Aalst ontvolkt verder.
f
I
81.422 min 4.792 76.630
-
-
-
2 - 15.7.1988 - De Voorpost
Ondanks de reeds geluide alarmklok zet de ontvolking van Aalst zich gestadig verder. Voor Groot-Aalst met
zowat 6% maar voor Aalst-Stad loopt dat op tot bij de 10%.
Als het bevolkingscijfer de barometer is van de levendigheid en bewoonbaarheid van de stad, dan is de toekomst
van Aalst weinig rooskleurig. Aldus wakkere burger André-Emiel Bogaert die aan deze problematiek reeds in
1986 een studie wijdde en deze nu aanvulde. Met bovendien vergelijkende cijfers voor alle omliggende
gemeenten, plus Denderleeuw.
Eerder werd wel eens gedacht dat dit probleem niet de ernst verdiende die men het toeschreef en dat dezelfde
neerwaartse trend zich ook in de omliggende gemeenten vertoonde. Geen van beide axioma's bleek echter met de
waarheid te stroken. Alle omliggende gemeenten kenden ten aanzien van 1976, begin van de fusieoperatie, een
stijging met uitzondering van Haaltert, dat tien personen minder telde.
Grootste stijging is waar te nemen in Affligem dat een stijging kent van 8,2% (871 personen). Erpe-Mere volgt
met 3,7% (663): Dendermonde met 3,3% (1.361), Denderleeuw met 2,2% (396) en Lede met 0,3%
(48).
Hiertegenover staat dan het povere resultaat van Aalst dat 5,9% verliest, wat in absolute cijfers overeenstemt met
een vermindering van de bevolking sinds de fusie van 4.792 personen.
Plaatselijk
Het probleem is dus duidelijk plaatselijk en niet regio-gebonden. Evenmin verwant met geografische ligging of
ekonomische omstandigheden.
Even belangrijk is het te weten dat het dalend bevolkingscijfer niet te wijten is aan een verschil tussen nataliteit en
mortaliteit, doch alleen aan het groot verschil tussen uitwijking en inwijking. Komt daar nog bij dat uit het
onderzoek gebleken is dat het grootste aantal uitwijkelingen uit Groot-Aalst uitwijkt naar omliggende gemeenten
en in heel wat mindere mate naar verder afgelegen gebieden.
Aalst
Uitschieter in de daling is Aalst-Stad dat in 1986 reeds een negatief saldo kende van 8,2% dat ondertussen is
aangegroeid tot 9,3%. Ook de deelgemeenten vertonen een negatieve kurve, maar dan wel in mindere mate.
Ontvolking doet zich meest voor in verstedelijkte kernen als Erembodegem en Nieuwerkerken, en in mindere
mate in landelijke kernen als Baardegem, Moorsel en Herdersem. Meldert kent zelfs een lichte stijging (nieuwe
wijk) en ook Gijzegem-Hofstade gaan vooruit.
Aldus komt overduidelijk vast te staan:
- dat de ontvolking van Klein-Aalst en dan meer specifiek Aalst-Centrum ontoelaatbare vormen heeft
aangenomen, komende van 44.677 inwoners bij aanvang fusie tot 40.516 per 1/1/88, hetzij een daling van 4.161
eenheden of 9,3%.
Klein-Aalst verliest aldus in amper twee legislaturen tijds bijna 10% van haar bevolking en, indien dit zo blijft
doorgaan, dan krijgt men binnen afzienbare tijd een halvering van de centrumbevolking.
De meest gepolueerde, drukste en verstedelijkte deelgemeenten kennen ook een opmerkelijke, al zij het
minder spektakulaire achteruitgang met als duidelijke uitschieter Nieuwerkerken en tweede koploper
Erembodegem.
Het is ook enigszins opmerkelijk dat de zuiver landelijke deelgemeenten een lichte achteruitgang kennen met in
respektievelijke orde van grootte Baardegem en Moorsel-Herdersem, terwijl Meldert dan weer een lichte
vooruitgang kent.
