Allerlei Nieuwstijdingen.
EEN LASTIGE 1)AG.
Nede.4)i-akel.--
Nauwelijks was de keizeriu aau boord of zij ver
loor bet bewustzijn. I)e kapitein van de boot gaf,
na eenige aarzeling, bet teeken tot het vertrek.
Eenige minuten later bevond men met schrik dat
de keizerin tot bet bewustzijn niet terug kwam.
Met haar te verzorgen vonden de damen harer om
geving een bloedvlekje op hare onderkleeren. Dan
keerde de boot naar de vlotbrug terug. De keizerin
werd naar bet Hotel Beau Rivage gedragen op
eene berrie met ter baast uit roeispanen en zeil
doek vervaardigd. De geneesbeeren Gollay en
Major en een priester werden ontboden men
telegrafeerde vervolgens aan den keizer. Niets
werd verwaarloosd om de keizerin te redden doch
alles bleef vruchteloos. De vorstin gaf rond drie
ure den geest. Uit het geneeskundig onderzoek
blijkt dat het wapen der misdaad een zeer scherp
driehoekig lemmer was.
Het italiaansch gouvernement heeft kunnen
vaststellen dat de moordenaar van de keizerin van
Oostenrijk zekere Luccheni Luigi is, geboren in
1873, te Borgosaudonnino, eene kleine stad nabij
Panna. Het is een gevaarlijk anarchist. Verleden
jaar bezocht hij Buda-Pesth, na eene omreis in Eu
ropa gedaan te hebben. Hij bezat eenig geld. De
houdiug van Luccheni was zondag onveranderd
gebleven. Het zwitsersch gerecht heeft het verslag
van zijne ondervraging aan den gezant van Oosten
rijk medegedeeld.
Luccheni is soldaat geweest in italiaansch
Afrika in 1896. Kaporaal benoemd, werd hij voor
zijn slecht gedrag gedegradeerd. Zijne geboortestad
is een nest van socialism. Het was inderdaad Bor
gosaudonnino dat den eersten socialist naar de
italiaansche Kamer gezonden heeft.
Den 20 October 1893 verklaarde de krijgsraad
van Borgosandonino Luccheni deserteur den 22
Augusti 1894 kwam hij in het italiaansch konsul-
taat te Triest zich gevangen geven, zeggende dat
hij honger had. Hij werd aangehouden, naar Italië
overgebracht en als deserteur veroordeeld.
Het wnpen der misdaad.
Zondag kwam het bericht uit Geneve toe dat de
policie in den omtrek der plaats waar de misdaad
gepleegd is, twee stukkeu staal had gevonden. Het
zijn driehoekige lemmers het een dat schijnt ge
diend te hebbon om de jnoord te plegen werd in de
Alpenstraat, op eenige stappen van de plaats waar
Luccheni aangehouden werd, gevonden. Luccheni
heeft het wapen der misdaad herkend.
Troouafoiaud.
Uit Buda-Pesth wordt gemeld dat zaterdag
avond in het koninklijk kasteel een familieraad
gehouden werd. Keizer Franz-Joseph zou het in
zicht te kennen gegeven hebben, van afstand te
doen van den troon.
Opmerkingen aau de zwitsersebe
regeering.
Volgens te Weenen gezegd wordt, zal de oosten-
rij ksche regeering de andere mogendheden uitnoo-
digen, om samen eene nota aan de zwitsersche re
geering te sturen, ten einde deze te verzoeken het
recht van toevlucht met meer omzichtigheid uit te
oefenen, vooral ten opzichte der italiaansche re-
volutionnairs.
Blijken van deelneming.
Al de staatshoofden alsook Z. H. de Paus hebben
aan den keizer van Oostenrijk depechen gestuurd
om hem hunne innige deelneming in zijn smartelijk
verlies te betuigen.
Te Brussel.
Het nieuws der ijselijke misdaad veroorzaakte
te Brussel eene groote opschudding. Z. M. de Ko
ning kon niet verwittigd worden. Vrijdag avond
bevond hij zich te Ponta-Delgrada, op de Agoren-
eilandenen verliet deze stad zondag morgend.
De graaf van Vlaanderen was 's morgends naar
Parijs en van daar naar Italië .vertrokken. Een
depeche werd hem naar dit land gezonden. Zeer
waarschijnlijk zal hij naar Brussel terugkeeren.
