PRINS ALBRECHT TE AALST.
Redevoering
Antwoord van Prins Albrecht
Vlacmische IVeikomgroei
Vlaamseh antwoord.
Kerkelijk Aieuws.
Uit den Vreemde.
In het Oosten.
Van DEIVDERHOUTEM
naar IIVDIE.
Tweede brier.
kist, de lijkwagen, het gareel der paarden en de
kleeding van den koetsier zijn allen rood van
kleur. Waar bij zou dat komen Men is nog
voortdurend bezig aan de herstelling der kerk
van Hofetade... Een waar bijoeken zal 't wor
den. Eer aan onze Pupillenschool
van Aalst... Zondag verleden, bij de
ontvangst van Prins Albrecht, hebben
onze kleine soldaatjes getoond hoe be
hendig en fel ze zijn in 't schermen en
in allerhande lichaamsoefeningen.De
sergeanten Carmoy, Thumas en Brassinc
die hunne jonge leerlingen tot deze oefeningen
hadden opgeleid, mogen er te recht fier over zijn.
In Indlanaina (V-S) is de 86jarige James
Saxton in 't huwelijksbootje getreden met de 80
jarige Marie Twinke... Saxton heeft reeds drij
vrouwen naar 't graf zien dragen en mejuffer
Twinke heeft al vier mannen naar hunne laatste
rustplaats geleid. Maandag is in de universi
teit van Leuven als doktor in godsgeleerdheid
uitgeroepen de E. H. Poels, uit Holland en Zon
dag verleden heeft Joanna Boxtael van Eecloo,
beter gekend onder den naam van Wanne-Mie,
haren honderdsten verjaardag gevierd... Dit oud
mameerken woont thans bij hare dochter, die 76
jaar is en getrouwd met eenen bareelwachter.
Zondag nacht om 1 uren is er een schrikkelijke
brand uitgeborsten tot St. Niklaas bij Alfons
Burm, koolmarchand... Bij gebrek aan water,
viel er aan geen blusschen te denken en moest
men alleenlijk trachten de aanpalende huizen te
bevrijden... Maandag namiddag lagen er nog
meer dan 10 duizend kilos kolen te branden.
Keizer Karei, die veel Europeesche talen kon
spreken, had de gewoonte van te zeggen dat men
Spaansch moet spreken met God, Italiaansch met
't vrouwvolk, Fransch met zijne vrienden, Duitsch
met de soldaten, Engelsch met de ganzen, Hon-
gaarsch met de peerden en Boheemsch met den
duivel. Gaston Verhaegeu, oud notaris van
Molenbeek, die met omtrent een millioen scherre-
weg heeft gespeeld, zal in den aanstaanden zittijd
voor d'assisen moeten verschijnen, 't Is nog al te
betwijfelen, of Gastonksken uit Griekenland zal
terugkomen om zich laten in de doos te draaien 1
Eene vergadering van afgeveerdigden der Ka
tholieke Kringen, maandag tot Brussel gehou
den, onder voorzitterschap van M. Woeste, heeft
besloten in onderhandeling te treden met het bu
reel van den Belgischen Volksbond om tot een ak
koord te geraken voor de wetgevende kiezingen
van 't naaste jaar. Tot Namen werden er Zon
dag nacht bij eenen goudsmid voor 15 duizend fr.
kostbaarheden gestolen. En daarmee, beste Vrien
den van 't Stemmeken, gaan wij het U wenschen
voor dezen keeren in afwachting u te naaste
week wat anders weten te vertellen, saleweert u
van herteKibeladoeken.
0
uitgesproken door luitenant-kolonel Brassine
in de Pupillenschool.
MONSEIGNEUR,
Het zij mij toegelaten, 4n naam van het person-
neel der Pupillenschool, onzen levendigen en eer
biedigen dank te betuigen aan uwe Koninklijke
Hoogheid voor de uitstekende eer die gij ons komt
te betuigen door 't bijwonen van dit feest, waarvan
de geheugenis eeuwig in onze harten zal gegrift
blijven.
