Mononkel Kwinten
De Volksvriend van het Arrondissement Aalst
2
Geeraardsbergen
Uit Sottegem.
Uit Meldert.
iiiiij van m
Gemeenteraad
geweld aan te doen, zich in geen
slecht postuur stellen.
Eigenlijk beschouwd bedrijven zij
eene zuiver afgeteekende daad van
omkooperij. Zouden zij het durven
bedenken om, in een proces, de Magis
traten geld aan te bieden
De strenge toch billijke veroordeeling
die ze zouden oploopen, zou hun voor
altijd den lust ontnemen om te herbe
ginnen.
Doen ze nu wel iets anders ten op
zichte van den Heer
Verstonden ze wel degelijk hun «eeu
wig belang» dan zouden zij hun goud
den armen schenken in plaats van de
geestelijkheid er mede te overstelpen.
Heeft Jesus niet gezegd dat een
enkel glas water in zijnen naam gege
ven honderdvoudig zou vergoed wor
den
Hunne mildadigheid ten opzichte
der onterfden van de fortuin zou zwaar
wegen in de balans van den Rechter,
die arm leefde en stierf en geen steen
had om 't hoofd te rusten te leggen.
Den dag van 't laatst oordeel zou
hun veel worden vergeven, omdat
zij veel zouden bemind hebben.
Ziedaar hoe een goed christen zou
moeten denken en handelenen ziedaar
wat de geestelijken aan de geloovigen
moeten zeggenindien zij wezenlijk
hunne heilige zending begrepen.
Maar zoo verstaan onze priesters
hun plicht niet.
Zij eerst en vóór alles.
De armen daarna.... als er nog wat
overblijft
De spreuk indachtig Rust Roest zoo
gaf La Gramraontoise pas weergekomen
van den kampstrijd van Marchienne-au-Pont,
waar zij zoovele lauweren plukte, ons zondag
laatst haar tweede Zomerfeest in haar schoon
lokaal De Plezante Hof.
Groot was de toeloop van 't volk om onze
dappere Turners te komen bewonderen en
te vieren.De geuzenzon,die bij 't feest tegen
woordig was, liet toe gansch het programma
uit te voeren in den zoo heerlijken hof.
Na wel geturnd te hebben, hebben onze
jongelingen tot laat in den nacht met menig
mooi meisje gedanst.
Het Komiteit der Liberale JongeWachtgaat
voorstellen, gezien den overgrooten bijval
van verleden jaar, twee luisterlijke Dans
feesten te geven Zondag 26 Oogst en Zondag
2 September.
Wat het Avondmaal van 's Vrijdagskermis
betreft, dat zal zonder twijfel behouden wor
den door de Algemeene Vergadering.
Deze heeft plaats, heden Zondag om 4 uren
namiddag, by Mijnheer Pieter De Fru.
Het Zondagblad heeft de eer het geëerd
publiek bekend te maken dat sieur Paul
Guillemin, gewezen Luitenant van Priester
Daens, het Eereteeken van eerste klas heeft
ontvangen, voor bewezene diensten als Voor
zitter en stichter der Maatschappij Vrouw
en Kind 't was onder dien naam dat hij
de Geeraardsbergsche afdeeling der Daensis-
ten partij stichtte en dat zij deelnam aan de
Betooging van Ninove.
Sedert dien is het heerschap kartondemo-
kraat geworden en draait, zooals lionpapa,
naar den wind. Bon chien, chasse de race.
Het Zondagblad spreekt deze maal noch van
Sjirip, noenvan vuile tanden, want «Vrouw
en Kind is sedert dien gemuilband gewor
den.
Eerbied voor de dooilen.
Toen over eenige dagen het blyde nieuws
bliksemsnel de wereld door verhandigd
wierd dat Dreyfus, den droevigen martelaar
van 't Duivelseiland, eindelijk in zijne eer
hersteld was, ging in alle eerlijke harten een
erkentelijk aandenken op aan hen die zich
opofferden, hun heil en goed ten pande stel
den om den onschuldigen kapitein die zij zelf
niet kenden aan zijne onmeedoogende beulen
te ontrukken door de waarheid te doen zege
pralen. Zelfs de katholieke dagbladen van
Frrnkryk schandvlekken de bedriegeryen
Mengelwerk van den 12 Oogst 1906.
