ECermis in 't Land van Dendermonde
«perspektieven
nhoutse jei
sgemeente
Buggenhout. Op deze volkse avond kwam heel wat muziek op het programma, (foto Piet
Hermans)
Dendermondenaar was «De
spriet van Dendermonde».
Hij was naast zanger ook
tandentrekker en begeleid
de zichzelf op een oude,
schamele viool.
In Buggenhout zelf leven
nog twee nazaten van het
kluchtige en humoristische
volkje der charmezangers:
Cois van Nart en Titsers
Pier.
VAN VRIEND
TOT ZANGDUO
Enkele tijd geleden hadden
enkele Bosuilen-verant
woordelijken het geluk een
gesprek te voeren met twee
van de meest bekende
volksfiguren uit Buggen
hout: Frangois Pieters en
Pierre Van Ransbeeck, of
beter Cois van Nart en Tit
sers Pier., of ook nog Ro
bert en Bertrand Twee
vrienden die elkaar door
het lied en met het lied ge
vonden hebben en nu overal
waar ze komen als «de» zan
gers van Buggenhout, door
jong en oud, gekend en be
mind zijn.
Cois en Pier zijn niet meer
van de jongsten, want Cois
zag als zoon van Leonard
daarom Cois van Nart
het levenslicht in 1912 en
Pier is zelfs vijf jaar ouder,
want hij werd geboren in
1907. Twee echte Buggen-
houtenaars die jaar en dag
in deze gemeente verbleven.
Pierre werd, als dertienjari
ge knaap, aanvaard als
trommelaar in de «Broeder
band». Deze Broederband,
sen wandelkoor, was één
van de oudste Buggenhout
se maatschappijen. Ook de
vader van Cois was lid van
de Broederband en daar hij
café hield stapte het koor
regelmatig af bij Leonard.
Cois bewonderde de zangta
lenten van zijn vader en van
Pier en daar hij ook aardig
wat kon zingen, was het
rap geklonken tussen Pier
en Cois. Cois kan, naast
goed zingen, ook nog aar
dig overweg met instru
menten. Pas een goeie
maand geleden heeft hij
zijn trompet aan de haak
gehangen om over te stap
pen op een ander instru
ment. Cois was ook één van
de beste muzikanten van
«De Eendracht», waarvan
hij in 1929 lid werd. Daar
naast speelde hij ook nog
jazz en zo kwam hij in kon-
takt met de gekende familie
Bertos, de charmezangers
uit de Veerstraat te Dender
monde.
Pierre schakelde vlug van
trommelaar naar echte zan
ger over en zo kon men hem
een kwis in de Salamander
te Buggenhout. De organi
satoren vonden hen zo
goed, dat ze na hun optre
den als beloning één van de
vier omslagen mochten
trekken, die alle mooie prij
zen bevatten. Het geluk lag
aan him kant, want ze won
nen een minitrip naar
Spanje.
Cois en Pi^r, die en capella
zingen en zich voelen beho
ren tot de groep van de
vroegere charmezangers,
kregen van dat ogenblik af
heel wat aanbiedingen te
verwerken. In een ruime
kring rond Buggenhout
zijn hun namen bekend.
Hun repertorium is stilaan
gegroeid en wanneer ze een
lied horen dat in hun reper
toire past, schrijven ze dat
aanstonds op. Geen mu
zieknotatie echter. Hun
muzikaal gevoel is immers
te groot om dit te doen,
want eens een lied gehoord,
kunnen ze het direct na-
Voor het ogenblik hebben
ze tien liederen in duo en
elk nog een 20-tal liederen
solo. Deze liederen zijn niet
alle zo oud, want hun reper
torium groeit nog en wan
neer een bepaald lied goed
klinkt, nemen ze het graag
over. Zo hebben ze na hun
reis naar Spanje zelf een
lied, met als sprekende titel
«Spanje» geschreven, waar
in al hun pleziertjes en lot
gevallen verteld worden.
