De Voorpost Zogse kinderen kregen nieuwe speeltuigen A. Vander Donckl Anna Delwaide Schautteet A. Vander Donckt Achiel Vermeiren vertelt... Over de Statiestraat, de kermis en de braderie Beelden van toen 16 - 29.8.1986 - De Voorpost KANTOOR VAN MEESTER te DENDERMONDE Noofdlaan 11 lel 052 21 13 18 notaris te Borgloon Graethempoort 46 OPENBARE VERKOPING VAN WOONHUIS met TUIN EN GARAGE TE BUGGENHOUT Notaris VANDER DONCKT te Dendermonde en notaris DEL- WAIDE-SCHAUTTEET te Borgloon zullen onder de ge wone voorwaarden, openbaar te koop stellen GEMEENTE BUGGENHOUT Een WOONHUIS MET TUIN EN GARAGE, te Buggenhout, Provinciale baan 20, bekend ten kadaster onder Buggen hout eerste afdeling sectie A nummers 669 R, 669 H en 668 C 2, voor een totale groot te van 7 are 37 centiare. OVER TE NEMEN: Wegens 2* zaak, goed renderende frituur te St.-Niklaas Tel. 770.61.33 na 20 u. m/zvoc Onafhankelijk weekblad voor Dender-, Durme- en Scheldestreek Uitgeverij De Cuyper n.v. Oude Vest 34 9330 Dendermonde Tel. 052/21.40.60 Telex 25765 HRD 33.579 BTW 419.120.172 Drukkerij A. De Cuyper-Robberecht Drukkerijstraat 11 9140 Zele Hóofdredakteur: S. Dewachter Sportredaktie: M. De Backer Redaklie Waasland: W. Vloebergh Abonnementendienst: tel. 052/21.40.60 jaarabonnement 1.800 F 6 maand 925 F 3 maand 475 F los nummer 38 F Bankrekening: 442-8601481-36 Lid van de Nationale Federatie der Informatie weekbladen vzw Aangesloten bij de Verantwoordelijke uitgever: D. De Cuyper Palende of gepaald hebbende aanhet huis met tuinvoor aan de Provinciale baan, ener zijds Nobels-Heyndrickx Maria Paula en Brusselmans-Nobels André te Buggenhout, achter aan Lycke Antoine Remi Jean te Borgloon, anderzijds Pee- ters-Beeckman Amanda Maria te Buggenhout en Peeters- Van Opstal Jean Pierre Victor te Buggenhout; de garage vooraan De Sint-Jozefstraat, enerzijds Van der Vorst-Van Puyenbroeck Roger te Bug genhout, Peeters-Beeckman Amanda Maria te Buggenhout en Peeters-Van Opstal Jean Pierre Victor te Buggenhout, achteraan Lycke Antoine Remi Jean te Borgloon, anderzijds Stassyns-Van Damme Leon Marie te Buggenhout. ONMIDDELLIJK BESCHIK BAAR. ZITDAG Dinsdag 2 september 1986 te 15 uur in café «De Pluim» te Dendermonde-Baasrode, Pro vinciale Baan 59, gehouden door mevrouw Van Steen. Te bezichtigen: woensdagna middag van 17 uur tot 19 uur na telefonische afspraak met mevrouw Goossens, tel. 052/ 33.2127. Verdere inlichtingen ter studie van Notaris VANDER DONCKT. 33/0106/GD TE KOOP GEVRAAGD: piano of vleugelpiano, aanbieding a.u.b. Tel. 051/30.78.23. KANTOOR VAN MEESTER OPENBARE VERKOPING VAN EEN WOONHUIS EN PERCEEL BOUWGROND TE BUGGENHOUT, Notaris VANDER DONCKT te Dendermonde, zal openbaar te koop stellen GEMEENTE BUGGENHOUT Een PERCEEL BOUW GROND te Buggenhout aan de Diepmeerstraat 76, be stemd voor open bebouwing met daaropstaande oude ge bouwen en een WOONHUIS met tuin, te Buggenhout, Die pmeerstraat 78, bekend ten kadaster onder Buggenhout eerste afdeling sectie A num mer 777 G, 777 F en 779 F, groot twintig are drie centiare, palende of gepaald hebbende vooraan de straat, enerzijds aan Van den Breen-Cayet Jan Albert Philemon, achteraan Van Riet-Vereeken Frans te Buggenhout en anderzijds Brusselmans-Moens Leopold Constant Maria. Kadastraal inkomen: 18.810 fr. BEWOOND door de heer Ayels Petrus. ZITDAG Maandag 1 september 1986 te 15 uur stipt, in café Den Heuvel te Buggenhout, Ka merstraat 146, gehouden door mevrouw Monique De Smedt. Verdere inlichtingen ter studie van Meester VANDER DONCKT. 