Lebbekenaars die
niet in de vergeethoek mogen 111
Lode Heuvinck
Tentoonstelling «De Overlevingscampagne in beeld»
klaagt barre situatie in Derde Wereld aan
Achiel Vermeiren vertelt
Info- Kijk- Doe en luisteravond:
JONGEREN EN MODE
In vaak zeer uiteenlopende bedragen hebben we
getracht een beetje Lebbeekse geschiedenis vast te
leggen. Niet met de bedoeling echte geschiedenis te
schrijven, maar wel het leven en de mensen uit een
bepaalde periode ergens te omschrijven en dat - wat
eigenlijk geen geschiedenis is, maar typerend kan
zijn voor een klimaat, een sfeer of een tijd - vast te
leggen, als dusdanig te bewaren, in de hoop dat het
ooit eens dienstig kan zijn. We matigen ons niets
aan, maar koesteren toch de hoop dat deze bijdra
gen, hoe miniem ook, ooit eens nuttig kunnen zijn.
Zo schreven we o.a. een reeks bijdragen over
verdwenen Lebbeekse toneelkringen, over de Statie
straat, zijn kermis en braderie, over straatnamen en
nog meer.
Op een bepaald ogenblik rees het plan, het nam
ook vaste vorm aan, om over sommige Lebbeke-
naars, over wie zelden nog gesproken wordt, iets uit
de doeken te doen. Wat we zouden willen doen onder
de hoofding "Lebbekenaars die niet in de vergeet
hoek mogen".
Lebbeke heeft, zoals elke andere gemeente, onder
zijn inwoners mensen geteld die weliswaar geen
grote bekendheid zijn geworden en wiens naam op
geen enkel straatnaambord prijkt, maar wiens
naam, op een bepaald moment, toch een bekende
klank had en die op een of andere manier iets hebben
gepresteerd waardoor ze bekendheid verwierven.
Het zijn namen geworden die alleen nog een vage
herinnering oproepen, bij enkelen, en die over zeer
korte tijd wellicht tot de vergetelheid zullen behoren.
Daarom hebben we gemeend ons te moeten buigen
over enkele figuren die we hebben gekend om te
vertellen wat ze gedaan of betekend hebben. Af en
toe, misschien zeer onregelmatig, willen we deze
figuren benaderen en via een publikatie trachten een
blijvend spoor te laten van hun bestaan.
Lode Heuvinck
Geen Lebbekenaar die hem gekend heeft, heeft hem ooit
Lode genoemd. Velen zoals ik noemden hem "Lowie". In
de wandeling heette hij steevast Lowieken Heuvinck. Voor
mij lag dat "Lowieken" niet uitsluitend aan zijn gestalte. Al
was hij niet groot, zo klein was hij precies toch ook niet.
De meesten noemden hem dan ook "Lowieken", als blijk
van hun vriendschap en genegenheid voor hem. Iedereen
hield immers van hem en waardeerde hem. Hij is één van de
weinigen van wie ik iets verkeerds, laat staan iets kwaads,
heb horen zeggen. Als kind - hij was ongeveer twintig jaar
ouder dan ik - heb ik altijd naar hem opgekeken, want hij
schreef in de gazet en toen ik zestien jaar was, vernam ik dat
hij een boekje geschreven had: "Jef Trap". Hierop stond
zijn naam als Lode Heuvinck vermeld, een naam die hij
ook gebruikte onderaan de vele bijdragen die hij her en der
publiceerde.
'Jef Trap' was een paar jaar later één der beste boeken die
ik kocht met mijn schaarse, opgespaarde zondagscenten.
Het boek - het ligt hier voor mij - waarin hij in 1967
volgende opdracht schreef:
Vriend Achiel:
Ik teken graag en fier mijn boek
Nu, dertig jaar na het verschijnen
Ik dank u om uw gulle verzoek
Dat weer wat zon in mij liet schijnen
Lode Heuvinck, Lebbeke, 26.6.67
Lebbekenaar Lowie Heuvinck en zijn vriend Frans
Bonduel
Lode Heuvinck op weg naar zijn werk. In de achter
grond het oude Brusselse Noordstation.
