij K.B. van 13 juni 1980. Wat de burgemeester niet mededeelde is het feit dat deze weigering er vooral kwam onder impuls van een plaatse lijk aktiekomitee dat te gen de tanks ageerde. Ondanks dit kh ging de exploitatie van de onwet tige tanks gewoon verder. Verzegeling Op 24 februari 1981 werd op het verzoek van de burgemeester door de brandweer van Aalst verslag uitgebracht, waaruit bleek dat veilig heidsmaatregelen, zoals het afschermen van de reservoirs genomen werden, maar de blus- Copal bij aangetekende brief zou verplicht wor den de niet vergunde re servoirs te ledigen, op dat tot verzegelen zou kunnen overgegaan worden. Hij bevestigde meteen dat de sluitings procedure zou ingezet worden, wat het verze gelen van de tanks omvatte. Voor het ledigen van de tanks sprak de burge meester toen reeds zijn twijfel uit over de be schikbare middelen om COPAL daartoe te ver plichten. Op 24 maart vertrok dan de aangetekende brief naar de firma, en twee dagen later werd het pu bhek via een perskonfe- rentie van het stadsbe stuur hiervan op de hoogte gesteld. De on wettelijke tanks dienden leeg te zijn tegen 31 maart 1981. Nadien zou den deze verzegeld worden. Op 9 april volgde een nieuw overleg met de reeds vermelde inge nieur die bevestigde dat hij de aangetekende brief verstuurd had en dit op vraag van de hoofdingenieur-direk- teur van de technische inspektie. Hij verzeker de toen aan de burge meester van Aalst dat hij tot de totale sluiting zou maatregelen zou nemen om aan deze onwettige toestand een einde te maken». «De brief van Minister Galle heeft me uiteraard niet alleen verwonderd, maar ook erg geschokt» aldus de burgemeester op de perskonferentie «temeer omdat, zoals blijkt uit de voorafgaan de besprekingen met de heer Hellinckx (zijnde de arbeidsinspekteur) de toezichthoudende over heid, met name het Mi nisterie van Arbeid en Tewerkstelling met de zaak geen raad weet, en me niet kan zeggen wel ke maatregelen ik zelf mag en kan nemen». Om niets verkeerds te schrijven geven wij hier na opnieuw letterlijk de woorden van de burge meester weer. «Overi gens is het zeer duide lijk dat Minister Galle zijn bevoegdheid over schrijdt en een zware in breuk pleegt op de poli tieke déontologie. Het toezicht op de vérgun- ningsplichtige inrich tingen behoort trou wens tot de bevoegdheid van de Minister van Ar beid en Tewerkstelling, en zeker niet tot die van Minister Galle, tenzij in breuken zouden ge pleegd zijn op de milieu wetgeving, waarbij hij zelf zou kunnen optre den, naar het voorbeeld van «Philips Petroleum» te Tessenderlo». De burgemeester was trouwens van oordeel dat zijn politionele be voegdheid terzake inte graal geregeld wordt in het Regentsbesluit van 11 februari 1946 «zodat Minister Galle zich met zijn brief boven het Re gentsbesluit plaatst», zo voegde hij er nog aan toe. Op basis van het staats blad was de heer D'hae- seleer van mening dat hij enkel bevoegd is voor het leefmilieu, met uit zondering van de politie op de vergunningspüch- tige inrichtingen. De straffe taal van de hoogste stadsburger van Aalst tegenover de minister ging verder daar hij verklaarde: «Mi nister Galle pleegt niet alleen een machtsover schrijding, maar maakt ook een dwaling waar hij zich beroept op arti kel 23 van het Regents besluit van 11.2.1946. Dat artikel 23 slaat trou wens enkel op beslissin gen tot intrekking van vergunningen, daar waar Copal voor de be twiste tanks van 2.790.000 liter nooit een vergunning heeft ge had, omdat de aanvraag meteen geweigerd werd bij KB van 13 juni 1980.» Volgens de burgemees ter zou enkel het artikel 22 van hetzelfde Re gentsbesluit normaal een wettelijke basis voor een optreden kunnen zijn, omdat Copal een in breuk pleegde op artikel 1 dat voorschrijft dat Co pal zich moet onderwer pen aan alle voorschrif ten van het Regentsbe sluit. Het probleem was volgens hem echter dat artikel 22 verwijst naar artikel 21 waaruit blijkt dat de burgemeester en kel kan optreden op ver slag van de bevoegde technische ambtenaar. «De technische ambte naar is, ondanks mijn herhaald aandringen', van oordeel dat hij geer verslag kan