Achiel Vermeiren schreef de geschiedenis
van verdwenen Lebbeekse toneelkringen
Achiel Vermeiren schreef de geschiedenis van verdwenen
Lebbeekse Toneelkringen
De Kruisridders
De Kruisridders
Mike Verdrengh
in Sint-Niklaas
en Lokeren
Groepstentoonstelling
in 't Apostelken
te Aalst
Jarige Kunstschilder Maurice Sterck
gevierd te Sinaai
De Voorpost - 4.10.1985 - 13
De dames worden dringend verzocht zich van hunne hoeden te ontdoen
De dames worden dringend verzocht zich van hunne hoeden te ontdoen
De periode 1920-1940, of om het met een ietwat
historische uitdrukking te zeggen, «de periode tus
sen de twee wereldoorlogen», heerste te Lebbeke
heel wat toneelaktiviteit.
Toneel was voor een bepaalde leeftijdsgroep trou
wens zowat de enige vorm van ontspanning op
zondag. Toneel werd toen ook uitsluitend op zondag
gespeeld.
Het wekte dan ook geen verwondering dat in de
nieuwe H. Kruisparochie, of «De Minnestraat» zoals
ze destijds genoemd werd, toen eveneens een to
neelkring ontstond. Dat de naam een link zou
inhouden naar deze van de parochiekerk, lag a.h.w.
voor de hand. De nieuwe kring werd dan ook «De
Kruisridders» gedoopt.
Gemis aan geschreven dokumenten
De kring, die gesticht werd in 1937, was er één
uitsluitend voor mannen. Ook dat was vanzelfspre
kend. Het was immers een vaste regel dat in de
parochiezalen van het bisdom Gent - en waarschijn
lijk nog in andere bisdommen- niet gemengd
mocht worden gespeeld. M.a.w.: er mocht alleen aan
mannentoneel gedaan worden.
Nu bestonden er wel een paar uitzonderingen op die
regel. «Vrede» was er o.a. één van. Weliswaar niet
van bij de stichting in 1900. Toen was «Vrede» ook
een toneelkring, uitsluitend voor mannen.
De stichting van «De Kruisridders» in 1937, had een
aanloop gekend: de opvoering, in open lucht, van
een toneelstuk «Albrecht en Isabella», in 1935, ten
voordele van de nieuwe kerk. Deze opvoering(en)
gingen door achter de kerk en werden gerealiseerd
door Lowie Brandt. Een figuur die in de amateurto
neelwereld heel veel heeft verricht. We hopen trou
wens in deze reeks bijdragen er ook één aan hem te
wijden.
Dit openluchttoneel, wanneer we het zo noemen
willen, had succes. Zelfs van buitenuit. Omdat ver
schillende jonge mensen uit de Minnestraat nauwe
bindingen hadden met leraars van het College te
Dendermonde. In die periode bestond in de H.
Kruisparochie trouwens een «Studiekring», een
vorm toen van jeugdbeweging.
Het hierboven genoteerde werd ons meegedeeld door
Alfons Hofmans, vanaf de stichting in 1937, tot bij
het ter ziele gaan in 1947, onafgebroken sekretaris
van «De Kruisridders».
Van de kring rest een heel mooie en gave groepsfo
to. Helaas is dit het enige dokument dat, bij ons
weten, bewaard is gebleven. Deze foto staat ook als
nr. 76 afgedrukt in het werk «Oud Lebbeke»van
de hand van Jef Dauwe, uitgegeven door het ge
meentebestuur van Lebbeke.
De historiek maken van een vereniging waarvan
geen enkel dokument terug te vinden is, is bijna een
onmogelijke taak. Toch hebben we gemeend ook
omtrent deze kring te moeten noteren wat we te
weten kwamen. Om aldus toch iets over deze vereni
ging te bewaren. Een «iets» dat anders totaal in de
vergeethoek dreigt te verdwijnen.