EENE KAROTTE
door
II. Do Cock-Crelen.
IV.
Hoe Mononkel Kwinten het Hollandsch
goevernement vertegenwoordigd en een
nieuwen hoed hoopt.
By deze woorden stonden zij aan den in
gang van den zomertuin de guit gaf een
teeken en de muziekanten hieven plechtig
het Hollandsch nationale lied voor Monon
kel aan. Deze echter verschoot op de onver
wachte slagen van den trombal, greep myn
heer Jan angstig met den arm en vroeg wat
is dat wat is dat
Luister, sprak mijnheer Jan gij kent toch
het nationaal lied van Holland wel
Gij hebt gelijk, wreef Mononkel zich in de
handen, nu l>en ik weer te huis.... had ik
maar eenen hoed zuchtte hy erbarmelijk.
Daar moet gy niet omgeven een burge
meester heeft geenen hoed noodig: de code
civil spreekt immers maar enkelyk van een
sjerp.
Wat dat betreft, sprak Mononkel. die heb
ik in myne teseh. En by deze woorden trok
hy de oranjekleur te voorschyn.
van den ('dat-major en lieten niet na hulde
te brongen aan de rechtschapenh id en de
karaktergrootheid van Piquart, Scheurer-
Kestner, Zola en meer andere martelaars
voor de rechtvaardigheid.
In Geeraadsbergen wordt een soort versleten
weekblad uitgegeven Zondagblad genaamd,
krioelende van taalfouten en die bij tijds nog
eens interessant is wanneer het iiaarken-
pluk speelt met Geeraard, het concurentie-
blad of zoogezegde tribune-libregesticht
door den vroege ren hoofdopstel lei- van de
versleten Zondagsloore die den grooten
apeteit van haren hoofdopsteller niet meer
kon verzadigen.
Ziehier geachte lezers in welke verhevene
taal dit zeer katholiek Zondagblad uitwijdt
over den overleden grootkampioen der waar
heid den on vergetelijken Emiel Zola
En Zola kent ge dien vriend, lezei',
Herinnert ge U nog dat we eenige jaren
een grafschrift voor dien franschen
schrijcei' voorstelden. We geven 't nog eens
voor dezen die 't zouden vergeten hebben
Hier ligt, hier rot, hier stinkt
de vorst der drekpoëten
Sta, wandlaar, broek af
En op zijn graf ges.
Eerlijke lieden, die vuiligheid staat gedrukt
in het Zondagblad van Geeraadsbergen.
De walgelijke penneknecht die deze
smeerlapperij over een doode uitbraakte
zullen wij niet bestempelen, wij geven enkel
deze kloosterpoëzy weer als voorbeeld naar
welke verbeesting eene bekrompene oplei
dingen blinde partijgeest kan lekten.
En zulke lekt uur word in alle preek-en
biechtstoelen aanbevolen tot uitbreiding der
zedelijkheid
Staats-Minister Woeste en Baron Leo de
Bethune en gij M. De Sadeleer, Oud-V oor-
zitter der Belgische Statenkamer wees fier
over uwe pennelakeien en slijkwroeters,
maar let op dat hunne uitwasemingen U
niet versmachten.
Pol van 't Hemelrijk.
Hoe de hopboeren door 'tpastoors-
bladje De Volksstem ingelicht
worden.
In het nummer van verleden week van
't pastoorsbladjê De Volksstern staat de liop-
markt van Brussel Woensdag 1 Oogst en
ziehier wat het schrijft
Er zijn nog altijd weinig verhandelingen
Aalst 1906, 70 a 80 frank. Poperinghe-Stad
33 fr, Poperinghe-Dorp 25 fr. Voor levering
October-November zijn er eenige zeldzame
verkoogers aan 55 frank en koópers aan 52
frank.
Dus volgens dat bladje dat er altijd op
boft de belangen der hopboeren het best te
verdedigen, staat de hop 1906 van 70 a 80
frank. Ik geloof dat de feniks willen zeggen
heeft 1905 en dat het eene drukfout is. Ook
voor de Poperinghe-Stad 33 frank en voor
Poperinghe-Dorp 25 frank in plaats van 60
a 70 frank, dat zal zonder twijfel nog een
drukfout zijn
Maar nu voor 't laatste den bouquet.
