X1 Andere oplossing voor KTA-Hotel niet haalbaar Aalsters Tourcriterium op sterven na dood Erpe-Mere: Wat met spoorlijn Aalst-Burst? Het Aaisterse Belfort Moeten meisjesinternen toch naar Oordegem? Documap Ook uw steun aan Dom Andreas, «Reus van Doornspruit» De Voorpost-31.7.1987- 11 Ouders van in het Rijksinternaat aan de Aaisterse Zonnestraat verblijvende kinderen protesteerden tegen een mogelijke overplaatsing van het internaat naar de gebouwen van de vroegere rijkslagere school te Oordegem waar de jongens van het rijksonderwijs van Aalst reeds een onderkomen vonden. De ouders protesteerden krachtig tegen een eventuele overplaatsing. Niet in het minst wegens het feit dat ze vreesden er totaal van hun leefwereld rond de eigen Aaisterse school te zijn afgesneden, veel tijd met nutteloze verplaatsingen te verliezen en, voor de groteren, weinig gelegenheid te zullen hebben om een bioscoopje mee te pikken of deel te nemen aan kulturele manifestaties. Wat hen echter uitermate dwars zat was wel het feit dat deze overplaatsing een idee zou zijn geweest van de gezamenlijke direkties van de Aaisterse rijksscholen. Studieprefekt reageert Paul Van den Wijngaerde, pas sinds Pasen studiepre fekt van het Koninklijk Technisch Atheneum (KTA) aan dc Ledebaan - ambt dat hij met prefekt Ghijsels die nu aan het hoofd van het HRITO staat ruilde - wil alleszins geen afbreuk doen aan rechtma tige belangen van ouders. Hij wil echter eveneens de belangen van het KTA en van zijn personeel verde digen. Paul Van den Wijngaerde zegt dat in het gesprek van de ouders met de pers hal ve waarheden werden ge hanteerd. Er werd inder daad met geen woord ge rept over een vorige beslis sing. Op 1 september 1986 werden twee rijksinterna ten gefusioneerd. Dat van de jongens verbonden aan het Atheneum en dat van de meisjes verbonden aan het Lyceum. Beslissing die zelf het gevolg was van het niet bereiken door het rijksinternaat in het Do mein Schelfhout in de Aai sterse Zonnestraat van het minimum aantal internen om als zelfstandig internaat te blijven voortbestaan. Het internaat voor jongens had reeds zijn intrek geno men in de inderdaad min der geschikte lokalen van de rijksbasisschool te Oor degem en de meisjes zou den moeten volgen. Transferten die kaderen in de bedoeling van de minis ter van onderwijs om de lokalennood van rijksscho len te lenigen door het meer benutten van ten dele of volledig leegstaande ge bouwen van rijksscholen zoals bvb. de rijksbasis school Oordegem aan de Prieelstraat. Nood aan lokalen Het KTA, school in volle expansie want inspelend op aktuele noden, stelde haar probleem voor aan de Aai sterse rijksscholengemeen schap. Op een vergadering met alle betrokken instan ties, inspektie, instellings- hoofden en fonds der ge bouwen werd naar een aan nemelijke oplossing ge zocht. Zowel voor het KTA als voor het Inter naat. Er kwamen voorstel len om het Internaat van de Zonnestraat over te heve len naar Oordegem, om lo kalen van de RMS-Binnen- straat door het KTA te la ten benutten voor nieuwe afdelingen publiciteitsteke- nen, plastische kunsten en slagerij. Deze laatste afde ling kwam er verleden schooljaar (nog) niet, doch wellicht komt die er nu wel in september 1987. En het na het vertrek van het meisjesinternaat naar Oordegem vrijgekomen Domein Schelfhout zou ge bruikt worden als gastrono misch restaurant voor 5' en 6' jaar VSO-hotelkeuken en 5C en 6' jaar VBSO- hotel. Waarmede het KTA zowat de kroon op het werk zou kunnen stellen want het zou dan reeds be schikken over de bakkerij Ter Schaebeke en over de slagerij in de Binnenstraat. De nieuwe richtingen zijn inderdaad dermate attrak- tief dat ze reeds vorig schooljaar 68 leerlingen tel den. En voor het nu op te richten 7C specialisatiejaar VBSO banket-aannemer meldden zich reeds nu een dozijn belangstellenden. Bovendien zou het restau rant ook kunnen dienen voor de avondschool «ho tel» verbonden aan het KTA. Uiteraard had het KTA primordiaal geop teerd voor een restaurant op de eigen campus aan de Ledebaan. Wegens