Eenzame bankzitter heeft gezelschap gekregen
Herman De Cock,
«Wakkere Burger»
avant la lettre
akt H< en g
«algel it s
gescht ens
gaf v tief
eerli unit
comm
keien
dag op
straat,
doelld
m ied
opp
woordiger van een
dingswarenbedrijf ontsid b
gen. Over zijn vroegere ele
tron wil hij geen
woord horen. De man
gewoon genoodzaakt
man De Cock, die
le voldoening had
ken» en «blijk
dienst waard igheid
heid, initiatief en
ciële geest», op
zetten.
«Het is een bijzonder pi gjc
lijke ervaring» zegt Hf
man «van de ene dag
andere sta je op
leven is eensklaps
geworden, je kan
dag gaan doppen-...»
slaat met de vuist op
en zijn donkere ogen
ten gensters. «Maar
wilde ik niet. Ik zou
gewoon niet kunnen )we2
dragen om gelaten in de itter
te gaan staan voor ei D:
stempeltje... Daarom Ierkii
ik dit genomen». lagn;
«Dit», is een BTK-job Ikon
het Priester
waar Herman met de
kenmerkende ijver
tie voor voert,
zich gelukkig tussen
ge mensen. «Die kontal
houden je jong» zegt hij
je kan het hem aanzien
het klopt ook.
Pluralist
Hejman is altijd een I
vent sportman geweest!
dat heeft er eveneens!
bijgedragen om hem f
alleen geestelijk, doch
lichamelijk fit te hou<
Hij is marathonloper
weest, kanaalzwemi
voetballer. Dat is er nu
tuurlijk voor een ie
korpulente vijftiger
meer bij, maar iedere 1
legt hij het trajekt tuT
de Oude Gentbaan eiJ
Korte Nieuwstraat fieti
af. Een kleine man t
vol energie, honderl
vertellend over wat hij I
argusogen heeft gevolg!
«Wat mij nog altijd P
doet is dat er ieder jaar
moties moeten ingedi
worden om amnestie te
komen. Het is bescham
voor een land als België
de gevolgen van die
deloze repressie na
jaren nog niet defii^
zijn opgeruimd!»
De toon is oprecht veij
waardigd.
Herman De Cock isl
pluralist in de ware zinf
het woord, een manj
een eigen overtuigingT
echter overal waardef
mensen ziet, links,
en in het centrum.
Als je objektieve info iverjj
tie wilt over het na-ooi Vwt 3
se politieke leven in
ga eens met hem prate 52/21.
Je zal er beslist wat
opsteken...
Ik. KB
•oor lo
48 -12.11.1982 - De Voorpost
Dat zowat iedereen in Aalst Herman De Cock kent, hoeft geen verwondering te baren: er kan in de stad haast niets
worden georganiseerd of Herman is present. In de na-oorlogse periode heeft deze kleine, vinnige man een wellicht
uniek rekord gevestigd. Sinds 1946 heeft hij niet één gemeenteraadszitting gemist, een prestatie die generaties
gemeenteraadsleden het schaamrood naar de wangen zou moeten jagen.
«Ik ben door de politieke mikrobe gebeten» zegt hij. «Ik moet er gewoon bij zijn, ik heb me altijd by het bestuur van de
stad betrokken gevoeld, ik kan het niet missen...»
Herman De Cock is een man die je overrompelt met een schier onstelpbare woordenvloed, maar die ook een heleboel
dingen te vertellen heeft waar je geboeid naar luistert. Dat hebben we dan ook gedaan.
De zevende
Als op 1 januari 1983 Ray
mond Uyttersprot de lei
ding van het Aalsters sche
penkollege in handen
neemt is Herman aan zijn
zevende burgemeester toe.