't Pastoorbladje kwoteert het nieuw gewas
volgens de hopmarkt van Brussel van Woens
dag 1 Oogst aan 55 en 52 frank,in plaats van
115 a 120 frank.
Bravo jongen nu begin ik te twijfelen of
het wel dr ukfouten zijn, ik geloof eerder dat
gij met onze hopboeren de vyf minuten wilt
houden.
Indien de hoplioeren van Brabant en van
onze streek met zulke inlichtingen tevreden
zijn, dan moeten zy niet heel moeilijk geval
len zijn.
De hop van 't nieuw gewas 55 52 frank
kwoteeren in plaats van 115 a 120 fr. dat
kan er nog al door.
Proficiat, pastoorsbladje dat verdient eene
decoratie.
Vier jaar geleden, vierden alhier de echt-
genooten Frangois-Van der Schueren hun
gouden bruiloft. Ter dier gelegenheid was
het alsdan feest te Sottegem het gelukkig
paar werd met geestdrift ten stadhuizo door
den katholieken gemeenteraad ontvangen,
prachtige zetels werden hun aangeboden en
de wijn van eer aan hen en de menigvuldige
bloedverwanten geschonken.
De onkosten hierdoor veroorzaakt werden
door den gemeenteraad, zoowel katholieken
als liberalen, goedgekeurd.
Nu, verleden week, vierden alhier echte
brave en deftige lieden, de echtgenoten Po-
Kom hier, kwam de guit by, ik zal Uwe
Gestrengheid de sierpe helpen omdoen. Dat
is het nu hij deed den oranje band rond den
machtigen buik van Mononkel, deze begon
te roepen wat drommelzoo nauw nieteen
weinig losser gij zoudt iemand te bersten
binden.
De guit stond achter Mononkel's rug mui
len te maken: neen, heer burgemeester;
zoo is hij niet te vast gebonden; wat dunkt, u?
Verdomd Blies Mononkel eene pramin.
waarom heeft Trees de haak-en oogen niet
wat verder gezetdie vrouwliè, die vrouw
liè
Mijnheer burgemeester sprak de guit al
buigende voor Mononkel, gijzytde knapste
heer van Europa.
Meent gy dat
Of ik dat meen het verwondert my dat gij
niet getrouwd zyt.
Hoe dat
Zoo een knappe vent gelijk gy zijtik zou
niet gaarne hebben dat gij lang te Hasselt
bleeft: al de dames die u zullen zien worden
nog piepelzot.
Mononkel lachte gel ijk een schelm en be
vroeg wat zegt gy daar
Ja. dat zeg ik...
Maar de muziekanten hielden.! eensklaps
stil. Het buffetmeisje eene flinke 'deerne van
eenen twintig jaar en die ook inde poets
meèspeeldc, komt Mononkel toegetreden met
eenen ruiker in de hand en spreekt hem
aan.
Heer Burgemeester van Roinbroek.
devyn-Cordeels, hun gouden bruiloft. De
Burgemeester werd ten bekwamen tijde ver
wittigd en de vraag gedaan om een zelfde
feest te hunner eer ten stadhuize in te rich
ten. Maar hier was het mis, dit kon niet zijn
Omreden dat er geen zaad in 't baksken is
de muizen liggen inderdaad dood voor de
kas dat de eléetriek gansch de gemeente
kas heeft geplunderd en het te moeilijk was
de ontvangst ten stadhuize te doen, wierd de
billijke vraag van kant gewezen. De deftige
en eerlijke jubilarissen met hunne bloedver
wanten die zeer talrijk zijn, verschillen een
weinig onder politiek opzicht met onze op-
perbazen van t stadhuis. Zie daar
Die zaak was spoedig gekend en de inwo
ners van Sottegem, verontwaardigd over die
ongehoorde en onbetamelijke handelwijze,
vereenigden zich en nooit heeft men alhier
zulk feest bijgewoond. Bijna aan alle huizen
wapperde de nationale vlag en de bloemtui
len den eerbiedwaardige jubilarissen aange
boden waren menigvuldig, schoon en koste
lijk. Des namiddags hebben de gelukkige
eclitgenóoten in rijtuig bespannen met twee
paarden en omringd door hunne kinderen,
kleinkinderen en andere bloedverwanten de
straten van Sottegem doorkruist onder de
toejuichingen van al de inwoners, langs alle
kanten werd de wijn van eer geschonken en
werden bloemtuilen aangeboden.