- Even opmerkelijk als de achteruitgang van Klein-Aalst, is evenwel de positieve balans van de half-landelijke,
half-verstedelijkte deelgemeenten Gijzegem en Hofstade met een aangroei van bijna 7%. Feitelijk is dit een
bewijs dat de toekomst meer gelegen is in woongebieden, waar het landelijke (open ruimte, groen, laagbouw,
enz...) hand in hand gaan met het stedelijke (wegennet, infrastruktuur, diensten, enz...). Daarenboven werd
juist in deze gebieden op een bepaald niveau aan nieuwe sociale huisvesting
EVOLUTIE BEVOLKINGSCIJFER GROOT-AALST
- de kleinste deelgemeente Papegem kende oorspronkelijk een zeer lichte aanwas met 0,6%, doch laat sinds
tot eind '87 een achteruitgang zien met 2,6%, zodat de globale ontvolking sinds de fusie toch 3,2% bedraagt
Wanzele tenslotte, in feite toch een identieke kleine deelgemeente, laat dan weer positieve cijfers zien met to
eind '85 een aangroei met 0,8% en tot eind '87 met 2,1%.
Globaal gezien uiteraard geen denderende cijfers, alhoewel toch moet worden opgemerkt dat, ondanks alles, ni
12 jaren fusie een batig saldo van de bevolking met een zeer lichte vooruitgang kan worden voorgelegd.
Gemeente
Per
31/12/76
Per
31/12/85
t of
i (-)
Toestand per 31/12/87
Aalst
44.677
41.025
- 3.652
- 8,2
40.516
- 4.161
- 9,3%
Baardegem
1.924
1.851
- 73
- 3,8
1.850
- 74
- 3,8%
Erembodegem
10.957
10.627
- 330
- 3,0
10.503
- 454
- 4,1%
Gijzegem-
Hofstade
7.694
8.025
331
4,3
8.221
527
6,8%
Herdersem-
Moorsel
7.482
7.387
- 95
- 1.7
7.282
- 200
- 2,7%
Meldert
2.763
2.826
63
2,3
2.802
39
1,4%
Nieuwerkerken
5.925
5.575
- 350
- 5,9
5.456
- 469
- 7,9%
TOTAAL
81.422
77.316
- 4.106
- 5,0
76.630
- 4.792
- 5,9%
Gemeente
Per
31/12/76
Per
31/12/85
t (+)of
i (-)
Toestand
per 31/12/87
Dendermonde
8.947
9.627
680
7,6
9.034
87
0,9%
Appels
2.960
3.253
293
9,9
2.639
321
10,8%
Baasrode
6.372
5.920
- 452
- 7,0
5.755
617
9.7%
Grembergen
6.104
6.152
48
0,8
6.204
100
1,6%
Mespelare
536
526
- 10
- 1.8
538
2
0,4%
Oudegem
3.950
4.024
74
1,9
4.114
164
4.1%
Schoonaarde
2.190
2.325
135
6,1
2.204
14
0,6%
St.-Gillis
10.007
10.554
547
5,4
11.939
1.932
19,3%
TOTAAL
41.066
42.381
1.315
3,2
42.427
1.361
3,3%
EVOLUTIE BEVOLKINGSCIJFER LEDE
Gemeente
Per
Per
t of
Toestand per 31/12/87
31/12/76
31/12/85
l
Lede
10.908
11.110
202
1,8
11.027
119
1,0%
Oordegem
2.600
2.528
- 72
- 2,7
2.596
- 4
- 0,1%
Smetlede
1.132
1.099
- 33
- 2,9
1.066
- 66
- 5,8%
Wanzele
1.122
1.131
9
0,8
1.146
24
2,1%
Impe
902
896
- 6
- 0,6
891
- 11
- 1,2%
Papegem
437
440
3
0,6
423
- 14
- 3,2%
TOTAAL:
17.101
17.204
103
-t- 0,6
17.149
48
0,3%
Erpe-Mere
Zoals uit het vorige verslag mocht blijken, kende deze gemeente sinds de fusie een gestadige vooruitgang met eet
aangroei van 698 eenheden of 3,9% per einde '85.