33/0106/GD Het is weer halfoogst geweest en 'brqdderrie' in de Statie straat. Wanneer ik daar in mijn herinnering een begindatum probeer op te kleven, dan moet die braderij ruim vijftig jaar bestaan, met een korte onderbreking van 1940 tot 1944. Ik schrijf 'korte' onderbreking, hoewel we die onderbreking, toen we ze beleefden, eindeloos schenen te vinden. Niet om het ontbreken van de braderij - want daaraan dachten we toen niet - maar om de eindeloze hoop van problemen, miserie en ontbering die we toen moesten doorworstelen. Hoe kan het anders: ik ben ook dit jaar naar de 'braderie' getrokken. Ik mag trouwens, hand op het hart, zeggen dat ik niet veel uitgaven gemist heb. Ik moest, zoals vorig jaar, met kolieken van nierstenen te bed liggen, om me thuis te houden. Wanneer ik daar zo liep, dan gaf ik me er plots rekenschap van, dat ik daar ook gelopen had als kind, als vader met mijn eigen kinderen aan de hand en nu als grootvader met een paar van mijn kleinkinderen. Gezichten en herinneringen Die gedachte bezorgde me een melancholisch gevoel, gekonfronteerd als ik plots werd met een heel leven. Een leven van hoogten en laagten, van vreugde en pijn, en toch voelde ik me dankbaar, tomdat ik het allemaal had mogen beleven en nog mag beleven. Ik dacht aan de beide uitersten van gevoelens in een mensenleven, maar wist dat het ene zonder het andere geen zin heeft. Ik keek omhoog, naar de leegstaande, dreigende wolken, waaruit ieder ogenblik de regen - na vele regenloze dagen door velen verbijd en verhoopt - kon neerkomen. In mijn diepste binnenste smeekte ik met het weldoende vocht nog een paar uur te wachten. Of mijn verzoek iets heeft uitgehaald, of dat de mensen van de Statiestraat hun spreekwoordelijk weergeluk hebben gekregen, weet ik niet, maar de Statiestraat en aangelanden zijn droog gebleven. Wellicht tot spijt van de vele mensen die een groenten- of bloementuin hebben. Plots bemerkte ik bekende gezichten uit de Statiestraat van vroeger. Ik herkende ze onmiddellijk en speurde zorgvuldig hun gelaat af naar een teken van herkenning. Maar ze liepen me onbewogen voorbij. Ik had zin om ze aan te klampen, maar ik deed het niet, hoewel ik er achteraf spijt van had het niet te hebben gedaan. De reden waarom ik het niet deed? Die is tweevoudig. In de eerste plaats ongelooflijk maar waar, omdat ik iemand ben naar de verlegen, timiede kant. Ten tweede, en dat schijnt in tegenspraak met de eerste, omdat mijn vrouw zegt - en waarschijnlijk zal ze wel gelijk hebben - dat ik iedereen aanspreek of aanklamp. Met als gevolg dat wanneer ik naar de kermis of de jaarmarkt trek, ze altijd op me moeten wachten, omdat ik altijd mensen ontmoet die ik in jaren niet gezien heb en voor wie het, evenzeer als voor mij, een genoegen is oude bekenden te ontmoeten. De twee onbekenden die ik niet heb aangeklampt waren Louis en Jan Stockman, de zonen van de Witte Stockman, die een beenhouwerij hield in de Statiestraat, waar Jan overigens later een kiekenwinkel heeft gehad. Jan is dan verhuisd naar Berchem St.-Agatha, waar hij op een hoek, een winkel dreef van wild en gevogelte. Van Louis herinner ik me dat hij samen met Jan Reynders, die getrouwd was met Ludwine van Borms, - daarom zei men ook 'bij Berms' - tijdens de tweede wereldoorlog brood bakte voor honden. Ook in de Statiestraat. Er was toen schaarste aan brood en begrijpelijk waren er ook mensen die belangstel ling hadden voor dat brood. Om vele mensen niet nutteloos te woord te moeten staan, hing aan de ijzeren poort een bordje waarop te lezen stond: 'Hondenbrood voor honden alleen'. Een beetje fier, omdat ik er geboren ben... Wanneer ik door de braderij slenterde, af en toe halt houdend en pratend, ook uitkijkend naar mijn familie omdat ik ze weer in de steek had gelaten, tijdelijk dan voor een babbeltje met een kennis, voelde ik me blij en tevreden. De