De gravin van Vlaanderen verblijft te Potsdam,
bij hare dochter, princes Charles von Ilohenzol-
lern p rins Albert werd verwittigd terwijl hij in
Er zijn dagen, waarop men eigenlijk geen onge
luk, doch duizenden kleine onaangenaamheden te
genkomt. Dagen, op welke onze goede geest met
zijnen linker voet eerst uit het bed gestapt is da
gen, op welke alles misslaat, op welke men des
morgends in de vroegte reeds zijne pantoffels ver
keerd vindt staan en de mouwen van zijnen frak
langs binnen gedraaid. Op zulke dagen, die slechts
kleine smetjes en vlekjes hebben, gelijk sproeten
op een schoon gezicht, op zulken dag mag een
mensch niets belangrijks ondernemen, geen pogin
gen aanwenden om zich geld aan te schaffen, geen
visch eten, geen artikels voor de gazet schrijven,
want op dien dag gelukt hem niets hij vind geen
rust, verslikt zich in de graten, schrijft domme ar
tikels, enz.
Op zulke dagen mag 'ne mensch niet thuis blij
ven, want op dien dag komen alle leegloopers, alle
rechterlijke dagveerdingen, alle inzamelaars voor
liefdadige werken, alle plaatsers van feestkaarten,
alle naamlooze brieven, kortom, alles wat maar
lastig en vervelend is. 's Morgens komt de schouw-
veeger uwe kamer vuil maken en 's middags wil de
meid uwen vloer kuischen de stoof begint te roo-
ken de wind slaat eene vensterruit aan stukken,
de deur knarst op afgrijselijke wijze de tafel
het kamp van Beverloo was. De gezant van Oosten
rijk te Brussel en zijn zaakgelastigde waren af
wezig.
Be lijkplechtiglicden.
Zaterdag avond, ten 10 ure, werd het lijk der
keizerin voorloopig in eene dubbele kist gelegd.
De kisting had plaats in tegenwoordigheid van ge
neraal de Perzeviczy, stafofficier der keizerin, van
eene eeredame, van de personen van het gevolg en
van de dienstboden. De droefheid dezer laatsten
was hartverscheurend. De keizerin schijnt te sla
pen. De kamer die de keizerin in het hotel betrok,
werd in lijkkapel veranderd. Twee kloosterzusters
waakten bij het stoffelijk overschot der betreurde
vorstin van Oostenrijk.
Vrijdag zal de openbare tentoonstelling van het
lijk plaats hebben in de St-Augustinuskcrk zater
dag morgend zal het overgebracht worden naar de
Capucinergtube.
Men seinde maandag uit Zurich dat anarchisten,
waartusschen verscheidene vrienden van den moor
denaar der keizerin, zondag aangehouden werden.
Het keizerlijk paar.
Keizerin Elisabeth-Amelia-Eugenia van Oosten
rijk was geboren in het kasteel van Postenhofen,
nabij het Starnbergmeer, op 24 December 1837.
Keizer Franz-Joseph is geboren in 1831
Keizer Frauz-Joaeph.
Personen van de omgeving des keizers vroegen
hem zondag hoe hij het stelde. Hij antwoordde
Mijne gezondheid is goed ondanks de schrikkelij
ke beproeving, doch ik vrees voor de gevolgen.
Do keizer heeft veel geweend, doch hij weet zijne
smart te bedwingen wanneer hij gehooren moet
verleenen. Hij blijlt te Schönbrunn met zijne twee
dochters, Maria-Valeria en Gisela, die de eene
zondag, de andere maandag morgend zijn aangeko
men.
dat kwam zien naar het Japaansch dag vuurwerk
en den luchtbol.
Den maandag was 't schieting en 's avonds,
met het vuurwerk, kon men waarlijk op de kop
pen loopen.
't Vuurwerk was schoon en strekt tot eere van
M. A. Verschelden.
Dinsdag de Tooneelvertooning van den Too-
neelbond 't Zal gaan. Zooveel volk hebben
wij nooit gezien en prachtiger feest en zouden
wij niet wenschen.
Woensdag, de jaarmarkt. In't kort veel ver
makelijkheden, die veel volk en veel nering in
de gemeente geroepen hebben. Wij wenschen
aan iedere gemeente van gelijken.
Aan de Stichters van den Tooneelbond van
eenen Man VRIJ EN BLIJ.
kwiukelt op hare pooten, het schrijfgerief is ver
legd, het begonnen werk kan meu niet vinden
een boek, dat men volstrekt noodig heeft, is uit
te leenen gegeven de meid heeft eene verkoud
heid en hoort niet.
Op zulken dag zou men echter ook niet mogen
uitgaan, want een aantal kleine ongevallen en we
derwaardigheden, beuzelarijen en plagerijen staan
u te wachten en eindigen met u uit uw vel te doen
springen.