Tot eind '87 is deze groei lichtjes afgenomen met 0,2%, zodat de aanwas na 12 jaren fusie toch nog 3,7$
bedraagt.
Ook in deze gemeente zijn er echter opvallende elementen aan te wijzen:
- de beide kerngemeenten Erpe en Mere laten vanaf de fusie elk een ander beeld zien voor wat betreft ha
bevolkingscijfers:
Mere liet tot eind '85 een opmerkelijke vooruitgang zien met 389 eenheden of 8%, doch van dan af tot ein:
'87 was er een lichte daling met 1,2%, zodat de globale aanwas op heden toch nog 6,8% laat optekenen.
Erpe daarentegen liet dan weer een negatief cijfer zien van - 123 eenheden of - 2,6%, alhoewel er nadie:
tot eind '87 een zeer lichte stijging viel te bespeuren met 0,4%, zodat de ontvolking finaal 2,2% bedraagt o|
heden.
- Iets dergelijks valt te bemerken bij de cijfers van de twee kleinste en zeer rurale deelgemeenten:
Ottergem liet tot eind '85 een aangroei zien met 1,9%, doch zag haar bevolking tussen eind '85 en eind
dalen met 4%, zodat er toch nog een negatief eindsaldo overblijft van - 1,2%.
Vlekkem daarentegen laat juist een omgekeerd beeld zien: tot eind '85 eerst een daling met 3,7% en dan q
amper twee jaar tijd een aangroei met 8,1%, zodat een zeer batig eindresultaat met 4,5% kan wordt
voorgelegd.
- Aaigem en Bambrugge laten beiden een lichte aanwas van de bevolking optekenen en wel als volgt:
Aaigem had een zeer lichte aangroei tot eind '85 met 0,9%, doch zag dit percentage de laatste twee jare
aangroeien tot 2,5%.
Bambrugge liet een omgekeerd beeld zien met eerst tot eind '85 een aangroei van 2,5% en dan op 2 jat
tijd een achteruitgang met 1,2%, om aldus finaal te eindigen met een globale aanwas van 1,3%.
- De deelgemeente Erondegem, hoofdzakelijk gelegen langsheen de rijksweg, laat een zeer negatief beeld zie
van de densiteit van de bevolking met een achteruitgang tot eind '85 van 6,8% en dan een uiterst mink
stijging met 0,3%, zodat uiteindelijk toch nog een globale ontvolking met 6,5% moet worden aangehaald.
- De meest opmerkelijke deelgemeente met een ware bevolkingsexplosie is wel Burst dat sinds de fusie tot ein
'85 met maar liefst 552 eenheden of 21,2% aangroeide, daarna een uiterst minieme achteruitgang lit
optekenen met 0,3% om uiteindelijk haar bevolking sinds de fusie tot op heden te zien aangroeien met maa;
liefst 20,8%.
Bondig gezegd stellen alle rurale deelgemeenten het goed, behalve Ottergem; is er een hoogst opmerkelijh
vooruitgang in Burst; trekt het uitgestrekte Erondegem niet meer aan en laten de twee kerngemeente
tegengestelde cijfers zien.
EVOLUTIE BEVOLKINGSCIJFER ERPE-MERE
Hor
De p
de o
park
de p
park
Roge
aanv
«Hei
voor
dig
gens
lerin
lege
vaar
De
lo's
gen
van I
moei
crite
den
staat
een
in e
scha;
daar
expl<
gerei
inter
Dendermonde
De kortst bijgelegen stad Dendermonde, won sinds de fusie 1.361 inwoners, of 3,3% bij. Dit alhoewel ook hier
zich problemen stellen qua aantrekken van nieuwe nijverheden, tewerkstelling en sociale huisvesting.
Opvallend wel dat hier de grootste aangroei te noteren is in de kerngemeente en in de meest verstedelijkte
deelgemeenten. Het omgekeerd fenomeen van Aalst dus.
