i j. b >k 9 w «Het Wassenbeeldenkabinet» nieuw van Tjen Pauwels (Sint-N iklaas) Fedekam koncertreis doorheen Oost-Vlaanderen Taferelen uit een dode tijd IET MASSEÜiEELPEIKAilMET 'Het Laatste Landschap' van Miel Vanstreels bekroond met Vers Poëzieprijs 1983 rnkm mm- 16 - 3.8.1984 - De Voorpost Stilstaan bij wat was lijkt wel - dat leid ik af uit wat enkele poëten uit de regio de jongste tijd uit hun pen spuwden - een alweer opflakkerende en niet van pastorale romantiek gespeende poëtische strekking te worden. Maar onlangs heb ik in de weken geleden op een beperkte oplage verschenen bundel "Het Wassenbeeldenkabinet» van de dich- ter-arbeider Tjen Pauwels uit Sint-Niklaas een erg waardevol antwoord op die verzinking, nl. de ana lytische historiek van het heden, en een al even waardevolle motivering door Kris Geerts van een daarmee verband houdende ethiek gelezen. gaat allemaal «sneller dan oren luisteren kunnen», dit citaat zijnde het predikaat van een vluchtige synesthe- zie. Maar voor vergelijkin gen moet de dichter nog op de herinnering aan: objek- ten bewegen zich met een geweldige kracht «aan die van paarden gelijk», het De bundel schikt twintig ta ferelen, een poging om evenzoveel aspekten van de samenleving te objektive- ren. Als gevolg van een poë zie die «pendelt tussen het zoeken naar de waarheid en het opnieuw evalueren van de oude utopieën» (K. Geerts) en zo vooral «immo bilisme, de totale stilstand van de intermenselijke be trekkingen, de teloorgang van het archaïsche, de handvaardigheid, het intuï tieve kunnen t.o.v. de tech niek en de wetenschap» (T. Pauwels) heeft gevonden, zijn het taferelen van een dode tijd geworden. Een do de tijd nochtans, die in zich als onvermijdelijke konse- kwentie een stervende toe komst spiegelt. Beide zijn aanleiding tot een niet ge poneerde, maar aanwezige waarschuwing tegen aller lei vormen van ontmenselij king, een ontmenselijking die van alle tijden is, maar in de nieuwe tijd door de vernuftige ravitallering er van een apokalyptischer karakter dan ooit heeft toe gemeten gekregen. De objektivering van de we reld van Tjen Pauwels be staat dus in de eerste plaats uit een integratie van verle den, heden en toekomst. Tjen Pauwels reikt, eerst als mens, dan als arbeider, een vrij volledige werkelijk heid aan die de dagelijkse bundeling van allerlei per cepties en ervaringen in waakzame woorden vangt en bereikt daarbij een merkwaardige eenheid tus sen inhoud en vorm: zijn vrije en soms felle beelden stoten tegen een, gelijk aan de aard van de interne the matiek, strikte grafische vormgeving. Het is duide lijk dat Tjen Pauwels, de dichter-arbeider uit Sint- Niklaas die in 1981 debu teerde met «Koel Metaal, Hout en Teer», een persoon lijke. kunst heeft ontwik keld die zeer kan boeien en waarin een zeker staccato in de verwoording een kon stante blijft. De 'tika's De twintig taferelen zijn verdeeld over vier «verdie pingen»: «Stilte», «Niet aan raken», «Volg de richtlij nen» en «Niet blijven staankorte instrukties ter blitzlezing, die de mens dirigeren in zijn bezighe den en als zodanig elemen ten van konditionering, waarop de nieuwe technolo gie tenslotte teert. In Stil tebeweegt Tjen Pauwels van een synthetische bena dering van de menselijke ontwikkelingsspiraal over een winters afwachten van de voldragen stilte, die ook het zwijgen van de («ver steende schaamlippen») van de dichter impliceert, naar twee aan elkaar slui tende «Zelfportretten met waterkans». Met een water kans inderdaad tot bepa ling van de waarde, of lie ver on-waarde van een nieuwe ekonomische en maatschappelijke orde: de orde van de -tika's (bureau- tika, informatika, roboti- ka). Tjen Pauwels vermeldt in dit verband enerzijds het onvermogen, de «falende nv. Het Algemeen Belang en Co» en daartegenover de «zwenking naar wat waar is», de oude dromen die op die weg liggen en boven de maalstroom verheffen. Be doelt de dichter niet, dat de mens verder vervreemdt van zichzelf en de anderen ten voordele van zijn relatie