Groot is te Sottegem de verontwaardiging
der familie en der inwoners, overal op den
doortocht van den stoet hoorde men zeggen
Schande! Schande, voorde stadhuisbazen.
Nog eens heeft het katholiek en verblind ge
meentebestuur van Sottegem bewezen, dat,
onder politiek opzicht, het in alle omstandig
heden twee maten en twee gewichten weet
toe te passen.
Rechtuit.
Een nederig boerken uit Meldert, schrijft
ons, dat hy door de laatste stormen plat ge
ruïneerd is en er vele arme boeren zyn in <ïen
omtrek wier vruchten van een heel jaar
zwoegen door de slagregens en den geweldi
gen hagel totaal zijn verwoest.
De ongelukkige man vraagt ons of er voor
hem en zijne rampzalige lotgenooten niets
kan gedaan worden, door het katholiek Goe-
vemement.
We moeten helaas, kort endroef antwoor
den, neen van het klerikaal Goevernement
is er voor u niets te hopen
Verleden jaar stelde onze Volkvertegen
woordiger, M. liens, (van wien bijna weke
lijks een artikel in ons blad verschijnt) in de
kamers voor een krediet te stemmen van 5
millioen franken, om hulp te verleenen aan
de slachtoffers der groote onweders. Het kle
rikaal Goevernement verwierp dal voorstel,
Woeste, Bethune en De Saedeleur stemden er
ook tegen maar stemden integendeel de
honderden millioeneri voor nieuwe, nutte-
looze forten rond Antwerpen.
Onze wreed beproefde landbouwers heb
ben van de klerikalen dus niets te verwach
ten.
W ij zijn echter zeker, dat onze liberale
Volksvertegenwoordiger M. Rens, zich 't lot
der wreed geteisterde, boerkens zal ter herte
trekken en hunne belangen, dapper zal ver
dedigen.
n Maandag
6 Oogst igoö.
De Burgemeester opent de zitting ten 5 1/4
namiddag.
De heer Leveau vraagt het woord en han
delt over de werkstaking van het fabriek
Marchant. Hij vraagt min den heer Burge
meester tusschen te komen om die werksta
king welke reeds zes weken duurt te doen
eindigen.
Hij doet uitschijnen dat er een misverstand
bestaat en de werklieden zouden moeten
recht hebben van 't Stedelijk Hulpfonds tegen
de V erkelooshoid te trekken, aangezien er
een brief bestond waarin de heer Marchant
aan den heer Volksvertegenwoordiger Van
Langendonck beloofd had, de werklieden ge
durende acht dagen aan den nieuwen tarief
te laten werken en hun volle loon zou be
taald hebben.
Wanneer de werklieden zich aanboden om
te beginnen zijn zij weggezonden.
Hij hoopt dat de Burgemeester zijn best zal
doen en de zaak zal onderzoeken om tot een
goed einde te brengen.
Daarna legt den heer Lodewijk Burny die
de plaats van M. De Waele inneemt den eed
af en wordt in zijn ambt van gemeenteraads
lid aangesteld.
Ik ben de stad Hasselt en bied u dezen
ruiker aan als een teeken van verbroedering
tusschen het Hollandsch en Belgisch Lim
burg. Vivat de Burgemeester van Rom
broek.
Mononkel nam statig den ruiker af, klopte
het meisje op de schouders en zei luidkeels
tot mijnheer Jan de stad Hasselt is poddorie
nog al fraai
De harmonie sloeg weèr het hollandsch
nationaal lied aan, en Mononkel nu een wei
nig meer verkloekt, begint te zingen dat het
in de lucht druischt. Z(jne stem was klaar,
helder en sterk,maar wild, zoodat de muzie
kanten alle oogenblikken uit de maat
geraakten. Mononkel echter zong maar door
en sloeg de maat met den ruiter, welken
hem het meisje had aangeboden. Nu trek
ken wij den huize binnen, fluistert hem de
guit in het oor de heer gouverneur zit u
daar ongeduldig te wachten Maar Mononkel
kreeg onverwacht eene koei in het oog op
eene pelouse getuijerd ik weet niet of dat.
geen hollandsch ras is
Ja, wel, zei mijnheer- Jan, op de markt
van Gorcum onlangs gekocht. En Mononkel
ging op de koei aan de muziekanten met
hem henen en hem met de koei in eenen ring
gesloten en gepruischt van lachen.