De andere liederen zijn af-
les moet voor de toekomst
bewaard blijven. Wat de
teksten betreft, geen enkel
probleem. Alles staat geno
teerd. Wat de muziek aan
gaat is niets genoteerd. «De
Bosuilen» hebben dan ook
afgesproken deze liederen
zo vlug mogelijk op te ne
men. Voor het ogenblik we
ten beiden overigens nog
niet van ophouden. Pier
heeft bovendien een zoon
die al enkele stappen in va
ders voetsporen gezet heeft
en de dochter van Cois kan
ook aardig wat met haar
stembanden doen.
Wie deze onvervalste char
mezangers aan het werk
wil zien, hoeft maar eens op
cafébezoek in Buggenhout
te gaan. Wanneer Pier en
Cois elkaar ontmoeten kun
nen ze het zingen niet
laten.
De Bosuilen zijn dan ook
fier dat Cois en Pier hun
medewerking verlenen aan
het totaalspektakel «'t Is
kermis in 't land van Den
dermonde».
OPTREDENS
Wie informatie wenst om
trent een optreden van «De
Bosuilen», kan terecht bij
Lieve De Strooper, Statie- r
straat 57, 9360 Buggen
hout (tel. 052/33.56.29)
Naast «Kermis in 't land
van Dendermonde» ver
zorgt de groep overigens
nog tal van andere pro
gramma's.
Pierre Van Rossem
Zuster Magda
van Dendermondse Donckschool
dankt
Een maandje geleden nam zuster Magda afscheid van de
wijkschool in de Donckstraat, waar zij een hele tijd de
hoede had over de kleuters. Het was een echt gezellige
viering, waarbij veel woorden van dank en lof werden
uitgesproken en waarbij zuster Magda letterlijk en figuur
lijk in de bloemetjes werd gezet. Een echt geschenk was er
niet bij: zuster Magda had immers de wens uitgedrukt dat
men beter de twee missionarissen van de wijk een plezier
kon doen.
Oud-leerlingen, vrienden en kennissen van zuster Magda
brachten liefst 46.500 fr. samen en dat geld zal geschonken
worden aan pater Koen Itnpens en zuster Simonne Raem-
donck die beiden in Zaïre werkzaam zijn. In naam van
deze twee missionarissen en in haar eigen naam. houdt
zuster Magda eraan iedereen te danken voor deze gene
genheid en milde gift.
juggenhoutse «Bosuilen» kreëerden wervelend totaalspektakel
forgers, boeren en buitenlui!», schreeuwde een levensechte belleman, vorige week
Lrdagavond een goedgevulde feestzaal van de Buggenhoutse Gemeentelijke Jon-
psschool in en meteen was de première voorstelling van «Kermis in 't Land van
Ldermonde» voor het voetlicht gebracht door de Buggenhoutse Volkskunstkling «De
puilen» van stapel gelopen.
la uur lang brachten «De Bosuilen» een totaalspektakel. Ruim dertig entoesiaste
pgeren de geestdrift waarmee ze op de scène evolueerden, werkte echt aanstekelijk
ievokeerden via dans, zang, muziek en vendelen een kermis zoals die enkele decennia
rieden in dit «Land van Dendermonde» gevierd werd.
|jit duidelijk vaart in dit
hgramma. Als toeschou-
jer word je, tegen een ver
leend hoog tempo, gekon-
jemteerd met de diverse as-
jrirten van een kermis uit
igoeie ouwe tijd. Speelt de
|as daarbij een belangrij-
|rol, dan wordt evenmin
iang en het spel over het
wd gezien. Doorheen de
taise opvoering laveert
t kwieke nar. Hij vormt
brode draad die de diverse
bpekten van het to taal te^
de jaren van volwassen
worden, het verkrijgen van
erkenning door het ge
meentebestuur, het zoeken
van een plaats tussen de
andere verenigingen. Dit
alles verliep vrij vlot. Al
snel gingen «De Bosuilen»
tot de «bekende» verenigin
gen behoren en verkregen
ze een naam van «iets in
petto te hebben». Het waren
ook de jaren van de Breu-
ghelfeesten, met de organi
satie van het gezellig volks
een van de mooiste bezittin
gen van Buggenhout: het
prachtige beukenbos, een
uitloper van het Zoniën-
woud.