Onmiddellijk na de oorlog
was de socialist Alfred Ni-
chels nog even aan het be
wind, doch de eerste na
-oorlogse verkiezingen
brachten een homogeen
katoliek kollege aan het
roer. Jozef Borreman werd
burgemeester. In 1952
werd de jonge socialistische
comingman Oscar De Bun-
ne burgemeester, maar dat
zou amper twee jaar duren.
Nadien mocht zijn partijge
noot Frans Blanckaert tien
jaar de burgemeesterssjerp
omgordelen. Marcel De
Bisschop volgde hem in
1970 op en zes jaar later
werd Louis D'haeseleer de
eerste burgemeester van
wat onmiddellijk na de fu
sieoperatie van CVP-minis-
ter Michel Groot-Aalst
werd genoemd.
En over zeven weken is het
de beurt aan de vroegere
burgemeester van Moorsel,
Raymond Uyttersprot, om
zes jaar burgervader te zijn
van alle Aalstenaars.
'n Pintje, Herman?
Herman De Cock heeft ze
zien komen en gaan, perso
nen en wisselende koali-
ties. Hij was altijd een ge
boeid toeschouwer en kent
de Aalsterse politiek dan
ook op zijn duimpje. En
alle politiekers kennen
hem. Hij maakte in feite
deel uit van de gemeente
raad. Een sprekend bewijs
daarvan is het volgende:
toen een tijd geleden tij
dens een incidentrijke zit
ting met P.P.J. Van der
Beke in de hoofdrol de
raadszaal door het publiek
moest worden ontruimd,
maakte men er burgemees
ter D'haeseleer op attent
dat hij iemand vergeten
was. Herman De Cock was
doodgemoedereerd blijven
zitten en de burgemeester
vond dat normaal. De man
die er altijd al was bijge-
weest mocht ook nu
blijven!
Grote indruk
«Louis D'Haeseleer heeft
van al die burgemeesters
die ik heb gekend de lastig
ste opdracht gehad» zegt
Herman op besliste toon.
We zijn hem gaan opzoe
ken in het pand nummer 12
aan de Korte Nieuwstraat,
vlak tegenover een hele rij
drankgelegenheden waar
een groot deel van de Aal
sterse jeugd doorgaans zijn
vertier pleegt te zoeken.
Herman is er als BTK-er
tewerkgesteld bij het Pries
ter Daensfonds. In het nog
al kaal aandoende gebouw
hebben ook het «Aalsters
Sociaal Overleg» en «Aalst
2000» een onderkomen ge
vonden.
Herman De Cock leunt
licht voorover op het bu
reau waar gewoonlijk het
nieuw SP-gemeente-
raadslid Dolores Baïta
pleegt te zitten en kijkt ons
ernstig aan.
«Als burgemeester heeft
D'haeseleer op mij een
grote indruk gelaten» zegt
hij nadrukkelijk. «Hij werd
gekonfronteerd met de fu-
sieproblematiek en met de
ekonomische krisis, maar
heeft die op de hem eigen
manier kordaat aangepakt.
En eerlijk gezegd, zijn ver
kiezingsnederlaag van tien
oktober heeft mij pijnlijk
getroffen. Dat had die man
beslist niet verdiend! Hij
heeft keihard gewerkt in
ondankbare omstandighe
den. Ik vond hem een groot
burgemeester en ik denk
dat Raymond Uyttersprot
het lastig krijgt om hem te
evenaren.
Maar ik geef hem kre
diet...» voegt hij er lachend
aan toe.
Wonderdokter
Zo kennen we Herman al
lang: hij weet precies waar
het om gaat, hij kent alle
huidige en toekomstige ge
meenteraadsleden en hij
heeft niets dan lof voor de
dossierkennis en het uitste
kend werk dat Raymond
Herman De Cock uit de Aalsterse Oude Gentbaan,
momenteel verantwoordelijke van het Priester
Daensfonds, werd bij de inzet van de voorlaatste
gemeenteraadszitting van de huidige bestuursperio
de door Burgemeester D'haeseleer in de bloemetjes
gezet voor zijn aktieve belangstelling voor het
politiek leven in de Ajuinenstad.