Ja, ja, het is hollandsch ras hoeveel kal
vers heeft zij gehad, mynheer Jan
Ik geloof twee.
Ja, dat schijnt ook wel aan de horens.
Maar. streek hy het beest met de hand over
den strank en hief hij den staart op ik twij
fel toch of het wel eene goede soort is voor-
te vetten dat zeg ik niet; maar melk en boter
daar zou ik sterk aan twijfelen. Zij is anders
AI. Leveau. (In naam der minderheid)
protesteert tegen de handelwijze van het
Schepencollege in het opmaken der kiezers
lijsten voorde samenstelling van den Werk-
rechtersraad. Hij is verwonderd dat Mijnh.
Burny aanvaard heeft. Reeds vroeger had
hij recht zijn vader te vervangen, men heeft
hem nooit erkend en om hem opnieuw werk
zaam fe maken in de politiek heeft men hem
lan<>-s 't achterpoortje van Werk en Nijver
heids raad binnengemoffeld.
Nog eens, doet de heer Leveau uitschij
nen, hoe onrechtvaardig het College van
Burgemeester en Schepenen heeft gehandeld
in het nazien der ingediende reklaraen, die
ze wetens en willens hebben verworpen, ter-
Ni ijl de ongegronde klachten der katholieken
tegenover de liberalen aanvaard werden.
Niemand kan bewijzen dat Mr. Nijs even
al de andere bakkers geen patroon is, enge
zet hem op de lijst der werldieden en nog
veel minder kan er bewezen worden dat M.
Verbestel die ingeschreven stond op de voor-
loopige kiezerslijsten als schrijnwerker, zijn
stiel niet meer uitoefende en 't is het Sche
pencollege en niet het Beroepshof die hem
geschrabt heeft.
Versehiili^e klerikale leden.
Wendt u tot het Hof van Beroep.
AI. Van iler Scheuren. Het Hof van
Beroep heeft over de zaken niet gevonnisd
of heeft niet onderzocht of de reklamen ge
grond waren, ze zijn verworpen omdat ze
niet geregistreerd waren.
AH. Leveau. Herhaalt dat al de rekla
men in regel werden opgemaaktde heer
Ontvanger der registratie aan wie de stuk
ken werden aangeboden ten einde ze te re-
gistreeren, gaf ten antwoord, dat die forma
liteit niet diende vervuld te worden, zulks
doende steunde de heer Ontvanger zich o. a.
op de zienswijsze van den heer Schieks, pro
fessor in rechtsgeleerdheid aan de Katho
lieke Hoogeschool te Leuven.
Het Hof van Beroep nogthans beslist dat
de verzoekschriften moesten geregistreerd
zijn en omdat ze 't niet waren werden al de
reklamen van de hand gewezen.
Het is dus niet omdat de door ons ingedien
de bezwaren niet bewezen en gegrond wa
ren dat het Hof ze verworpen heeft.
Het blijft dus vast dat gij, klerikaal, sche
pencollege, de kiezerslijsten voor den Werk-
rechtersraad onrechtvaardig en willekeurig
hebt opgemaakt. Gij schrijft klerikalen in
zonder recht en uwe tegenstrevers laat ge
nveg Dat is echt schandalig het volk zal er
zijn oordeel over vellen.
AI. Vei'liulst. Ik vraag- het woord
AI. tie Burgemeester, (bitsig) Ik
geef u het woord niet.
De Vraag voor het oprichten van Werk
manshuizen op den eigendom der Filature et
Filteries réumes aan de Breedestraat, wordt
na ernstige opmerkingen verzonden naar de
Sectie die Zaterdag aanstaande ten 11 ure
's morgends zal vergaderen.
AI. Leveau. Deed opmerken dat met
het Ixiuwen van zoo een groot getal woon
huizen er aldaar vele kinderen zullen zijn,
die daar aan hoveniers en landbouwers vele
schade zullen berokkenen. 1 lij stelt voor er
een plein te maken waar de kinderen zouden
kunnen spelen.