KLEDIJ
Kledij vormt een belangrijk
element in de verschijning
van een volksdansgroep.
Wat Vlaanderen betreft, is
er weinig dokumentatie
over folkloristische kledij
beschikbaar. Bijgevolg is
het dus zeer moeilijk om
tgenhout. De bezemdans.
met elkaar verbindt,
p prestatie, ontegenspre-
Ujk, deze «Kermis in 't
ld van Dendermonde)>.
programma dat de
ógkonjunktuur, die de
Muilen» momenteel bele-
9, op duidelijke wijze il-
eert. Een uur spekta-
ivendien, origineel zo-
opzet als van vorm,
niet alleen de leek zal
dat «volks-
net als alle andere
best te ap-
valt, maar ook dé
veeleisende insider
zal stemmen. Nieu-
bo-
«Bosuilen»
jaar geleden werd op
van de Bug-
in de
met volks-
gestart.
De Bock, toondertijd
dansleider bij de
(Vlaamse Volks-
gaf enkele
daarna
in Buggen
en «volksdansgroep»
leven te roepen.
iek bij de Buggen-
an||tpjise jeugd immers vrij
te bestaan om
volksdansen verder
Hoi gaan, In 1978 werd de
volkskunstgroep
Bosuilen» dan ook op-
Met als bedoeling
volkskunst, in de brede
te beleven en te propa-
Strij (vlotte start werd al snel
ct e rolgd door enkele groei-
De massale aanwe-
van soms honderd
op één oefenronde
gra "te de discipline aan en
begon de groep uit te
Een «harde» kern
iter over. Het groot
ervan maakt, als
nog steeds deel uit
groep,
gevolge persoonlijke om-
li meligheden moest Harry
fe Bock na twee jaar de
toep verlaten. De jonge
mep, onthoofd als het wa-
had moeite om dit ver-
i van een inspiratiebron
te vangen. Nochtans
agde het bestuur o.l.v.
krt De Strooper er vrij
ffcd in, om de groep te
uDa tóiliseren.
's jaren die volgden
één en ander verwe-
1 zijl ®üjkt: de groepskledij
va *vrd aangekocht, de groep
uitgebreid. Het waren
café, de meiboomplanting,
de culturele weekends.
In Opstal werd een voltref
fer geschoten, de binnen
koer van het Torenhof, de
stand van «De Bosuilen»,
vormde het middelpunt van
het weekend In die jaren
werden ook de eerste bui
tenlandse reizen georgani
seerd. Met bestemming
Zwitserland en Duitsland.
Sinds 1983 staat de groep
onder de gemengde leiding
van Johan Van Riet en Lie
ve De Strooper. Zij organi
seerden, ter gelegenheid
van het eerste lustrum, een
prachtig festival. Groepen
uit Engeland, Nederland en
Vlaanderen waren aanwe
zig. Van de kant van de
Buggenhoutenaars bestond
ruime interesse.
In 1983 kwam Harry De
Bock opnieuw de groep ver
voegen. Zijn kennis van de
volkskunst vormde de gist,
die het goede deeg dat er
was, nodig had om te rij
zen. De volkskunstgroep is
dan ook definitief de kin
derschoenen ontgroeid om
zich een plaats te veroveren
onder de beste groepen van
het land.
Een moeilijke taak voor om
het even welke volkskunst
groep is het kiezen van een
naam. Hij moet immers
streekgebonden zijn, aan
spreken, gemakkelijk uit te
beelden zijn.
Van in den beginne hadden
«De Bosuilen» zich voorge
nomen een naam met ge
schiedenis te kiezen. De
plaatselijke heemkring
«Ter Palen» werd aange
sproken en ook enkele ou
dere mensen uit het dorp
werden om advies ge
vraagd.
Tenslotte werd er geopteerd
voor een oude scheldnaam
van de B uggenhoutenaren
«Bosuilen». De naam slaat
op een bende struikrovers
die honderden jaren gele
den in het toenmalig nog
uitgestrekte Buggenhoutse
Bos, haar kamp bezat en
van daaruit de streek onvei
lig maakte.
