Duizend op ABW-betoging in St-Niklaas Wies Moens «in ballingschap» overleden 'Usi^fiMr**^). ABVV-Dendermonde noemt 24-uren staking een sukses Blijdorp krijgt cheque cadeau DENDERMONDE KERNWAPENVRIJ De Voorpost - 12.2.1982 - 5 /üw» y rvt*. 4^ •Lmii rfLm~% Aaa^LAt^. ^.e*- *r - -<s~+**m-£. u^cMA^A^f 'i. i %jU U. u*+» y^* Ti^yi tl A 'r*~A*. «- U^raM^rC- t»C AU» £t»~» 3^ *Lf~~ -t~+ 4**f ^w*< ■IcaS*******' wv> AaU. "fo<- y/ De Wase socialistische be weging betuigt haar volle dige solidariteit met uw 24- urenstaking. Niet om u no deloos op te ruien. Even min om u wijs te maken dat wij over wondermiddelen beschikken om in een handomdraai de zware ekonomische krisis op te lossen. Wel om u onze vol ledige steun toe te zeggen tegen een beleid dat erop jg gericht is, de lasten van de krisis voor het grootste deel lV,op uw kap af te wentelen». Zo luidt de aanhef van een pamflet vanwege de Socia al istische Gemeenschappe lijke Aktie van het Waas land dat maandagmorgen t.g.v. de ABW-betoging in Sint-Niklaas werd uitge- deeld. De voormannen van de diverse vertakkingen van de SGA stapten overi gens mee op in de manifes tatie: volksvertegenwoordi ger Freddy Willockx, sena tor Pros Matthys, sekreta- ris René De Winne van de Bond Moyson, gewestelijk ABW-sekretaris Julien Van Geertsom. De ramingen over het aan tal manifestanten lopen uit een: van zowat achthon derd tot twaalfhonderd on geveer. Allemaal SP-pro- minenten vooraan in de stoet, met o.m. nog provin cieraadsleden Fonny Boes mans en Edi Van Puyvelde, schepen Rik Mertens, raadslid Camiel Pieters en OCMW-voorzitter René Heyninck uit Sint-Niklaas, Elly Schoonvliet, e.a. Via de meer zuidelijke kant van de stad, de Kokkel- beekstraat en de Moerland, rukte de betoging weer naar het noorden op: Sta tionsstraat, station. Heel even werd, op heel vreed zame wijze, het station bezet. «ACV kom uit uw (CVP)schelp», een groene spandoek, en «ACV doe mee, algemene staking», een rode slogan, met die leuzen knipoogde men naar de mensen van 't Gilden huis en aanverwante. De Boeldélégués van de kriste- lijke vakbond hoefde men niet uit hun tent te lokken, Jan Cap en een paar kolle ga's van hem stapten mee op. De bij de socialistische vak bond aangesloten leden daagden niet op in de be drijven Nobels-Peelman, Boel en Gaf (VMI), spora disch staakten hier en daar ook ACV-gesyndikeerden mee. Bij de stadsdiensten in Sint-Niklaas werd het stakingsabsenteïsme op hooguit tien procent geraamd. W.V. Rode vlaggen, maar soms ook groenbeschilderde span doeken, maandagmorgen in Sint-Niklaas (Iv) Ook in het gewest Dendermonde werd door de leden van het ABVV gestaakt, in die mate dat de leiders van de socialistische vakbond spraken van een sukses. Op sta- kersvergaderingen, die zowel in Dendermonde als in Wetteren werden gehouden, werd een resolutie gestemd, waarvan we de voornaamste punten als volgt hebben samengevat. 1 nBVV-militanten en sympathisanten op stap in de Wase hoofdstad (Iv) De stakers verheugen zich over het feit dat in de verschillende bedrijven en in de openbare diensten de leden van het ABW (en ook sommigen van het ACV) het ordewoord goed hebben opgevolgd. Dat ge tuigt van hun wil om de strijd tegen de sociale af braak van de huidige rege ring verder te zetten. De stakers kunnen op geen en kel vlak de belastingsver mindering voor de arbei dende bevolking, zoals die door de PW werd voorge steld, terugvinden. Die ver mindering is er wel voor de zeer hoge inkomens en de aandeelhouders. Boven dien krijgt de gegoede klas se nog een aantal andere voordelen in de hand ge speeld, aldus de resolutie van de stakers. Verder wordt betreurd dat er niets wordt ondernomen tegen