opstellen zodat ikin de onmoge lijkheid ben om op te trc den» aldus nog steeds de heer D'haeseleer die meteen de journalisten van de ene verbazing in de andere loodste. Daarbij komt ook nog dat de technische ambte naar niet zelf optreedt, omdat het verzegelen van volle tanks volgens hem op het bestendigen van de toestand zou neerkomen. De Burgemeester meen de dan ook dat Minister Galle met zijn brief bui ten de schreef gelopen was «zo doorzichtig dat hij op een onwettelijke basis in de gunst wilde komen van de aangelan den van Copal, en dat hij rond mijn houding in de zaak een zwaar vermoe den -van onwil wil scheppen». Volgens Louis D'haese leer zou Mare Galle er beter aan doen zijn kol- lega van Tewerkstelling en Arbeid voor te stellen het Regentsbesluit van 11.2.1946 te wijzigen, en maatregelen te voor zien om zaken zoals Co pal een afdoende oplos sing te geven. Op de vraag wat er nu zou gebeuren woordde de burgemet ter dat hij het zelf q wist. De verbazing over wat allemaal gezegi was zeer groot bij aanwezige journaliste en één van hen foi leerde na de persk< rentie zeer goed de moedstoestand van kollega's. «Als iemai een duivenhok op ill{ le wijze in zijn tuin plaatsen, wordt onmi^-. dellij k proces-verbi y opgemaakt en moet 1 hok verdwijnen, wanneer men in woonwijk een reuze-bc kame plaats in illegale tani r ACV dan weet niemand 1 tge w« ertegen moet opget: is da den worden». pdiger ektiviti Op 30 juni volgde een nieuwe bespreking en de ingenieur bevestigde dat hij de dag voorheen had vastgesteld dat de reser voirs nog niet geledigd waren en dat hij daarom proces-verbaal had op- waren en dat de opgesla gen produkten weinig brandgevaar opleveren. Op 9 maart 1981 had de heer DUaeseleer een on derhoud met de bevoeg de ambtenaar-ingenieur van de Arbeidsinspektie waarin de burgemeester de reukhinder, de inzij- peling en het eventueel ontploffingsgevaar be nadrukte. Op dezelfde dag bracht hij een bezoek ter plaat se, waarbij olievlekken in de scheidingsmuur vastgesteld werden als ook schade aan groen- tentuin en boompjes, reukhinder en geen in kuiling van de tanks. Er werd overleg ge pleegd met buurtbewo ners en met afgevaar digden van het plaatse lijk aktiekomitee. De burgemeester bena drukte daarbij dat hij de heer Cop pens, die eige naar is van de firma. Co pal zou aanmanen on middellijk de nodige werken uit te voeren zoals voorzien in de ver leende exploitatiever gunning, namelijk de inkuiping van de negen reservoirs en het aan brengen van ondoor dringbare isolatie. Dit alles diende te gebeu ren om verdere schade voor de grebuur uit te sluiten. Deze werken blijken volgens een ver slag van de stedelijke af delingschef en hoofd van de ekonomische dienst de heer Spitaels uitgevoerd te zijn. Er ge beurde immers een in kuiling en er werd een betonfundering gemaakt. De heer ingenieur van de arbeidsinspektie was echter van oordeel dat de tanks niet onmiddellijk konden verzegeld wor den omdat ze niet leeg waren. Op 16 maart 1981 bracht dezelfde ambte naar nog een bezoek ter plaatse Op 20 maart 1981 had dan een overleg plaats met dezelfde personen die toen mededeelde dat Op dat ogenblik werden geen verdere schikkin gen genomen om de zaak te verzegelen. Op 25 augustus 1981 volgde een nieuwe be spreking waaruit bleek dat de direkteur-gene- raai van de technische diensten zou meege deeld hebben dat het geen zin had nog PVs op te maken en dat men niet bevoegd was om de reservoirs te ledigen. Op 23 september jl. werd aan de burgemeester nogmaals bevestigd dat de technische diensten niet bevoegd zijn om tot verzegeling over te gaan. De burgemeester vroeg dan ook welke maatre gelen hij kon nemen, ten eerste tegen de bestaan de schade, ten tweede te gen de schade veroor zaakt aan een gebuur en ten derde tegen de scha de die nog zou kunnen veroorzaakt worden. Men bleef het antwoord schuldig, doch men zou bij de hogere overheid inlichtingen inwinnen. Op 2 oktober had dan de laatste bespreking plaats met de heer inge nieur, die de burgemees ter geen antwoord kon geven op de hem op 23 vra^g. Hij deelde overi gens mede dat Minister Galle op 17 september 