Er wordt beslist dat de Katholieke Kring,
lokaal der Ddvonhalle in haren vorigentrant
hersteld zar worden. De onkosten worden
op 16300 fr. geschat, (aangenomen)
Er wordt aangenomen eene nieuNve ge
meentemeisjesschool te bouNven nevens het
kappeleken van Beeckman aan den Ouden
Denaermondschensteenweg op een grond toe-
bohoorende aan het Amibureel. (aangeno
men)
AI. Van der Schueren. Doet opmer
ken dat er verleden weekweereen ongeval
door de Tram is veroorzaakt. Hij verzoekt
den heer Burgemeester by de Maatschappij
aan te dringen, om de tromp te bezigen, om
dat er daar gedurig geschuifel is van treinen
en hot publiek beter de aankomst van den
tram zal kunnen onderscheiden.
AI. Verhuist. Zegt een voorstel te
moeten doen over de markten.
AI. de Burgemeester. Gij hebt mij
niets laten weten en kan u dus het woord
niet geven.
AI. Verhuist, doet opmerken dat hij
zijn uitnoodigingsbrief te laat heeft ontvan-
gen.
De Burgemeester sluit de zitting en men
gaat over tot de geheime zittimr.
Wij meldden in ons vorig nummer het
overlijden van M. Sonnlag, leeraaraande
Staats-Middelbare School te Aalst.
Verleden Maandag had de teraardebestel-
nog al goed geknookt en gekruist, doch een
Nveinig te hoog vanpooten. Wat hebt gy ze
wel betaald, mijnheer Jan
Zij behoort mij niet toe heer burgemeester,
En Mononkel ging nog drij of viermaal rond
de koei en sprak' gedurig 'tls toch hol
landsch ras; zijn het kal vervaarzen goNveest?
De heer gouverneur zal ongeduldig wor
den Iaat ons binnen gaan zei de guit.
Gij hebt gelijk zei MononkelEn 't muziek
begon weêr te spelen en bracht Mononkel tot
bij den zoogezegden gouverneur. Deze bij
een tafeltje gezeten voor eene flesch cham
pagne en twee glazen, springt ijlings op en
komt Mononkel toe F
Heer Burgemeester van Rombroek.
Het zal uwe Gestrengheid nog wel ver
heugen hoe onlangs Hunne beide Majesteiten
Leopold us de eerste en Willem de derde te
Luik eene vriendelijke bijeenkomst hielden.
De verbroedering van beide natiën is uit de
ze bijeenkomst als eene bloem van twee
strengels voortgesproten.
Dat is waar, zei Mononkel. De gouverneur
gaat voort: De provincie Limburg zoo
pijnlijk in tweëen gescheurd tijdens de vier-
en-twintig artikels, gaat zich nu weer ver
eenigen, en om deze vereeniging te bestati-
gen verwelkomen wij u in de stad
Hasselt en tevens in het Belgisch Limburg.
Mononkel antwoordtIk had hier niet mee-
rien stilte blijven; maar ik ben, poddorie!
heer gouverneur toch blij dat ik hier ben. De
stad Hasselt staat mij nog al aan, hé. ny
daar riep hij op liet meisje. Wat meerTs,
heer gouverneur, de eer die gij mij aandoet,
zal niet verloren zyn ik ben een van de oud
ste burgemeesters van het Hollandsch Lim-
ling plaatsen M. Aerts, bestuurder derschool,
sprak de volgende schoone lijkrede uit.
Mijne Heer en,
Andermaal hooft do Dood, die onmeodolgoude maai-
ster, baar alles torneer vol lende zois Idindwog over
'slovens akker rondgezwaaid andermaal heeft zij haar
vernielingswerk aangericht in het ond-rwijzond per
soneel der Staats middelbare school van Aalst.
Als bij tooverslag heeft zij een zijner verdionstvolle
leden onerbarmelijk iiit zijn midden weggerukt en
zoo komt het, dat mij heden de droeve taak is opgedra
gen, een laatste hulde te brengen aan do dierbare nage
dachtenis van den zoo zeer betreurden ambtgenoot en
vriend tevens, M. Pieter Sonntag.
Vooreen drietal dagen pas zaten wij nog gezellig ver-
eenigd, vroolijk koutend 111 het blijde vooruitzicht der
in aanbreek zijnde vacautie, die wat afleiding brengen
ging aan de zoo afmattende leeraaretaak, wat rust
gunnen zou aan den sedert maanden overspannen
geest. En niemand onzer voorwaar dacht eraan, kon de
mogelijkheid ervan vermoeden, dat nog dienzelfden
dag de alles verstijrende adem der DikmI de levens
krachten van eenen onzer voor immer uitdooven zou.