met het «beeldscherm voor zijn ogen», het symbool van voormelde -tika's, dat iets als het Algemeen Belang derhalve niet meer bestaat? «Niet -aanraken» behandelt het zeldzame fatum van de jongeren, fixeert de aliëna- tie van de dichter en paro dieert de «stitching ele ments» van de maatschap pij (samen te vatten onder de noemer materialisme) in een «Western, naar Sergio Leone». Maar het gedicht «Poort» spant de kroon: fy- zische en psychische ver vuiling houden ons, zoals de «hengelaar in de tuinen van Babel» nog aan het TJEN PAUWELS !i lijntje tot we uiteindelijk nog figmenten van onze ei gen. door oude, persiste rende utopieën geïnspireer de verbeelding zullen zijn. Drie Volg de richtlijnen» biedt een sombere kijk op het arbeids- en bij uitbrei ding maatschappelijk pro ces. Een vlot verloop daar van veronderstelt een amorfe, kleurloze mensen massa. «Het gaat er tenslot te om koek te maken van één deeg». De toon is cy nisch vooral in «Advies van een veiligheidsspecialist», dat een reeks tips opsomt en een reeks attributen aan beveelt om te overleven: «Ei genlijk maakt een mondbe- schermer/de uitrusting pas helemaal kompleet». De no bele nv. Het Algemeen Be lang dankt haar ondergang aan haar gigantesk, bedil lerig opzet. Haar verwezen lijkingen blijken nader hand niet stabiel. Maar: «Toegegeven/alles verloopt volgens plan/zoals blijken zal wanneer/de veegboot is volgeboekt» De evolutie heeft iets fatalistisch. In Tijdsverschijnsel 1 en 2 stoffeert Tjen Pauwels deze profetieën tot een halluci nant gekleurd beeld Hij wijst op de berekenbaar heid van de mislukking en zegt zoveel als dat ze de resultante is van een vorige mislukking die op haar beurt berekenbaar moet zijn geweest, ware het niet dat niemand geïnteresseerd was in de oorzaken en om standigheden ervan. Een interjunktie i.v.m. het beeld van het eerder gekap- seide schip vermeldt im mers: «- zelf kan hij uit het hoofd perfekt het metacen- trum bepalen, maar nie mand had hem er ooit naar gevraagd-». De dichter staat dus alleen met zijn vaardigheid, niemand heeft oor naar zijn woorden. Het gereedschap dat in de buurt van het wrak wordt gevon den - het archaïsche mate rieel ter zelfwording van de mens - is lang reeds in ge bruik geraakt terwijl elke redding nochtans de mens noodzakelijk terug daar- naartoe voert. Eens op de vierde verdie ping aangekomen echter, exekuteert de zon, die on dergaat «in de vorm van een grote paddestoel», deze ultieme kans. Het noodlot voltrekt zich boven een we reld die zichzelf een nieu we. nagenoeg onverdeeld artificiële werkelijkheid heeft geschapen. Het groen is gegalvanizeerd, kelen schetteren een kwadrofo- nisch geluid, de kraaien zijn grijs. De mens heeft zichzelf overtroffen: het kwadrofonisch geluid lijkt afwisselend op «het lied van de nachtegaal», en «het ge hamer van een specht». De dichter baart zijn vizionaire syntheze van het aparte modernisme in het verwij zingskader van weleer en bouwt zo een illuzoir ana chronisme. Houdt het boe te kruid dat «langs de wegkanten schiet» boven dien misschien enige remi niscentie in naar een twee de verloochening door de mens van zichzelf, een tweede zondeval? Uit het Breviarium Geda- ni» een dokument dat mij volledig onbekend is en uit 1981 dateert - wat een vin ding -, neemt Tjen Pauwels onder de hoofding «De voorbije toekomst» vier ge tijden over. Eerste getijde: een bondige, sublieme en bijbels geïnspireerde herne ming van de aardse geneze. Tweede getijde, de ellende van het verdere bestaan, een gevolg van het «om mij nentwil, heers», een in-ma- kabere schets die uitmondt toch in een wassende hoop. Vijfde getijde: de verlos sing. het perspektief vanuit een sterkende zelfwaarde ring: «Dit het moment waarvan de handlanger droomt, de pen in de kracht van zijn hamer gedoopt in het klare licht van de toe komst». Zesde getijde: de ontnuchtering, de dichter in zijn stoute verwachting gelogenstraft: «Ik zaaide wonderen die nooit uitkwa men». De teleurstelling moet die zijn (of worden), meent