Een vriendelijk man
Mijn nadere kennismaking met hem was een gevolg van
ons beider pendelen naar Brussel, 's Morgens namen we
dezelfde trein en zo ontmoette ik hem op weg naar het
station. De eerste ontmoeting werd vlug eendagelijkse
gewoonte, waarop we zo ingespeeld en gesteld waren dat
wie eerst was wachtte op de andere, 's Avonds gebeurde het
soms ook dat we mekaar zagen, maar dat gebeurde niet
regelmatig, omdat ik vaak later terugkeerde dan hij.
Lowieken was toen dicht bij zijn pensioen, dat begon
november 1968. Ik zou nog een vijftiental jaren pendelen.
Tijdens dat dagelijks ochtendlijk op weg zijn, heb ik hem
leren kennen. Hij was een echt vriendelijke man, niet
opdringerig, zeer bescheiden - te bescheiden wellicht - met
een eenvoudige, klare kijk op vele dingen en eerder gesloten
wanneer het erop aankwam over zichzelf te praten. Ik was
zeer nieuwsgierig naar alles wal hij ooit geschreven en
gepubliceerd had, maar hij was daarover zeer terughou
dend. Nooit heeft hij me verteld of me enig idee gegeven van
alles wat hij gedaan had.
Het was maar later, na zijn dood, dat ik, dankzij zijn
vrouw, inzage kreeg van alles wat hij geschreven en
gepubliceerd had, alsook van enkele niet-uitgegeven wer
ken. Gepubliceerd heeft hij na zijn op pensioenstelling
overigens haast niet meer, wel geschreven. Ik was verbaasd
te zien wat allemaal van zijn hand gedrukt was en op welke
terreinen hij bedrijvig was geweest.
Om inzicht te geven in de verscheidenheid van aktivitei-
ten van deze man, heb ik gemeend in een levensschets,
wellicht onvolledig en wellicht ook te vluchtig, een idee te
geven van de vele terreinen waarop hij zich onverdroten
inzette. Op een bescheiden, maar daarom niet minder
produktieve en verdienstelijke wijze.
Van letterzetter-drukker tot sportjournalist
Lode Heuvinck werd te Lebbeke geboren op 17 novem
ber 1903. Zijn ouders bewoonden het hoekhuis van het
Eikenveld en de Molenstraat (later Leo Du Boisstraat),
waar zij 'polliers' (poelders) waren. Als kleuter ging hij
naar de 'pieëkesschool' bij de zusters - er was geen andere
kleuterschool - en achteraf belandde hij bij de Broeders.
Hij was een 'papsloeker'Zo werden de leerlingen van de
Broeders immers genoemd.
Toen zijn verplichte leertijd verstreken was, schreven we
1917, met als gevolg dat hij bleef schoollopen - steeds bij de
Broeders - tot het einde van de vijandelijkheden. Hij verliet
de school om als leerjongen-drukker te gaan werken bij Jos
Tirez, uitgever van 'De Lebbekenaar', die op de hoek van
de Leo Duboisstraat en de Brusselsesteenweg woonde. Van
daaruit kwam hij terecht in een Brusselse drukkerij om in
1928 in dienst te treden bij De Standaard, als drukker-
letterzetter. Hij zou daar blijven tot bij zijn pensioen in
1968.
Het was bij 'De Standaard' dat destijds de 'gele' Sportwe
reld van Karei Van Wijnendale gedrukt werd en dat
Lowieken voor 't eerst kennismaakte met deze legendari
sche figuur die Karei Van Wijnendale was.
Het klikte zeer goed tussen deze reus van de sportjourna
listiek en de kleine drukker-letterzetter uit Lebbeke. Van
Wijnendale, die in werkelijkheid Steyaert heette, ontstak bij
zijn poulain een vonk die nooit zou doven. Het liefdevuur
voor de sportjournalistiek - die werd toen heel anders
bedreven dan nu - laaide zeer hoog op en naast zijn
gedegen vakmanschap als letterzetter ontwikkelde Lode
Heuvinck een drukke aktiviteit als sportjournalist.
Neen, niet de gewone verslaggever van wedstrijden en
sportmanifestaties, maar de man die beschouwende stukken
schreef, zowel over de wedstrijden, de beoefenaars als de
mentaliteit en de geplogendheden.