Helaas enkele uren nadien slechts verspreidde zich
bliksemsnel de verpletterende mare van het schielijk
afsterven des geliefden ambtsbroeders, voor wiens stof
felijk overschot de kille schoot der aarde thans wijd
gapend openstaat.
Verschijnen., verdwijnen aldus luidt de algemeene
natuurwet. J)e zaadjes kiemen de jonge plantjes schieten
aldra welig op, spreiden hunnen vollen wasdom ten
toon, bloeien en dragen rijke vruchten, die eerlang tot
rijpheid zullen gedijen.
Met gretige oogen slaan wij haar gade en hoopvol be
trouwen wij op een overvloedigen oogst. Maar komt
dan een stormwind ze ontijdig knakken, de kostbare
vruchten ten gronde werpen, ja volkomen verdelgen,
dan is onze verwachting bitter teleurgesteld, dan
lijden wij om de stoffelijke schade, welke de stoornis in
de natuur ons berokkend heeft.
En zóó, Mijne Heeren, is het toegegaan met onzen
dierbaren afgestorvene den 24 Juni 1853, te Luxem
burg, geboren, wies hij vol levenslust op tot een kloeken
knaap hij ontwikkelde zich lichamelijk in de gun
stigste omstandigheden tot mm frisschen jongeling,
groeide alzoo op tot een krachtigen, volwassen man,
die ziekte en ongeval scheen te mogen trotseeren. Oudor-
tusschen.ontving hij het geestesvoedsel van lager en
middelbaar onderwijs in zijne geboortestad, studeerde
naderhand aan deGentsche hoogeschool, leeraarde aan
het Brusselsch onderwijsgesticht Rachez, opende op
eigen hand eene inrichting voor middelbare studiën te
Vilvoorde, tot hij eindelijk, in 1883, tot regent benoemd
werd bij de Staats middelbare school ter stede.
Van dan af, Mijne Heeren, hebben het meerendeel
uwer hem gekend, eenen forschen boom gelijk, in volle
groeikracht, met heerlijke vruchten beladen. Ja. van
dien stond aan heeft hij al de kostelijke gaven van geest
ani hart kwistig aangeooden aan al, wie hem naderen
wilden en talrijk zijn ze, die de vruchten van zijnen
onverpoosden arbeid ruimschoots hebben genoten en
die insgelijks de hunnen wilden opdienen.
Ach een donderslag, als het ware, heeft zijn forsch
gestel verbrijzeld zijn helder verstand is uitgedoofd
zijn gulden hart klopt niet meer Treurig eindslot van
's mcnschen wankelbaar bestaan.
Gedurende elf jaar ongeveer waarom zoo ras voorbij
gevlogen heb ik hem van dichtbij werkzaam gezien
ar. n de vorming en leiding der Aalstersche jeugd en ik
reki n hel mij tot, plicht, hier eene laatste en openbare
getuigenis af te leggen van zijne hooge vaksbekwaam-
fioiu en zijn nauwgezet plichtsbetracliten.
En gij, zijne leerlingen en oud-leerlingen, heeft hij
niet steeds d.«u zijne uitgebreide en grondige kennis,
zijn scln\,:id. r doorzicht, zijne onvermoeibare werk
zaamheid, z.e)|'s dan wanneer de ziekte zijne krachtin
spanning belemmerde, zijne voorbeeldige goedaardig
heid uwe bewondering afgedwongen Was hij niet
evenzeer uw vriend als uw meester? Niet enkel streefde
hij er naar, uw vatbaren kindergeest met veelvuldige
en nuttige kennis te verrijken, hij hield ook een
zorgvol, wakend oog op uwe opvoeding door stichtend
voorbeeld wekken, edele gevoelens storten in uwe j eug-
dige harten, heilzamen raad toedienen was steeds het
doel van zijn verheven pogen.
ie telt af ile diensten, gedurende zijn leeraarschap
bewezen Hoe velen hebben aan hem die kennis te
danken, welke hen een eerlijke plaats in hot maat
schappelijk leven inruimde V
Ziedaar, Mijne Heeren, in gansch flauwe trekken
den verdienstelijken leeraar afgeschetst.