1981 aan Staatssekreta- ris Akkermans ge vraagd had het dossier te onderzoeken. Galle Op 29 september stuur de Minister Galle dan volgende briéf aan de burgemeester. Wij cite ren letterlijk: «Mij is be kend dat de heer A. Cop- pens ondanks het KB van 13 juni 1980 nog steeds verder gaat met de exploitatie van de niet vergunde opslagplaats voor 2.790.000 liter ont vlambare produkten. Op basis van artikel 23 van het ARAB (Alge meen Reglement op de Arbeidsbescherming) moet de Burgemeester de nodige maatregelen treffen om de exploitatie stop te zetten. Gezien mijn bevoegd heid over het leefmilieu moet ik sterk aandrin gen, Mijnheer de Burge meester, dat U zo snel mogelijk de nodige Vervolg van blz. 1 De Poorter en sergeant Sonck, werd de hele zaak uitgebreid uit de doeken gedaan: Na de fusie nu al vijf jaar geleden werden de korpsen uit Moorsel en Erembodegem, die voorheen hun werk naar behoren en zonder echte klachten hadden uitge voerd, plotseling voor «boeren», «stelletje on- bekwamen» en zelfs «zwartwerkers» uitge scholden door de kolle ga's uit de stad. Dit lijkt op zijn minst gezegd «straf» voor iemand die nog nooit klachten heeft moeten horen. Daaren boven worden de vrijwil ligers dikwijls drie, vier en zelfs vijf minuten na het telefoontje opgeroe pen voor een bepaalde brand. Daardoor denken die vrijwilligers, en mis schien niet ten onrechten dat het in de bedoeling van sommigen ligt de vrijwilligers te doen op hoepelen om ze te laten vervangen door een vol ledig beroepskader, kwestie van promotie kansen te scheppen. Daarenboven is het dan nog een vaststaand feit dat ongeveer 80 be- roepsbrandweerlui meer dan 10 maal zoveel aan de stad kosten dan 100 vrijwilligers. De financi ële toestand van de stad is op zijn minst gezegd slecht te noemen. Daar de vrijwilligers dezelfde dienst verrichten, even veel uren ter beschikking staan, rijst ook de vraag of de stad dan zo persé volledig bankroet wil gaan. Ondanks talrijke mondelinge en schriftelij ke protesten blijft deze toestand voortduren. Praktische voorbeel den zijn er genoeg: na een recente zware brand stonden de kranten er vol van dat de eerste officier meer dan 90 minuten na de aanvang van de bluso peraties ter plaatse kwam. Wat men er niet bijvertelde was dat vier vrijwillige brandweeroffi cieren, waarvan er ten minste twee beschikbaar waren niet gealarmeerd werden en dat het slechts bij toeval was dat er toch een officier ter plaatse kwam. Zij, de vrijwilli gers, eisen dat in het be lang van de brandweer dienst, en door hen van de lokale gemeenschap pen, alle brandweerlui dienen te worden betrok ken bij de organisatie en de werking van de dienst, weliswaar onder het kommando van een offi- cier-dienstchef. Daarbij kan en mag men geen onderscheid maken tussen de vrijwilli ger en een lid van de beroepsafdeling. Volgens de vrijwilligers zijn zijzelf nog een beetje idealisten, terwijl de be roeps slechts uurtjes kloppen. In een korps als Aalst is er, aldus de vrijwilligers, een goede samenwer king nodig. Zij hebben en dat beklemtonen ze helemaal niets tegen de beroeps, wel tegen de mentaliteit van sommi gen en wensen niets be ter dan een voorbeeldige samenwerking. Hun konkreet eisenpakket kan als volgt samengevat: 1. de regelmatige aan werving, binnen de per ken van de organieke ge talsterkte, van vrijwilli gers, eri de bevordering tot vakante graden. 2. onder het toezicht en de verantwoordelijkheid van de officier-dienstchef delegeren van verschil lende bevoegdheden en opdrachten, eigen aan de brandweerdienst aan de officieren en gegra dueerden. 3. het regelmatig samen roepen van de officieren- raad en van het voltallige kader om de werking van de dienst te bespreken. 4. het stipt doen naleven van de dienstvoorschrif ten, vooral van deze met betrekking tot de alarme ring en de toewijzing van de verschillende posten van een sektor. 5. het bestraffen van die genen die de dienstvoor schriften niet naleven. 6. het verdelen van het beschikbare materiaal onder de verschillende posten volgens de be langrijkheid en de be hoeften van die posten. 