Erpenaar Pater Prosper
overleden
Woelige
raadszitting
in Erpe-Mere
Wartelaar van de onafhankelijkheid
Vijftiende
Guldensporenviering te Mere
Hoge
zangbeurten
bij de
Erpse vinken
2 - 28.6.1991 - De Voorpost
Erpe-Mere. Pater Prosper De Swaef, een jaar geleden tijdens zijn verblijf in het rustoord Avondzon, gelouterd door de
vele goede maar ook slechte herinneringen (jv)
De tijd dat Vlaanderen zijn zonen uitzond behoort tot een relatief ver
verleden. Het leveren van een geestelijke en inzonderheid een missionaris
«verd in de vooraanstaande families als een eer beschouwd, maar ook dat
s niet meer van tel. Vandaar ook dat de oude generatie missionarissen
daagt over de veroudering van de geestelijkheid in het buitenland, dit bij
gebrek aan jonge krachten. Dit fenomeen is eveneens duidelijk voelbaar op
iet hele vlak van het missioneringswerk waarbij veel meer idealisme
ereist is dan bij het pastoraal werk op een parochie. Vorige week overleed
één van die overblijvende idealisten: Frans De Swaef van Erpe, Pater
Prosper van de Orde der Capucijnen.
n functie van het missiewerk heeft
Je fusie van Erpe-Mere een heel lot
paters en zusters geleverd die hun
leven opofferden voor het welzijn
m de ontkerstening van de inboor
ingen. Een man die de schoonste
aren van zijn leven doorbracht on
der de minstbedeelden in de voor
malige kolonie Congo was niemand
ninder dan Pater Prosper van het
Sevecoot te Erpe.
Hij werd geboren op 11 maart 1907
als vijfde zoon van zes kinderen uit
een uiteraard katoliek gezin. Reeds
op 14-jarige leeftijd zou hij zich al
aangetrokken voelen om priester te
worden. Het bleef een wens en ver
gulde hem toen hij in 1934 tot pries
ter gewijd werd.
Maar de Missie
Vermits Pater Prosper voor de mis-
sie verkozen had, vertrok hij al in
1935 naar Congo en meer bepaald
naar de post van Mawuya waar de
Capucijnen werkzaam waren. Zijn
medepaters hadden er kort tevoren
een schooltje opgericht en hij werd
bij zijn aankomst tot direkteur aan
gesteld. Zo werd hem de verant
woordelijkheid op de schouders ge-
egd voor o.a. het lesgeven waarmee
hij een tijd doorging tot op het ogen
blik dat ook gediplomeerde in
heemse onderwijzers hulp kwamen
Jieden. Het leven was er zeker niet
:oals bij ons en van schoolvakantie
vas weinig of nauwelijks sprake
vant in zijn beginperiode gebruikte
lij die vakantie om "op tournee" te
gaan in de brousse waar hij naar
erschillende dorpen trok om er ka-
echese te onderrichten, de inboor
ingen leerde lezen en schrijven die
liet naar de school in Mawuya kon-
Jen komen. Het was er de gewoonte
Jat de paters een paar keer per jaar
ïaar elk dorp gingen om hen te on-
Jerwijzen en de katechismus te on
derhouden. Men mag zich niet te
-eel voorstellen van de wijze waar-
>p dit allemaal gebeurde want we
•preken hier van meer dan een hal-
ze eeuw terug. Infrastruktuur was
mbekend en verkeerswegen, met
uitzondering van een paar grotere
wegen, bestonden uit paden die
meestal dichtbegroeid waren en en
kel te voet begaanbaar waren. Later
beschikte men wel over een motor
fiets maar dat is een ander verhaal.
Het gebeurde ook meermaals dat
de paters van de prauw moesten
gebruik maken om via waterwegen
/an het ene dorp naar het andere te
varen. Men mag hierbij niet verge
ten dat al deze dorpen ruim ver
spreid lagen in een gebied van onge
veer honderd km in een straal rond
de missiepost.