hij, zo de bijbelse ten eur met een hard pessimis me afrondend, van de kin deren terugkerend «uit een ver vreemd Jeruzalem, hin kend achter hun besmeur de vlag». Maar ondertussen is er nog bijna archetypische onge reptheid van het Land van Saeftinghe, waar de dichter zijn vreemde ideeën plant, «steels maar binnen hand bereik/omdat elk sterven onder hand/verbeten is». De lezer kan na dit alles de indruk hebben gekregen dat Het Wassenbeeldenka binet een zwartgallig pro- dukt is van een eng doem denker, maar dat is zeker niet terecht dan De thema tiek van Tjen Pauwels is rijk genuanceerd, de ver woording enkele zeldzame keren wat te manifest mis schien, maar voor h§t overi ge zeer persoonlijk en diep. «Volkomen nieuw is deze poëzie en vut noodwendig heid geboren», vindt Kris Geerts, zelf een dichter. Het Wassenbeeldenkabinet staat ook binnen het werk van Tjen Pauwels als een individuele prestatie, een (voorlopige?) bekroning. De bundel, dat staat vast. verantwoordt alle aanmoe diging voor de dichter en alle aanbeveling voor wie goede poëzie apprecieert. Het Wassenbeeldenkabinet werd (verzorgd) uitgegeven door "Tjen Pauwels zelf. toont de kaft een houtsnede van Frans Masereel, en kan bekomen worden door twee briefjes van honderd frank in gesloten omslag op te sturen naar volgend adres: Antwerpse Steenweg 122, 2700 Sint-Niklaas, tel. 03- 776.09.29 of door tweehon derd frank over te schrijven op bankrekeningnummer 783-5010942-66 met de vermelding «Het Wassen beeldenkabinet Liefst 120 uitvoerders zullen voor vier schitterende koncerten zorgen. Voor de tweede keer zullen een aantal jongeren, leden van muziekverenigingen die bij Fedekam zijn aangesloten, een koncertreis maken door de pro vincie Oost-Vlaanderen. Dat kan omdat deze jonge ren in de loop der voorbije weken een driedaagse fel doorgedreven muziekstage hebben doorgemaakt en onder de kundige leiding van een dirigent- komponist zich hebben weten te bekwamen in de muziek. De Oostvlaamse Fedekan© afdeling vindt het spijtig mocht deze opgedane kennis niet aange sproken worden om ook de anderen, de muzieklief hebbers, ervan te laten genieten. Vandaar een koncertreis die een viertal steden en gemeenten van de provincie aandoet. Het initiatief werd vorig jaar uitgeprobeerd en kende heel wat sukses. De verwachtingen zijn dus ook dit jaar biezonder hoog. Leo De Bock Oostvlaams Fedekam voor zitter, Pierre De Smet uit Baasrode zette tijdens een perskonferentie uiteen wat de bedoelingen van dit ini tiatief zijn. Daarvoor moet men evenwel teruggrijpen naar het opzet van de play- in. «De Federatie tracht wat te doen aan de scholing van de muzikanten. Men heeft daarbij een keuze moeten maken tussen de jeugd en de volwassenen en Fede kam opteerde in eerste in stantie voor de jeugd. Het is niet alleen het meest gewil lige publiek, het is boven dien ook het meest vatbaar voor vernieuwing, aldus de voorzitter in zijn uiteenzet ting die eraan toevoegde dat de play-ins zich meer in het biezonder toespitsen op de jonge muzikanten vsm 14 tot 23 jaar. «Dat we voor deze organisatie telkens een beroep deden op een bekwaam komponist-muzi- kant is ook niet meer dan normaal. De bedoeling is dat Fedekam gedurende drie dagen muziek wil laten brengen voor die groep mu zikanten die erop af komen. Het is dus in de eerste plaats bedoeld om de jonge muzikanten te laten kennis maken met een dirigent en komponist, maar evenzeer hen een nieuw repertorium bij te brengen en niet in het minst hen ook technisch te bekwamen». Heel veel talent In 1980 werd met deze play- in van start gegaan. Baas rode was als eerste aan de beurt. De Kon. Katholieke Harmonie De Eendracht zorgde voor drie onvergete lijke dagen voor jonge mu zikanten. De gastdirigen- ten waren toen de Neder lander Henk van Lijnschoo- ten en Werner Van Cleein put uit Sint-Niklaas. Na drie dagen hard studeren kon het toen zogenaamde «wegwerp orkest De Ve renigde Vrienden» een prachtig koncert ten beste geven. Liefst 50 uitvoer ders stonden daar