Aan u ook, Damen en Heeren, al onzen dank
voor de welwillendheid, waarmede gij onze uit-
noodiging beantwoordt hebt.
Wij vieren vandaag de 50"te verjaardag der
stichting onzer Pupillenschool.
Ziehier eenige woorden nopens de geschiedenis
van dit gesticht.
Van den 15 Maart 1838 werden er reeds kinde
ren by het leger ingelijfd.
Voor de stichting der Legerschool werden de
soldatenkinderen, wiens vader bij dienst was, in
het regiment aanveerd van den ouderdom van 8
jaar eveneens was het gelegen met de weezen van
vader en moeder of vader alleen de ouderdom
van 10 jaren was vereischt voor de andere aanne
mingen.
De Zonen van officiers werden maar aanveerd na
de kinderen van soldaten, brigadiers, kaporalen en
onderofficieren.
De kleine soldaatjes droegen het uniform van
het regiment, aan 't welk zij toebehoorden.
Weldra werd men de noodzakelijkheid gewaar,
hun onderwijs alsook hunne zedelijke en militai
re opvoeding beter te verzorgen.
Zijne Majesteit Leopold I, een nieuw bewijs wil
lende geven van zijne bezorgdheid voor het leger,
teekende den 15 April 1847, op verzoek van den
luitenant-generaal Baron Prisse, alsdan minister
van oorlog, een besluit, waarbij de legerschool
w d ingericht.
•edert 1847 bepaalde een reglement al wat be-
t.f had op onderwijs en orde. In 't beginne was
het, bestuur heel streng en de voeding geleek aan
deze van den soldaat.
Opvolgentlijk bracht men verbeteringen aan de
t zing, het onderwijs, enz., zoodat wij thans een
gesticht hebben, wij mogen het opentlijk verkla-
t dat onder geen opzicht voor de beste kostscho-
let moet onderdoen.
ie Compagnie der legerkinderen werd genoemd
school der troepkinderen den 27 Oktober 1850 en
gesteld onder het bevel van eene hooge militaire
overheid.
Den 7 September 1883 kreeg de school de naam
van legerpupillenschool.
Aan 't hoofd dezer compagnie stond in 't begin
Kapitein Palinaert, die later Kolonel werd.
Voorders ging het opperbevel over aan Kapitein
Dumoulin, die de school verliet als Generaal-
piajoor, en opvolgentlyk aan 4? luitenanten-Kolo
nels Van den Bogaerde en Verbrugghe, de Kolonel
Soyer, de luitenanten-Kolonels Dopchie, Hannef-
stengels en De Hollain deze laatste is thans nog
Kolonel van het 3de llegiment Jagers te voet.
Al deze overheden hebben zich opperbest van
hunnen plicht gekweten en hadden de toekomst
der hun toevertrouwde kinderen ter herte genomen.
Om de gedachtenis dezer weerdige mannen te
bewaren, hangt hun portret in de eetzaal der leer
lingen, waarvan zij dan ook na de portretten der
leden van de Koninklijke Familie, het schoonste
versiersel van uitmaken.
Een der grootste gebeurtenissen der school was
het bezoek van Koning Leopold I en van gansch de
Koninklijke Familie den 13 Oktober 1856 tot Lier.
Al onze gezellen, die even als ik, ten dien tijde
deel maakten van de school, hebben voorzeker dit
Koninklijk bezoek Diet vergeten. Zijne Majesteit
was gevolgd van H. K. H. de hertog en hertogin
van Brabant, H. K. H. de graaf on de gravin van
Vlaanderen en van Princes Charlotte.
De school bewaart nog eerbiediglijk de pen,
waarmede deze Koninklijke bezoekers het gulden
boek teekenden. Deze twee gedenkstukken liggen
thans in de afdeeling onzer school, in de tentoon
stelling van Brussel.
Deze instelling, die enkel voor doel heeft jonge
lingen te vormen tot den eenvoudigen legerdienst,
heeft nochtans sedert haar bestaan meer dan 10
krijgsoverheden opgeleverd.