Statiestraat-braderie doet het nog altijd. Ik was ook een beetje fier, want zonder chauvinist te zijn, ben ik tocl} nog altijd een beetje iemand van de Statiestraat. Ik ben daar geboren in het huis dat toen nummer 40 droeg, als de zoon van Gonzalis en Zitte van Sooi Moeënens. Ik heb daar de eerste tien jaren van mijn leven gesleten. En... al was het niet zoals in hel liedje 'van voor sigarenwinkel en vanachter staminee' het was wel van voren staminee en vanachter kleermakerij, toch is dit een periode die mij, in vergelijking met veel van mijn generatiegenoten, tamelijk scherp is bijgebleven. Wanneer we dan in het begin der dertiger jaren verhuisd zijn naar het begin der Rossevaalstraat, waar ik bijna dertig jaar gewoond heb, bleef ik toch nog altijd behoren tot de gemeenschap van Statiestraatkermis en Braderie. Zeggen dat ik Statiestraatkermis heb weten ontstaan, zou de waarheid geweld aandoen. Omdat ik niet hou van geweld, of het nu gaat om de waarheid, dieren of mensen, zal ik dat zeker niet doen. Ik herinner me vaag, maar dan heel vaag en misschien nog meer door er achteraf horen over te praten dan door het zelf meegemaakt te hebben, dat 'den Bels' en zijn vrouw 'hun jubilee deden'. Zo noemden we, en soms nog, een jubileum vieren. Dat was het begin, aldus vertelt de geschiedenis, en het ontstaan van Statiestraatkermis. Aan 'den Bels' heb ik scherpere herinneringen. Hij had immers een stuk land dat hij bewerkte, achter de tuin van ons huis. Vaak zorgde hij voor het onontbeerlijke voedsel voor zijn land, door er de nodige kuipen 'bèèr' (aal) over uit te 'giëëzen'. Wat, maar dat was geen eigenaardigheid in die dagen, ervoor zorgde dat een scherpe, prikkelende geur de gehele omgeving verpestte. Vader vond dat hij bij een dergelijke gelegenheid 'Bels' moest laten horen dat het stonk. Waarop 'Bels' spottend antwoordde: *'t Es Miskiszieëp, klieëremaukerl». Ik heb die uitdrukking vooral onthouden omdat vader, wanneer het over 'bèèr' ging, regelmatig zegde: »'t Es Miskiszieëp, zei den bels». Op die manier de uitdrukking van Bels bewarend voor de komende generaties, een lijn die ik hier nu doortrek. Muskuszeep was de benaming van een welriekende zeep, verkregen door het toevoegen van het aroma van de muskusroos aan de zeep. De tuin van toen Aan die tuin van toen is een tijdsbeeld verbonden. Vader vond dal zijn kleermakershanden er onder leden wanneer hij te veel in de min moest werken. Ik veronderstel dat alle De speelpleinvakantie 1986 zit er op. Dit werd traditioneel afgesloten met een Vlaamse kermis op de speelplaats van Hamme-Zogge, gelegen achter de kerk, aan het voetbal veld van de VK Sierra. Deze Vlaamse Kermis kreeg wel een plechtig tintje, omdat men deze gelegenheid te baat nam om de nieuwe speeltuigen, die waren aangekocht door het gemeentebestuur officieel in gebruik te nemen. In Hamme heeft men de laat ste jaren al heel wat gedaan om nieuwe speelterreinen op de verschillende wijken te kreëren. Nu was het de beurt aan Hamme-Zogge. Daar is sedert enkele jaren reeds een speelplein, maar er stonden slechts enkele houten loodsen en primitieve speeltoestellen. De Zogse jeugdleiding drong aan op de aankoop van enkele nieuwe speeltuigen. Het ge meentebestuur kocht deze aan, voor de prijs van 20.000 fr. Deze toestellen, een schuif- plank, schommels, klimladder, touwen, rekken, enzomeer, werden ingeplant naast de reeds bestaande zandbak, door de gemeentelijke technische diensten. De speelpleinvakan- tiewerking, o.l.v. Juffrouw Marie-Jeanne Sillis en Jo Van den Bossche, vonden het een passende gelegenheid om naar aanleiding van de afsluiting van het VP 1986, deze toestel len officieel in gebruik te