borg voor. In 1981 organizeerde de jeugdfanfare en het ma- jorettenkorps van Sint-Lie- vens Houtem de play-in. Er kwamen deelnemers uit een tiental korpsen naar toe en een 80-tal muzikanten zorgden na afloop voor een uitstekend koncert Gastdi- rigent voor deze driedaagse was Walter Boeykens, ze ker en vast geen onbekende bij Fedekam. Het jaar daar op was men opnieuw in Baasrode waar de Kon. Ka tholieke Harmonie De Een dracht weer gastheer was De 80 deelnemers aan deze play-in volgden de lessen van gastdiri gent Kees Vlak en zorgden na afloop ook voor een koncert dat velen zich nog weten te herinne ren. Het moet zijn dat Baas rode iedereen beviel, want ook in 1983 sloeg men daar zijn tenten op. Uit 17 mu ziekkorpsen kwamen 83 muzikanten opdagen voor muziekdagen die werden geleid door dirigent en komponist Jean Segers en die werd in zijn taak bijge staan door Bert Peeters en Freddy Couché Het was ook in 1983 dat de idee rijp te om na afloop van de play- in een Oostvlaams Jeugdor- kest te vormen, zonder daaraan enige permanente vorm te geven? Het lag im mers nooit in de bedoeling de bestaande korpsen als het ware af te romen en met een nieuwe muziekmaat schappij van start te gaan. Het jeugdorkest trok naar Melle, B rakel, Eeklo en Sint-Niklaas en bracht in de sporthal van Oudegem die toen nog niet helemaal klaar was, een prima kon cert ten gehore. Dit jaar had de play-in plaats te Hamme waar de kon. Katolieke Harmonie «Kunst na Arbeid» instond voor de organisatie. De op komst was overweldigend: liefst 120 jongeren uit 22 verschillende Oostvlaamse korpsen schreven in om drie dagen lang onder lei ding van Wybren Valkema en Freddy Couché zich te wijden aan de muziek. Koncertreis Pierre De Smet: «Het zou spijtig zijn moesten deze jonge mensen nadat zij zich drie dagen lang hard heb ben ingezet, gewoon uit el kaar gaan en aan niemand als groep zouden kunnen laten horen wat zij hebben opgestoken tijdens deze play-in. Weliswaar wordt elke sessie afgesloten met een koncert. maar daar ko men haast uitsluitend de ouders van de muzikanten naar luisteren. Vandaar de idee om een koncertreis doorheen de provincie te maken». Dit jaar worden vier plaat sen aangedaan: zaterdag 28 augustus komt Melle aan de beurt, op zaterdag 1 sep tember volgt Lokeren en op zaterdag 8 september zijn de jongens en de meisjes te gast in Lebbeke Tenslotte wordt nog gespeeld in Ou denaarde op zaterdag 15 In Lokeren zijn de 120 uit- in voerders, voor de gelegen- xri heid een prachtige blauw pull dragend met Fedeki inscriptie, in het kultui centrum en te Lebbehj wordt gekoncerteerd in c zaal Ons Huis in Duboisstraat. De koncert vangen aan om 20 uur Di-| rigent is Freddy Couché dief ook het programma samen-I stelde en rekening heeft ge-I houden met de muziek c deze jongere mensen mee aanspreekt. Men krijgt dui allesbehalve een klassiel programma. Begonnen wordt met werkje van Jean Segei waarna «Seventy six trom bones» van Meredith Will son in een bewerking van Bill Moffit. Verder nog «Je sus. joy of man's desiring» naar J.S. Bach en «Danse- rije 1551» van T. Susato in een bewerking van Henk van LijnBchooten. Vervolgd wordt met een romance) van Ronald Binge en d« «Bolero di Madia nochei van Llano. Na de pauze wordt uitgevoerd: «Viva Centenary Marche», «Eliza bethan Serenade», «Suite' «Instant Concert» om te fcx sluiten met een «Glenn-Mil- ler-Parade». .ah P' lij Op 6 december 1980 werd overgegaan tot de herstich ting van Fedekam Vlaande- ren en dit om te beantwoor den aan de normen dekreet op de amateuristi sche kunstbeoefening. dekam organiseert nationa le Fedekam kampioen schappen voor fanfare brassband, drumbands-kla roen- en pijperskorpsen, majorettenpelotons. solis ten en kleine ensembles showkorpsen Kroniek van het wijkende leven Miel Vanstreels is een Noorderbuur, tevens poëet, wiens bundel *Het Laatste Landschap' onlangs werd bekroond met de poëzieprijs 1983 van de Poëziestichting Vers uit Sint-Niklaas, de vierde prijs in de reeks inmiddels en meteen de