LIBERAAL,DEMOCRATISCH WEEKBLAD.
Zondag 5 Augusti 1906.
Prijs5 centiemen het nummer
Eerste Jaargang. Nummer 5
De Wet op de Zondaijriist.
Godsdienst en Misdaad.
Iets over den Bliksem.
Onpartijdige Maatschappijen.
ïeuwe Kunj
Gewone 15 centiemen
Reklamen 75 centiemen
Dikwijls te herhalen annoncen, prijs volgens overeenkomst
Vonnissen op de derde bladzijde, 2 frank
Abonnementsprijs 3 fr. voor de stad en den buiten voorop betaalbaar
Men abonneert zich op alle postkantooren voor den buiten
voor de stad, ten kantore van het blad, St-Janstraat, 36, Aalst
per drukregel
Prijs der Annoncen
Alle briefwisselingen moeten gezonden
worden aan het bureel der Redactie
«Graaf van Egtnont Groote Markt,
AALST.
rtrmt—
Anlttt, 1 Oogst 1
Sedert 26 Juli is de Wet op de Zon-
dagrust in voege gekomen.
Wat is er daardoor in ons gewoon
leven hier te Aalst of binnen het Arron
dissement Aalst veranderd
Weinig of liever niets.
Die 's Zondags werkte blijft werken,
die 's Zondags rustte blijft 's Zondags
rusten.
Inderdaad, wil men de nieuwe Wet
beschouwen in wat de fabriekwer
kers raakt, dan moet men bekennen
dat er nooit in de fabrieken gewerkt
wierd, buiten genomen in deze, waai
de arbeid, uithoofde van zijnen aard
niet kon onderbroken worden uitzon
dering dient nogthans gemaakt te wor
den voor de werkzaamheden vereischt
door een geval van overmacht of nood
dwang, ofwel voor het toezicht der
lokalen,ofwel voorde noodigedringen
de herstellingen en kuisschingwerken,
ofwel werken waarvan de noodzakelijke
hervatting van het bedrijf op den vol
genden dag afhangt.
Zoo ging het alhier vóór de Wet,
zoo zal 't voortgaan na de Wet, daar
art. 3 voorschrijft dat de Zondagrust in
dergelijke gevallen niet toepasselijk is.
Nu, wil men de Wet aanschouwen
voor wat de w erklieden of bedienden
betreft die in geen fabriek werkzaam
zijn, voor deze zijn dc uitzonderingen
door de Wet voorgeschreven, zoo talrijk
dat men kan bevestigen dat des zondags
blijft werken al wie tot hiertoe des
Zondags werkte.
Uitzondering wordt gemaakt ten voor-
deele of ten nadeelè der inwonende
leden van het gezin, der dienstboden
of huisgenoten (art. 2), der bedienden
in ondernemingen van vervoer, vis-
scherijen, jaarmarkt en foorbedrijven
(art 1), der bedienden van hotels, spijs
huizen, drankslijterijen, tabakswinkels,
magazijnen van natuurlijke bloemen,
apotheken, drogisten, magazijnen van
genees-en heelkundige toestellenopen
bare badinrichtingen, ondernemingen
van dagbladen, openbare vertooningen,
verhuren van banken en stoelen, ver
voermiddelen, ondernemingen van ver
lichtingen, waterleidingen ol beweeg
kracht vervoer te land, laden en lossen
in de havens, losplaatsen en spoorweg-
statien, huur- en verhuurkantoren,
agentschappen voor inlichtingen(art 5).
Nochtans de nieuwe Wet op de Zon
dagrust zal dadelijk in ons Arrondisse
ment geen ol weinig uitwerksels bijbren
gen buiten genomen in 't hiervolgende
„geval zekere ambachtslieden zooals
kleermakers, schoenmakers, schrijn
werkers of andere leggen des zondags
de laatste hand aan werken die op dag
en uur moeten geleverd worden wan
neer zij daartoe werklieden gebruiken,
dan vallen zij onder de toepassing der
Wet. Dat deze zich op hunne hoede
houden!