de fiskale fraude van meer dan 200 miljard per jaar of de kapitaalsvlucht. Evenzeer kant de resolu tie zich tegen de 3% loons vermindering op de loon- massa wat voor het be drijfsleven een cadeau van 47 miljard betekent, voor de openbare diensten een geschenk van 17 miljard en samen 64 miljard. Wat dus met de ene hand aan de arbeiders en bedienden wordt ontnomen, zo staat in de resolutie van het ABW, wordt met de aa- dere hand gul geschonken aan het patronaat en het groot kapitaal. Ook op het vlak van de sociale zeker heid wordt volgens de sta kende ABW'ers de klok teruggedraaid. Daarbij wil de regering de sektor van de gezondheidszorg privati seren, waardoor alleen de hoge inkomens in staat zul len zijn zich op een degelij ke manier te laten verzor gen bij ziekte. De tewerkstelling wordt bestendig afgebouwd in_ Op woensdag 10 februari mochten de organisatoren van de laatste kleinvee- en natuurshow te Buggenhout de ronde som van 146.000 fr. overhandigen aan afgevaardig den van de Blijdorp-instellingen. Toen enkele maanden geleden de kleinvee-vereniging Sport en Vermaak uit Buggenhout haar jaarlijkse kleinvee-show uitwerkte tot een natuurshow waaraan een tiental verschillende vereni gingen en scholen deelnamen, kon niemand vermoeden dat de winst zo groot zou worden. Maar op alle standen gebeurde er wel wat ten voordele van Blijdorp. Want één ding hadden aUe natuurvrienden gemeen die dag, alle winst zou naar de bouw-rekening gaan van het minder validencentrum. Zo kwam het dat men 146.000 fr. kon samenbrengen. Het leeuwendeel daarvan wordt geschon ken door de Buggenhoutse kleinveebond. Als organise rende club konden ze 111.000 fr. verzamelen. De andere clubs samen konden bijpassen tot 146.000 fr. De cheque (een papiertje dat overhandigd werd, want het geld was eigenlijk al op de rekening gestort) werd woensdag door de fiere organisatoren overhandigd aan de Blijdorp- verantwoordelijken, het geld zal gebruikt worden om het bouwfonds te spijzen dat binnenkort nieuwe verblijven moet mogelijk maken. In de nieuwbouw moeten interna ten ondergebracht worden. (lvd) Zaterdag 13 februari heeft in het Kultureel Centrum, Weggevoerdenstraat te Sint-Gillis Dendermonde, om 14 uur een spoedvergadering plaats rond het thema «Hou je gemeente kernwapenvrij». Deze informatie vergadering wordt georganiseerd door het Dender- mondse Vredeskomitee. ledereen is op de bijeekomst van harte welkom. van ze te bevorde ren. En tenslotte is er nog de werkloosheidsreglemen tering die zal herzien wor den rekening houdend met de gezinstoestand en het gezinsinkomen of terug ,naar de staat van behoefte, zoals wij die kenden in de jaren dertig. De resolutie besluit: deze maatregelen komen er in hoofdzaak op^ neer dat de vrouw opnieuw het slachtoffer zal worden van de laagkonjunktuur in de ekonomie. aangehouden. Dit keer werd hij naar de Nieu we Wandeling te Gent gebracht waar het re gime zachter was. Het jaar daarop werd Wies Moens naar de gevangeis te Luik gevoerd om dan als een ware misdadiger van de ene strafin richting naar de andere te verhuizen, telkens voor enkele dagen. Het onwrikbare geloof in zijn taak, nl. zijn onwetende, misleide volk op te tillen uit de verdrukking, deed hem de meest pijnlijke mo- menten vergeten en overwinnen. Uit deze strijd zijn dan ook de meesterwerken die we reeds citeerden, ontstaan. Over zijn «Celbrie ven» zeggen en schrijven kenners dat zij een onovertroffen ep ontroerende getuigenis zijn van de gevangenistragiek die Wies Moens heeft ondergaan. Uiteindelijk werd Wies Moens op 8 december 1920 veroordeeld tot vier jaar gevan genisstraf en een geldboete van 4.000 fr. Op 5 maart 1921 