Vooraleer ons feest te beginnen, Damen en
Heeren, noodig ik u uit, Z. K. H. Prins Albrecht
van België toe te juichen, die zich geweerdigd
heeft dit feest door zijne tegenwoordigheid te ver
eeren en zoo een nieuw bewijs te geven van zijne
genegenheid voor al wat het leger en het land be
treft.
Leve Peins Albeecht I
Kolonel,
Ik ben ten uiterste gevoelig aan uwe hertelijke
ontvangst en aan uwen welkomgroet, waarover ik
u dan ook mijnen innigen dank betuig.
Ik acht mij gelukkig, hier tegenwoordig te zijn
bij het vijftigjarig jubelfeest van deze zoo nuttige
instelling, waarvan gij ons het geschiedkundig ver
haal komt voor te houden.
Het heudig feest, dat hier zoo vele uitstekende
officiers, allen oud-leerlingen der pupillenschool
thans vereenigt, getuigt genoegzaam hoe nuttig
uwe school voor 't leger is.
Ook, druk ik hier den wensch uit, de school,
gij met zooveel zelfsopoffering bestiert,
voortdurend te zien bloeien I...
0—
door den heer Burgemeester L. Gheeraerdts,
in de Statie.
Monseigneur,
In naam van ons Stadsbestuur komen wij aan
uwe Koninklijke Hoogheid onze eerbiedige wel-
komgroeten aanbieden.
De Aalstersche bevolking van ouds diep ver
kleefd aan hare Vorsten, is hoogst gelukkig hier
heden aan den Prins Albrecht van België hare vol-
komene genegenheid uit te drukken en in uwe Ko
ninklijke Hoogheid de hoop van ons Vaderland te
mogen toejuichen.
Mijnheer de Burgemeester,
Ik ben u dankbaar over uwe goede woorden en
over uw gulhartig onthaal.
0—
Bij het verlaten onzer stad roemde Z. K. H. aan
onzen heer Burgemeester de merkweerdigheid on
zer stad en verzekerde, dat, indien hij op het tijd
stip der inhuldiging van het nieuw hospitaal, te
naaste jaar, in België verblijft, hij zijn bezoek zal
vernieuwen. Zijne laatste woorden waren Tot
wederziens, Burgemeestern
Dagwijzer
Zondag, 25. H. Jacobus, apos
tel. 't Evangelie van Jesus die zijne
apostelen waarschuwt tegen de val-
sche propheten. Wacht u, zegde
hij, van de valsche prophetën, die
in schapenkleederen tot u komen,
doch inwendig roofzuchtige wolven
zijn. Aan hunne vruchten zult gij
ze kennen plukt men wel druiven
van doornstruiken of vijgen van
distelen. Zoo brengt alle goede boom goede
vruchten voortmaar de slechte boom brengt
slechte vruchten voort.
Maandag, 26. H. Moeder Anna, moeder
van O. L. V., patrones der christene moeders.
Dijnsdag, 27. H. Pantaleo, geneesheer.
Woensdag, 28. HH. Mazarius en gezel
len, martelaars.
Donderdag, 29. H. Martha de zuster van
Maria-Magdalena en van Lazarus.
Vrijdag, 30. H. Adbon en Sennen, marte
laars.
Zaterdag, 31. H. Ignatius, stichter der so
ciëteit Jesus.
Priesterlijke Benoemingen.
De E. H. De Vulder, priester in 't Seminarie
is coadjutor benoemd te Sint-Pauwels.
De E. H. Verburgt, pastoor van Nazareth
geeft zijn ontslag om rede van hoogen ouder
dom.
Zijn pastoor benoemd te Nazareth, de E. H.
Presiaux, pastoor van St-Gillis-Dendermonde
te St-Gilles, de E. H. Verloo, pastoor te Cleit
te Cleit, de E. H. Colman, pastoor te Liefferinge.
De E. H. Van Vooren, proost te Puyvelde, is
pastoor benoemd van Puyvelde.