Er dient ook in aanmerking genomen
te worden, dat in alle geval de weke-
lijksche rust toegepast wordt, daar waai
de Zondagrust onmogelijk is. Dat wil
zeggen dat de meesters in alle geval
verplicht zijn aan hunne werklieden
een dag op veertien dagen of een halve
dag op Zondagrust te verschaffen.
Jules Rens
Volksvertegenwoordiger.
Esschenbeeck, Meenen, Meirelbeke
Ziedaar weer drie Vlaamsche Gemeen
ten, waar de messen de vorige week
hunne wreede rol gespeeld hebben en
treurnis en rouw gebracht in verschei
dene familien De blinde haat heeft de
moordtuigen in de handen van eenige
buitenlieden doen werken de dorst
naar wraak heeft hunne menschelijke
gevoelens tot zwijgen gebracht en is
slechts gekoeld geworden wanneer het
bloed stroomde, wanneer hun slachtof
fer roer- en ademloos voor hunne voe
ten uitgestrekt om vergeving scheen te
smeeken
Het klerikaal Staatsbestuur heeft
goed gedaan nieuwe brigaden gendar
men in te richten, de messen vechters
bekreunen er zich echter weinig om,
overtuigd als ze zijn dat hun slechts
eene geringe straf te wachten staat.
Het weinig onderwijs dat ze genoten,
heeft geen duurzame indrukken gelaten
en eens de eerste communie gedaan
verlieten ze de school om nooit meer
aan hunne verstandelijke ontwikkeling
te denken. Hun godsdienst is evenmin
bekwaam hen van de misdaad af te
keeren. Zij gaan 's morgens naar de
mis en in de kerk zelve beramen ze de
plannen hoe en waar zij het voorwerp
van hunnen haat best den doodelijken,
verradelijken slag zullen toebrengen.
Hebt uwe vijanden liefpredikte Jesus.
Zij die zich aanstellen als zijne zende
lingen toonen door hunne handelwijze
dat hun hart overloopt van gal en dat
dc afkeer voor andersdenkenden alle
gevoel van verdraagzaamheid in hun
nen boezem heelt gedoofd.
Bemint elkander is in den mond
van onze hedendaagsche geestelijkheid
eene bittere spotternij In 't geheim,
meer nog dan in 't openbaar lasteren
en vervolgen, bezwadderen en brood-
rooven ze al degenen, die voor hen niet
kruipen. Waarom zouden dan dron
ken, ongeleerde wildemans, met de
middels waarover ze beschikken, of
met messen hunne vijanden niet mogen
vervolgen
Katholiek zijn die kerels, meestal
fanatiek katholiek, maar hoe weinig
christen Er wordt hun ook nooit
gesproken over ware naastenliefde,
over het goede te doen om het goede
hel en vagevuur ronken rond hun
ooren, doch daar ze met die folteringen
nooit handtastelijk hebben moeten
kennis maken en ze op de toegevend
heid der wereldsche rechtbanken reke
nen, houdt hun niets tegen om hunne
domme wraak bot te vieren.
Sticht maar politieke scholen, broei
nesten van dweepzucht; verdubbelt
maar het getal gendarmen de onge
leerde en gefanatiseerde bevolking zal
wel zorgen dat ze bezigheid hebben.
M. Loisel, metereoloog bij het observato
rium van Juvisy, (FrankryK) bewees dezer
dagen, dat het* hemelvuur, gedurende de
XIXe Eeuw in Frankryk, alleen meer dan
10,000 menschen doodde dus een midden
getal van honderd slachtoffers 's jaars.
Daar de menschen, die den buiten bewonen
meer dan de anderen blootgesteld zijn aan
gevaar van den bliksem, zoo kan het hier
nuttig zün, eenige der aanmerkingen van
M. Loisel, voor te leggen.
De slachtoffers "t zij, gedood, 't zij gekwest
worden gerangschikt in de volgende orde
1Onder de hoornen
2. In open veld vooral als men ijzeren
voorwerpen houdtploeg, zeissen, gaffel,
enz. of als men dieren bij ae hand houdt.
3. In afgezonderde huizen, hoeven,
schaapstallen enz., in de steden
4. In de kerken, wanneer men het klok
zeel houdt en bijna onvermijdelyk, als men
de klokken luidt, by onweór.