de be sparingen was die echter niet haalbaar en zoeken naar een ander alternatief leverde evenmin vruchten op. Alleen het Domein Schelf hout in de Zonnestraat bleef een mogelijkheid en uiteraard lag het niet in de bedoeling daarmede het rijksinternaat schaakmat te zetten. Er dient inderdaad voor de problemen opge bracht door de ouders van de residenten van het inter naat naar een valabele op lossing te worden ge zocht... Dat de verbouwingswerken aan het Domein een slordige 20 miljoen zouden kosten, steunt volgens studiepre fekt Van den Wijngaerde niet op feiten. De kostprijs kon inderdaad toen de ou ders protesteerden nog niet becijferd zijn, omdat de ge gevens nog ontbraken. 20 miljoen noemt hij schrome lijk overdreven. Toch moe ten er, waar dan ook, keu kens worden geïnstalleerd en die worden niet met wortelschijfjes betaald. LH Aalst. Ik miste tot op heden geen enkele aflevering van het feuilleton Sons and Daughters, zo zei de mevrouw links op de foto die allicht de dag van haar leven beleefde bij het ontmoeten van Fiona (a) Eens had Aalst niet alleen het oudste dat heeft het uiteraard nog steeds en het eerste na de Tour ook dat heeft het nog criterium dat vonken sloeg en de massa duidelyk aansprak. De tijd van Eddy Merckx die de hele regio naar de Keizerlijke Stede lokte. Of de periode van Lucien Van Impe die Mere en omliggende in een dolle roes bracht. Het organiserend sportkomitee en het Aalsters stadsbestuur hebben op voorhand degelijk ingezien dat dit kriterium op sterven na dood was. Er werd dan ook aan gedokterd. André Van Hove wijdde maandenlang aan de voorbereiding van een kriterium dat een heropstanding zou betekenen. Reeds een vijftiental jaren geleden werd het station van Erpe-Mere afgebroken en in het kader van de eerste besparingen werden talrijke treinen afgeschaft. Een vaste autobus zorgde voor vervoer tydens de minder drukke uren in de loop van de dag. Dit was het begin van de aftakeling van het spoorwegverkeer want dergelijke maatregelen werken uiteraard een minder talrijk reizigersverkeer in de hand... en zo beslist men na enkele tyd tot de volledige afschaffing over te gaan omdat er toch maar weinig reizigers op die treinlyn te noteren zyn. Het ene volgt zowat het andere maar daar spreekt men niet meer over en men houdt zich aan de huidige cijfers die als maatstaf die nen om een al dan niet verantwoorde beslissing te treffen, al dan niet in het belang van de pendelaar, die meer behoefte heeft aan een klein eensporig «zijlijntje» dan aan een snelle TGV. Een eeuw geleden De ironie wil dat het nu sinds vorig jaar juist en eeuw geleden is dat de spoorlijn van Aalst naar Burst met grote luister geopend werd. Het gebeur de meer bepaald op 1 juni 1876, in aanwezigheid van de toenmalige minister Beernaert en het gemeen tebestuur van de stad Aalst. Het kort trajekt spoorlijn maakte toen deel uit van de grote spoorwegroute Ant- werpen-Douai, die van in ternationaal belang ge weest is. Hoe belachelijk het ook moge klinken, maar op deze spoorlijn is de klok een eeuw terugge zet, want ook in 1876 reden er 's morgens drie treinen naar Aalst naar Zottegem en evenveel in omgekeerde richting. Het station van Erpe-Mere groeide echter langzamerhand uit tot een bijzonder vertrek- en aan komstpunt en op «de los» was men steeds bedrijvig met het laden en lossen van goederen waarbij steen kool het meest verhandeld werd. Daarnaast werd deze «enkele spoorlijn» als een belangrijk element be schouwd omdat ze een uit weg bood bij een eventuele versperring of in onbruik zijn van de later aangeleg de spoorlijn Denderleeuw- Kortrijk. Door het steeds groeiende wegverkeer is het «oude lijntje» naar Burst echter tot haar mini mum aktiviteit herleid en thans overweegt men om de uitbating ervan op te geven om reden van nieu we besparingen. Protest Het herstruktureringsplan van de NMBS voorziet de afschaffing van bepaalde stopplaatsen waaronder ook deze (drie) van de spoorlijn nr. 82, tussen Aalst en Burst, ressorte ren. Om reden hiervan is in de schoot van