Het was op zoo'n dag, dat ik mijne bovenka
mer verliet, om eene wandeling in de stad te
gaan doen. Toen ik opstond, was ik met den voet
in het beddelaken verward, zoodat mijne geburen
op het gerucht van mijnen val toesnelden on mij
in mijn vliegende vaandel vonden spartelen. In
mijnen rechter pantoffel lag een hemdknopje, dat
er 's avonds bij het ontkleeden in gevallen was
ik trapte er hard op, deed mij geweldig zeer en
drukte hot knopje aan stukken. Als ik van mijne
slaapkamer in mijne werkkamer wilde gaan, liep
ik tegen de meid, die mijnen koffie bracht en er
mij geheel mee begoot.
Aan tafel gezeten, bevond ik dat de koffie ver
lengd en de melk zuur was. De barbier, die mij
kwam scheeren, sneed mij in het oor. Mijn kozijn
tje kwam mij zijn prijs laten zien, die hij gekregen
had ik was verplicht zijnen portemoné te vullen
en den mijne te ledigen. Ik kreeg eene laatste
waarschuwing van den ontvanger om mijne be-
Briiswl. De stad Brussel heeft in 1897
voor 302,000 fr. onderstand uitgedeeld, 't zij
94,000 fr. meer dan de vooruitzichten. Er is spraak
de uitdeelingen van den onderstand op te schorsen
van 15 Mei tot 15 September, uitgenomen voorde
ouderlingen en de gebrekkelijken. Zou de kommis
sie der godshuizen niet beter doen hare bureelkos-
ten wat te verminderen?
Mcliacrbeek. Twee jonggetrouwden van
Schaerbeek. M. H... en zijne vrouw, gingen eene
speelreis doen. Zij zouden Oostende, Dover, Lon
den, Harwich en nog meer andere steden bezoeken.
Te Oostende aangekomen, te midden van de groo
te hitte, was hun eerste werk een bad in de zee te
nemen.
Een dief drong middelerwijl in de kabien van
M. H... en stool zijne brieventesch, inhoudende
570 fr. en zijn gouden uurwerk met ketting. De
speelreis moest noodzakelijker wijze onderbroken
worden.
virtou. Het liberaal bestuur der burgerlijke
godshuizen te Virton heeft de Zusters uit het gast
huis weggezonden de citoyenne Alice Bron is tot
bestuurster genoemd. Den dag na hare aankomst
bood een priester zich aau om een zieke te bezoe
ken. De toegang werd hem geweigerd voortaan
mogen de priesters enkel ontvangen worden op uit
drukkelijk verlangen van een zieken. De katholie
ken van Virton verontweerdigd, hebben een ge
bouw gekocht waar de zusters een nieuw gasthuis
zullen inrichten.
Quiévraiu. Eene 53jarige vrouw, mad.
Noël, goot petrol op brandende klompen hout in
een oven de petrolkruik ontplofte, de kleeren der
vrouw schoten in brand, en toen de toegesnelde ge-
buren de vlammen kouden uitdooven, had de on
gelukkige reeds doodelijke wonden bekomen.
St-Gillls. Sinds eenige dagen liet zekere M.
D.., rentenier, Waterlooschen steenweg, in de
dagbladen eene aankondiging verschijnen, mel
dende dat hij eenige schilderijen te koop had,
waartusschen een Sint Jeroom die aan Rubens toe
geschreven wordt.
Maandag kwamen twee heeren de schilderijen
van M. D... zien, doch vertrokken zonder een koop
te sluiten. In den nacht tusschen maandag en dins
dag drongen onbekenden op de kamer van M. D...
en stolen verscheidene schilderijen van weerde.
Geut. Zondag moest er een prijsvlucht uit
Blaton plaats hebben in de Chartreuzeustraat. Men
korfde zaterdag avond de duiven in, er waren er
maar 20. Men zond de mand naar de statie. Hoe
het kwam weten wij niet, maar de mand werd in
gehouden. Een medekamper wilde eens de duiven
tellen en bevond dat er een aantal uit waren. De
policie werd verwittigd en men vond do vermiste
duiven bij een liefhebber in de Molenaarstraat.
Proces-verbaal is opgemaakt.
Erpe-bij-Aal*t. Eene tarwemijt, toehooren-
de aan Fr. Van Gysegem, is hier afgebrand.