Eenige woorden slechts over den burger: openhartig
heid van karakter rechtschapenheid, dienstvaardigheid
te allen tijde en jegens eenieder, medelijden met eens
anders onspoed, houschheid en vroolijkheid van ge
moedsstemming. dit waren zijne meest kenmerkende
hoedanigheden, waardoor hij elks genegenheid wist to
winnen, die hem ieder tot vriend maakten. In zijnen
warmen handdruk ging telkens iet van zijn warm
hart over.
En wat gezegd van den echtgenoot en vader Zoo het
waar is, dat m.-n den boom aan zijne vruchten kent,
dan is hij voorzeker een toonbeeld van echtgenoot
en vader geweest. Inderdaad, hoe hartelijk minde hij de
zijnen niet Hoe was hij steeds bezorgd over hen Alles,
zelfs 't zwaarste, viel hem licht, wanneer het, het geluk
der zijnen gold. Vaderlijke fierheid, innige zedfvol
doening straalden uitzijn blik, wanneer zijne kiudo-
II. welverdiende lauweren oogstten in den naijverigen
levensstrijd. Van hem mag men met rechte zeggen: hij
leefde voor de zijnen.
>ofd" gade en kinderen, de slag, die u treft,
dijk lu.rtgrievend; uw verlies is onmeetbaar en
!r! onh' istolbaar.Laat vrij uwe tranen vloeien;
Diep
is wreedelij
o, jammer! onfivrstelbaar.Laat vrij i;
want geen afgestorvene word ooit. rechtmatiger be-
wecud. Edoch, weet dat gij alleen niet jammertook
wij, zijne vrienden en bekenden, voelen diep, heel diep
hoe zielpijnigend de eeuwige scheiding valt.
En onwillekeurig oppert zich nu de vraag Waarom
tocli heeft Natuur zoo vroeg haren tol opgoeisclit? IJdele
vraag Godes inzichten zijn geheim. Wie zal in zijne
besluitselen doordringen Onwederroepelijk eilaas is
zijne uitspraak.
V. at voor troost aanvireu? Troost moet uit het eigen
hart voortvloeien en alleen de tijd kan eenige leniging
brengen aan onze zielesmart. Er blijft ons enkel over:
christen onderwerping aan don wil van het allesbehccr-
schend Wezen, dat do zaken op het best schikt en regelt
gedweeë gelatenheid in het lot, hoe bitter het dan ook
wezen moge.
Waarde ambstbroeder, het goede, dat gij op uwe
levensbaan zoo vrijgevig hebt gezaaid, kan hier beno
den gewaardeerd doch niet naar verdienste beloond
worden. Alleen de eeuwige Gerechtigheid kan naar he-
buro-, ik heb mynen iubilé gedaan vraag het
daar eens aan mijnheer Jan ik zal in Den
Haag mijn beste doen om deze vereeniging
nog te staven.
Zij klapten allen in de handen en riepen
bravobravissimo
Ja, ging Mononkel voort, dat zal ik, pod
dorie doen. De gouvemenr trok Mononkel
bij.het tafeltje schonk twee glazen en verhief
den beker Op de gezondheid van onzen
lieer burgemeester van Rombroek, en op de
vereeeigingvan het oude Limburg
De harmonie begon weèr het nationaal lied
te spelen, terwyl Mononkel en de gouver-
neur de flesch champagne uitlapten. De
guit kwam dan weer toe en zeiheer bur
ineester, vergeef mij dat ik uiets verwittige.
Ja, ja, zei Mononkel, blij toe, ik ken hier
de gebruiken niet.
Nu is het uwe beurt de gouverneur en de
•muziekanten te vergasten gij vertegen
woordigt het hollandsch gouvernement.
Ja, ja gewis, en dat wil ik behoorlijk ver-
tegenwoerdigen wat moet ik ten besten-
ge ven
Wel, mij dunkt eerst eenige flesschen St.
Julien dan eenige flesschen Bourgogne en
eindelijk omte sluiten,eenige flesschen cham
pagne.
Mononkel springt op, slaat met een kneu
kel op de tafel en roepthela gij daar, man-
zelle, vijftien flesschen St-Julien De vijftien
flesschen waren seffens geblazen. De bour
gogne volgde en daarna de champagne, zoo-
dat zy allen eene krol aankregen.
(Wordt voortgezet.)