We dachten dat de foto van «De Kruisridders», die
we al heel wat jaren in ons bezit hebben, een degelijk
hulpmiddel zou zijn bij deze historiek, omdat ver
schillende generatiegenoten en goede bekenden
erop voorkomen. We hebben echter verkeerd ge
dacht en ijdel gehoopt bovendien, want de verschil
lende kontakten die we hebben gelegd, hadden
weinig of geen resultaat.
Wat we neerpennen zijn dan ook sprokkelingen die
we her en der hebben geoogst. Het resultaat is dan
ook geen kronologisch overzicht, maar het vastleg
gen van enkele individuele herinneringen.
Individuele herinneringen
Toen de kring in 1937 tot stand kwam, was dat
onmiskenbaar onder het impuls van pastoor De Vos.
Iemand die voor de Minnestraat een zeer legendari
sche figuur is geweest. Niet alleen om zijn bouwak-
tiviteiten, maar vaak ook om zijn zeer persoonlijke
aanpak en zijn dikwijls «onorthodokse» levensstijl.
De eerste voorzitter van «De Kruisridders» was Jozef
Van Biesen en zoals we reeds vermeldden was
Alfons Hofmans de sekretaris. Het eerste stuk dat
op de planken gezet werd, was naar alle waarschijn
lijkheid «Het huis op de heide». Opvoering die
doorging in de bovenzaal van de Zustersschool.
In 1938, dat kunnen we bijna met zekerheid note
ren, werd «Pater Damiaan» opgevoerd, een spel in
drie bedrijven van R. Ysabie. We herinneren ons
trouwens deze opvoering te hebben gezien. Belang
rijk om weten is dat Lowie Brandt tijdens het gehele
bestaan van «De Kruisridders» de regie zou waar
nemen.
Een ander stuk uit de beginperiode was «Bracco-
nier», een treurspel in vier bedrijven van W.A.s.j.
Typerend detail is dat de mensen van de kring voor
elke opvoering de stoelen moesten gaan afhalen in
Denderbelle. Aanvankelijk gebeurde dit met paard
en kar, de laatste jaren van het bestaan met een
vrachtwagen.
Een stuk dat de kring eveneens zou gespeeld hebben
is het zangspel «Naar Congo», een stuk dat in het
begin der twintiger jaren ook opgevoerd werd door
«Vrede» En... dat ZSlfS SQg dOOP dé KWB werd
opgevoerd. In de vijftiger jaren dan. Met een gast-
voorstelling in Buggenhout-Opstal. Het meest amu
sante voor de spelers aan dit stuk was, dat er enorm
veel negers in voorkwamen en het «zwartsel» duch
tig gebruikt werd.
De koning van de negers in «Naar Congo» heette
Masnocha, Het zal wel Lowie Brandt geweest zijn die
«De Kruisridders» aangeraden heeft dit stuk op te
Destijds soms nu nog s
zeer grote rol in de keuze van het stuk. Bij voorkeur
werden dan stukken aangeraden, waarin de regis
seurs-acteurs reeds waren opgetreden. Voorbeelden
hiervan zijn legio. Om bij Lowie Brandt te blijven,
enkele titels van stukken die hij op verschillende
plaatsen regisseerde: Haar laatste wil; In de radio;
De Bokskampioen; De molen van Sans-Souci; De
Voetbalkoning en naast nog andere, het onontbeer
lijke «Waar de sterre bleef stille staan».
Bij de foto staan haast alle namen vermeld van
diegenen die er op voorkomen. Toch moeten we nog
enkele namen vermelden van Kruisridders, die ons
door Alfons Hofmans werden doorgespeeld en die
niet op de foto voorkomen: Leon De Maeseneer,
Gaston Van Biesen, Jan Van Schoor, Jan Van As-
sche, Frans Raes en Jean Dauwe.
Dat de kring vaak de missionaire toer opging de
opvoedingsmethodes uit de dertiger jaren, vol ro
mantisme en idealisering, zullen daar zeker niet
vreemd aan geweest zijn - vinden we bevestigd, niet
alleen in de opvoering van «Pater Damiaan», maar
ook in een stuk gewijd aan een ander Vlaams
zendeling: Pater Lievens. Omtrent dit stuk konden
we geen nadere gegevens ontdekken.