Waar men voor Klein-Dendermonde eind 1985 sinds de fusie een opmerkelijke vooruitgang kon optekenen met
6,7%, is deze vooruitgang zeer opmerkelijk tussen eind 1985 en eind 1987 bijna integraal weggeslonken (in
vergelijking met 31/12/76 blijft er nog slechts een aangroei van 0,9%).
In cijfers betekent dit tot 31/12/85 een aangroei met 680 eenheden en sindsdien een teruggang met 593 eenheden.
Al bij al toch nog een klein batig saldo.
Iets identieks, zij het zelfs in nog grotere mate, deed zich voor in de deelgemeente Appels. Sinds de fusie tot eind
1985 was er reeds een positief saldo van 9,9% en nu plots tussen eind '85 en eind '87 is er een daling met 614
eenheden of 20,7%. Dus, waar men eind '85 nog 10% was gestegen, moet men over de twee legislaturen
gezamelijk toch een ontvolking vaststellen van bijna 11%, die zich integraal de laatste twee jaren heeft doorgezet.
Het sterk geïndustrialiseerde Baasrode kent een gestadig verdergaande ontvolking die eind '85 7% bedroeg, doch
eind '87 reeds was gestegen tot 9,7%.
Belangrijke falingen van plaatselijke bedrijven in de jaren '80 zijn hier zeker niet vreemd aan.
Het nog vrij landelijke Grembergen met opvallend veel lintbebouwing, blijft een langzame aanwas van de
bevolking kennen en deze bedroeg eind '85 0,8% en eind '87 1,6%. Het zuiver landelijke Mespelare kende
oorspronkelijk een achteruitgang met 1,8%, doch heeft deze tussen '85 en '87 kunnen ombuigen in een aangroei
met 2,2%, hetzij in vergelijking met de fusie in '76 een aangroei met 0,4%.
Het van de kerngemeente ver afgelegen Oudegem blijft ook een gestadige groei kennen met 164 eenheden,
komende eind '85 van 1,9% naar eind '87 4,1%.
Hierbij valt op te merken dat ook de Aalsterse deelgemeenten Gijzegem en Hofstade, rechtstreeks palende aan
Oudegem, sinds de fusie een opmerkelijke vooruitgang kenden met bijna 7%, wat kan betekenen dat dit ganse
gebied wel degelijk goed overkomt als aantrekkingspunt.
Schoonaarde, met een mengeling van rurale en industriële aktiviteiten, kende oorspronkelijk een duidelijke
sprong voorwaarts met 6,1%, doch heeft de laatste twee jaren hiervan 5,5% moeten inboeten, zodat er
uiteindelijk slechts een vooruitgang is vast te stellen van 0,6%.
De hoofdvogel wordt echter afgeschoten door de grootste deelgemeente St.-Gillis, die een ware bevolkingsexplo
sie kent. Alhoewel zeer sterk verstedelijkt, gelegen tussen drukke verkeerswegen en ook niet gespeend van tal
van nijverheden, was er sinds de fusie reeds een positief saldo met 547 eenheden te bemerken, hetzij 5,4%.
Eind '87 echter was er reeds een aangroei met 1.932 eenheden, hetzij 19,3% t.a.v. de fusie.
Dit betekent dat deze deelgemeente op amper 2 jaar tijd 1.385 inwoners meer telt, hetzij 13,9% van de bevolking.
Dit alles heeft voor gevolg dat dus St.-Gillis, voor wat bevolking betreft, veel belangrijker is geworden dan de
kerngemeente Dendermonde.
Dit alles betekent dat de dichtgelegen stadskonkurrent Dendermonde sinds de fusie een globale aangroei van de
bevolking kende met 3,3%, terwijl Aalst in deze periode met bijna 6% achteruit ging. Dat, in cijfers uitgedrukt,
de grootste vooruitgang valt op te tekenen in de sterk verstedelijkte kernen is toch opmerkelijk.