Oude Postzegel». AI deze welke hunne
oude postzegels bewaren en die naar 't bureel van
't Stemmeken zenden, verrichten een uitstekend
goed werk ten voordeele der Missiën. Het getal,
hoe klein ook, wordt dankbaar aaiitaard,
Italië. Een priester aangehouden.
Over eenige jaren had een pries
ter, de E. H. Rosse, onwetens een
voorschrift van de wet overtreden,
met eene kwittancie af te leveren zon
der er eenen timber van 5 of 10 cen
tiemen op te plakken, zooals 't de wet
gebiedt. Kort nadien vertrok hij naar
Amerika waar hij jaren lang als mis-
sionnaris de hulp en de troost was der
Italiaansche landverhuizers. Onder-
tusschen hadden de staatsbedienden
het schelmstuk ontdekt door de E. H.
Rossi bedreven, en het tribunaal ver
oordeelde hem tot 50 fr. boet.
Van niets wetende, zonder de min
ste achterdocht, kwam de E. H. Ros
si over eenige dagen terug naar zijn
Vaderland. Hij was nauwelijks thuis
als hij door twee gendarmen aange
houden werd, en met de menotten
aan, naar 't gevang van Subiaco ge
leid.
Eerst wist hij niet waarom Als de
policie hem de rede zegde, stelde hij
voor van aanstonds de boet van 50 fr.
te betalen. Maar niet te doen, hij
werd meegesleurd.
Het volk van Subiaco is schrikke
lijk verontwaardigd.
Al de burgerlijke en militaire over
heden der streek hebben tegen die
dwaze en schandalige handelwijze
protest aangeteekend.
Amerika. Vervolging in de Re
publiek van den Evenaar. De vrij
metselarij is er aan 't hoofd en richt
tegen de katholieken eene wreede ver
volging in. De meeste priesters en
kloosterlingen zijn verjaagd en leven,
verscholen in de bosschen. De bis
schop en een groot getal paters en
priesters zijn in 't gevang geworpen
onder voorwendsel dat zij tegen het
staatsbestuur samenzweren. Wat be
lachelijke praatDe bisschop werd
opgesloten in een duister vuil kot, dat
voor paardenstal diende.
Als 't volk van de stad dit vernam,
is 't in opstand gekomen, 't Bestuur,
voor erge onlusten vreezende, heeft
dan den bisschop uit 't gevang gela
ten, maar hij wordt in zijn paleis door
25 gewapende mannen bewaakt.
In 't begin van Mei hebben de sol
daten 't klooster der Jezuieten over
weldigd, eenige jongelingen vermoord
die er zich bevonden, een pater overste
op zijne kamer omver geschoten met
drij ballen, in 't hoofd, 111 de borst en
in den buikde andere paters hebben
zij deerlijk mishandeld en met stok
slagen overladen. Na dat zij pater
overste gedood hadden, hebben de
schelmen hem een geweer in de hand
gestoken en hem eene doos kardoezen
aan 'tlijf gebonden, om te doen ge-
looven dat hij de aanvaller was ge
weest en dat hij al vechtende gestor
ven was. In de kerk hebben ze alles
verwoestde beelden verbrijzeld, de
schilderijen doorkerfd, de H. hostiën
onteerd, de gewijde vaten gestolen,
en daarbij nog vijf personen gedood
die in de kerk gevlucht waren en die
op hunne knieen om genade smeekten.
Zoo ging het hier ook in de jaren 90
als 't fransch gespuis hier meester
was, en zoo staan wij het weerom te
verwachten, moesten de socialisten
ooit boven geraken die in 't jaar 71
Parijs in vlam en vuur gezet hebben,
den aartsbisschop vermoord, met een
groot getal priesters en kloosterlin
gen, dat waren ook de socialisten.
De oorlogschattting
die Griekenland aan
Turkye betalen moet,
is door de mogendhe
den vastgesteld op 4 millioen turksche
ponden dat is 92 millioen in franken.