De scheldnaam «Bosuilen»
kon tot voor kort nog aan
leiding geven tot frisse
knokpartijen op de kermis
sen in het omliggende.
Thans dragen de bewoners
van de bosgemeente hem
met «gelatenheid»: de men
sen vechten immers zo snel
niet meer. Vooral ook om
dat de naam verwijst naar
streekgebonden kledij te
creëren.
«De Bosuilen» hebben geop
teerd voor een eenvoudige,
maar waardevolle kleder
dracht. Van in den beginne
werd erop toegezien met
duurzaam materiaal te
werken.
De jongens zijn gekleed in
een grijsgestreepte broek
uit Engelse wol, een wit
hemd, een effen zwartflu
welen ondervest, een grof
geribde velouren met stof
verwerkte, zwarte overjas
en een zwart strikje.
De meisjes hebben moge
lijkheid tot wat meer varia
tie. De gestreepte rok heeft
het blauwe als hoofdkleur.
Hieronder dragen de meis
jes een onderrok en een on
derbroek met pijpjes. De va
riatie zit hem in de bloese.
Ofwel dragen ze een grof
geweven bloese, met lange
mouwen met hierop een
bruine sjaal, ofwel een wit
te, lichtere bloese met een
blauw keurslijfje.
Bij de tweede variant past
een kanten kapje en een
witte schort. Er worden
momenteel plannen ge
maakt voor een tweede kle
dij een wat minder zondag
se dan de reeds bestaande.
Voor de jongens wordt dan
gedacht in de richting van
een boerenhemd, bretellen,
een bruingeribde fluwelen
broek en een pet. Voor de
meisjes plannen «De Bosui
len» een rode rok met witte
bloese en een streepjes-
schort.
Dankzij de hulp van talrij
ke vrijwilligers, waaronder
vooral mevr. Van Damme
en mevr. Van der Straeten
mogen geciteerd worden,
konden deze dure kos
tuums tegen vrij billijke
prijzen vervaardigd
worden.
KERMIS IN
't LAND VAN
DENDERMONDE
In het totaalspektakel dat
«De Bosuilen» zowel in bin
nen- als in buitenland wil
len opvoeren, zitten diverse
symbolen en treden enkele
specifieke personages naar
voren. Hierover de «Bosui
len »-verantwoordelij ken
De kermis was vroeger het
feest van de lagere stand,
die zes dagen van de week
moest werken, bijna geen
vakantie had en met een
zeer karig loon moest rond
komen. Toch spaarde men
wekelijks iets voor de jaar
lijkse kermis. Tijdens dat
feest zette men dan twee a
drie dagen werkelijk de
bloemetjes buiten. Alle op
gelopen frustraties, alle mi
serie was men die dagen
vergeten. Moeilijk was dit
niet, want het gerstenat
stroomde rijkelijk over de
toonbanken. In alle herber
gen was het «bal populaire»
en de martkzangers ver
dienden met hun liederen
en «vliegende blaadjes» rij
kelijk hun brood.
Ieder dorp bezat zijn belle
man of aankondiger, die
alle berichten en politiere-
glementen aan de bevol
king moest meedelen.
Daarvoor ging hij de straat
op, om op bepaalde vaste
plaatsen zijn berichten uit
te schreeuwen. De term
«Men zegge het voort» was
hier van groot belang, om
dat er geen geschreven tek
sten waren en men alles
mondeling moest overbren
gen. Zijn attributen waren
meestal een bel, soms ook
een trom of een klaroen. Dit
om iedereen naar buiten te
lokken.
In «Kermis in 't land van
Dendermonde» vormt de
nar, de overbrugging van
aankondiging tot eigenlij
ke kermis. Hij vormt de ro
de draad in het geheel van
het tema. De nar is het sym
bool van de vreugde. In de
Middeleeuwen was het de
nar die verstrooiing aan de
hoven moest brengen.
Sindsdien is hij de zotskap
bij uitstek gebleven.
De markt- of straatzanger,
die in de Bosuilen-produk-
tie eveneens van de partij
is, heeft een zeer sociale
funktie. Hij is het die de
bevolking informeert om
trent de gebeurtenissen om
en rond het dorp. Hij is het
gesproken dagblad, die het
nieuws soms op een humo
ristische, anderzijds ook op
een dramatische manier
overbrengt.