7. het afschaffen van de diskriminerende bena ming «bijpost» voor de afdelingen Erembode gem en Moorsel van de brandweerdienst. 8. het organiseren van een uniforme opleiding voor vrijwilligers en le den van het beroeps kader. 9. het regelmatig raad plegen van de vrijwilli gers in de materies die hen aanbelangen, op de zelfde wijze als thans reeds het geval is voor het beroepspersoneel (personeelsraad). De eisers benadrukken hierbij dat er haast op zijn plaats is en dat ze met geen vage beloften ge noegen zullen nemen. Of 9r een bevredigende op- ossing komt voor de bei- Je partijen, komt u nog wel ter ore. Dirk Verbeken Vervolg van blz. 1 In de tien deelnemende landen werden de inge zonden tekeningen beoordeeld door provin ciale jury's die het werk van hun laureaat naar het nationaal vlak brachten. De nationale jury's pri meerden dan een lau reaat die als geschenk een reis naar Canada kreeg. Hij nam echter ook enkele werken mede die nationaal in kompetitie waren gekomen doch niet bekroond. Hierbij was dan het werk van Koen De Smet. Te Montreal echter werd juist dit werk internatio naal de primus waarbij dan eens te meer blijkt dat beoordeling van der gelijk werk steeds in ze kere mate subjektief blijft. Aldus ontglipte hem wel de reis doch ge niet hij de eer internatio naal laureaat te zijn ge worden. En zulks werd verjeden vrijdagavond in een stemmige zaal van het VTI plechtig gevierd. In aanwezigheid van Prof. dr. ir. De Beer, voor zitter Raad van Beheer VTI, algemeen direkteur Wouters, pedagogisch direkteur Verstraeten, techinsch direkteur Lion, studieprefekt Coppens, leden van de Raad van Beheer deken De Vos, Verhavert en Van Haver, schepen Roels en tal van andere prominenten be klemtoonde inspekteur Roels van de Raiffeise- norganisatie de idee die aan de bais van deze In ternationale jeugdwed strijd ligt. Gegroeid uit de hamvraag «wat de jeugd van een financiële inrich ting verwacht» kwam een enqute die aanleiding gaf tot realisatie van een ven de belangrijkste insterna- tionale wedstrijden. Enerzijds wil men de maatschappij via de jeugd konfronteren met aktuele problemen waar uit de themata «Olympi sche Spelen», «Energie», «Techniek,; en nu «Wat wil je worden?». Ander zijds wil men jeugd en school een steuntje ge ven tot kreatief denken. Via deze wedstrijd waar van de eerste editie in 1970 startte en die sinds dien 33 miljoen deelne mers kende wil men o.m. een steentje bijdragen tot Europese éénmaking en terzelfdertijd de mens centraal stellen. Algemeen direkteur Wouters sprak woorden van dank en gelukwen sen. Hij noemde het ook voor het VTI een eer der gelijk internationaal lau reaat onder zijn leerlin gen te tellen. In de wed strijd zelf ziet hij een sleu tel voor gezonde kompe titie en voor kreativiteit. Niettegenstaande de me nigvuldige geperfektio- neerde hulpmiddelen die tot onze beschikking staan, niettegenstaande al het gesofistikeerde, blijft de vrucht van eigen kreativiteit en"èigen kun nen steeds waardevol en zoet. Gesofistikeerde hulpmiddeltjes mogen ons nooit beletten écht mens te zijn, homo faber of homo ludens. Dat doet er niet toe als het maar een voldoend homo sa piens is om bewust een homo activus te zijn. Lek- tuur, schilderen, tekenen, beeldhouwen, muziek beoefening, toneel, cho reografie, folklore, verza melen, allemaal vrije tijdsbestedingen dragers van de gelukbrengende filosofie «small is beauti ful». Men bereikt er een stukje levensgeluk mee, onbetaalbaar met of zon der gedé- of gerevalueer de westerse valuta. Schepen Herman Roels ziet in Koen De Smet wiens kippen geen «bat- terie doch wel scharre leieren» leggen en nako meling van die vele Vla mingen bekend om hun plastisch kunstenaar schap. Fascinerend noemt hij daarbij het feit iets helemaal zelf te ma ken tegen de trend in dat ieder hedendaags mens maar een klein stukje van het geheel maakt waarna uiteindelijk de puzzel in elkaar wordt gestoken. Het werk van De Smet noemt spreker een ver bluffend staaltje van kleur en techniek, aan sluitend bij de vigerende retrostijl met nostalgi sche back-ground. De organiserende instel ling stamt af van Fried- rich Wilhelm Raiffeisen geboren in het