Men denkt dat de vrede deze week
zal geteekend zijn. Wij zullen 't af
wachten. Ze denken 't al twee maand
en 't is nog altijd even ver. De Turk
doet nu voor zijnen zak den oogst af
in Thessalie. Droef, droef voor de
grieksche boerkens Thessalie is een
van de vruchtbaarste streken van Eu
ropa.
Op 't eiland Creta is 't nog ver van
vrede te zijn. Vrijdag hebben de Mu
zelmannen de christenen aangevallen
te Athyma. Zij hebben er 8 gedood en
zich ook meester gemaakt van 300
stuks vee. Van hunnen kant hebben
de christenen op vier plaatsen te ge
lijk de muzelmannen aangevallen zij
hebbeneenen jongeling en eenen turk-
schen soldaat gedood.
Uit Indië wordt gemeld dat de pest
opnieuw toeneemt. In Schotland is
een magazijn van ontplofbare stoffen
in de lucht gesprongen twee perso
nen zijn dood en twee erg gekwetst.
Te Nilvingen in Lorreinen is 't ge
welf van nen smeltoven ingestort dat
men aan 't herstellen was. Verschei
dene werklieden zijn onder de puinen
begraven. Welke schrikkelijke dood
Binst een onweer heeft de bliksem
te Cassino in Italië in één huis 7 per
sonen gedood. In Zuid-Afrika is
eene mijn ingestort50 werklieden
zijn er levend in begraven. Te Tre-
lazé, in Frankrijk, een kleine jongen
die gaan baden was in eene verlatene
steengroefals hij uit 't water kwam,
trapte hij op eene slang, die hem stak
in den voet. 't Is kwalijk vergaan, het
jongskens, niettegenstaande al de zor
gen van de doktoors, is ten gevolge
van die K r/en
door MISSIONNARIS J. G.,
inboorling van Denderhautem.
Ik bevond mij zeerwel, terwijl mijne drij gezellen het eten
niet naar smaak vonden en, het hoofd voelende draaien, alras
het bed gingen zoeken. Na drie of vier uren in zee geweest te
zijn, waren zij gansch ontsteld 't is het schokken en wiegelen
van 't schip, dat de zeeziekte, die leelijke plaag, veroorzaakt
en de maag gebiedt weder te geven wat zij innam. Een mijner
drij makkers moest aan de eischen der zeeziekte voldoen nen
anderen trok te bed zonder eenig eten te hebben geproefd,
't was onzen Bruggenaar, en hij en is van de sterkste niet.
's Avonds bijgevolg alleen op het dek, ging ik klappen met
den Zwitser en den halfzwarten Indiaan ichen priester, mijne
twee tafelgezellen wat later kwam een nieuwe makker bij
ons, namelijk M. Hector Charmanne, Belgische Consul te Cal
cutta, geboortig van de provincie Namen. Om 10 uren ging
ik te bed, waar reeds een compagnon lag te ronken. Den eer
sten nacht sliep ik niet al te welhet geruiseh van 't machien,
het gebruisch van 't water, 't muziek der muilezels boven ons
en dan nog de warmte op de zee van Italië hielden mij wa
kend of deden mij soms wakker schieten, 's Avonds ontwaarde
ik van op 't dek het eilandje Gorgona. Ik zag ook verscheide
ne pharen of vuurbaken links op de kusten van Italië, waar
mede zij sein geven aan de schepen, die in hunne nabijheid
komen. Wij varen dien nacht ook het eiland Elba voorbij.
Napels5 November. Geheel den morgen ziet men niets
dan zee en hemel, soms eeD vooruitstekend punt ol kaap van
Italië's kusten. Des namiddags ontwaar ik eenige kleine ei
landen, Pontinische eilanden genaamd 's avonds, om 6 1/2
uren lieten wij het eiland Ischia op onzen linker kant, want
men durft tusschen eiland en de kusten niet varen, misschien
wel omdat het op sommige plaatsen te ondiep was 4 zee
meeuwen volgden ons heel den dag, altijd rondvliegende en
van tijd tot tijd op het water nederdalende, 's Morgens, aan
het ontbijt van 10 uren, waren meer dan don helft der reizi
gers van tweede klas alwezig, in hun bed gehouden door de
zeeziekte van ons vier liep ik er nog alleen. Gedurende den
dag hingen er gestadig vlagen in de lucht, soms flikkerde de
bliksem of het regende en donderde er was ook wat wind,
doch niet te onstuimig de hoogste baren hadden geen meter
hoogte. Ik bleef desnietaltemin geheel den dag op dek, daar
er daar plaatsen zijn, waar men in 't droog kan staanbinnen
is het te warm en ik heb liever de opene lucht.