5. In de wachthuizen langsheen de yzeren-
wegen.
Het bliksemt niet regelmatig op d' opper
vlakte van een zelfde land. In zekere stro
ken dondert het bijna nooit, daar zijn de
slachtoffers dus zeer zelzaam, andere stre
ken worden regelmatig jaarlijks beproefd,
onder andere de bergachtige landen.
De Bliksem is de elektrische ontlading die
gedurende het onweer plotselings losbarst
tusschen twee wolken of tusschen eene wolk
en de aarde de dikwijls verblindende
lichtstreep, die doze ontlading vergezelt is
de weerlicht,eindelijk het gerucht ver
oorzaakt on door de schielijke trilling dei-
luchtlagen is de donder.
Weerlicht en Donder geschieden gelijktij
dig maar dezen laatsteri ontwaren wij maar
eenige oogen Mikken, na het flikkeren des
weerlichts. Dit is veroorzaakt, door het
verschil der verspreidingsnelheid van het
lichtenden klank.
De weerlicht doorloopt den afstand, die ons
van de wolken scheidt, in eenen onwaar
deerbaren tyclde klank verspreidt zich
slechts met eene snelheid van 340 meters
per seconde.
Men ziet den weerlicht oogenolikkelijk
men hoort den donder na een, twee, of drie
seconden, volgens dat de afstand van een-
twee-of driemaal 340 nieters is. Dit is een ge
makkelijk middel om te berekenen hoever,
wij ons van de onweerswolk bevinden.
In de meeste gevallen, komen de onweers
van den oceaan, voortgedreven door de zuid-
westsche stroomen zij zijn voortgebracht
door de cyclonen, die hunnen oorsprong ne
men onder de keerkringen.
Gewoonlijk, verliezen zij op weg, een deel
hunner kracht en verdeden zich spoedig, als
zij onze streken bereiken» Andermaals vor
men zij zich tor plaats, in onze streken, ge
durende de warme zomerdagen.
De lucht is met een dikke nevel overladen,
die den horizont omsluiert:de barometer zakt
langzaam en onophoudend, terwyl stygt de
thermometer. De lucht is kalm, de warmte
stikkend, eene ongewone stilte heerscht in
de natuur. Dan verschijnen lichte wolken,
die langzamerhand samenwellen tot eene
dikke wolk, van sombere en eigenaardige
kleur met schalieblauwe of koperen linten
ren cumulo-nimbus.
Weerlichten ontstaan eensklaps uit deze
volk. vergezeld van het gerol des donders
terwijl regen en hagel de aarde snerpen het
on weder is los geborsten.
Laat er ons bijvoegen, dat het gerucht des
donders niet te vreezen is, men weze bang
voorde straal des weerlichts.
Het gerommel des donders verschrikt
ons zeer dikwijls, en nochtans, als men den
donder hoort is allegevaarvoordat oogenblik
voorbij. Het gevaar bestaat zelfs niet meer
voor iemand, die de weerlicht ziet, want,
moest men verbliksemd worden, dan zoude
men dien slag, dien ons treft, noch hooren,
noch dien weerlicht zien.
Als een weerlicht ontstaat tusschen eene
donderachtige wolk en de oppervlakte des
gronds, z<-gt men, volgens eene oude uit-
drukkig dat de donder valt.
De punten die byzonderlyk blootgesteld
zyn aan de donderslagen zyn de hooggeplaat
ste voorwerpen, vooral de puntige en meta-
lieke voorwerpen. De plantkundige wereld
wordt vooral, door den donder bezocht.
Op de boomen wordt zijn werk meest be-
statigd, diefis opziehtens bemerkt men zon
derlinge verschillen. Eene zeer zorgvuldig
vastgestelde statistiek heeft bewezen, dat de
eik het meest neêrgebliksemd wordt, dan
velgen, de populier, de olm, de notelaar,dan
de den, niettegenstaande dat sommige lieden
beweren, dat de bliksem nooit op de harsach
tige boom en valt, eindelijk nog op de elze-
boom en de acasia.
