Naar bescherming van het Blauwhos te Mere Lichten wel, éénrichtingsverkeer nog niet in Mere 2 - 20.12.1991 - De Voorpost bewustvo p het Blauw ;emseturi Jgp e aantrekfip rije dageffigl maal a aan Ais natuurgebied en rijk biotoop zou het Blauwbos van Mere zeker niet misstaan in de lijst van beschermde landschappen. Het stuk bos, gelegen in de beekvallei is voldoende waardevol om er de volle aandacht aan te besteden om het niet verder te laten verloederen. Het was op een verzoek van de schepen van leefmilieu, P. Eeckhout, dat gemeenschapsminister L. Waltniel de bescherming van het Blauwbos te Mere in overweging zal nemen. Het kan natuurlijk nog een hele tijd duren vooraleer het zover is maar toch is het een eerste stap om deze interessante omgeving voor alle verdere perikelen te behoeden. Daarmee is het nog lang geen natuurreservaat maar het gebied, met nog talrijke bronnen, is nog een van de weinige groenzones die gelukkig in Erpe-Mere nog te vinden zijn ook al wordt er stelselmatig aan 'geknaagd' wat vooral bij de landbouwgronden op te merken valt, een gevolg van de steeds lintbebouwing en de inplanting van ongewilde nieuwe industriezo nes waartegen zelfs flink geprotesteerd wordt. De algemene milieubewustwording is een feit maar wordt niet altijd drastisch toegepast. Het is dus van belang dat bepaalde gebieden van een beschermd statuut kunnen ge nieten om ze van verdwijning te be hoeden, dat de oppervlakte ervan niet vermindert en zeker geen ande re bestemming krijgen. Vooral in Mere is de beekvallei een belangrijk landschap dat een biotoop herbergt met een unieke vegetatie en fauna. Dit maakt van het bronbos een re presentatief geheel om voor be scherming in aanmerking te komen. Enerzijds is men wel geneigd een meer verantwoord leefmilieu te sti muleren maar anderzijds helpt men toch mee aan de verknoeiing. Een ernstig en wel overwogen beheer is bijgevolg strikt noodzakelijk om de stukjes ongerepte natuur, die er nog zo weinig talrijk voorhanden zijn, voor verdere aftakeling te behoe den. Bewustwording Natuurbehoudsverenigingen doen ernstige pogingen om de mens be wust te maken voor de problema tiek en zijzelf treden soms op als private en/of vrije instellingen om een soort bezitspolitiek te voeren. Op die manier kopen ze interessan te percelen aan ofwel trachten ze die in huur te verwerven. Dit is een werkwijze om gebieden te bewaren en te behouden opdat ze zich als zodanig kunnen verder ontwikke len of tenminste voortbestaan. Het is wel voor iedereen duidelijk dat de ondergang van nog bestaande na tuurgebieden moet tegengegaan worden, maar toch ageert men niet altijd logisch en worden misbruiken vastgesteld, vooral bij mensen die een of andere hobby beoefenen en zich met veel moeite willen schik ken naar wettelijke verordeningen. Net zoals in vele gemeenten is het natuurpatrimonium evenmin veilig gesteld wat het noodzakelijk maakt een juiste kennis op te doen van al wat groeit en bloeit in de omgeving om er de waarde van te kennen en er niet argeloos aan voorbij te gaan. Wat trouwens beter bekend is, heeft meest kans op waardering en dit geldt zowel voor de dieren- als de plantengemeenschap. Dit alles kan leiden tot een meer verantwoord gedrag naar de natuurvriendelijk heid toe. Het Europees natuurbescher mingsjaar in 1970 heeft zijn vruch ten afgeworpen en sindsdien is er een algemene milieubewustwor ding op dreef gebracht wat een stij gende belangstelling voor de natuur tot gevolg had. Allerhande initiatie ven zowel van enkelingen als van groeperingen, wijzen op de nood zaak van beschermde