werd hij in voorlopige vrijheid gesteld. Flamingant Nauwelijks op vrije voeten, werd Wies Moens opgeroepen om zijn legerdienst te gaan vol brengen. Maar zijn zwakke gezondheid maakte dat hij spoedig in het hospitaal terecht kwam. Na zijn legerdienst in 1922 ontplooide hij opnieuw een veelzijdige aktiviteit. Er versche nen twee nieuwe dichtbundels «Opgangen» (1922) en «Landing» (1923) waarin de vreugde om de herwonnen vrijheid en een sterke leven- sverwondering beeldrijk werden uitgezongen. Op 29 augustus 1922 trad Wies Moens in het huwelijk met Margaretha Tas die hem 46 jaar lang in goede en kwade dagen trouw bleef en alle beproevingen met hem deelde. In datzelfde jaar 1922 werd hem door Frans Van Cauwe- laert, toen burgemeester van Antwerpen en volksvertegenwoordiger, gevraagd hoofdre- dakteur te willen worden van het dagblad «De Standaard». Moens weigerde dat omdat hij in de krant zijn ideeën toch niet zou kunnen doordrukken. Ondertussen kreeg Wies Moens in Vlaanderen en ook in Nederland een steeds groter wordende bekendheid. Hij bezat alles wat een goed redenaar moet hebben: hij kon hekelen en spotten, scherp zijn oordeel formu leren en geestdrift opwekken als het moest. Zo is bekend dat Moens in Leuven bij de herden king van de 50e verjaardag van het overlijden van Rodenbach een schitterende redevoering hield waarbij hij opriep «tot het einde te strijden tegen alles wat de volledige* wederge boorte van Vlaanderen nu in de weg staat». Men wist dus duidelijk aan wiens kant Wies Moens stond. Verdinaso In de dertiger jaren, die men ook de Verdina- so-periode in Moens' leven kan noemen, schreef de dichter volksverbonden, nationalisti sche gedichten die werden gebundeld in «Golfslag» (1935) en «Het Vierkant» (1938) en waarbij ook «Het Spoor» (1944) nauw aansluit. In 1929 was Moens kandidaat volksvertegen woordiger voor Gent, maar hij werd niet ver kozen. Samen met Joris Van Severen ging Moens men noemde hen toen de «rebellen» hun eigen weg. Zij werden de stichters van het Verbond van Dietse Nationalisten (Verdi naso). Drie jaar lang was Wies Moens de voortreffelijke propagandaleider en denker van het Verdinaso, waarvoor hij in 1932 ook het programma opstelde. Toen Joris Van Severen in 1934 een nieuwe marsrichting aangaf, was Moens verbitterd. Moens verliet het Verdinaso om rond de volks- Dietse gedachte met een getrouwe kern aan hangers zijn eigen weg te gaan Die weg werd uitgestippeld in het tijdschrift «Dietbrand» dat tussen 1933 en 1939 verscheen. Wies Moens, werd hiermee de leraar en prediker van het Dietse volksnationalisme. Nog voor het uitbreken van de tweede wereld oorlog verschenen een paar betekenisvolle pro zawerken zoals «De doden leven» (1938) en 1 een ophefmakend essay «Nederlandse Letter kunde van volks standpunt gezien» (1939). In I 1938 verliet Wies Moens zijn zo geliefd Schel- deland en ging zich in Asse vestigen. Het was de periode dat hij hoofdredakteur was van het «Rooms-katoliek Bouwblad» dat in 's Graven- hage werd uitgegeven. De repressie Toen de tweede wereldoorlog uitbrak, kon Wies Moens de dans ontspringen. Dat wil zeggen dat hij wist te ontsnappen aan de jacht op de «staatsgevaarlijken» tot wie de Vlaams- gezinden behoorden. Die ontsnapping was mo gelijk omdat Moens nog steeds stond inge schreven als inwoner van Sint-Gillis-Dender- mondc. In het boeiende dagboek «Dertig Da gen Oorlog» beschreef hij de eerste tien dagen van WO II. Maar die oorlog zou een tragische wending geven aan zijn leven. Moens bleef de rechtschapen man die hij altijd was geweest. Van 1942 tot 31 december 1943 bleef hij direkteur van de kulturele gesproken uitzen dingen bij «Zender