Van de inboorlingen getuigde Pater
Prosper een paar jaar geleden nog
dat de mensen zelf hen zeer gene
gen waren - vóór de onafhankelijk
heid althans - en veel respekt op
brachten. Velen onder de inboor
lingen wilden bij de aanvang echte
kristenen worden en kwamen naar
de missiepost om er in die zin on
derricht te krijgen. Ze verbleven er
gedurende twee voor het katechu-
menaat en van een pater kregen ze
onderwijs. Daarna kwamen ze nog
eens zes maand om voor de missie
post te werken. Toch heeft hij altijd
moeten vaststellen dat het zeer
moeilijk was om tegen sommige
"heidense" gebruiken van hun le
venswijze in te gaan want degenen
die dan het kristendom aangeno
men hadden, hielden zich niet altijd
aan de voorgeschreven leer en aar
zelden soms niet om zoals vroeger
een tweede vrouw te nemen. Geluk
kig waren dit maar uitzonderingen
en was het resultaat al bij al zeer
bevredigend.
In dienst van de Heer
Reeds bij zijn opleiding groeide bij
Frans De Swaef de gedachte om als
Capucijn te gaan werken in de mis
sies. Hiervoor deed hij heel wat in
spiratie op bij andere paters die
over dergelijk missiewerk kwamen
praten. Later besloot hij dan, in sa
menspraak met zijn oversten van de
orde, om naar Congo te vertrekken
en zich daar in te zetten voor de
bekering van de heidenen. In die
tijd duurde het wel even vooraleer
men ter bestemming was: 'Toen
reisden we nog met de boot naar de
missies. Ik vertrok met een ganse
groep paters en zusters, ook van
andere kongregaties, om te gaan
werken in dienst van de Heer. In de
streek waar ik naartoe trok waren
weinig missionarissen en er was nog
veel werk te verrichten."
Het is alleszins een zware beslissing
om als missionaris te gaan leven en
men denkt vooral omdat het zover
van huis is maar in feite moest men
meer bevreesd zijn voor de ontbe
ringen. Nochtans is iedereen die er
mee berokken is diep in zijn hart
zeer gelukkig omdat het bedoeld is
om een mooie taak te vervullen in
dienst van zijn ideaal, in dit geval in
dienst van de Heer.
De mensen die Pater Prosper ge
kend hebben als kind waren echter
niet erg verrast van zijn beslissing
omdat hijzelf het van kinds af te
kennen gegeven had om zich totaal
aan de Kerk te wijden, vandaar dat
men hem zelfs "pater" noemde toen
hij nog maar tien jaar oud was:
"Want zo een besluit nemen, dat
gebeurt niet op één dag, het is een
gevolg van jarenlange manier van
leven. En eenmaal dat je besloten
hebt om die stap te zetten, dan leef
je voor dat ideaal. Ik heb er trou
wens nooit lang bij stilgestaan dat ik
hier alles moest achterlaten. We
wisten dat het zo moest zijn, dat de
Heer ons riep."
Congo wordt Zaïre
Gedurende achttien jaar verbleef
Pater Prosper in de missiepost van
Mawuya en daarna vertrok hij naar
Libenge, een parochie van onge
veer 5.000 inboorlingen verspreid
over ettelijke tientallen km. Na de
oorlog verplaatste hij zich per mo
torfiets, een voertuig dat een con
frater, Pater Annaert, had kunnen
bemachtigen en die enorm veel
diensten bewezen heeft tijdens zijn
bezoeken aan de inlandse dorpen.
Tot vóór de onafhankelijkheid was
er het traditionele missiewerk, wat
echter in grote mate veranderde na
1960.
Tijdens een interview vertelde Pa
ter Prosper dat hij in de missie van
Wapinda verbleef toen de rebellen
zowel het dorp als de missie over
vielen. Ze kwamen uit Yokoma en
waren mensen die vroeger zelf in
een missie geweest waren. Het wa
ren mistevreden inboorlingen die
zich wilden wreken, niettegenstaan
de ze in feite tot het garnizoen be
hoorden dat minder brutaal optrad
maar niet altijd de volledige contro
le over de opstandelingen bezat.