Ruim 35 jaar lang, van in 1946, de periode van
burgemeester Nichels, volgt hij ononderbroken alle
raadsvergaderingen en was daarbij getuige van
zowat alle belangrijke beslissingen. Soms zeer een
zaam maar de laatste tijd krijgt hij wel meer
gezelschap op de plaatsen voor het publiek. Ray
mond Uyttersprot wordt dan eerlang zijn zevende
burgemeester. Wellicht een prestatie nog niet goed
voor het «Guinnessbook of Records» doch alleszins
zeer merkwaardig.
Lang vóór «inspraak» een modewoord werd kon De
Cock zich een objektief oordeel vormen over de
politieke bedrijvigheid in zijn stad. Dat de belang
stelling nu fel gegroeid is kan hem alleen maar
verheugen. De burgemeester wenst deze waarne
mer dan ook nog liefst 35 jaar nauwlettend volgen
van het politiek spel toe en overhandigde hem
daarbij een mooie reproduktie. Een Aalsters zicht
uiteraard. Met een opdracht.
Toekomstig burgemeester Raymond Uyttersprot
voegde graag zijn felicitaties bij die van burgemees
ter D'haeseleer, wenste hem nog veel luistergenot
en ziet hem nog maar eens een zevental burgemees
ters «verslijten».
Oh)
Uyttersprot de afgelopen
zes jaar in de oppositieban-
kcn heeft geleverd.
Maar hij houdt het toch
nog even bij de figuur van
burgemeester D'Haese
leer, die hij de kampioen
van het sociaal dienstbe
toon noemt.
«Hij heeft iedereen gehol
pen en daarbij denk ik bij
voorbeeld aan de mensen
die na de oorlog door een
vaak nietsontziende repres
sie werden getroffen.
Louis D'haeseleer heeft
hen onvoorwaardelijk ge
holpen en dat heeft hij ge
daan met alle mogelijke
problemen waar, de kleine
man mee te kampen heeft.
Ik heb ze in lange rijen zien
wachten met een uitdruk
king op hun gezicht of ze
sen oprecht leren waar
deren!»
Hij spreekt over Fred Ni
chels, een volkse figuur die
in de moeilijke periode
kort na de oorlog naar
Brussel reed bij de kommu-
nistische minister van ravit-
taillering Lalmand en reso
luut op tafel ging slaan en
zei: «Er moet eten komen,
onze mensen hebben hon
ger!». Herman's vader, die
de leiding had over een
distributiebedrijf, was erbij
toen burgemeester Nichels
kordaat naar de hoofdstad
trok om voor «zijn» Aalste
naars te pleiten.
«Ik heb de kommunisten in
de raad zien komen en er
weer uit verdwijnen, ik heb
Oscar De Bunne een onge
looflijk knappe man, zien
lend en onverstoord pijpjes
rokend, Laurent De Wolf,
begaafd debater; Bert Van
Hoorick, begeesterend re
denaar en bekwaam sche
pen van kuituur. En Ray
mond De Smet, een begin
selvaste kommunist die
door vriend en tegenstan
der werd gewaardeerd om
wille van zijn warme men
selijkheid. Een man die je
nooit meer vergeet.
Applaus voor Spaak
«En Gilbert Claus» zegt
Herman «een formidabele
schepen. Die man be
schouw ik als de redder van
ons Oud Hospitaal. Zonder
hem was dit uniek gebouw
verloren gegaan».
Als je Herman De Cock zo
geestdriftig over politiekers
hoort praten zou je haast
denken dat hij het door het
publiek vaak verachte men
sen in bescherming wil
nemen!