Deze verschillen worden uitgelegd met
de natuur van het hout, de vochtigheid des
gronds en ook de lengte der wortelen en de
diepte met welke zy in den grond dringen.
Bij voorbeeld tusschen boomen eener
zelfde familie bemerkt men dat de pee
reboom die diepere wortelen hoeft dan de
appelaar, meer aan de bliksemslagen bloot
gesteld is De afzondering der boomen, hun
ne hoogte boven den grond alles draagt bij.
Na de boomen, worden de molensteenen
getroffen, dan de paarden en y ze ren harnas
sen, de metalieke voorwerpen zooals de gaf
fels en de landbouwwerktuigen.
De landbouwers kennen al te dikwijls het
gevaar niet, waaraan zij zich blootstellen
als, zij bij donderachtig weder hunne werk
tuigen, met de punt omhoog dragen.
De vloeistof, aangetrokken door de meta
lieke punt, (deze gaat te werk als een kleine
paratonerre) werpt zich uit de wolken op
dit middenpunt van aantrekkingskracht en
loopt af in den grond.
Menschen die zich verschuilden onder
boomen of mijten zijn menigmaal verbliksemd
geworden. Hunne wijkplaats was hun nood
lottig. Boomen of mijten bieden aan den
bliksem geene snelle aflooping naar den
grond en zijn meer slechte geleiders als de
menschen of de dieren.
Bij onweder moet elkeen, en vooral de
landbouwer, zich op het land liever laten
beregenen dan zich te schuilen onder boo
men of langs molensteenen.
Indien men de onvoorzichtigheden, waar
van wij de voornaamste opgesomd hebben
niet beging,hoeveel rampen zouden wy jaar
lijks in onze velden niet vermijden.
Onder den dekmantel van 't pastoor
blad je De Volksstem trachten zekere
katholieke branders, de onpartijdige
maatschappijen af te breken.
Voor die mannen bestaat er op den
aardbol anders niet dan politiek, daar
zij er immer voordeel uit trekken.
De politiek doet onzen winkel gaan,
dus leve de politiek roepen zij.
Die branders kunnen niet begrijpen
of te minste willen niet begrijpen, dat
er menschen gevonden worden die,
wanneer er spraak is van vermaak,
kunst, algemeen belang, de politiek
van kant laten.
Zoo met icn zondag van Kermis had
er op de Markt een prachtig Sympho
nic Concert plaats, gevolgd van een
gemengd Koor, dat veel bijval genoten
heeft en in den smaak van het talrijk
publiek gevallen is. Ook hoorde men
den wensch uitdrukken dat er ten naaste
jaar nog zulk een Kunstfeest zou plaats
grijpen.
Nu volgens de mannen die in 't pas-
toorbladjc nestelen zou dit gansch on
mogelijk zijn, daar die feesten onpartij
dig zijn ingeschreven met de medehulp
van liberale vrienden en zelf van vol
bloedige socialisten.
Is het niet spijtig te moeten bestati-
gen dat die branders hun fanatisme
zou ver drijven en dit, wanneer het de
kunst betreft
Doch schijnt het, dat er al voetstap
pen gedaan zijn bij verscheidene onzer
vrienden om ten naaste jaar met Kermis
hunne medehulp tot een kunstavond
te verleenen.
Wij hopen dat zij met volle harte
zullen aanvaarden, 't zal eene goede les
zijn voor de aanhangers van 't pastoor-
bladje, die de kunst verwarren met de
politiek.
Ziehier nog een voorbeeld van de
onverdraagzaamheid van die branders,,
Veertien dagen geleden, vierde de
Koophandelsrechtbank, de benoeming
tot Ridder van het Leopoldsorde van
M. Pr. Callebaut, den achtbaren Oud-
Voorzitter der Koophandelsrechtbank
van Aalst en der Koophandelskamer
van 't Arrondissement Aalst.
Daar aan 't banket, liberalen en katho
lieken tegenwoordig waren, zoo werd
dit feest weer afgebroken, door de man
nen van 't pastoorbladje, op de gemeen
ste en onbeschofste wijze.