Westfaal- se Hamm (1818) en ge storven in het Rijnlandse Neuwied (1888), grond legger van een koöpera- tief stelsel, ook op finan cieel vlak maar niet al leen daarop. Een tijd lang burgemeester in diverse gemeenten hield hij zich daarna alleen nog met zijn gestichte genoot- toen er zich in de Station straat een gelegenheid voordeed hebben wij niet geaarzeld om zelfstandig te kunnen zijn en onaf hankelijk te zijn van iede reen. ledereen is en ikzelf ben tevreden dat alles uiteindelijk voorbij is, hetgeen niet belet dat we teleurgesteld zijn in een dergelijke houding van een geestelijke die zelfs tegen mensen van een andere, dan nog christe lijke beweging, letterlijk gezegd heeft: «ik zal er voor zorgen dat die vere niging dood bloedt». Tot zover het relaas van Dirk Van Medegael die er de nadruk op legt dat zijn verhaal zo objektief mo gelijk werd weergegeven zodat hij niet inziet wat er zich tegen een publikatie zou verzetten. Maar, hoe kalm de versie ook werd gegeven en hoe groot de betrachting naar waar achtigheid ook moge ge weest zijn, het blijft een feit dat het voor de lezer ook al heeft die mis schien een achtergrond kennis van de kwestie een versië van één kant blijft. Dat is natuurlijk spijtig maar het ligt niet aan on5. «De andere kant» heeft er opzettelijk voor gekozen verstek te laten gaan en de lezer zal daar zijn eigen conclusies uit trekken. Van bepaalde zijde werd er ook hoogst geheimzin nig gedaan over de statu ten van de vzw Jome. Het nummer van het Belgisch Staatsblad waarin ze ver schenen zou nergens meer te verkrijgen zijn, zelfs niet meer bij de drukkerij of de diensten van het Staatsblad zelf. Net alsof dat bepaalde nummer een uniek docu ment is geworden met bijzondere waarde alleen omdat de vzw Jome erin voorkomt. Een telefoon tje naar de juiste man op de juiste plaats was vol doende om reeds daags nadien de hand te kun nen leggen op het Staats blad van 6 augustus lerlijst (ubert W), 2. Vervolg van btyeund en de Va. 4. Roger ACW jhe uit eper) e 2j c ,n 9em)' in „oir.,, doel f 1970. Op bladzijde onder nummer staan de bewuste ten en voor wie er bels j in stelt volgen hierna belangrijkste artikelen. Art. 1De verenigi wordt gesticht onder benaming «Jeugdd Jome VZW» met zetel Gijsegem. De clubz. kan verplaatst won naar en andere gemee rö door beslissing van algemene vergaderinc Art. 2: De verenigi heeft tot doel bij te d gen tot het bevordei van een oordeelkun verantwoord gebruik v de vrije tijd bij de oud tl jeugd. Dit zowel var kreatief als uit rekrea standpunt. Art. 3: Om dat verwezenlijken mag vereniging alle roere goederen die daartoe dig zijn bezitten, kc verkopen, huren, v< ren, in grondplan en schrift uitgeven, alle de bijeenkomsten, toonstellingen, cini voorstellingen, drachten, tombola's, één woord, alle geweriol bewerkingen verrichte du Art. 7: De ontslaggev idis de, uitgesloten of gens schorsing uittn de leden hebben hoe naamd geen recht op kapitalen van de ven ging. Zij mogen het drag van de door hen hun mandataris bijdragen niet sen. Zij mogen noch ventaris eisen noch gave of voorlegging rekeningen noch de ze doen leggen. n pau uil gest opvolc i Munte 1st* Me' ler Zc Uytt ingjrsel), (Burs Key mi Fred< jelove 12 g 10 A bij. deze 1 urd (14 deze i (69 st .Het allerh i"?. V Art. 17: Beschikking goederen. In geval ontbinding van de zullen al de goederen, aftrek van de schuld overgedragen wot aan een jeugdwerk wa van het doel zoveel gelijk gelijk is aan dit de huidige vereni( Deze zal door de ne vergadering aangeduid. alge m AJ adsber schappén bezig. Zijn sche Boerenbond. I toos. ideeën kwamen in ons feisen krijgt stichtin JNoël. land via eerwaarde heren in zowat alle westf^85® Mellaerts en Helleputte landen, en gaven o.m. aanleiding tot stichting van de F Mau plaal te p van Vi rat: reeg hei .ken c luideli issen is. 1 igder ichte p< de gedir: een b Terlcx efiekti teruc d t-o neder dijst naat p ibosch- (A dcx >aele i ilid Rc irl lerde p Ouder uld, plaat. ig*>a, (AC Ie en vi Om enderle plaats Wi De Smet ontvangt de prijs van de jury.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Voorpost | 1981 | | pagina 2