IWEIN VAN AALST. f smm I' JAAR N' 110. mm ZATERDAG 15 FEBRUARI 1897. WEG MET DE BAZEN! PROPAGANDA «t i1 Dr Is. Bauwens. Uit eigen oogen zien. RAADSEL A" 2. Ongelukkig Italië. Vlamingen en Walen. Een abonnement voor gansch Belgiëfranco te huis, kost 2,50 jper laar. Voor Europa en de andere werelddeelen 4,50. Alle brief- wisselingen moeten ons voor woensdag middag besteld zijn .Pakken en brieven moeten vrachtvrij toegezonden worden. Ongetee- kende brieven worden geweigerd. Aankondigingen 15 centiemen den regeldikwijls te herhalen 10 centm Verzekerde ruchtbaarheid. Ten Bureele der Volksstem gelast men zich met alle slaeh van druk werken, zooals doodbeeldekens, rouwbrieven, facturen, kerkwerk, enz., aan zeer lage prijzen. Sehoone keus van schoc .gerief voor scholen, kloosters en pensionnaten. Op aanvraag onmiddelijk te verkrijgen alle soorten van leesboeken, enz. Voor prijsboeken vrage men den cataloog. Al onze trouwe Lezers zullen ons Bureel indachtig zijn. «Weg met de bazen roepen de de socialistenwij werken zonder mees ters wij zijn allen gelijk Dit is niet waar. De samenwerkende maatschappijen, gelijk Vooruit, zijn samengesteld uit knechten en uit bazen die inrichtiugen kunnen maar bestaan omdat er onder die vereenigde arbeiders zekere zijn (en ook zijn er heeren bij), die een bijzonder vernuft bezitten die met buitengewoon verstand begiftigd zijn, die het gezag over de anderen verkregen hebben, die daar de bazen spe len en die ei* inderdaad de bazen zijn. Maar samenwerkende genootschappen, nijverheidsge stichten, bestaande uitsluitelijk uit werkvolk, die eigentlijk zonder baas werken, volgens den wensch der socialisten, dit is eene onmogelijke zaak, een belachelijke droom, eene volstrekte onmogelijkheid. Om eene waar voor te brengen zijn er drie dingen noo- nig werk, geld of kapitaal om de stof, den werkwinkel en het getuig te koopen, en wetenschap om alles te schikken en te besturen. De arbeider kan werkenmaar het kapitaal ontbreekt hem zoo wel als de wetenschap. De meester bezit kapitaal en wetenschap, daarom is zij ne tusschenkomst noodig. Ik veronderstel zelfs dat de werklieden het kapitaal, 't noodige geld verkrijgen om hun nijverheidsgesticht tot stand te brengen ik veronderstel dat de Staat hun, volgens het programma der sociaiisten, de daartoe noodige hulpgel den geve. Zal de zaak gaan Neen, omdat de werkers geene bazen zullen hebben om de zaak met wijsheid en wetenschap in te richten en te be sturen. Voorbeelden zijn er daarvan genoeg. In 1848 waren de socialisten aan 't bewind der republiek in Frankrijk getrouw aan hun gedacht, dat de Staat de noodige hulpgelden aan de werkmenschen schuldig is, ga ven zij hun een half millioen tusschen een honderdtal samen werkende maatschappijen te verdeelen. Wat gebeurde er spits zwij- Zout- GESCHIEDKUNDIG VERHAAL DOOR Een luid gerucht van mensehenstemmen en een licht geklikklak van wapenen werden gehoord. Alles klaar? hervatte Walter. Ja riep Disdeer. De toortsen uit Geen woord meerbeval Wal ter en schikte zich juist voor Lauretta en Boudewijn. Het werd pikdonker op den buitenhof. Vooruit! n riep Disdeer, die zich aan de stelde. De bende reed de valbrug over, doorkruiste gend de straten der stad, verliet Aalst langs de straatpoort en volgde eenigen tijd de heirbaan. Nergens was een levend wezen te ontwaren. In den drafgebood Walter. Lauretta reed nevens Boudewijn en nam het opge legd stilzwijgen in acht. Een stroom van pijnlijke ge dachten golfde haar iD het hoofd. Na eene poos, rende Walter naar de eerste rangen en zeide luidkeelsStap voor stap Lauretta, die hare grievende gewaarwordingen niet langer meer kon onderdrukken, nam Walter's afwezigheid te baat om het stilzwijgen te verbreken. Mher Boudewijn, sprak zij laat ik mijn hart in den boezem eens vriends uitschudden, u Uw vertrouwen grijpt mij in de ziel, jonkver. Spreek het hart uitstorten verlicht. Mijn hoofd grimmelt van zwarte gepeinzen Wederom? En hun onderwerp, jonkver? Ze zijn van velerlei aard, Boudewijn. Spreek onbewimpeld... Welnu, het moge u kinderachtig voorkomen, ik zeg Na twee jaar bestonden er maar tien tot twaalf van die werkmansmaatschappijen meer. Al 't overige was verdwenen. Omtrent't jaar 1880 stierf een groote volks vriend, die ook schatrijk was. Benjamin Rampal was zijn naam. Hij liet bij testament aan de stad Parijs de