natuurgebie den en gelukkig kan men hierbij, zij het dan ook in geringe mate, reke nen op de medewerking van de overheid. Hierbij denken we aan het vastleggen van natuurreserva ten die dan elk op zichzelf ook nog eens moeten beschermd worden te gen storende elementen. Dit komt er op neer dat natuur en natuurbe houd geen werkgebied vormen uit sluitend voor natuurliefhebbers, maar het is een aspekt uit het dage lijks leven waarmee we dagelijks ge- konfronteerd worden en dat ons al len aanbelangt. Hoe de goodwill van de overheid er ook is, toch kan ze zich niet overal op het beschikkingsrecht beroepen omdat er talrijke gebieden zijn die onder het privébezit vallen en dus ook gemakkelijker ten prooi vallen aan verknoeiing. Dit wil niet zeggen dat men daarom niet kan optreden maar als men daarbij dan nog moet rekening houden met o.a. gebieden als het tien hectaren grote Blauw bos dat aan een honderdtal eige naars toebehoort, dan is het niet erg te verwonderen dat hier moeilijk een algemene beheersvorm moge lijk is. Ook de ingrepen in kleine gebieden zijn moeilijk te kontrole- ren wat de kwetsbaarheid in de hand werkt. Blauwbos Zoals men de meeste bossen in een beekvallei aantreft, moet men ook het Blauwbos in een dergelijke om geving zoeken, met name langs de Molenbeek te Mere, een sompig ge bied dat doorsneden wordt door de spoorweg Brussel-Kortrijk die eveneens aan de moerassige toe stand meegewerkt heeft. Het is een biotoop ongeschikt voor de land bouw maar daartegenover staat dan de zeer belangrijke fauna en flora, eigen aan een dergelijk gebied, die in het Blauwbos gedijen zoals ner gens anders bijna. De toponiem van dit gebied heeft bij enkele mensen hypotesen ont lokt die op geen enkele bron ge steund ziin en dus in feite niets voorstellen om een overtuigende naamgeving te bekomen. Een soms ver gezochte uitleg is als dusdanig zonder enige waarde maar dit neemt niet weg dat het Blauwbos zeer interessant is als biotoop om dat het, ondanks het klein gebied, zeer verscheiden is aan fauna en flora. De belangrijkheid is een ge volg van de verschillende vormen die er aangetroffen worden zoals rietvelden, spoorwegbermen, ha gen, beekkanten en wegbermen. Het geheel van de oppervlakte wordt bepaald door de loop van<le Molenbeek en is gesitueerd tussen de twee watermolens, met name die van de wijk Broek en deze van Go- tegem. Het zijn welbepaald deze beide watermolens die gedeeltelijk meegewerkt hebben om het bio toop van het bos te bepalen, vroeger zelfs meer dan nu, wat te danken is aan de vervuiling van de beek. In haar huidige toestand heeft ze bijna geen funktie meer voor het vissen- en plantenrijk aangezien de vervui ling door rioleringsmateriaal en het lozen van overtollige aal. Meer maals is vastgesteld dat ook de Mo lenbeek gebruikt wordt als open riool voor allerlei produkten die langs hier hun weg vinden naar de Dender. Zeldzame bewoners Hoe dan ook is het Blauwbos toch nog de broedplaats van de grote gele kwikstaart, die in nissen of half- holen in de buurt van het water nestelt. Hij heeft er het gezelschap van de zeer zeldzame, fel gekleurde ijsvogel en de grauwe reiger die in de Biezeputvijver hun dagelijkse kost vinden. Het bos wordt ook nog bewoond door meer bekenden maar ook door rietzanger, tuinflui- ter, bosrietzanger, waterhoen en gekraagde roodstaart. In mindere mate kan men er ook nog de spotvo gel, de braamsluiper, de nachtegaal en de rans- en steenuil ontwaren. Elke 'gebiedsoort' heeft natuurlijk zijn specifieke bewoners en be groeiing en deze laatste vooral is er in overvloed aanwezig