De branders uit De Volksstem j
die enkel leven van 't politiek, kunnen
niet verdragen dat de liberalen en katho
lieke nijveraars en handelaars zich
vereenigen, om te beraadslagen over
hunne belangen, alsook over deze van
't algemeen.
Neen, dat mag niet bestaan, roepen
zij, de Koophandelskamer moet heel en
gansch katholiek zijn of moet verdwij
nen ook brengen zij hulde aan de
katholieken die aan 't feest van hunnen
confrater niet aanwezig waren.
Moet zulke gemeene handelwijze
alle deftige menschen niet doen wal
gen Is dit niet oprecht kristelijk
Dus volgens de branders van 't pas
toorbladje mag er in Aalst geene enkele
onpartijdige maatschappij nog bestaan.
Naar de maan het Aalstersch syndicaat
der hoppe, naarde maan de maatschap
pij St. Rochus, geen gemeenschap tus
schen liberalen en katholieken, poli
tiek in alles en voor alles.
Aan ons dan ook al de plaatsen, aan
ons al de voordeelen, aan ons al de eer.
Onze tegenstrevers zijn alleenlijk
goed genoeg om immer te betalen
en den krot te vullen dien wij in de
stadskas brengenziedaar het grondbe
ginsel van de branders.
DE
De liberalen van Antwerpen, hadden
eenparig den heer Dcsguin,schepen van
Onderwijs, aangeduid tot opvolger van
Jan Van Rijswijck als Burgemeester
der stad Antwerpen. Geheel de bevol
king verwachtet er zich aan zijne benoe
ming in den Moniteur te zien verschij
nen. 't Zou een schelmstuk zijn, zegde
M. Delvaux, moest de regcering den
keus der bevolking niet bekrachtigen.
De benoeming van den nieuwen Bur
gemeester is in net Staatsblad versche
nen, de benoemde is M. Alfons Hertogs
liberaal Gemeenteraadslid, persoonlijke
riend van minister De Trooz.
Welnu dat is eene onnoemelijke
deugenieterij. De klerikale regeering
hoopt de verdeeling te zaaien in het
liberale kamp door M. Desguin niet
te benoemen de bevolking is veront
waardigd over die gemeene handelwijze
en die liberale Hertogs, welke niemand
tot Burgemeester begeerde, dan hij
zelve misschien en Dc Trooz, moet een
partij-verrader zijn om zijn hoogmoed
aldus ten dienste te stellen van de jap-
perij.
't Schijnt dat die nieuwe Burgemees
ter (tegen elks goeste) gezegd heeftik
zal dc Burgemeester niet zijn van de
liberalen, noch van de socialisten, noch
van de kalholieken.
Natuurlijk hij zal niets anders zijn
dan de Burgemeester der klerikale re
geering, de Burgemeester van De
Trooz, die hem den sluier toereikt van
't verraad waar hij nooit openlijk aan
spraak op maakte. Hoe zal hij De Trooz
daarvoor zijne dankbaarheid betoonen
dat weet hij alleen, die voor 't bekomen
van dat onrecht, men weet niet wat
heeft gedaan
Al de schepenen en liberale gemeen
teraadsleden moesten hun ontslag ne
men en dien zonderlingen, binnenge-
smokkelden liberalen Burgemeester,
alleen laten zitten met de klerikale
minderheid.
Het middenkomitcit der Liberale
Jonge Wachten van België vergaderd
den Oogst 1906
Bedankt den heer Desguin, dienst-
doenden Burgemeester van Antwerpen
voor zijne verkleefdheid aan de Libe
rale Partij, de voortreffelijke diensten
door hem bewezen gedurende eene
reeds lange politieke loopbaan.
Betreurt dat het klerikaal goeverne-
ment het zich ten plichtniet heeft gere
kend, den heer Desguin het bewijs van
erkentelijkheid en achting te geven
waarop hij voorzeker recht had door
hem te benoemen tot eersten Magis
traat van Antwerpen.
Ziet in den maatregel tegen M. Des
guin genomen, de grootste eer welke
kan bewezen worden aan dc oprecht
heid en de onwrikbaarheid zijner poli
tieke overtuiging.