het ACW- Erpe-Mere, die diverse so ciale en kulturele vereni gingen vertegenwoordigt, een aktiegroep opgericht «Behoud van de spoorlijn Aalst-Burst». Deze heeft in het belang van de regio een probleem studie gemaakt en tot be sluit enkele voorstellen ge formuleerd die tot een de gelijke tegemoetkomende oplossing zouden moeten leiden. Volgens hen kan de problematiek op twee ma nieren opgelost worden en hieruit lichten we toch een paar hoofdgedachten. Zo stellen zij dat bij het af schaffen van deze spoor lijn, op basis van zuivere bedrijfsekonomische mo tieven, de NMBS totaal voorbijgaat aan zijn so- ciaal-ekonomische funktie Samen met het Oud Hospitaal en de Sint-Martinuskerk behoort het Bel fort tot de meest waardevolle gebou wen van de stad. Het is in wezen een geheel van drie afzonderlijke deel- gebouwen, met name het Schepen huis, de Belforttoren en het gebieds- huisje. Het Belfort beheerst de Grote Markt op een unieke w(jze. Dat gebouw is vooral interessant omdat het zo een goed overzicht biedt van de evolutie van drie eeuwen profane bouwkunst in de Nederlanden. De geschiedenis van het uitzonderlijke gebouw dat de tand des tyds rede lijk heeft doorstaan, gaat terug tot het jaar 1225. Schepenhuis en Belforttoren Men veronderstelt dat het schepen huis van Aalst, opgericht in 1225, het oudste nog bewaarde schepen huis is van de vroegere Nederlan den. Het werd opgetrokken in Le- dische zandsteen, ten behoeve van de zeven schepenen van het land van Aalst, om hen toe te laten hun administratief en rechterlijk ambt naar behoren uit te oefenen. Op de voorgevel prijken twee half verhe ven beelden die de graaf van Vlaan deren en het kind van Aalst voor stellen. De zonnewijzer tussen de twee beelden, was zo oud als het Belfort zelf. Maar er werd een nieuwe zonnewijzer gemaakt in 1600, opnieuw verguld door Jan Lippery (1681). Nog op de voorge vel herinnert het opschrift «nee spe nee metu» - 'door hoop nog vrees' - aan de inhuldiging van Phi lips II als graaf van Aalst (1555), die deze spreuk tot zijn leuze maak te. De achtergevel toont een vroeg- gotisch profiel, kantelen en trapge vel, terwijl de vensteropeningen van de benedenverdieping met rondbogen nog tot de Romaanse opvatting behoren. De ronde hoektorens versterken de rechthoekvorm van het gebouw en maken het slanker. In het schepenhuis was tot 1650 ook een kapel ondergebracht, waar dagelijks mis werd gelezen. Toen de stad omstreeks 1380 verwoest werd door de Gentenaren, onder Lodewijk Van Male, brandde het schepenhuis gedeeltelijk af. Alleen de achtergevel en de oostgevel ble ven gespaard. Men begon met de wederopbouw van de westergevel in 1407. De Beiaard De eerste beiaard werd in 1461 vervaardigd door de Mechelaar, meester Vranck. Jan Zeeltman, ook een Mechelaar, goot de klok ken. Het klokkenspel werd in 1714 helemaal vernieuwd door Jan Pau wels, een Gentenaar en hersteld door Jacob Page van Geraards- bergen. Na de brand in 1879 werden de klokken hergoten. Voor 1879 telde de beiaard 38 klokken, daarna en tot op heden 52. De kelders Onder het gebiedshuisje via 23 bre de trappen, bereikt men de kelders van het Belfort. Die kelders - ook crypte genoemd - hebben in de loop van de jaren uiteenlopende bestemmingen gehad, maar werden nooit als grafkelder gebruikt. Oor spronkelijk en gedurende lange tijd waren het folterkamers. In 1778 leerde Frans De Smet, meester ka toenspinner, hier de arme kinderen spinnen. Nog later verhuurde het stadsbestuur de onderaardse plaat sen aan kooplieden. Tegenwoordig worden de Belfortkelders gebruikt als tentoonstellingsruimte. Uurwerken Het uurwerk jaartekent van in de 14c eeuw. In 1447 had de stad reeds haar «horlogemeester». Jozef Bury herstelde het uurwerk in 1654. De uurklok die vroeger in het torentje van het gebiedshuisje hing, werd alle dagen om 10 uur geluid. Daar om werd zij de aftochtklok ge noemd. De torenwachter werd daarmee gelast en moest bovendien gedurende de nacht de uren aan kondigen bij middel van een hoorn. De oudste mechanische tijdaanwij- zer, is de uurklok die later om streeks 1400 verbeterd werd. Zodat ze niet enkel het uur maar ook het half uur sloeg. Die klokken bevon den zich echter in de kerktoren. Aangezien het Belfort de brand ramp van 1380 nog niet te boven was gekomen, zouden de herstel lingswerkzaamheden duren tot 1420. Later worden plannen ge maakt voor een Belforttoren. Die zal voltooid worden in het jaar 1460. Het uiteindelijk resultaat is een uiterst sierlijke toren, dankzij een opengewerkte gaanderij met afgeschuinde hoeken. In de nacht van Aalst kermis, 7 juli 1879 om 1.30 u. 