Naar ik kon ontdekken heeft hij 250 dergelijke artikels
geschreven. Artikels waarin hij de meest uiteenlopende
sportonderwerpen aansnijdt. Karei Van Wijnendale moet
vertrouwen hebben gehad in zijn medewerker, om hem al
deze taken toe te vertrouwen die hij in deze honderden
bijdragen aansnijdt en behandelt, op een deskundige ma
nier bovendien en in een taal die voor iedereen bevattelijk
Lowie Heuvinck kwam in kontakt met alle grote Flan-
driens uit die periode! We citeren: Karei Kaers, Gust
Danneels, Romain Gijsels, Edgard De Caluwe, Bernard
Van Rijsselberghe, Georges Ronsse, Gaston Rebry, De-
muysere, Vervaecke enz.
Zijn voorkeur, zijn grote liefde, ging echter uit naar de
man uit ons buurdorp Baasrode, iemand die te Lebbeke een
enorme schare supporters had: Frans (met zijn ware naam
Gerard) Bonduel. Over deze onvergetelijke renner publi
ceerde hij een brochure: 'Het leven van Frans Bonduel als
renner', naar alle waarschijnlijkheid in 1938. Er was een
voorwoord van Karei Van Wijnendale en de brochure werd
uitgegeven door de Wieier- en Supportersclub 'De Bonduel-
vrienden' uit Sint-GiUis-Dendermonde.
Samen met Karei Van Wijnendale volgde Lowie elf maal
de Ronde van Vlaanderen. Van zijn hand verschenen ook
verschillende sportgedichten in 'Sportwereld' en in de
'Geïllustreerde Sportwereld', waarin ook een zevental
sportnovellen verschenen.
Was hij aktief sportpenneridder, hij was het ook als
organisator of mede-organisator van wielerwedstrijden te
Lebbeke, wedstijden waaraan veel vooraanstaande renners
deelnamen. Hij was o.m. met Marcel Ravijts, een trouwe
vriend van hem, de stichter van Bonduels supportersclub bij
Florent Moonen. Hij was ook fel bekommerd om het wel en
wee van de plaatselijke renners en deze uit de omgeving.
Een plaatselijk atleet die van Lowie veel aandacht kreeg, en
terecht, was onze lange-afstandsloper Frans Van der Steen.
(We komen hierop in een latere bijdrage wel eens afzonder
lijk terug.) Op een bepaald deel maakte hij ook deel uit van
het bestuur van onze plaatselijke voetbalploeg.
Dit vormt zowat het belangrijkste, in telegramstijl dan,
uit zijn leven als schrijver voor en over de sport.
Prozaschrijver en dichter
De Voorpost - 30.1.1987 - 9
Lowie Heuvinck was ook jeugdschrijver en, hoe kon het
anders of de sport kwam ook daar vaak om het hoekje
kijken. Zo schreef hij een veertigtal jeugdverhalen die
verschenen in 'Ons Volkske' en twee Vlaamse Filmkens
'Het licht in de duisternis' en 'De verloren Zoon'. Voor de
verzamelaars vermelden we even de nummers, resp. 189 en
140. Een Vlaams Filmke kostte toen 4 fr.
In 'Ons Volk' publiceerde hij een twintigtal novellen en
kortverhalen, maar ook in 'Ons Land' verschenen meerde
re verhalen van zijn hand. In dit laatst geciteerd blad
verscheen een fotoreeks onder de titel "D'Eene en d'ande-
re", waar wij zijn foto aantreffen tussen deze van Josse
Luyckx, Jan Vercammen, Fons Van de Maele, Alfons
Lambrecht, Staf Weyts en anderen.
In 'Ons Land' verschenen ook meerdere gedichten van
zijn hand. In zijn nagelaten werk vonden we trouwens nog
heel wat gedichten en verder een persklare bundel kinderge
dichten met als titel 'Een tuiltje bloemen uit onze kinder
tuin'.
Om zijn dichtwerk werd hij wel eens vergeleken met
werkman-dichter Fons Van de Maele. Zeker een passende
vergelijking, want tussen de eenvoud en de warme mense
lijkheid van hun beider werk was zeker een parallel te
trekken. Lief en ontroerend is het gedicht 'Ik zou zo graag
een vogel zijn', waarvan we hier graag de slotregels citeren:
Ik zou zo graag een vogel zijn.
Zo vrij en blij, Vol gulle zangen.
Maar 't zou me leed doen, smart en pijn.