Er werd ons eveneens gesuggereerd dat de kring
ook een stuk over nog een andere missionaris
Ferdinand Verbiest zou hebben opgevoerd. We
brengen dit echter met enige reserve, omdat slechts
één persoon gewag maakte van deze opvoering.
Nog een hele plejade van andere stukken werd door
«De Kruisridders» opgevoerd. We noemden ze een
beetje kriskras door elkaar, omdat we de chronolo
gische volgorde niet kennen.
Plejade van stukken
«Offerande» was er een van, een destijds veel ge
speeld volavondstuk, van de hand van een destijds
produktief auteur Jan Grosveld. Dit laatste moge
blijken uit de opvoering van een ander stuk van
dezelfde auteur: De Waterduivel.
We schreven reeds in vorige bijdragen, dat bepaalde
stukken bijna in ieder dorp of parochie werden
opgevoerd. De redenen hiervoor waren voor de hand
Bovenstaande foto van «De Kruisridders» dateert wellicht uit 1941. Zittend van links naar
rechts: A. Cayet, G. De Kinder, L. Cursten, 3. Van Damme, pastoor De Vos, 3. Van Biesen
(voorzitter), A. Hofmans (secretaris), De Ridder, Mertens.
Tweede rij, v.l.n.r.: Frans Meert, F. 3ansegers, 3. Van den Heule, Teek, 3. Van Neyghem, 3ef
('ooreman. Cursten, x, P. De Vel, F. Van der Straeten, F. Cooreman. A. Van der Meersche.
Derde rij, v.l.n.r.: M. De Cock, A. Van Lierop, P. Van Neyghem, K. Cursten, A. De Decker, R. Van
Mulders.
liggend. Een allereerste was dat er enorm veel toneel
gespeeld werd, waarbij de jeugdbewegingen, vooral
de christelijk geïnspireerde, een belangrijk deel
voor hun rekening namen. Door het feit dat deze
groeperingen niet-gemengd speelden, was de keuze
zeer beperkt en uitsluitend geleverd door schrijvers
uit het eigen taalgebied.
Vertalingen van dergelijke werken bestonden er
praktisch niet en waren die er toch dan lag het
niveau ervan te hoog voor onze dilettanten. Komt
daarbij ook dat het publiek uitsluitend plaatselijk
was en er aldus niet voor overlapping te vrezen viel.
Een van de stukken die vaak aan opvoering toe was,
was er een van A. Entbrouckx «Hoera, wij trouwen».
Een titel die bij de toeschouwers van toen als belofte
vol amusant overkwam. «De Kruisridders» brachten
ook nog een ander stuk van dezelfde auteur: «Neef
Anselm». Waar we in een oud katalogus konden
ontdekken, was dit een zangspel in drie bedrijven.
De vraag rijst nu wel of het werd opgevoerd als
zangspel of als gesproken toneel. Het feit dat de
kring het zangspel «Naar Congo» bracht, houdt de
mogelijkheid open dat ze ook «Neef Anselm» als
zangspel opvoerde.
Stippen we terloops aan dat in 1944 Jef Van Biesen
als voorzitter werd opgevolgd door Jan Van Damme,
van bij de aanvang ook betrokken bij de kring.
Ander stuk dat werd gespeeld is «Ze gaan ne gang»,
een dolle klucht hoe kon het ook anders met zo'n
titel? - in drie bedrijven van Frans Dierickx.
Een andere titel die een paar maal vermeld werd is
«De doppersschool». We veronderstellen dat het hier
een ietwat dolle eenakter betrof, die als sluitstuk van
da avond werd opgediend.
Een paar titels die genoemd werden door Frans
Meert, die achteraf ook in de schoot van de jeugdbe
wegingen de regie zou voeren, zijn «De Simkatjes»
en een stuk waarvan de titel wel bekend klinkt
«Het wassen van de vloed)) maar waaromtrent
we niets meer konden ontdekken. Tot zover wat we
over «De Kruisridders» konden ontdekken.