Riiy«brocck. Woensdag namiddag keerden
twee leurders, wonende in den omtrek der Lae-
kenstraat, te Brussel, van Hal terug. Te Ruys-
broeck gekomen kregen zij twist over het betalen
van een tournée Van woorden kwamen zij
spoedig tot daden en de twee vechters rolden de
vaart in. Zij zouden onvermijdelijk verdronken zijn
zonder de tusschenkomst van verscheidene vis-
schers
Gent. Woensdag namiddag om 3 ure, goot
vrouw Waldack, wonende metserstraat, petrool op
de stoof om ze wat aan te wakkeren. Opeens ont
plofte de petrol, sloeg onder en boven uit de stoof
en in eenen oogwenk stond de vrouw van de voe
ten tot het hoold in vuur en vlam. Toen Je gebu
ren bijkwamen waren de vrouw al de kleederen van
het lijf gebrand. De vrouw werd in den hachelijks-
ten toestand naar het hospitaal overgebracht.
Vrouw Schelstraete is te middernacht in de
schrikkelijkste pijnen overleden.
Merkem. Zondag werd te Merkem in de
processie het Allerheiligste gedragen door den E.
lastingen te komen betalen onder allerhande
schrikkelijke bedreigingen, een oproep voor de
burgerwachteene rekening, welke ik dacht reeds
sedert lang betaald te hebben kortom, alle denk
bare onaangenaamheden. Ik besloot mij te kleeden
in velokostuum, en eens in tenu, bevond ik dat
den band van mijn rijwiel gesprongen was. Dus mij
weder ontkleed en zwarte broek en frak aange
schoten, om eene wandeling te doen naar Hekel-
gem ik nam mijnen paraplu en ging uit.
Ik sloeg de deur mijner kamer achter mij toe, en
zie daar zat de slip van mijne bovenfrak tusschen
de deur en den stijl vast. Ik zocht in mijnen zak
naar den sleutel ik had hem binnen op de tafel
laten liggen. Ik stond daar nu en wist niet hoe mij
te behelpen. Eene dame kwam van het tweede
verdiep af, zij zag mij spartelen als een gevangen
palingen lachte over mijn neteligen toestand. Ik
had haar wel kunnen doodzien 1 Ik moest mijne
bovenfrak uittrekken, den slotmaker roepen, die
de gescheurde frak bevrijdde ik deed eene andere
aan en ging voor de tweede maal buiten. Aan de
deur wilde ik mijne handschoenen aantrekken ik
had ze, toen ik van frak veranderde, neergelegd,
en ik keerde naar boven terug om ze te halen.
Terwijl ik den trap opklom, ging een witter met
eenen zak kalk naar boven hij liep tegen mijen
de rechterkant van mijne blauwe frak zag er uit
als het kostuum van eenen bakker. Ik begaf mij in
mijne kamer, klom, nadat ik mijn schoen had uit-
H. Vereenooghe, die nu naar de missie van Mon
golië vertrokken is zijne beide broeders droegen
elk eenen fakkel en zijne vier zusters, allen kloos
terzusters van St-Vincentius-a-I'aulo te Merkem
achtten zich gelukkig het beeld van O. L. V. van
den Rozenkrans in dezelfde processie te mogen
dragen. Niet veel familiën mogen zich verheugen
zoovelen hunner leden aldus werkzaam te zien
voor de goede zaak.
Nt-Joosit-teu-A'oode. Over eenige dagen
had mad. Rivière, die met haren zieken zoon in de
IJzerenwegstraat woont, in een dagblad der hoofd
stad een bericht laten zetten waarbij zij bekend
maakte een rijwiel te koop te hebben. Vrijdag
avond kwam een jougeling, als een wielrijder ge
kleed, bij mad. Rivière en vroeg om het rijwiel te
mogen zien.
Na het tuig lang en zorgvuldig nagezien te heb
ben, vroeg de kerel of hij het eens zou mogen be
proeven. Zulks werd hem toegestaan. De kerel
vertrok met het rijwiel in de richting der Noord
statie en keerde niet meer terug.
Mt-Lievcus-Esschc. In den nacht tusschen
donderdag en vrijdag, brandde alhier eene graan-
mijt, toebehoorende aan M. Mertens, burgemees
ter, af. De gendarmerie van Herzelc snelde ter
plaatse, opende een onderzoek en hield twee per
sonen van St-Lieveus-Essche aan, die verdacht
werden don brand gesticht te hebben. De aange
houdenen werden in 't gevang van Audenaarde op
gesloten.
Zaterdag stapte het parket alhier af. De wakke
re gendarmen hadden inderdaad de echte daders
in hechtenis genomen. Men spreekt met veel lof
over de gendarmerie van Herzele, die vrijdag, on
danks de groote hitte geene moeite gespaard
heeft.
Boel. Vrijdag avond zijn hier drie huizen en
twee schuren afgebrand. Een man werd bij de red
dingswerken de beenen vermorzeld.