met een on gekende diversiteit. Interventie Een biotoop heeft vaak de tussen komst van de mens nodig. Op som mige ogenblikken en plaatsen moet de natuurbeschermer optreden en in het geval van het Blauwbos, op dat de plantengroei niet zou evolue ren naar een moerasbos. Een men selijke ingreep moet vooral gebeu ren in de rietvelden die naar een vorm van verlanden overgaan, daar door aan verruiging toe zijn wat moet afgeremd worden. Hieruit blijkt duidelijk dat zelfs een bos moet 'bijgewerkt' worden om niet van uitzicht en van biotoop te ver anderen. Maar in het geval van het Meerse Blauwbos is het gebied op zichzelf vrij moeilijk te beheren te wijten aan een te groot aantal eige naars waardoor het noodzakelijk is dat tientallen personen moeten aangesproken worden om geza menlijke initiatieven te nemen. Hier ligt de moeilijkheidsgraad van een goed bosbeheer zeer hoog en nochtans is vooral in dit biotoop bevoegde kennis nodig om niet on doordacht te handelen en het ge bied te verknoeien. Een verant woord beheer ligt dan ook niet zo dadelijk voor de hand maar het be schermen kan aan deze toestand veel helpen. Het gebied ligt wel al in een wette lijk vastgestelde groenzone maar meer dan eens is gebleken dat het Er is echter nog geen reden tot jui chen want het blijft thans nog altijd tot voorbereidende maatregelen. Als dusdanig is er nog geen sprake van het inzetten van een bescher mingsprocedure omdat men nog op meer bewijzen wacht om het ver zoek te staven. Toch werden dit jaar onderzoeken gemaakt in dit ver band maar de resultaten zullen pas geëvalueerd kunnen worden na het raadplegen van de verslagen. Al hoewel alles voorlopig blijft zoals het zich in de huidige toestand be vindt, is het een initiatief dat met vreugde bij de natuurliefhebbers ontvangen is maar ook andere be volkingsgroepen kijken oogluikend uit naar de bescherming van het gebied. Tot deze behoren zeker vast de wandelaars van alle ge die er de rust en de komen opzoeken. Ook dat is argument om het Blauwbos voor toekomst in zijn ongerepte te behouden. Als dit nu kan gebeuren dan wordt het bos, samen met de Honegemse putten een van de grote kingspolen tijdens de vrije maar dan wel met de dat degene die er gebruik van zelf het respekt zal opbrengen het Blauwbos 'ongerept' te ten. Erpe-Mere. Het Olenbos, in feite een verlengstuk van het Blauwbos, waar het biotoop minder rijk is (jv) Erpe-Mere. Aan de ingang van het Blauwbos kan men passieve rekreatie beoefenen dank zij de Biezeputvijver waar niet alleen de hengelaar een vis kan vangen, maar waar ook de grauwe reiger een stukje komt eten (jv) daardoor niet beveiligd is tegen ver loedering. Dit betekent dat de wet geving op de natuurbescherming ei genlijk niet zoveel waard is want bij ingrepen kan men zich trouwens al leen op verbodsbepalingen steu nen, maar voor hetgeen noodzake lijk is kan men nauwelijks een ver plichting opleggen, laat staan sanc ties treffen. Het gebied langs de Molenbeek is niet ideaal te noemen in de huidige vorm om er een echt natuurgebied van te maken ten dele door de klein schaligheid van de percelen maar ook om andere redenen die een rechtstreeks gevolg zijn van een on bevoegd of slecht bosbeheer. Het beheer kan bijgevolg pas optimaal gebeuren als het gebied tot één en kel domein kan samengevoegd wor den of ten minste meerdere perce len tot één groot kan omvormen. Voorlopig moet men echter met het probleem blijven kampen maar toch zou het al een grote stap voor uit zijn als andere narigheden, ont staan door de moderne samenle ving, kunnen voorkomen worden. Beschermd