's morgens, na een vuurwerk, brandde een gedeelte van het Belfort af. De schade was aanzienlijk. De ba rokke bekroning van de voorgevel, fronton en torentje zal bij de her stelling vervangen worden door de gotische konstrukties. De restaura tie van de Belforttoren werd eerst aangepakt, maar de zonnewijzers werden niet meer geplaatst. De heropbouw van de voorgevel ge schiedde pas in 1886. Het gebiedshuisje Het gebiedshuisje, ook wel bretes- que genoemd, ontleent zijn naam aan het feit dat door de ramen, die onmiddellijk uitgeven op de Grote Markt, de wetten werden voorgele zen door de baljuw of stadhouder en waar ook te gelegener tijd de vorst trouw zwoer aan de gemeen tevrijheden. In 1543 werd het oorspronkelijke gebouwtje volledig afgebroken. Het gebiedshuisje zoals het er nu staat, is een heel fraaie aanbouw uit de laatgotische periode. Vijf beelden sieren dat stenen reli kwieschrijn; eerst is er Themis, symbool van gerechtigheid met weegschaal in de hand, verder Ka- rel V (Keizer toen het gebiedshuis je werd opgetrokken) samen met het kind van Aalst; Dirk (de laatste Heer van Aalst, t 1166) en Pieter Coucke, de hofschilder van Karei V, samen met Cornelius de Schrij ver, een letterkundige en dichter. JM Heyman ten opzichte van de bevol king van Erpe-Mere. Als de maatschappij met dit laatste wil rekening houden moet men er voor zorgen dat dit baanvak een hoger rendement krijgt en de ver liezen in positieve cijfers kunnen omgezet worden. Daarom is volgens hen een plaatselijke marktstudie noodzakelijk en zij hebben alvast enkele argumenten geformuleerd die hierbij behulpzaam kunnen zijn. Zo kan de NMBS bv. beter inspelen op de belangrijke schoolgemeenschappen uit de omgeving en de lijn blijft nog altijd een uitgele zen uitvluchtlijn voor de lijn Denderleeuw-Zotte- gem-Kortrijk, «met zelfs nog een, militaire beteke nis». Men opteert zelfs voor elektrifikatie van de lijn 82 of voor een stop plaats op de naburige lijn Brussel-Oostende. De ak tiegroep besluit haar stand punt: «Het is een vergissing zomaar de mogelijkheden die de regio Aalst-Erpe Mere-Zottegem biedt, on benut te laten. Het zou zelfs sociaal onverant woord zijn deze spoorlijn Aalst-Burst te laten ver kommeren, of af te schaf fen, mede voor de vele scholieren die dagelijks Aalst moeten bereiken». De opstapplaatsen van Er pe-Mere, in de nabijheid van het industrieterrein, kan alleszins uitgebouwd worden met een zeker ren dement dat mettertijd op nieuw positieve resultaten moet opleveren, ten bate van de NMBS en als «servi ce» voor de omwonenden. Men zou alle Belgische ren ners die in de Tour een rit konden winnen uitnodigen. Dat gebeurde inderdaad: doch het bleef noodge dwongen tot twee beperkt. Meer winnaars kreeg Bel gië niet. Ook niets spe ciaals in de algemene rang schikking, niets in groen of combiné en zo mogelijk nog minder in de bergkom petitie. Wat uiteraard niet bevor derlijk was om de massa naar Aalst te halen. Zijn de helden moe? De weermaker was even min van de partij. Neergut sende regen in de voormid dag en dreigende onweers buien voorspelden weinig goeds alhoewel uiteindelijk de hemelsluizen toch dicht bleven en het niet eens koud was. Toen we rond 19 u. aan een aangestelde vroegen hoe het met de opkomst zat, vertelde deze man die sinds 15 u. aan de toegang tot het circuit in een straat palend aan het centrum stond nog maar twee tickets te heb ben kunnen afleveren waarbij één een winkelen de dame gold dat dan nog moest worden terugbe