Teloorgang
«De Kruisridders», ontstaan uit en door een heleboel
geestdriftige jonge mensen, zou in de eerste naoor
logse jaren teloorgaan. Een verschijnsel, dat weinig
of niets te zien had met de evolutie van het uitgaans
leven in die periode. Maar wel aan een logisch en
voor de hand liggend feit. Ik geloof dat bij de
stichting van de kring bijna alle leden, zoniet alle
maal, ongehuwd waren. De oudsten waren in de
twintig, de jongsten hadden die leeftijd niet eens
bereikt. De eerste jaren na de oorlog werd er enorm
veel getrouwd, omdat de enorme materiële moeilijk
heden tijdens de tweede wereldoorlog de trouwplan
nen naar een meer zekere toekomst hadden ver
schoven.
Ook «De Kruisridders» zijn aan dat verschijnsel niet
ontsnapt. Huwen betekent ook vaak verhuizen, en
het aantal Kruisridders werd waarschijnlijk zo
schaars, dat noodzakelijkerwijze in 1947 alle aktivi-
teit gestopt werd. Sommigen weren elders aktief en
«De Kruisridders», of het toneel in de Minnestraat,
was geschiedenis geworden.
Wel konden de wijkbewoners genieten van enkele
gastoptredens, maar deze hadden geen enkel ver
band met «De Kruisridders».
En toch... Enkele jaren later zouden enkele mensen
uit de Minnestraat, onder wie J. Van Damme, oud-
voorzitter èn nog enkele oud-leden van «De Kruis
ridders» de hoofden bij mekaar steken en «Wij» het
levenslicht schenken. Een kring die zich ondertus
sen volwaardig heeft ingeschakeld in het Lebbeeks
toneelleven.
Hier zou deze bijdrage kunnen eindigen, maar dan
zou ze gedeeltelijk voorbijschieten aan haar bedoe
ling. Die erin bestaat, links of rechts, reakties los te
weken, om op die wijze een vollediger beeld te
krijgen van deze kring. En als dusdanig een zo
volmaakt mogelijke historiek te brengen.
Op de reeds verschenen bijdragen kregen we overi
gens reeds een paar zeer belangrijke reakties, die we
graag, ter aanvulling, aan het eind van deze reeks
zullen publiceren.
(Pierre Van Rossem)
Een lach en een traan, grappen en toch tragiek: «Hoofdstuk
Twee» heet al bij al een blijspel te zijn. Mike Verdrengh, Ingrid
De Vos, Leslie De Gruyter, Rosemarie Bergmans komen de
lovestory vertolken in Sint-Niklaas (schouwburg, vrijdag 11
oktober, 20.30 u.) en Lokeren (kultureel centrum, zaterdag 12
oktober, 20 u.).
De helden van het toneelstuk behoren tot wat men «de tweede
leeftijd» noemen kan. Het klikt meteen tussen Mike en aktrice
Ilse. Maar na een poos loopt een en ander toch weer niét van een
leien dakje. Neil Simon schreef «Hoofdstuk Twee», Achiel Van
iMalderen regisseert. Het is een produktie van René Vlaeyen in
Zelem. (wv)
Van 4 tot en met 13 oktober
expozeren in 't Apostelken
te Aalst de kunstenaars
Adolf en Leopold De Co-
ninck en Edgard Dumolin
hun werken.
Adolf De Coninck is Aalste-
naar van geboorte. Hij
woont er nu nog, zij het in
de deelgemeente Erembode-
gem. Op 14 jarige leeftijd
begon hij zijn studies aan
de stedelijke akademie. Hij
doorliep er praktisch alle
afdelingen zoals tekenen,
schilderen, levend model,
enz. Adolf De Coninck
kreeg de Prijs Valerius De
Saedeleir van de stad Aalst,
evenals het gouden en
bronzen eremetaal. Hij
schildert vooral landschap
pen, marines, bloemen, stil
levens, de natuur in al haar
verscheidenheid. Hij expo-
zeerde reeds in Baardegem,
Ternat, Meldert, Herder-
sem, Dendermonde, enz.