landschap Een voorlopige oplossing om het Blauwbos voor de toekomst te vrij waren is de wettelijke bescherming maar dan met een 'statuut' dat de overheid eventueel kan optreden en sanktioneren. Het is niet het eni ge bos van betekenis want ook de 'Olenbos' zou moeten in aanmer king komen voor bescherming, ook al is het biotoop er minder belang rijk. Wegens het waardevolle bio toop van het Blauwbos is onlangs door gemeenschapsminister L. Waltniel beslist om de bescherming in overweging te nemen. Dit gebeurde wel op aandringen van P. Eeckhout, schepen van leef milieu, en het verzoek wordt boven dien gesteund door de dienst van Monumenten en Landschappen die vindt dat niet alleen de wetenschap pelijke waarde van het Blauwbos moet in aanmerking komen maar tevens de volledige beekvallei. Ook de aangrenzende gebieden bezitten een grote natuurwaarde met uitlo pers tot in Haaltert en Heldergem. In juli vorig jaar kwamen de verkeerslichten die de Bosstraat te Mere moeten bedienen ter sprake. Intussen zijn er een paar gemeenteraden over heengegaan en kon het bestuur een definitief dossier opmaken. Dit is zover gevorderd dat recentelijk vluchtheuvels aangelegd wer den met de daarbij horende zebrapaden. De langverwachte verkeers- signalisatie zal zeker door de buurtbewoners op vreugdekreten ont haald worden en niet minder door de automobilisten die via de Bosstraat de Oudenaardsesteenweg moeten kunnen vervoegen. De wachttijden zullen verdeeld worden zodat elkeen aan de beurt komt wat misschien minder aangenaam zal zijn voor het doorgaand verkeer omdat er weeral een stoppunt bij komt. De plaatsing van de vluchtheuvels kan men als een eerste fase be schouwen want het installeren van de verkeerslichten gebeurt pas na Nieuwjaar. Er is beloofd dat de firma Baert uit Zele tegen eind januari moet klaar zijn want de werken nemen in feite maar een goede week in beslag. Hiermee komt een einde aan veel miserie van de buurtbewo ners ook al moet dit gebeuren ten koste van een snel doorgaand verkeer vooral tijdens de spitsuren. Maar de weggebruiker die uit het centrum van Mere komt zal dan echter zeker zijn ook "zijn beurt" te krijgen en zich niet meer moeten enerveren en eventueel risico's nemen om in de rij te kunnen. Éénrichtingsverkeer Een paar weken terug werden er geruchten verspreid als zou een éénrichtingsverkeer ingevoerd worden in de Daal- en Kerkveldstraat te Mere. Deze twee straten lopen parallel respectievelijk naar de achter- en voorkant van het kerkhof. Alhoewel er wel aan gedacht wordt is dit wel een plan om "misschien" in de verre toekomst te verwezenlijken maar voorlopig is er nog geen sprake van. De visie hieromtrent werd evenwel in een globaal verkeersplan voor Erpe-Me re opgenomen en zelfs al zou het zover komen dan stelt zich dit alleen voor de Kerkveldstraat want de Daalstraat daarentegen is in de huidige toestand niet vatbaar voor.een dergelijk opzet. Hier moeten eerst ingrijpende herstellingswerken uitgevoerd worden wat trouwens door het gemeentebestuur al gepland is. Voor beide straten een éénrichtingsverkeer invoeren zou bovendien op andere problemen stuiten die de verkeerssituatie er bepaald niet zouden op verbeteren op sommige plaatsen. Tenslotte is de bevolking niet altijd opgezet met dergelijke plannen vooral omdat zij toch best de situatie kennen en meemaken. Een hoorzitting over dit probleem zou hier zeker niet ongewenst zijn want de inbreng van concrete feiten kan ook voor een verkeerscommissie nuttig zijn. JV

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Voorpost | 1991 | | pagina 2