som van 1 millioen 295 duizend frank dit geld moest dienen om, bij middel van leeningen, samenwer kende arbeidsmaatschappijen te stichten en te onderhouden. Die leeningen werden inderdaad aan 47 maat schappijen gedaan, waarvan 44 uitgekozene voortbrengende samenwerkingen waren. Eh wel, 7 jaar later waren zij meest allen in failliet gevallen op die 44 maatschappijen ble ven er ten hoogste 14 in staat van 't ontleende kapitaal weder te geven Drie jaar werking waren genoeg voor zekere dier arbeiders om een kapitaal van bij de 4 hon derd duizend frank te verkwisten of te vernie len. Neen, de leuze zonder baas kan niet verwezent- lijk worden benevens den arbeider die met zij ne armen werkt, moet er een ervaren man zijn die de kennis bezit, het gezag uitoefent, in een woord een baas. Jefken. Niemand zal betwisten dat in geen een arrondissement van H. land de strijd zoo hevig en zoo aanhoudend is, dan wel in ons arondisse- ment van Aalst Ook is de taak onzer katholieke dagbladschrij vers verre van gemakkelijk te zijn. In't hevige van den strijd worden zij gretig gelezen en worden hunne bladen in stad en dorp, overal rondgestrooid doch eens de kiezing voorbij worden zij voorzeker niet genoeg onder steund. Waarbij komt het toch dat er in onze volk rijke gemeenten er al niet een man gevonden worde die het zich tot plicht rekent de merk waardigste gebeurtenissen van zijn dorp en 't omliggende in-eenige woorden neer te schrij ven en ze naar het bureel onzer katholieke ga zetten te zenden Waarbij komt het dat men veertien dagen, drij weken voor de kiezing zooveel geld verteert aan propaganda, door gazetten en vlugschriften van allen aard, en zich voorders met onze week bladen weinig of niets meer bekommert Wel 't is omdat men het werk der drukpers aanziet als een winkel, en dat men denkt door 't verspreiden onzer gazetten slechts den uitgever er van te bevoordeeligen. Dat onze hoofdmannen dan toch eens denken dat men de politieke overtuiging der kiezers niet en vormt gedurende de veertien dagen die de kiezing voorafgaan, maar dat deze door eene alledaagsche of ten minste wekelijksche lezing langzaam moet gegrond worden. En hier hebben wij voorzeker eene les te nemen aan onze vrienden van St-Niklaas. Hun verdienstelijk blad De Volksbode is nauwelijks twee jarea gesticht en reeds wordt het op verscheidene duizende nummers getrokken wekelijks treft men er correspondenten in uit de meeste dorpen van hun arrondissement, zoodat wij moeten bekennen dat zij beter dan wij al het nut eener aanhoudende propaganda begrijpen. Volgen wij hun voorbeeld na, en zien wij ons opgeene moeite om het werk der drukpers in ons arrondissement te bevoordeeligen voor zooveel het in onze macht is. Reeds meermalen beweerden wij, dat de socialistische propa ganda steunt op bedrog, op ij dele voorspiegelingen en on vervulbare beloften. Van 't oogenblik dat de werklieden uit eigen oogen be ginnen te zien en met eigen hoofd te denken, is het met de socialistische propaganda gedaan. Zij zal niemand meer in hare strikken vangen dan den eenen of anderen lui aard, eenen dronkaard of een hoogmoedig dwaashoofd, mannen, die alleen in de omwer ping der maatschappij kans zien om in de hoogte te komen. Gelukkig zijn er reeds een groot getal werklie den, die door het bedrog en de goochelarijen der socialistiche leiders dwars door zien. Zij laten zich niet meer wijs maken dat de socialisten den godsdienst zullen eerbiedigen, den kleinen eigendom sparen, het huisgezin in stand laten, het rijk van vrede en eendracht van vrijheid en gelijkheid op aarde stichten. Zij laten zich niet langer meer ophangen dat de leiders der socialisten in al hun doen en laten, slechts gedreven worden door onbaatzuchtige liefde en zorg voor den arbeidenden stand. Niets meer van dat alles Zij hebben uit eigen oogen leeren zien, en zijn tot de overtuiging gekomen, dat de socialistische hoofdmannen niets anders zijn dan zelfzuchtige huichelaars kortzichtige tyrans. En niet alleen zijn zij voor zichzelven tot die overtuiging gekomen, maar zij beginnen haar ook door woord en schrift aan andere werklieden mede te deelen. Hier is de Veldwachter. Waar is de kleine schelm Prijs te verloten onder al de goede op lossers Quinten Metsijs, Zangspel in twee bedrijven. In Italië zijn er verledene week groote opstanden geweest in de