Pater De Swaef vertelde zijn ver
haal over de "onafhankelijkheids
strijd" in de zin van een vergevend
man want het was erger dan hij wil
de laten doorschemeren, vermits hij
er bijna het leven bij inschoot zoals
vele anderen, maar gelukkig ge
spaard bleef, niet zonder veel lij
den: "In Wapinga sloegen ze alles
stuk en martelden de paters; het
dorpsbestuur kon hen niet bescher
men want de meeste leden ervan
werden zelf gevangen genomen en
mishandeld. Men kon alleszins
niets ondernemen om de missie te
beschermen tegen hun baldadighe
den en hun brutaal, soms moordend
optreden. Op dezelfde dag dat de
rebellen bij de missiepaters binnen
vielen werden zij nog naar Yakoma
vervoerd waar de chef van de op
standelingen vernam dat ze de pa
ters mishandeld hadden. Kort daar
op werden de opstandelingen zelf
gestraft."
Het nationale leger trachtte wat or
de te scheppen in de chaos maar de
rebellen sloegen op de vlucht en
namen sommige paters mee als gij
zelaars. Enkelen werden zelfs om
gebracht. Hier had Pater De Swaef
het geluk dat hij op de missiepost
mocht blijven, samen met een con
frater, en wellicht op die manier aan
de dood ontsnapte. Nog dezelfde
dag kwam het nationaal leger in Ya
koma aan en op eigen verzoek en
initiatief mocht Pater Prosper met
hen per vrachtwagen naar zijn post
in Malegbe terugkeren. Hier heeft
hij dan nog een week uitgerust al
hoewel hij maar één dag in de rebel
se handen gezeten heeft, was dit
toch genoeg om meer mishandeld te
zijn dan in gans zijn verblijf. Zeer
kort daarna is hij naar België ver
trokken en is nooit meer naar zijn
missiepost teruggekeerd.
Pater De Swaef was, als Erpenaar
weliswaar, toch ook in Mere een
graaggeziene figuur en dit had hij te
danken aan zijn verblijf in de Sint-
Bavoparochie toen hij na zijn wij
ding gedurende korte tijd de zieke
pastoor De Vis verving. Het is bijge
volg niet verwonderlijk dat de inwo
ners van Mere ook voor hem, net
zoals voor andere missionarissen
van het dorp, geld inzamelden voor
zijn missiewerk in Congo waar hij
nauw samenwerkte met Pater Ca
pucijn H. Pauwels aan wie hij trou
wens veel te danken had tijdens de
opstand.
Toch heeft de missietijd hem nooit
droefgeestig gestemd ondanks de
treurige ervaringen van de opstan
delingen en hij besloot: "Ik voel me
zeer gelukkig dat ik in de naam van
de Heer voor al die mensen heb
mogen werken".
Pater Prosper De Swaef overleed
op 18 juni in het rustoord Avond
zon te Erpe en werd begraven op de
begraafplaats van de Paters Capu
cijnen te Meersel-Dreef. Met hem
verdwijnt eens te meer een van die
talrijke idealisten die streden voor
het kristendom maar waarvan de
opvolging of de navolging niet ge
waarborgd is.
JV
Voor één koor kon men bij de Erpse
Dorpszangers hogere scores waar
nemen dan bij de Meerse Vinke
niers wat niet wil zeggen dat bij deze
laatste slecht gezongen werd. Trou
wens hier werd de kwaliteit aan de
kwantiteit gekombineerd en de
overwinning van Climax, een vink
die aan D. Roelandt toebehoort,
zong toch nog het hoge aantal van
757 liedjes. Castaar van Y. Braem
had er 706 achter zijn naam en Pan
ter van J. De Smedt nog 703. Op
ruime afstand volgde Mario van K.
Matthijs (591), Moses van Sol. De
Buck (558), Ken van G. Uyttersprot
(529), Jef van G. De Cock (527),
Tom van E. Hautman (498), David
van S. Muylaert (492) en Merckx
van U. Uyttersprot (488).
In de promotiereeks kreeg Castaar
van G. Roelandt met nog 354 liedjes
de beker, vóór Scifo (352) en Bert
van E. Matthieu (350).
De Erpse Dorpszangers hadden
een zetting in het lokaal Sparrenhof
waar Dari zijn meesterschap toonde
en zijn eigenaar D. De Moor 809
liedjes op de stok aangetekend
kreeg. Na hem volgden Adelberg
van R. Van Steenbrugge met 610,
Cid van G. Uyttersprot (584), Pe-
dolle van A. De Smet (581) en Jef
van J. Wijns (557).