Edgard Dumolin is afkom
stig van Halle en volgde
vier jaar kunstonderricht
bij meester Jozef Colruyt.
Dat was net voor de tweede
wereldoorlog, die trouwens
een einde stelde aan zijn
studies. Allerlei omstandig
heden lagen aan de basis
van het feit dat hij niet naar
Toch zou hij zich verder
gaan toeleggen op het teke
nen. Door zijn werk - Ed
gard werkt in een drukke
rij en komt permanent in
kontakt met de wereld van
de kunst werd zijn zin
voor het detail en voor de
verscheidenheid aan kleu
ren nog opgedreven. Ed
gard Dumolin is een indivi
dualist. Hij werkt liefst al
leen op zijn atelier in Len-
nik. Zijn geliefkoosde on
derwerpen zijn de vier sei
zoenen in zijn pajottenland.
Soms schildert hij ook
bloemstukken en in por
tretten kan hij zich voluit
uitleven. Hij beoogt niet al
leen een sprekende gelijke
nis met het levende model,
maar wil ook proberen het
karakter van de afgebeelde
persoon weergeven.
Tenslotte is er Leopold De
Coninck. Hij werd geboren
in Aalst en begon zijn oplei
ding aan de Aalsterse aka
demie voor schone kunsten
in 1932. Hij was toen 11
jaar. Hij behaalde op jeug
dige leeftijd al heel wat prij
zen, waaronder in 1939 en
1940 het koninklijk zilve
ren en het koninklijk gou
den eremetaal.
JM Heyman
Naar aanleiding van zijn
75ste verjaardag werd in
Sinaai een tentoonstelling
georganizeerd over het le
ven en werk van kunst
schilder Maurice Sterck.
Geboren in 1910 te Moerbe-
ke Waas kreeg de jonge
Sterck al vlug zijn eerste
lessen, tekenen, schilderen
en etsen aan de Koninklijke
Akademie voor Schone
Kunsten te Gent.
Aangezien er toen immers
geen enkele school dichter
in de buurt was, moest de
jonge Sterck, dikwijls per
fiets, de verplaatsing naar
Gent maken.
Tijdens zijn latere beroeps
loopbaan, toen hij trouwens
reeds te Sinaai woonde bleef
hij veel aandacht besteden
aan zijn jeugdhobby. Ge
boeid als hij was door de
rust van de natuur trok hij.
er in zijn vrije uren steeds
op uit. Dat komt dan ook
duidelijk tot uiting in zijn
werk.
Nergens vinden we immers
enige kenmerken van mo
derne technieken van de
schilderkunst, ook ab-
strakt of ander non figu
ratief werk zijn hem aan te
zien.
Sterck is en blijft een land
schapsschilder. Dikwijls
ontbreekt er zelfs enig men
selijk figuur op zijn
doeken.
«Miin werk moet. in rin eer
ste plaats begrijpbaar blij
ven voor de modale, niet
ingewijde volksmens»
vindt Sterck. «Dat de onder
werpen eerder getuigen
van een nostalgische trend,
terug naar de negentiende
eeuw, ligt in mijn eigen ka
rakter».
Wanneer men het werk van
Sterck bekijkt, komt men
inderdaad tot de vaststel
ling dat de tijd even heeft
stilgestaan. Landelijke we
gen en landschappen, be
zaaid met kassei en aarde
wegen, zonder enige vorm
van industrie of elektrici
teit. Het typische landschap
van de negentiende eeuw
met boerderijtjes zoals je
die alleen in Bokrijk terug
vindt.
De tentoonstelling over het
werk van Maurice Sterck
blijft nog toegankelijk tot
en met zondag en dit van 10
tot 12 uur en van 14 tot 20
uur en dat ten huize van de
kunstenaar zelf, Wijnveld
205 te Sinaai. Bij de exposi
tie hoort eveneens een klei
ne katalogus waarvoor de
vriend en oude dorpsgenoot
van de kunstenaar, Anton
Van Wilderode de bindtek-
sten schreef.
Aalst. De Aalsterse tekenaar Dirk Stallaert stelde zijn stripalbum voor aan het grote
publiek a