Hoogescnolen. De studen ten van verschillige steden wa ren kwaad omdat de gendarmen te Milanen tusschen gekomen waren om zekere onlusten daar door de studenten veroorzaakt te stillen. Bijna overal heeft men ten gevolge van openbare betoogingen de hooge- scholen moeten sluiten. Dus dat studentenvolk van Italië schiet voor eene onnoozelheid maar in vlam en vuur. Die lichtzinnige opstand geeft een goed ge dacht van de algemeene gesteltenis van het tegen woordige Italiaansch volk. Er bestaat daar eene diepingewortelde mistevredenheid die voor dat land een gedurig gevaar is. Italië is verkankerd en heimelijk bewerkt door de vrijmetselarij, die de oorzaak geweest is van de inpalming van de pauzelijke staten. Daar ge lijk elders heeft men gewerkt om het geloof in het volk uit te dooven men heeft aan 't volk leeren met den Paus en de geestelijke overheid spotten, maar nu hangt de wraakne- mende hand van God over dat armza lige land. Wat millioenen gaan er jaarlijks niet aan het onderhouden van 't leger, om de heiligschennende en schandelijke eenheid van Italië te bewaren. Het volk is zoodanig verpletterd on der de lasten dat in vele streken de grootste armoede heerscht. Over 14 dagen nog zijn er op eene week 32 dui zend Italianen zonder middelen van bestaan, naar vreemde streken een on zeker geluk gaan zoeken. De landen zijn verlaten omdat het dagelij ksch zweet der landbouwers nauwelijks de opgelegde lasten kan voortbrengen. Men zou gansch het jaar moeten werken en dan nog ver gaan van honger en gebrek. Bijna gansche dorpen zijn verlaten en gelijken aan groote puinhoopen. Het volk van den buiten beproeft dikwijls een beter bestaan te zoeken in de groote It&liaansche steden, maar daar loopt het meestendeels eene ze kere dood te gemoet. In Romen ge beurt het niet zelden dat menschen van honger in hun kamerken of op straat omkomen. Ai wat de menschen niet kunnen missen zooals zout, sui ker, olie, koffij is dobbel en dik be last en daarbij is er weinig werk en weinig winstvoor een klein kamer ken op het 4e of 5® verdiep betaalt men te Romen van 17 tot 20 franken in de maand daaruit kan men beslui ten welke afgrijselijke armoede in ge meenten en steden er te vinden is. Wat het onderwijs aangaat dat laat veel te wenschen. De schoolmeesters worden weinig en slecht betaald en zijn gewoonlijk zeer onbekwaam. Men kan zich moeilijk een gedacht maken van de onwetendheid bijzonderlijk op den buiten. De katholieken van Italië zijn op vele plaatsen zeer goedhertig en I werkzaam om den toestand van het ongelukkig werkvolk te verbeteren maar zij ook lijden van de overgroote lasten en worden niet ondersteund door het gouvernement dat maar geld j| heeft om soldaten onder de wapens te houden of om vervolging te onderhou den tegen Paus en Kerk. Over eenigen tijd vertelde een Ita liaan die uit armoede zij n vaderland ver laten had en hier nu met beelden leurde, dat men geen gedacht heeft van de armoede van de werklieden bij voorbeeld te Florentië, dat nochtans eene der steden is die door de vreem delingen meest bezocht wordt en waar er vele kunstwerken aangekocht wor den; dat de Italianen maar geluisterd hadden naar den Paus, zegde de arme sukkelaar, dan zouden zij gelijk voor het jaar 70 nog in welstand leven en in hun vaderland gelukkig zijn. Is het niet schrikkelijk dat eenige goddelooze vervolgers en hooveerai- gen alzoo een schoon en rijk land tot zijn ongeluk gebracht hebben Gehoorzaamheid en onderdanigheid aan geestelijke overheid is eene zege ning voor een land maar eens dat het die overheid niet meer eerbiedigt is het rijp voor verleiding, opstand en verval. Katholiek. Onze laatste volksoptelling bewijst de meerderheid der Vlamingen op de Walen eens te meer. Sommige waalsche gemeenten geven slechts 19 geboorten op 1000 inwoners, vele vlaamsche gewesten 38 a 39, Oos tende tot 39 1/2 per 1000. In nijverheids-arrondissementen is de waalsche verhouding ol proportie 19 0/o, de laagste, 26 0/0 de hoogste; de vlaamsche verhouding 28 0/o de laag ste, 36 0/o de hoogste. In landbouw-arrondissementen is de waalsche verhouding 21 0/o de laagste, 28 O/o de hoogste de vlaamsche ver houding 28 O/o de laagste, 38 a 39, tot 36 1/2 0/o de hoogste. En toch willen dc Walen maar meester zijn en blijven I

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Volksstem | 1897 | | pagina 1