EVOLUTIE BEVOLKINGSCIJFER GROOT-DENDERMONDE
Gemeente
Per
31/12/76
Per
31/12/85
t (+)of
i
Toestand per 31/12/87
Aaigem
1.866
1.883
17
0,9
1.913
47
2,5%
Bambrugge
1.529
1.568
39
2,5
1.549
20
1,3%
Burst
2.602
3.154
552
21,2
3.144
542
20,8%
Erondegem
1.685
1.570
- 115
- 6,8
1.574
- 111
- 6.5%
Erpe
4.658
4.535
- 123
- 2,6
4.554
- 104
- 2,2%
Mere
4.830
5.219
389
8,0
5.158
328
6,8%
Ottergem
466
475
9
1.9
456
- 10
- 2,1%
Vlekkem
267
257
- 10
- 3,7
278
12
4,5%
TOTAAL:
17.963
18.661
698
3,9
18.626
663
3,7%
Affligem
Uit het vorig verslag mocht reeds blijken dat bij deze fusiegemeente alle kommentaar overbodig is.
Gelegen in Brabant, doch omzeggens geheel afgestemd op de Aalsterse regio, ziet men aldaar sinds de fusie ct
steeds maar aangroeiend bevolkingscijfer en dit hoofdzakelijk ten nadele van de residentiële wijken van Groot
Aalst.
Tot eind '85 was er reeds een aangroei met 694 eenheden of 6,5% en tot eind '87 tekende men reeds een aangrot
op met 871 eenheden of 8,2%.
Uitschieters hierbij zijn de twee grootste deelgemeenten Hekelgem en Teralfene:
de aangroei in Hekelgem ging sinds de fusie tot eind '85 omhoog met 6,7% en tot eind '87 met 8,1%
Teralfene laat een nog meer positieve curve zien met een aangroei tot eind '85 van 9,8% en tot eind '87 m
11,3%.
De kleinste deelgemeente Essene, meer ruraal en verder afgelegen van de rijksweg, kende sinds de fusie
minder belangrijke aangroei met 1,6% per eind '85 en 4,3% tot eind '87. Hierbij is het wel belangrijk op»
merken dat de aangroei de laatste twee jaar bijna zoveel bedraagt dan deze van 1976 tot 1985.
Bondig gezegd vindt men in deze fusiegemeente de meest positieve resultaten van alle in het onderzoek betrokke
buurtgemeenten. Hierbij valt het niet alleen op dat globaal zeer hoog wordt gescoord, doch ook dat all
deelgemeenten een vrij belangrijke aanwas van de bevolking laten optekenen.
EVOLUTIE BEVOLKINGSCIJFER AFFLIGEM
Gemeente
Per
31/12/76
Per
31/12/85
T (+)of
i (-)
Toestand per 31/12/87
Hekelgem
4.334
4.625
291
6.7
4.686
352
8,1%
Essene
2.735
2.789
44
1,6
2.852
118
4,3%
Teralfene
3.540
3.889
349
9,8
3.941
401
11,3%
TOTAAL:
10.609
11.303
694
6,5
11.480
871
8,2%
Lede kende sinds de fusie de geringste aanwinst in bevolking. Namelijk 0,6%. Eind '87 bleef de aanwinst echter
beperkt tot 0,3%. Al dan niet toch nog een batig saldo voor deze grote landelijke gemeente.
De vooruitgang valt bijna integraal op te tekenen in de kerngemeente Lede zelf en dit met 119 eenheden.
Waar de toename eind '85 nog bijna 2% bedroeg, is deze de laatste twee jaren geslonken tot ongeveer 1%.