«Ik heb het allemaai van zo
nabij gevolgd, ik ben met al
die mensen wel eens een
pintje gaan drinken en zij
Aalst. Herman De Cock heeft een brede belangstelling (ad)
bij de wonderdokter op be
zoek gingen, bij iemand die
overal raad op weet. Die
man heeft dat tientallen ja
ren gedaan, als volksverte
genwoordiger, als staats-
sekretaris, als burgemees
ter... En dan komt er zo'n
verkiezing en merk je hoe
ondankbaar de mensen
zijn. Ik heb eens gezegd:
«Burgemeester, gij hebt
duizenden mensen aan hun
pensioen geholpen en zélf
hebt ge de tijd niet gevon
den om met pensioen te
gaan!»
Komen en gaan
We moeten vooral niet
denken, dat Herman alleen
maar bewondering heeft
voor Louis D'haeseleer.
«De mensen hebben van
bet hele politieke bedrijf
geen hoge pet op» zegt hij
«ik heb daar heel wat men-
komen en gaan, ik heb de
opkomst van de Volksunie
meegemaakt...»
Achteraf bekeken is het
ongemeen boeiend ge
weest, de geschiedenis van
je eigen stad voor je ogen
te hebben zien evolueren,
ongestoord en vanop de
eerste rang.
Herman De Cock praat
vlug en wat hij vertelt is
nauwelijks bij te houden.
Gelukkig kennen we ook
wel wat van de recente ge
schiedenis van onze ge
boortestad, zodat het geen
probleem is om het alle
maal te volgen. Wij hebben
ze ook gekend, figuren als
Jan Bomon, een brutale
bek maar met een peper
koeken hart, notaris Willy
Breckpot, blijvend gete
kend door de eerste
wereldoorlog doch monke-
Aalst. Herman De Cock (ad)
noemen mij Herman en ik
hen Jan, Frans of Toon en
noem maar op... Ik ben
altijd bezeten geweest van
politiek, ik wilde er altijd
bij zijn, het persoonlijk
meemaken. Ik heb vrien
den in alle partijen, ik ben
net als die politiekers door
dat geheimzinnig virus aan
getast. Je hebt de konings
kwestie gehad, de school
strijd, de stakingen tegen
de eenheidswet van Gaston
Eyskens... Ik heb dat alle
maal op de voet gevolgd.
En hier in Aalst... behalve
naar de gemeenteraadszit
tingen ben ik zowat overal
naartoe geweest. Vroeger
had je bijvoorbeeld die po
litieke meetings, dat heb je
nu niet meer. We hebben
hier Frans Van Cauwelaert
horen spreken, Achiel Van
Acker, Omer Van Auden-
hove en Paul-Henri Spaak.
Spaak kwam hier in de
Rink in 't Frans spreken
zoiets zou nu natuurlijk
niet meer kunnen en de
eenvoudige luidjes van de
Hoge Vesten applaudis
seerden geestdriftig hoewel
ze geen iota begrepen van
wat de man daar vertelde.
Maar hij kan het dan ook
zo mooi zeggen...»
Voor geen geld had ik het
willen missen!
Dolores Baïta komt even
informeren of we koffie
willen, maar we danken
voor de vriendelijke at
tentie.
Herman herinnert zich nog
dat Kamiel Huysmans naar
Aalst kwam om de stadsbi
bliotheek in te huldigen.
Kuituurschepen Bert Van
Hoorick en gemeente
raadslid Briek Nichels ston
den in de Kattestraat te
wachten. Huysmans kwam
te laat en toen zijn chauf
feur het portier van de auto
openhield en Kamiel uit
stapte, vroeg Briek, doe
lend op de veel jongere
echtgenote van de bejaarde
staatsman: «Awel, presi
dent, ge zet in retard... ma
dame es toch zeiker nie nor
't moederhois?» Huys
mans, die zelf nooit om een
grapje verlaten zat, lachte
ontkennend.
«Zulke dingen heb ik als
het ware zelf meegemaakt
en ik denk daar met enorm
veel plezier aan terug. Ik
zou het voor geen geld van
de wereld hebben willen
missen!» zegt hij, zichtbaar
nagenietend. En hij wil het
ook in de toekomst alle
maal op de voet blijven
volgen.