taald. De tribunes liepen verre van vol. Ook de tribune vorbehouden voor de poli tici bleef gedeeltelijk onbe zet ook al had Pieter Post er toch weten plaats te nemen. Het komitee had nochtans via sponsoring de prijzen heel wat kunnen optrekken doch echte vedetten kan men ermee onmogelijk naar Aalst lokken. Daaren boven bleven buitenlanders met naam, Phil Anderson uitgezonderd, niettege- staande gekontrakteerd weg. Dat was alleszins het geval met Bontempi. Ziek. En wellicht ook met Alcala. Zelfs de met veel tamtam aangekondigde Australi sche vedetten van de beeld buis «Sons and Daughters» oefenden duidelijk weinig attraktiviteit op de sportie- velingen. Misschien lokte de koers voor nieuwelingen wiens vader, moeder, broer en zuster langs het parkoers verschenen, de chronome ter om af te drukken in de hand, meer volk naar Aalst dan Fiona en konsoorten. En nu maar wachten op de volgende Tour met een Belgische uitschieter en met nieuwe initiatieven van het Sportkomitee die de mensen kunnen beroeren. Vraag blijft: dewelke? Over het criterium zelf leest u meer op onze sport bladzijden. LH Aalst. Ook burgemeester De Kerpel was opgezet me het Australisch bezoek (a) Carl Prevot en Ingrid Van Gijseghem in 't Hof te Puttens te Lede Varn 31 juli tot 30 augus- rijen in 't Hof te Puttens 19.00 tot 22.00 uur, op Kunstcentrum VTB Ga- tus expozeren Carl Pre- te Lede. Men kan deze zaterdag en zondag, lerij 't Hof te Puttens is vot en Ingrid Van Gij- tentoonstelling gaan be- maandag en de feestda- gelegen aan de Wichel- seghem hun schilde- zoeken op vrijdag van gen van 14.00 tot 22.00 sestraat 20-22 te Lede. In 1971 bezocht de Westvlaamse missiespecialist Omer Tanghe onze dorpsgenoot op zijn missiepost in Doornspruit. Hij wijdt dan ook een heel hoofd stuk aan hem in zijn veelgelezen boek 'Ons vir jou my swart broer'. Wij lezen het volgende: «De tijd staat stil wanneer Andreas zijn hart laat spreken en dit hart is oeverloos. 'Zo wijd als de Transvaalse vlakten' hadden zijn medebroeders mij gezegd. Vader Andreas, vikaris-generaal van het bisdom Pietersburg, is een groot gastheer. Zijn bisschop noemde hem de reus van Doornspruit». Deze reus, letterlijk en figuurlijk, is een rasechte Meldertnaar. Hij werd hier geboren in 1905 in de Eekhoutstraat, in het huis waar nu nog zijn neef en nicht wonen Frans Cleymans en Diane Baert, zijn jeugd bracht hij echter door op de hoeve die zijn ouders ondertussen hadden gekocht in de Molen- kouterstraat. Na de lagere school in Meldert ging hij eerst naar het St.-Maartensinstituut te Aalst, maar omdat hij wilde priester worden verhuisde hij naar het H.-Maagdcollege te Dendermonde om er de Latijnse te volgen. Daar was de kozijn van zijn vader, E.H.J. Carlé, eveneens van Meldert, toen leraar van de Rhetorica. In 1923 trad hij binnen in de abdij van Affligem, waar ook zijn oom Dom Adalbertus Baert monnik was. Hij werd priester gewijd in 1932 en in 1936 vertrok hij definitief naar de missie van de Benediktijncn in Transvaal, Zuid-Afrika. Sedert 50 jaar verblijft vader Andreas onafgebro ken op de grote missiepost van Doornspruit in het thuisland Lebowa, eerst als helper en sedert 1947 als overste. Sedert vele jaren is hij ook de vicaris van de bisschop. Vader Andreas is nu voor enkele weken weer in Meldert en in Affligem. Wij willen hem nu vieren voor zijn 50-jarig missionaris zijn. Dit gebeurt te Meldert op 2 augustus 1987. Om 10 u. is er een plechtige eucharistieviering in de parochiekerk opgeluisterd door het jeugdensemble JOTAM o.l.v. P. Beek. Daarna wordt iedereen uitgenodigd op de barbe cue, in de hovingen van Herman, Dorpstraat 1 (doorlopend van 11.30 u. tot 18 u.). Praktische inlichtingen: Kaarten voor de barbecue zijn te verkrijgen bij de familieleden van Dom Andreas aan de prijs van 300 fr. Steunkaarten zijn te verkrijgen aan 100 fr. Wil u liever rechtstreeks steunen dan kunt u storten op 393-0033788-24 van Missiewerken van Dom Andreas te Aalst. LH

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Voorpost | 1987 | | pagina 11