laten nemen door de kinderen. Schepen Frangois De Graef, mocht het traditionele lint doorknippen onder het toe ziend oog van vele gelukkige kinderen. De speelpleinwerking had vooraf een sketch opgevoerd over twee toverdozen die een schaar en een kussen tevoor schijn toverden, voor deze plechtigheid. De schepen van de jeugd dankte in zijn toe spraak de speelpleinwerking voor hun inzet tijdens het voorbije vakantiejaar 1986. Hij hoopte dat de kinderen TI zorg zouden dragen voor de tiamme- Het VF plein van Zogge kreeg nieuwe speeltuigen en die werden al dadelijk nieuwe toestellen. Verniel de door de jeugd uitgeprobeerd (vh) toestellen niet vroeg de sche pen met aandrang, want ze zijn aangekocht met gemeen schapsgelden. Hij dankte ook in het bijzonder D'Hooge Ca- rin van de speelpleinwerking Zogge. Jo Van den Bossche dankte in naam van de kinde ren en van de ouders het ge meentebestuur en de schepen voor de aankoop van deze nieuwe speeltuigen. Hij herin nerde ook aan de realisatie van een ploeterbad op het speel plein aan de Kaai. De bijna 300 kinderen dié tij dens de vakantie op beide speelpleinen hebben gespeeld zullen dit zeker waarderen, zegde de speelpleinwerking. Na de officiële plechtigheid konden de kinderen zich ver maken op de Vlaamse Kermis, en werden er reeds plannen gemaakt voor volgend jaar. bd Hamme. Op het VP plein werden de nieuwe speeltuigen goed bevonden voor de dienst (vh) uitvluchten goed waren. Hij deed wel een paar lichte werkjes, zoals zaaien, wieden en planten. Maar omsteken (spitten) was iets wat hij graag anderen liet dojen. Mijn tantes hielden vooraan staminee en het was een halsbreken de toer, daar een of andere, meestal jonge man op de kop te tikken, om voor een paar franks en een paar pinten de helft van onze hof om te spitten. De andere helft was (bleek) gras, waarop moeder de was te bleken legde. Ik herinner me dat op een bepaald moment één der jongens van Zjaakens de hof kwam omspitten. Niemand had toen veel vrije tijd en van overdag of op zaterdag zaterdag de hof om te spitten was geen sprake en 's zondags was werken zondig en uit den boze. Als ik me niet vergis was het Frans, die ze "n Oebel' noemden, die de tuin omspitte en hij deed dat 's avonds wanneer hel donker was. Ik zie u glimlachen en voel de spot in uw twijfelende ogen. En... toch is het de pure waarheid. Hij deed het bij maneschijn. Kunt ge u voorstellen, de goede oude tijd van toen? Als jonge man, 's avonds na uw werk, bij maneschijn een hof gaan omspitten, in ruil voor een paar franks en een paar pinten? Kaatsen tekenen en vrouwenkoers Mijn prilste en meest duidelijke herinnering is, dat ik als kleine jongen de kaatsen mocht tekenen bij een kaatslutte tussen de herbergiers. Waarschijnlijk mocht ik die klus klaren omdat het spel gedeeltelijk doorging voor ons huis. Ik werd daarbij door de spelers gul beloond in geld. In totaal had ik enkeie franken, wat voor een jongetje van die leeftijd een heel bezit was. Mijn ouders kennende, ben ik er zeker van dat ze in mijn spaarpot zijn terechtgekomen en van daaruit, via hel schoolsporen, op mijn spaarboekje terecht zijn gekomen. Bij mijn weten heb ik ze daar nooit afgehaald. Wat ik me van dat kaatsen ook nog levendig voor de geest kan halen is, dat ik weinig kaatsen heb moeten aantekenen, want de kaatsers zaten meer in het staminee dan ze op het spel stonden. Wanneer ik nu terugdenk aan toen, is het of er een zeer speciaal luikje opengaat, dat me toelaat te kijken naar een voor mij ver verleden, waarin enkele flitsen als 't ware beelden belichten die ergens diep in mijn onderbewustzijn te sluimeren liggen. Ik onderga plots weer de drukte die er heerste rond een