Moest men me ooit als vogel' vangen.
Lowie Heuvinck was ook vaak de gelegenheidsdichter en
de man die jaarschriften - waar is de tijd? - maakte. Van
zijn hand bleef o.m. bewaard een heldendicht ter gelegen
heid van de eerste H.Mis van wijlen Flor Hofmans, alsook
een ode aan het Ros Beiaard uit 1958.
We ontdekten ook nog dat van zijn hand, samen met
Maria Algoet en Josse Luyckx bij J. Van In te Lier een
bundel kindergedichten verscheen met als titel 'Uit een
wereldje klein'.
(wordt vervolgd)
Pierre Van Rossem
Edgard Decaluwe en Bernard Van Rysselberghe met
naast hen sportfournalist Lode Heuvinck
In stadhuis van Dendermonde
In het stadhuis van Dendermonde staat van 30 januari tot en met 3 februari de
tentoonstelling «De overlevingscampagne in beeld» opgesteld. Het is een vry ongewone
tentoonstelling die de bezoekers sterk zal treffen. Men brengt immers in beeld hoe bar de
situatie in vele landen van de Derde Wereld wel is. Maar tegelijkertijd wordt aangetoond
hoe men daar een verandering kan in aanbrengen en welke rol de bevolking hierin kan
spelen. Een tentoonstelling met dus ook een tikkeltje hoop.
De tentoonstelling die gaat onder de titel «de Overlevingscampagne in beeld» richt zich
zowel tot groepen als tot enkelingen, scholen en verenigingen. Food and Disarmanent
Internationaal (FDI) en de vzw Survie-Overleven, de Belgische afdeling van FDI staan in
voor de realizatie ervan.
De overlevingscampagne
Het is een rondreizende ten
toonstelling die helemaal ka
dert in de overlevingscampag
ne die FDI sedert 1981 voert.
Deze campagne schraagt op
een Manifest tegen honger en
voor ontwikkeling, manifest
dat werd ondertekend door 96
Nobelprijswinnaars en de
steun geniet van talrijke mede
burgers en vooraanstaanden,
onder wie vele Belgische bur
gemeesters van alle politieke
strekkingen.
In 1983 heeft die campagne
geleid tot de stemming van de
«overlevingswet». Die wet ver
bindt België ertoe door een
grootscheepse aktie een aan
zienlijk aantal mensen te vrij
waren voor de hongerdood en
hen nadien de mogelijkheden
te verschaffen om hun eigen
ontwikkeling te verzekeren.
De overlevingscampagne
wordt gevoerd opdat ons land
deze engagementen zou nako
men, zoals bij wet is bepaald.
Steentje bijdragen
Jaarlijks sterven miljoenen
mensen van honger, onderont
wikkeling en armoede. In die
situatie kan en moet verande
ring komen op voorwaarde dat
de wil aanwezig is. Ons land
moet daar ook zijn steentje toe
bijdragen. Dit geldt eveneens
Een klein jaartje geleden
bracht Panorama een reporta
ge over kledingsnobisme bij de
jeugd. Na de uitzending praat
te heel Vlaanderen over de
Millet-jas.
Het TV-programma van Paul
Jambers lokte heel wat reak-
ties uit bij de jongeren én hun
ouders.
Op de vraag waarom jongeren
die snob-kleren dragen luidt
het meest gehoorde antwoord:
omdat ze «IN» zijn en omdat
ik die mooi vind.
Maar er wordt ook direkt aan
toegevoegd: om bij een groep
te horen, om niet uitgestoten
te worden.
En dat is verrassend: het egois-
tische, het individuele wordt
stilletjes verdrongen voor het
groepsgevoel.
De Millets-boys en girls in Den
dermonde
Bestaan die in Dendermonde?
Over deze vraag zal men het
zeker hebben op de info-kijk-
doe- en luisteravond rond
«Jongeren en mode».
Deze avond heeft plaats op
vrijdag 6 februari om 20 u. in
zaal 't Peird.
BRT-journalist Paul Jambers
(Panorama) zal er de video en
het boek rond Millets en kle
dingsnobisme voorstellen.
Na deze voorstelling kunnen
jongeren zelf aan het woord
komen in de doe-hoek «Jonge
ren vertellen zelf...».
De hele avond bijwonen kost
slechts 20 F.