«Het - is een ongewoon
boeiende bezigheid» vertelt
hij verder. «Nu is er alweer
een nieuwe generatie in
aantocht waar ik persoon
lijk veel van verwacht. Je
hebt hier Dolores Baïta,
een jonge dame met ver
schillende universitaire di
ploma's, werkt hier net als
ik in het BTK-projekt van
«Aalst 2000». Ze is iemand
met een glashelder ver
stand, eerlijk en op alle
terreinen aktief. Ik kijk
met spanning uit naar de
raadszitting na nieuwjaar,
als de nieuwe lichting aan
bod zal komen...»
Bewondering
Herman heeft heel erg lang
moederziel alleen gezeten
om de gemeenteraad te
volgen. De jongste jaren is
daar gelukkig wel veran
dering in gekomen.
«Ze hebben nu al sinds en
kele jaren de mond vol
over inspraak» stelt Her
man vast «het is een mode
woord en dat klinkt dan
wel mooi, maar ik zie dat
eigenlijk niet zo zitten om
alle burgers hun zegje te
laten hebben over het be
leid. Ze willen persé mee
praten over politiek en ze
volgen het niet eens. De
burgers praten zonder eni
ge kennis van zaken over
politiek, ze veroordelen
politiekers zonder hen te
kennen.
Moet je eens zien wat voor
wilskracht een man als
D'haeseleer nu nog altijd
uitstraalt? De politiek is
veranderd, van een manda
taris wordt tegenwoordig
nog meer geëist dan vroe
ger. Ik kan daar alleen
maar bewondering voor
hebben. Politiekers zijn als
slaven, die mensen hebben
geen gezinsleven daar heb
ben ze het te druk voor,
maar daar wordt nogal licht
overheen gestapt. Het is de
burger die «in fout» is, hij
zou moeten komen kijken
en luisteren. Er is daarin al
een merkbare verbetering
te konstateren, ik kan uit
eigen ervaring zeggen dat
ik jarenlang alleen heb ge
zeten in die bank. Het hui
dig bestuur heeft heel wat
in beweging gebracht: het
begon met de inspraakver
gaderingen, de stadsberich-
ten, «In de raad». Vroeger
moest ik steeds vragen
wanneer er een zitting was,
nu kan iedere burger zich
moeiteloos informeren
over het beleid. Het stads
bestuur heeft de belangstel
ling van het publiek fel in
de hand gewerkt.
En maar pennen...
«Straks krijgen we onze ze
vende na-oorlogse burge
meester» mijmert Herman
na «maar het is pas de
tweede stadssecretaris
sinds die tijd. Die mannen
gaan langer mee» lacht hij.
«Twee fameuze kleppers.
Eerst Frans De Meyst en
nu Chris Willems. Het ge
zicht van de eerste kreeg je
tijdens de raadszittingen
nauwelijks te zien. Hij zat
de hele tijd maar ijverig te
pénnen en te pennen...
Een buitengewoon gewe
tensvol ambtenaar. De
puntjes zette hij bij wijze
van spreken eigenhandig
op de i's. Nu is er een
sekretariaat dat de notullen
van de vergaderingen regi
streert. Maar Chris Wil
lems heeft het ook echt niet
onder de markt. De fusie
problemen heeft hij als
geen ander onder de knie
gekregen, in Aalst zijn die
in de meest gunstige zin
opgelost. Je zou in andere
gemeenten eens moeten
zien hoe het daar gesteld is.
In 1976 dacht men in de
deelgemeenten dat Aalst
hen als een moloch zou
opslokken, maar nu blijkt
het tegendeel: «den bui
ten» heeft bezit genomen
van de stad!»
Aan de dyk gezet
In november van vorig jaar
werd Herman als eenen-
vijftigjarige» om ekonomi
sche redenen» als vertegen-
Cyrlel Temmer SSJÏ!