Tijdens de zondagsrit kaapte D.
D'Haese met Einstein de eerste
prijs weg met 755 liedjes, vóór Ra
pid van W. Janssens (664), Enzo van
M. De Pauw (596), Eos van H.
D'Haese (568) en Castro van Fr.
Bogaert (564).
JV
In de verschillende deelgemeenten
viert men natuurlijk al langer het
feest van 11 juli maar in Erpe-Mere
is het nu al voor de vijftiende keer
dat men het feest gezamenlijk orga
niseert onder leiding van een komi-
tee.
Op zondag 7 juli heeft de Gulden
sporenviering plaats in de feestzaal
van het klooster te Mere en op
nieuw staat de Sint-Jozefschool
open voor het jaarlijkse Vlaams
feest.
Het gemeentelijke 11-julikomitee
heeft een programma opgesteld
met om 20 uur een optreden van de
kleinkunstzangeres Connie Neefs
die zal zorgen voor een stemmig
maar daarnaast ook geëngageerd
artistiek muzikaal geheel. Traditie
getrouw mag ook de feestrede niet
ontbreken en deze wordt gehouden
door Juliaan Librecht, de gekende
Aalsterse auteur en letterkundige.
Voor de avond zelf is er later nos
animatie die zal verzorgd worden
door de organist Jan De Rijck.
De traditionele 11-julimis kan bijge
woond worden op zaterdag 6 juli te
18.30 uur in de Sint-Bavokerk van
Mere waar de homilie gehouden
wordt door de plaatselijke pastoor
E.H. J. Keymeulen.
Toegangskaarten zijn te verkrijgen
bij de bestuursleden tegen 100 fr.in
voorverkoop, zoniet betaalt men
aan de kassa 20 fr. meer. Telefo
nisch bestellen kan eveneens (nr
053/62.67.98).
JY
De vi
al bel
mag
die»
Trou
vijve:
rand
die 's
Voor eenmaal konden de aanwezigen in de raadszaal niet genieten van hel
traditionele hanegevecht maar ontbarstte de zwaar geladen sfeer in een
andere hoek. 'Ge hebt me kwaad gemaakt', besloot raadslid Van Pollaeit
in zijn gekende furie toen het college de goedkeuring van de dienstjaarrt-
kening 1990 en een begrotingswijziging van de gewone dienst van hel
OCMW voorlegde. Ook raadslid C. De Brouwer had kritiek op hel
OCMW-beleid maar hij had het vooral aan de stok bij de bespreking van
zijn aanvullend punt betreffende een voetwegel langs de Molenbeek die al
maanden op herstelling wacht. Van een saaie afhandeling van de agenda
punten was er dit keer hoegenaamd geen sprake.
Voor de goedkeuring van de dienst
jaarrekening 1990 werd er een batig
saldo voorgelegd van 16,1 miljoen
waarbij raadslid C. De Brouwer op
merkte dat er slechts aan één per
soon steun verleend werd, dat in
natura nog geen 150.000F uitgege
ven werd en dat deze 'bedragen in
schril kontrast staan tegenover de
andere vele miljoenen die moeten
dienen voor grote projekten waar
van de intenties gekend zijn'. Hij
vond dat er geld nodig is maar dan
voor behoeftigen die er zeker zijn in
Erpe-Mere maar waar niet ieder
een aanhoord wordt. Oppositiege-
noot Van Pollaert vond dat er te
weinig geld beschikbaar is voor 'toe
vallige gevallen'.
Schepen E. Bliki bevestigde dat er
maar één sociaal verslag was en men
kan geen steun verlenen als er geen
steungevallen zijn. Hij pleitte om
desnoods gevallen aan te brengen
maar ook dat men eerst de werking
van het OCMW moet bekijken.
Volgens burgemeester De Langhe
is er in de rekening van het OCMW
geen sprake van grote projekten en
er zijn misschien een aantal geval
len waarvan hij echter geen weet
heeft: 'Indien men mij een geval
aanbrengt dat behoeftig is en men
dit zou weigeren dan zal ik optreden
maar ik wacht nu al drie jaar'.