vrouwenkoers. Ook dat was op een bepaald moment een onderdeel van Statiestraatkermis. Koersen voor vrouwen was toen bijna iets oneerbaars. Het was iets dat heel wat protesten losmaakte, maar dat toch, hoe kon het anders, ruime belangstelling kende. Dat de Statiestraat een dergelijke koers organiseerde, vond meer zijn oorzaak in de plaatselijke omstandigheden dan in sensatiezucht. De Statiestraat telde immers twee vrouwelijke coureurs - wielrensters is een woord dat pas later werd uitgevonden - nl. Irma van Kletters en Maria Pandoer. Maria was de dochter van Gust Pandoer en van Rans, zogenoemd omdat hun herberg 'In de Pandoer' heette. Irma was de dochter van Kletter, Staaf, die eigenlijk klompenmaker van beroep was, maar die later zijn brood verdiende door draf, een afvalprodukt van graan waaruit alkohol was gestookt en dat gebruikt werd als veevoeder, te verkopen. Kwam daarbij dat Lebbeke over nog een andere, betere renster beschikte, nl. de dochter van Staaf van de Mankens, uit de Kiel, nu Baasrodestraat. Het was echter Elvire De Bruyn die alle triomfen en belangstelling naar zich toehaal de. Zeggen dat de kranten over haar volstonden, zou een leugen zijn. Hoewel ze een zeer besproken iemand was Maar de waarheid krijgt toch zijn recht wanneer ik vertel dat ze achteraf wel de kranten haalde, toen ze, na een heelkundige ingreep, een 'hij' was geworden. Het beeld van Kletter roept meteen nog andere figuren voor ntijn geest En dan allemaal een beetje van hetzelfde type De Statiestraat telde onder zijn inwoners verschillende mannen die, om het zacht uit te drukken, nogal werkschuw waren. Mijn vader had zo van die typische uitdrukkingen eri één daarvan was: 'Moest hei werk in een fles zitten, hij zou d'er 't stopsel niet afdoen'. Daarmee portretteerde hij iemand die niet graag werkte. Welnu, in de Statiestraat woonden er meerdere die 'er het stopsel nooit zouden afdoen', integendeel er waren indivi duen die nog liever op de stop zouden geklopt hebben dan hem eraf te halen. Als u begrijpt wat ik bedoel, zou Toon Hermans zeggen. Het is delikaat namen te noemen, maar sommigen lieten liever het werk en de zorgen die erbij hoorden aan hun vrouw en ook wel aan hun kinderen over. Ergens zou ik het hebben over Statiestraatkermis en de prettige dingen daarrond en wie ben ik dat ik een ander mag beoordelen of veroordelen en daar was ik mee begonnen. Daarom streep eronder (wordt vervolgd) Pierre Van Rosse m De braderiestand van fotograaf Evarist Tecqmenne in de dertiger jaren. Zittend, vooraan in hemd met korte mouwen Evarist Tecqmenne. Staande naast hem zijn broer Octaaf Zittend in hemd, naast knaapje op stoel, Theofiel Triest. De huizen in de achtergrond zijn nu verdwenen. Foto van de gekostumeerde neringdoeners op de binnen koer van Kamicl Holbrecht. Zittend van links naar rechts: Petrus Heuninck (Peeken van Poetekens), H. Heuninck (Leen van Poetekens, echtgenote Frans Menten), Stefanie de Vlieger (Steffe van de Madeion), Joannes De Cock (Wannis Kok of De Schoeënen), Lie Pol (vrouw van Wannis Kok), Coleta Van der Meersch (Kollet van mans- kèèzens), Josephine Janssens (Finneken van Pasterkens). Staande van rechts naar links: Kamiel Holbrecht Kamille- ken van de Foienens, voorzitter van de Statiestraat), Angel Van Damme (Anzjel van Vandammekes), Georgette D'Herde (vrouw van Ulric Jacob), x, Anna Nissensftecht- genote Jef van Poetekens), Celestine (echtgenote de Vis), x, naar alle waarschijnlijkheid Maria Lissens Maria van Staaf van Kletters), x, x, x, Augusta Goossens (Gista van Bengens, echtgenote Dauwe, Vermeir, dochter van Frans den Blèès.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Voorpost | 1986 | | pagina 16