laatste, zo meldt ons de redaktie van het gelijknamige poëzie- blad. Immers: het tijdschrift dat geboren werd te Puivelde-Belsele bij Sint-Niklaas in september 1979 overleed aldaar in mei van dit jaar aan ideologische moeheid bloemen noch kransen, mocht u dit alsnog overwegen niet evenwel zonder in een revolutionair geïnspireerd opvolger te voorzien. De poëzieprijs werd deze keer niet, zoals gebruike lijk, uitgereikt tijdens een poëzieavond, omdat lau reaat Vanstreels aan zijn komst een eis tot vergoe ding van zijn verplaat singskosten en de kosten van een tweedaags verblijf verbond. Later bleek ook nog dat de man een uiterst gering aantal exemplaren van de bekroonde en door Vers verzorgd uitgegeven bundel wenste af te nemen. Vanstreels is dus een oen niet bepaald enig in zijn soort, maar dat belet niet dat hij goede poëzie schrijft. Makkelijke poëzie ook, of als je wil toeganke lijke poëzie. En bondig, vol ongeremde tragiek en kou de registratie. Het Laatste Landschap is de dikwijls slechts weigerachtig lyri sche, beknopte berichtge ving van grijze levensherf- sten, de rekonstruktie van het afsterven waarbij de on beschaamdheid van de si tuatie (..tussen de opium preparaten/ door/ biefstuk en bier») prevaleert op de betrokkenheid van de waar neming («Voor het altaar staat de kist,/ ik probeer door hout en plastic/ heen te kijken:/ zouden ze/ een beetje voorzichtig/ geweest zijn/ met die glimlach op z'n mond?»). In het laatste ge dicht besluit de dichter tot een dezolate en desparate verwachting van hoe dat Laatste Landschap er zal uitzien: «Op de fiets op een brug/ over een/ in dikke mist gehulde/ rivier,/ geen lamp die helpt,/ zo moet ook/ het laatste landschap/ zijn/ later,/ als er geen spra ke meer is1 van heelhuids/ een onzichtbare overkant/ te halen». Men kan terecht bedenkin gen hebben bij de gegeven splitsing in verzen. Vanstreels hanteert een so bere stijl en schokt het epi sche in zijn verwoording hij gebruikt zelfs aanhalin gen zonder die als zodanig door een korrekte inter- punktie te waarderen met figuren van een siniste re inspiratie. «Toen ik het haar vertelde/ volgen er/ schreeuwende vogels/ uit haar hoofd» (knap, zonder meer!), aangevuld vooral met inhoudelijke, overwo gen spelingen en parallel- lismen («Praten over god1 en andere soorten troost»), zo stipulerend een aanne melijk vergezicht van het sterven, het wijkende le ven, de aankondiging van de dood, de dood. Vijftien gedichten proloog en epi loog inbegrepen maken dit thema rond. Deze blad zijden uit de kroniek van het wachtende sterven, heb ben voldoende aan enkele summiere, maar diep tref fende trekken. Een exemplaar van Het Laatste landschap van Miel Vanstreels kan je bekomen bij de Poëziestichting Vers. waarvan de laatste lopende zaken nog worden afgehan deld dopr de heer Pollet F. Kruisstraat 180, 9180 Bel- sele, of door storting van 120 frank op BCH 000- 0755295-53 met vermel ding van Het Laatste Land schap. Quarant Dash? Nu een weinig meer over voormeld strijdlustig opge- de opvolger van Vers: 'Quarant Dash?' Het tijdschrift is namelijk al geboren, maar op het eer ste nummer zal je moeten wachten tot september- ok tober 1984 Intekenen kan al wél, door overschrijving van 200 frank op het post rekeningnummer dat ik ook al vermeldde. Noteer alvast dat quarant Frans is voor veertig en Dash En gels voor streepje. We heb ben al eens zo'n oorlog ge had, maar dan zonder vraagteken erachter, mind you. En dat 'Quarant Dash?' niet de Vera Lynn wordt van de jaren tachtig. Jij mag al inzenden, als je daar iets voor voelt. Geert Van Istendael hééft dat al gedaan. Adres redaktiese- kretariaat. Marktstraat 53, 9080 Puivelde. En verder de redaktie waarvan uitmaken Leo De Bock Erik Heyman, Frank Polle en Patrick Van Lysebettei houdt ons op de hoogte. Voorpost houdt jou op de hoogte. J. Van Babyion Hamme. Muzikaal zomerkoncerl te Sint-Anna. De uitvoerders van het koncert (vh)

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Voorpost | 1984 | | pagina 16