Merkwaardig is ook dat de meest landelijke deelgemeenten in feite een achteruitgang van de bevolking laten
optekenen:
- Oordegem kende tot eind '85 een achteruitgang met 2,7%, doch heeft de laatste twee jaren wat terrein
goedgemaakt, zodat de achteruitgang tenslotte slechts 0,1% bedraagt sinds de fusie;
- het zeer landelijke Smetlede echter kent een blijvende ontvolking, gaande van 2,9% eind '85 tot 5,8% eind '87;
de deelgemeente Impe kende eind '85 ook reeds een lichte achteruitgang met 0,6% en deze trend zette zich
door tot eind '87 tot 1,2%;
Besluit
Volgens A.E. Bogaert moet dit probleem van ontvolking niet onderkend worden door «toevallige politici» dod
door ingewijde technici die er alle stadsdiensten moeten bij betrekken en het stadsbestuur een advies voorleggei
Het stadsbestuur moet daartoe dan wel de nodige opdrachten geven.
Een kommissie bestaande uit deskundigen uit Aalst en van elders samen met afgevaardigden van het bestuur dod
dan buiten elke partijpolitieke bedoeling.
Oorzaken kunnen zijn denataliteit, teloorgang van plaatselijke nijverheden, maar te Aalst zou het vooral a
uitwijking gaan.
Hoe kan men immers voorbijlopen aan een ontvolking van Aalst-Centrum met bijna 10% en dit op amper tw
legislaturen. Idem dito voor wat betreft de meer verstedelijkte en grootste deelgemeenten, waar men ook efl
ontvolking moet optekenen gaande van 4,1 tot bijna 8%.
Zelfs de meest landelijke deelgemeenten laten toch nog een gestadige ontvolking zien, gaande van - 1,7 tc
- 3,8%. Gelukkiglijk is er toch ook nog een positieve uitschieter in de gemeenten Gijzegem en Hofstade (nu
toevallig gelegen naast Oudegem), waar men een opmerkelijke vooruitgang met bijna 7% van de bevolking k*
voorleggen.
In mindere mate is er toch ook nog een positief geluid te horen in Meldert met een vrij lichte aangroei van d
bevolking met 1,4% sinds de fusie.
Alle deelgemeenten in rekening genomen, kent Groot-Aalst een globale ontvolking van om en bij de 6%. Di';
ontoelaatbaar en met alle mogelijke middelen te bestrijden.
En dan te bedenken dat men bij de fusie in 1976 zo fier als een gieter kon voorhouden dat Aalst, zijnde tochd
vijfde belangrijke stad van Vlaanderen, meer dan 81.000 inwoners had. Dat het inwonersaantal wel degetj
belangrijk is voor het imago van een stad of gemeente is ook te bewijzen door het hardnekkig gevecht dat Klei»
Aalst in 1972 met het Ministerie van Binnenlandse Zaken heeft gevoerd om toch een stadsherwaardering
kunnen bekomen teneinde gelijkgesteld te worden met een stad van minstens 45.000 inwoners.
Wat de specifieke mogelijke oorzaken van de ontvolking betreft wordt uitdrukkelijk verwezen naar punt 3 van lx
eerste verslag dd. 16/9/86 dat nog niets aan aktualiteit heeft ingeboet.
EVOLUTIE BEVOLKINGSCIJFER GROOT-AALST
Gemeente
Per
Per
t (+)of
Toestand per 31/12/87
31/12/76
31/12/85
i (-)
Groot-Aalst
81.422
77.316
- 4.106
- 5,0
76.630
- 4.792
- 5,9
Erpe-Mere
17.963
18.661
698
3,9
18.626
663
3,7
Groot-Haaltert
17.118
17.247
129
0,7
17.108
- 10
- 0,05%
Groot-Lede
17.101
17.204
103
0,6
17.149
48
0,3
Groot-Dendermonde
41.066
42.381
1.315
3,2
42.427
1.361
3,3
Affligem
10.609
11.448
839
7,9
11.480
871
8,2
Denderleeuw
16.251
16.629
378
2,3
16.647
3%
2.4%
Aalst
ondei
nemir
jektei
Dat e
princi
stemd
de n
veron
Eveiu
beloft
voor
toe te
D'Ho
dat d<
kan g
het o|
debou
een p
Op
24
Op vriji
het Vla
dienst
stad Ge
matie v,
een fici
[en vat
journali
ajn twe
50 km.
Mrgt vt