Brussel» (het N.I.R.). Hij verweerde zich herhaaldelijk tegen de Duitse opdringerigheid maar zijn onafhankelijke hou ding werd door vele Duitsers kwalijk genomen. Hij werd gedwongen om op 1 januari 1944 zelf ontslag te nemen. Op het einde van de oorlog verscheen het onbetwistbare hoogtepunt van zijn dichtwerk: het lyrisch-epische gedicht «Het Spoor», een gebald levensverhaal in twintig gedichten van elk twintig verzen, een soort ballade over zijn levensspoor. Drie jaar leefde Moens ondergedoken in Vlaanderen (september 1944 - september 1947). Eerst vond hij een onderkomen bij een vriend in Berchern bij Antwerpen. Hij werd bij verstek ter dood veroordeeld omwille van zijn aktiviteit als direkteur van «Zender Brussel». Als een opgejaagd misdadiger diende hij dan te ivluchten: Berchern, Antwerpen, Brussel, Nino- ve, enz. werden zovele schuilplaatsen. Tijdens die periode zocht hij zijn troost in het schrijven van zijn herinneringen onder de titel «Het aktivistisch avontuur en wat er op volgde». In de nazomer van 1947 geraakte hij dank zij de hulp van enkele vrienden in Noord-Nederland. Hij leefde er als een ondergedokene, zonder verblijfsvergunning en toen hij werd ontdekt, werd hij voor enkele maanden ook opgesloten in de gevangenis. De Nederlandse regering weigerde hem echter uit te leveren aan België en Brussel drong niet aanWies Moens' situatie raakte op die wijze «geregularizeerd». Hij mocht definitief in Noord-Nederland blijven. De eenzame banneling heeft zijn strijd voor de ontvoogding duur betaald. Nieuwe carrière Moens ging er aan de slag als medewerker aan een jonge uitgeverij in Heerlen. Later vestigde hij zich in Neerbeek ergens in de omgeving van Geleen. In 1950 werd hij leraar Nederlands aan het kollege van de Karmelieten te Geleen, taak die hij tot 1964 zou vervullen. Toen moest hij een geldig diploma voorleggen en dat kon de uitstekende leraar niet Bijgevolg. In 1955 werd hij direkteur van de volksuniversiteit «Carmel» te Geleen en hieraan zou hij 12 jaar zijn beste krachten wijden. Hij nam er ontslag na een konflikt over het optreden van bepaalde docen ten. Maar ook als dichter bleef Moens aktief. Zo verscheen in 1963 «De Verslagene», de enige dichtbundel die hij als privé-uitgave liet verschijnen. Tussen 1963 en 1967 schreef hij een aantal gedichten verzameld in de bundel «Ad Vesperas». In 1968 overleed Moens' vrouw na een slepende ziekte die haar gestel totaal had ondermijnd. De eenzaamheid werd steeds groter en moeilijker om dragen. In december 1968 kreeg hij van het Belgisch ministerie van justitie genade. Moens wees deze gunstmaatregel af en weigerde naar Vlaanderen terug te komen zolang er geen onvoorwaardelijke amnestie kwam. «De mij verleende genade, die niets verandert aan mijn situatie als staatloos burger, aanvaard ik niet. Ik wacht de dag af waarop een volledige en onvoorwaardelijke amnestie de vonnissen zal uitwissen die militaire rechtbanken, oordelend over «politiek» delikten na september 1944 op grond van uitzonderingswetten hebben ge veld», zo liet hij weten. Zelfs toen in zijn eigen Dendermonde hem in 1978 door de Marnixring de eerste Prudens Van Duyseprijs werd toegekend, kwam Moens niet naar de Ros Beiaardstede om deze hoge onderscheiding in ontvangst te nemen. Het dichterschap van Wies Moens is een onver vreemdbaar deel van zijn persoonlijkheid. De diepste stuwende kracht in zijn dichtwerk en in zijn leven is zijn liefde voor zijn volk geweest, voor het ontaarde, verachte en verdrukte volk van Vlaanderen. Wies Moens overleed in ballingschap op 5 februari 1982 te Geleen. Als gelovig mens en strijdend katoliek ontving hij het sakrament der zieken. Hij