Het volk ziet werkelijk naar
zijn komst uit en hij was
dan ook een zeer welgeko
men gast op de kermissen.
Naast deze straat- of markt-
zangers had men de klucht-
of balladezangers, die in de
meer gesloten kring van
kroeg of café-chantant hun
liederen aan de man brach
ten. Hun repertorium was
soms zeer uiteenlopend en
die niet alleen wijzen op het
spel zelf maar ook op zijn
grote verspreiding.
De dansen die «De Bosui
len» uitvoeren, kunnen in
twee groepen ingedeeld
worden: de demonstratie-
dansen en de gemeen-
schapsdansen. Beide wer
den zij op de kermis en bij
andere feesten gedanst. De
demonstratiedansen door
een geoefende groep een
gilde bvb en de gemeen-
schapsdansen tijdens de
bals en de dansavonden.
Bij elke kermis hoorde im
mers een bal, was het nu
buiten op een plein of in een
tent of zaal. De dansen hin
gen af van de tijd en van de
mode. Zo bestaan vele va
rianten van wals, polka,
Scottish, galop, mazurka en
menuet. Het waren meestal
kleine dansjes, waarbij de
bewegingen en passen
steeds herhaald werden.
Naast deze kleine dansjes
bestonden nog de kadrils,
die in vierkant of rij uitge
voerd werden en meestal af
geleid waren van hoofse ka
drils of contradansen.
Deze dansen bezitten een ei
gen symboliek. Zo zijn er
dansen met een uitgespro
ken verwerfkarakterHet
is het spel van jongen en
meisje, waarbij de jongen
het meisje wil versieren, af
gewezen wordt, terugkomt
en het na enkele figuren
altijd voor mekaar krijgt
om in de gunst van het
meisje te komen en met
haar een wals, polka, of ga
lop te dansen.
De Trawan tel is een oude
stokkendans. De versie die
«De Bosuilen» brengen is
afkomstig uit Oud-Turn
hout. De stokkendansen
zouden hun oorpsrong bij
de zwaarddansen gevonden
hebben. Niettegenstaande
er bij de zwaarddans
slechts zes dansers en een
nar waren, voeren «De Bos
uilen» de Trawantel uit met
acht dansers. De figuren
komen veelal overeen met
de zwaarddansfiguren. Op
merkelijk is het vormen
van een achtster, waarop de
hoofdman hier de nar
opgetild wordt. Tijdens het
optillen wordt «Lang zal hij
leven» gezongen.
Naast de trawantel, die een
typische jongensdans is,
bestaat ook nog de bezem-
dans, waarbij drie jongens
Buggenhout. Als volkskunstgroepen houden «De Bosuilen» ook
van streekbieren. Herkennen we daar geen Pauwel Kwak?
"ggenhout. 't Is weer kermis in het land van Dendermonde, zo dansten en zongen de
Milen(foto Piet Hermans)
was opgebouwd naar de
wens van de klanten. Zij
werden meestal door een
'klein orkest of een pianist
begeleid. Meestal door de
kroegbaas gekontrakteerd,
waren er toch nog die door
het verkopen van hun lied
bladen en het rondgaan met
de bus of de muts aan de
kost moesten komen.
Dat de straatzangers van
hun aktiviteiten konden le
ven was niet te wijten aan
hun zangtalent, maar wel
aan hun vertelkunst. Ook
aan de liedblaadjes, «vlie
gende blaadjes)) genoemd,
die hierbij verkocht werden
en dikwijls door mooie
houtsneden opgelucht wa
ren, Deze blaadjes vormden
overigens de roddelblaadjes
van de tijd.
De volkse spelen waren
«de» aktiviteiten tijdens de
kermis en elke buurtge
meenschap of café organi
seerde dan ook een aantal
spelen. HanekaRpen, eier-
kloppen, reep-, ételten- of
zaklopen, bezorgden de
winnaars prijzen in natura
of bonnetjes voor drank.