's Namiddags, rond 4 uren, was er langs de kant der kusten
eene prachtige waterhoos, dat is eene waterwolk, die van de
vlaag uit de lucht daalt tot op het water der zee, in vorm van
eenen trefter en die met de vlaag over de zee ronddraaiende
heenvliegt 't was maar een goede mijl van ons schip en wij
vonden het zeer schoon ook 't en is niet gevaarlijk, als het
ver genoeg van u is, wel te verstaan.
Wij kwamen te Napels toe om half negen uren 's avonds,
een uur vroeger dan men had aangekondigd. Van Genua tot
Napels, dat is 335 Engelsche mijlen, dus meer dan 110 uren
ver ewel, dit legden wij al in 29 uren tijds. Wij blijven tot
Napels stilliggen tot morgen 6 November 5 uren 's avonds,
bijgevolg bijna een heelen dag.
Napels, 6 November. Gisteren avond dus, om 8 1/2 uren
zijn wij het schoon golfje, de baai van Napels binnengevaren.
Ik stond op het dek de duizende lichten der straten en huizen
te aanstaren 't was tóoveraehtig schoon men zou gezegd
hebben eene reusachtige verlichting I Napels, op de zeekust
gelegen, is eene groote, wijduitgestrekte stad zij telt 500
duizend inwoners achter de zee zijn het heuvels en hooge
bergen ook, zooals te Genua, is het op die hellingen, dat de
huizen oprijzen, het eene hooger dan het andere, tot op de
kruin van het gebergte 't was andermaal een amphitheater,
maar thans gezien bij eene algemeene verlichting. Verder op
de kust ontwaarde men den vermaarden Vesivius, vuurberg
met dubbele kruin. Het is een hooge berg, waarvan de kruin
bij dag, zooals wij den 16 heel den dag hebben kunnen be-
322
Te wapen I Te wapen I
De hakkende bijl in de hand
Voor Vlaanderenland 1
Te wapen I Te wapen
De zwaarden gegrepen 1 gespannen den boog 1
De lansen omboog I
Voor vrijheid als leeuwen gestreden
Den dwingland als 't ondier vertreden I
Zijn drommen verslagen, verplet
Ons land en ons roem moet gered I
Op I broeders I Laat duchtige knotsen
Op helmen en harnassen botsen I
Te wapen Te wapen I
Plechtig was de stond, waarop die duizenden Vla
mingen, bij het aanheffen van het krijgslied, het geklik
klak der degens, hetgeklank van allerhande wapenen, het
gekling der klokken, het geschal der trompetten en kla
roenen overschreeuwden.
Nog galmden de laatste woorden van den strijdzang
als Boudewijns machtig keelgeluid het gedonder der stem
men, het gekletter der wapenen, het steken der krijgs
trompetten en oorlogsklaroenen beheerschte
Heil Vlaanderen den Leeuw
O, Vlamen, scherpt uw zwaard
En gordt het om uw zij
Weest uwer vadren waard
Vooruit, vooruit, volgt mij I
Gij, Willem, dorst ons lieve Vlaandren hoonea;
Wat het vermag, dit zal ons staal u toonen I
Heil Vlaanderen den Leeuw I
Verarmd, verwoest ligt 't schoone Vlaamsche veld
Dat 't nageslacht met ijzing steeds vermeld'
De vreemden door ons degen neergeveld
Te wapen I Te wapenwerd weer in gloeiende
geestdrift, en met dezelfde begeleiding van wapenen, speel-
tu'cen er k'okVer door <i« menigte Lerhae''1,