Alle Dendermondse jongeren
(en ouderen) worden uitgeno
digd op deze spetterende
avond.
Punkers, new-wavers, Yuppies
en traditionelen zijn welkom.
Iedereen kan zijn idee over
kleding kwijt.
De organisatie van de avond
berust bij Jongsocialisten afde
ling Dendermonde.
Aan alle Dendermondse scho
len zullen speciale uitnodigin
gen uitgedeeld worden.
Wie meer informatie wenst
over de avond kan kontakt
opnemen met Peter Gorlé
(22.25.06) of Chris Moortgat
(21.97.71).
voor de andere noordelijke
staten. Door de overlevings
wet uit te vaardigen heeft ons
land een voorbeeld gesteld. De
uitvoering van die wet is dat
echter niet. En daar moeten de
wakkere burgers over waken.
Kortom, het is een verant
woordelijkheid die door allen
moet worden gedragen. De
staat handelt immers in eenie
ders naam. Het hongerpro-
bleem overwinnen is geen lou
tere daad van solidariteit. Dit
probleem stelt tevens sociale
en ekonomische eisen. Ekono-
misten zijn het er over eens dat
het oplossen van het honger-
probleem op termijn ook onze
ekonomie zal ten goede
komen.
Deze tentoonstelling wil de
noodzakelijkheid van een de
gelijke oplossing voor het hon-
gerprobleem onder de aan
dacht brengen en roept ieder
een op zijn of haar verant
woordelijkheid op te nemen.
Ook in Dendermonde.
Manifest
In het Manifest dat door 95
Nobelprijswinnaars is onderte
kend en werd onderschreven
door heel wat vooraanstaan
den, staat onder meer te lezen
dat zij ervan overtuigd zijn dat
hun werk moet dienen als een
getuigenis van openheid, broe
derschap en als een respekt
voor vrede en vooruitgang.
Massamoord, zo stellen ze, is
een tragedie die in de eerste
plaats politieke achtergronden
heeft. Elke vorm van barbaris
me moet worden geweerd in
deze maatschappij. Met dat
doel voor ogen moet er onmid
dellijk werk worden gemaakt
van een projekt dat tot doel
heeft de uitroeiing te bestrijden
en haar gevolgen onmiddellijk
op te heffen.
Het redden van een mensenle
ven is voor de 95 onderteke
naars het hoogste gebod. Bur
gers en politici, ieder op hun
niveau, moeten kiezen en
stemmen voor nieuwe wetten,
nieuwe begrotingen, nieuwe
projekten en nieuwe maatre
gelen die tot doel hebben zo
spoedig mogelijk miljarden
mensen te redden van onder
voeding en onderontwikkeling
en miljoenen mensen van elke
generatie voor de hongerdood
behouden. De machtigen der
aarde dragen een zeer grote
verantwoordelijkheid. Maar ze
staan niet alleen. Als de mach
telozen het lot in eigen handen
nemen, als een groeiend aantal
mensen geen andere wet ge
hoorzaamt dan die van de
rechten van de mens, waarvan Lebbeke. Sfeer genoeg tijdens het ACOD Nieuwjaarsfeest in Lebbeke (G. Breckx).
de meest fundamentele die van
het recht op leven is, als de
zwakken zich organizeren en
de weinige wapens deze heb
ben ook gebruiken geweld
loze akties zoals die van Gan
dhi als deze dingen gebeu
ren, dan is het zeker dat er een
eind wordt gemaakt aan de
katastrofe van deze tijd, aldus
het manifest dat stelt dat de
mens de kennis die ze bezit
moet gebruiken om hoop en
redding te brengen en kracht
te geven aart de overtuigingen
en meningen van de onderte
kenaars van het manifest. Ook
de media moeten luisteren
naar de stem van de Nobel
prijswinnaars en ruchtbaarheid
geven aan hun opvattingen
dienaangaande.
Voor de tweede maal wordt
een infobeurs voor eigentijds
huishoudkunde en technologi
sche opvoeding georganiseerd
in Mariagaard, Oosterzele-
steenweg 80 te Kwatrecht-
Wetteren op 1 april. De beurs
kannen opXXg'bezoèSn acOD^c'Br'ecla) 0p be2aek ''jdens hel nieuwjaarsfeest van de
kan
van 10 tot