Zo had men volksspelen
voor kinderen, vrouwen en
mannen, waarbij het
paalklimmen paal
bruine zeep steeds aan
wezig was. Het koordtrek-
ken, in sommige streken
zelfs tot een echte sport uit
gegroeid, mocht evenmin
ontbreken Het was het
ogenblik waarop de stoere
kerels hun macht aan het
vrouwvolk konden tonen
en verliezen was «het groot
ste affront» dat men kon
oplopen.
Bij spelen horen kreten en
liederen en zo vinden wij
nog velen voorbeelden in
onze volkse kinderliedjes.
een steel in een bezem
trachten te steken. Tijdens
«Kermis in 't land van Den
dermonde» zijn het drie
jongens, die voor de gunst
van één meisje, deze klus
trachten te klaren.
De liederen uit het Bosui
len-programma zijn ont
leend uit de bundels van
Laura Hiel, die in vier we
ken heel wat Dendermond
se kinderliedjes opgete
kend heeft.
MARKT- OF
STRAATZANGER
Het marktlied kan verschil
lende onderwerpen hebben:
het kan de politiek hekelen
en op de korrel nemen,
daarnaast ook de aktuali-
teit moorden, branden
e.d. behandelen. Liede
ren met moraliserende en
zelfs ophitsende teksten
kwamen veelvuldig voor.
De zanger was in zoverre
een mensenkenner dat hij
aanstonds aanvoelde welk
lied het zou doen. De liede
ren werden dan ook in
funktie van het publiek ge
schreven, zodanig dat daar
door de verkoop van de lied
bladen vlot verliep.
De zanger was niet alleen
een kommunikatiemiddel,
maar ook een beïnvloeder
van het groepsgedrag. Wat
hij vertelde was voor velen
immers niets anders dan de
waarheid. De stijl was
meestal de zing-zegstijl en
de melodie was in het alge
meen zo ingeburgerd dat
iedereen aanstonds het lied
kon meezingen. Door deze
vorm was de verspreiding
verzekerd.
Naast deze marktzangers
die een mededelende funk
tie hadden, kende men de
charme-, minne- en klucht-
Buggenhout. De markt- of straa
zangers, die in cafés of café-
chantants thuishoorden.
Deze zangers deelden
meestal niets mee en waren
ook meer zanger dan voor
drachtkunstenaar. Men
zou deze groep de smartlap-
zangers of levensliedzan
gers van onze tijd kunnen
noemen. Wat weer niet uit
sluit dat sommige markt
zangers ook zeer sentimen
tele liederen zongen. Een
zeer bekende Dendermond
se charmezanger én ko
misch zanger was Bertos
(Xlbert Deflas), die jammer
genoeg al zeer vroeg naar
Antwerpen trok om daar
een dominerende rol te spe
len in de café-chantantwe-
reld. Een andere rasechte
tzangers in aktie
jaarlijks, vanop het hoog-
zaal, de kerstliederen horen
zingen.
Na de Broederband, die
jammer genoeg zijn laatste
adem uitblies, was Pier één
van de vaste waarden van
het kerkkoor.
«Robert en Bertrand» is ge
groeid na een optreden met
de toneelkring waar het
lied «Robert en Bertrand»,
afkomstig uit het Vredeca
baret uit Haaltert, gezon
gen werd.
Cois had dit lied tekst en
muziek ooit van deze ka-
baretgroep gekocht en
vond het een gepast lied
voor hen beiden. Na dit op
treden werden ze aange
zocht op te treden tijdens
komstig uit drie boeken die
de broer van Cois ooit zelf
tijdens de oorlogsjaren
overschreef. Ook namen ze
liederen over van de vrouw
van Pier, die soms optrad
met Nonkelke, een oude be
woner van Buggenhout, en
van een zekere De Bondt die
samen met zijn zoon in de
cafés optrad.
Zo. kennen wij «Vader en
Dochter», «Kaarspel», dat
Cois en Pier vervormden tot
«Kaatsspel». Pierre was
trouwens jaren samen met
zijn broer, de «slinke» een
fameus kaatser.
Op de vraag of ze de liede
ren voor het nageslacht wil
len afstaan, was het ant
woord aanstonds ja. Dit al-