Hij vond dat men met zaken voor de
dag komt op de gemeenteraad maar
ze niet voorlegt aan het OCMW en
besloot: 'Ik wil mijn taak als voorzit
ter uitvoeren, maar het is de taak
van jullie om me in te lichten maar
ge hebt het vertikt', waarop Van
Pollaert hem verwijt dat hij 'er nooit
is'.
Toen men voorstelde om goedkeu
ring te verlenen aan de begrotings
wijziging van het OCMW, gewone
dienst, kon men vernemen dat het
hier om twee gezinnen gaat, samen
dertien personen, die aan het
OCMW maandelijks 150.000F kos
ten. De wijziging diende te gebeu
ren omdat men bij het opmaken van
de begroting geen rekening gehou
den heeft met bedoelde politieke
vluchtelingen.
Terloops vroeg raadslid Van Pol
laert, die ettelijke jaren voorzitter
van het OCMW geweest is, zich af
waarom men nu onderhands grond
moet verkopen van het OCMW al
hoewel er afgesproken was om dit
niet te doen. Dit zinde hem niet en
hij begon een verbolgen polemiek
met het college en ging zodanig te
keer dat burgemeester De Langhe
hem moest kalmeren maar met wei
nig resultaat, ook al liet hij zich ont
vallen 'dat ieder zijn rol moet kun
nen spelen'.
Verkeerskommissie
In de recente raadszitting moest
men ook beslissen om een gemeen
telijke kommissie in te stellen om
een algemeen politiereglement
voor te bereiden. Met de bedoeling
een ontwerp aan de gemeenteraad
voor te leggen zal men een aan
vaardbare tekst trachten samen tt
stellen. Vroeger bestond al een der
gelijke kommissie en men wil nu hel
werk afmaken. Hiertoe vroeg bur
gemeester De Langhe dat alle frak-
ties een afgevaardigde zouden aan
duiden om samen met hem, de kom-
missaris en een agent te zeteka.
Fraktieleider D. Vindevoghcl stel
de voor om te werken volgens even
redigheid van de frakties volgens
het plan D'Hondt maar de burge
meester raadde hem dit af omdat
men met dit systeem tot een stem
ming moet overgaan. De mensen in
deze kommissie hebben trouwens
geen verantwoordelijkheid en het is
maar alleen om voorbereidend
werk te leveren. Ook raadslid De
Wolf pleitte voor een beperkte
werkgroep om een studiedokument
af te leveren maar volgens hem mag
het raad niet binden. Uiteindelijk
werden volgende raadsleden aange
steld voor deze kommissie: H. Van
Wilder (CVP), M. De Lat (PW),
Carl. De Brouwer (VU), Hub. Cal-
lebaut (SP) en Fr. De Brouwer
(LVB).
Twee wetteksten
Het begin van de raadszitting liet al
voorspellen dat er animatie zou vol
gen want reeds bij de goedkeuring
van het verslag van vorige zitting
ontstond er onenigheid tussen sche
pen Van Wilder en raadslid De
Wolf. Schepen Van Wilder protes
teerde tegen de aantijgingen aan
zijn adres geuit in verband met de
aankoop uit de hand van de woning
aan de 'Vijfhoek'. Hij verklaarde de
handelingen van het college aan de
hand van een 'wettekst' waarbij
geen onderzoek zou vereist geweest
zijn en dat het college optrad onder
voorbehoud van goedkeuring. 'We
hebben opgetreden onder opschor
tende voorwaarden en ik wil niet als
leugenaar uitgescholden worden'.
Raadslid J. De Wolf van zijn kant
vond het een werkwijze die niet
strookt met de gemeentewet waar
van hij een andere tekst citeerde en
Van Wilder antwoordde dat hij 'een
kommentaar uit een boeksken
heeft'. Hij voegde er nog aan toe dat
niemand voor leugenaar uitscheldt
en indien wel dan toch onder een
beleefde vorm zoals 'collega Van
Wilder spreekt de waarheid niet
maar leest een interpretatie voor.
Men moet in het vervolg de juiste
tekst voorlezen'.
Burgemeester De Langhe moest
beamen dat de wettekst van De
Wolf de juiste was en wat schepen
Van Wilder voorgelezen had 'komt
uit een betrouwbaar boeksken. De
handeling van het college was niet
nieuw en het was een prangende
zaak'. JV