werd begraven op woensdag 10 1 februari. «Wie zijn brood verdrietig moet eten, houdt zich recht aan de kracht van den droom». Deze zinsnede uit «Tot het end» is allicht een van de mooiste en meest ontroerende liefdesverklarin gen aan Vlaanderen die Wies Moens ooit heeft geschreven. In deze enkele woorden maakt de uit Sint-Gillis-Dendermonde afkomstige dich ter Wies Moens een duidelijke allusie op zijn levenssituatie: een man die zijn Vlaams volk lief heeft en die omwille van zijn volksverbon denheid bij verstek ter dood werd veroordeeld. Wies Moens leefde sedert de tweede Wereld oorlog in het vredige Heerlen, waar hij echter moeilijk zijn draai vond. Hij heeft er zich nooit echt thuis gevoeld. Wies Moens werd geboren op 28 januari 1898 te Sint-Gillis-Dendermonde. Hij was het enige kind van Karei Moens en Johanna Moreels. Hij groeide op dicht bij de Schelde, de machtige stroom die zovele dichters heeft geïnspireerd. Geen wonder dus dat ook Wies Moens gegre pen werd door deze jachtige rivier en van oordeel was dat de Schelde duidelijk mannelijk was. In 1910 ging Wies Moens naar het Heilig Maagdkollege te Dendermonde. Hij was een knap en begaafd leerling met een helder ver stand en ongelooflijke studie-ijver. Daar ont stak in de jonge Wies Moens de vlam van het flamingantisme. Hij las er immers de voor die tijd «verboden boeken», de brochures van de Vlaamse Studentenbeweging. Hij was dertien jaar toen hij lid werd van het studentengild «Jong maar Moedig». Lodewijk Dosfel was de stichter van deze vereniging in Dendermonde. Het was trouwens in een tijdschrift van Dosfel «Jong Dietschland» dat Moens Cyriel Ver- schaeve ontdekte en er de tragiek van onze geschiedenis leerde kennen. Verschaeve en Dosfel brachten hem bij Albrecht Rodenbach en de jonge aktivistische generatie, zodat een sterk en onwrikbaar nationaal bewustzijn bij de jonge Wies Moens een vruchtbare voedingsbo dem vond. In oktober 1916 liet Wies Moens zich inschrij ven aan de door de Duitsers vernederlandse universiteit van Gent. Er waren maar 60 in schrijvingen en dus behoorde Wies Moens tot een der pioniers. Moens studeerde er Ger maanse filologie en was er ook werkzaam in de aktivistische beweging. Het was zijn aktivisti sche bedrijvigheid die trouwens zou leiden tot een gevangenisstraf. Terwijl hij zijn straf uit zat, schreef Wies Moens een aantal bezielende gedichten die hij bundelde in «De Boodschap» (1920) en «De Tocht» (1921) en «Celbrieven» (1920). Wies Moens liet zich door deze straf niet ontmoedigen. Onmiddellijk na zijn vrijla ting startte hij opnieuw zijn werkzaamheden. De ontvoogding van het gewone volk was zijn vooropgezet doel. Overal startte en propageer de hij de oprichting van volksboekerijen. Hij hield talloze voordrachten over onze Vlaamse schrijvers die hij in een volkse en eenvoudige voor iedereen begrijpbare taal voorstelde. Het is trouwens dit kontakt met lie geringen ge weest dat hem ertoe heeft aangezet een gedicht te schrijven met bijbelse inslag. Toen de eerste wereldoorlog net voorbij was, werd Wies Moens voor een eerste keer opge pakt. Op 13 december 1918 werd hij opgesloten in de gevangenis van Dendermonde. Later werd hij overgebracht naar Vorst bij Brussel. Het was een harde tijd, want Moens mocht net als dat voor de andere gearresteerde aktivisten het geval was, slechts 20 minuten per dag in de open lucht, kreeg geen kranten te lezen en familiebezoek gebeurde achter de tralies. Op 28 mei 1919 werd hij vrijgelaten. De ziekte van zijn moeder was hier bepalend. Hij bleef vrij tot 13 december 1919, maar werd dan weer

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Voorpost | 1982 | | pagina 5