Brussel. Men meldt dat op bevel van M.
den minister van Oorlog, in een regiment lanciers
proeven genomen worden met zadels in alumini
um, die de helft lichter zullen zijn dan de tegen
woordig gebruikte.
Diefstallen worden sedert eeuigen tijd ge
pleegd op het kerkhof van Evere, waar de grafzer
ken geplunderd worden. Kronen, kostbare marme
ren medaillons, bronzen sieraden werden geroofd.
De policie zoekt de heiligschenners op.
Een spoorwegwerkman, die van eenen wa
gon sprong, kwam op eene pin van het afsluitings
hek terecht. Hij wist zich los te wringen en viel nu
op de riggels waar, door den slag verscheidene zij
ner ribben gebroken werden. De man werd in
treurigèn toestand opgenomen.
Eene velomaatschappij heeft een maiiA-
korps gesticht, dat zich voorstelt, niets anders dan
oude stukken op ouderwetsche instrumenten te
spelen.
Gent. Een brouwersgast, die in den kelder
van eene herberg bezig was met bier te bereiden,
werd gedood door het ontploffen van het vat, ter
wijl hij er een zuur in goot.
Namen. Wij verhaalden dat een velorijder
te Mettet met zooveel geweld tegen eenen voet
ganger botste, dat de laatste op den slag dood
bleef. De wielrijder was door dit ongeluk zoo zeer
ontroerd, dat hij er ziek van werd. Men meldt nu
dat de arme jongen gestorven is.
Antwerpen. Dinsdag namiddag was er veel
volk naar de Groote Markt gekomen om het huwe
lijk van M. Paptteet, likeurstoker, Oude-Beurs, te
zien. Bruidegom, bruid en getuigen begaven zich
naar 't stadhuis per velo 1
iMcchelen. Zekere Brassine, meubelmaker,
Nonnenstraat, had in de lade eener kas een gela
den revolver liggen. Dinsdag namiddag, rond 1 1/2
ure, waren twee 7jarige kinderen, het zoontje van
Brassine en dit van Theophiel Dewitte in de ka
mer. De ouders Dewitte wonen in de Beggaarde-
straat In den Vlaming De kleine Brassine
nam de revolver uit de schuif en begon er mede te
getrokken, op eenen stoel om den borstel te ne
men, borstelde mij schoon af en verliet voor de
derde maal mijne woning. Aan de voordeur stond
Doeken, de champetter, die mij zegde Maar,
Mijnheer, gij en hebt maar eenen schoen aan 1
Met bewonderonsweerdig geduld keerde ik terug
naar boven, trok den schoen aan en geraakte ge
lukkiglij k buiten.
Toen ik in de straat was, zag ik van den anderen
kant eene schoone jufvrouw aankomen ik wilde
haar bevallig voorbijzweven en haar een blik van
bewondering toewerpen ik had echter niet gezien
dat op den kant, waar ik mij bevond, hout werd
gezaagd ik strunkelde over den zaagblok en viel
op den hoop hout. Ik sprong spoedig recht en ging
naar de jufvrouw toe, om door een geestigen zet
mijn ongeval te verbloemen ik wilde haar zeggen
dat ik liever voor haar op de kniën gevallen ware,
of iets dergelijks, doch wat tegenslag Er moest
stof van het zagemeel in mijnen neus gedrongen
zijn, ik moest niezen en iederen keer dat ik spre
ken wilde, verhinderde mij mijn niezen daarin.
Beschaamd liep ik in de Nieuwstraat eene herberg
binnen, waar men mijin plaats van bier, die ik
vroeg, genever bracht. Ik liet deu druppel half
staan, want ik kreeg buikpijn, en verliet de her
berg om mijnen weg te vervorderen.
Daar zie ik dat achter mij M. Jan komt, die de
mens^hen in de opene straat met zijne zagerij ver
veelt ik wilde rapper voortgaan om hem te ont»
Aanhoudingen.
Piet, Bazoef die wilden stichten
Een Tooneelbond vrijgezind 1
Wat men in zijn grootheidswaanzin
Toch al dwaze kuren vindt
En het ging er Al wie uwer
't Wel meent met de goede zaak
Al wie strijdt voor weldoen, welzijn,
Al wie vraagt naar nut, vermaak,
Komt, vrijzinnige personen,
Ten lokale der N. W.;
Komt, en werkt maar al te samen
Aan onz' roem en glorie mee....
En zij kwamen op, bij duizend
Op de bane van 't Zal gaan. n
Zoo toch dachten onze helden
Voorgeleerd is nagedaan
Maar 't werd avond laat en donker,
Niemand echter en verscheen,
Er zat niemand in 't lokaal dan
Pietjen en Bazoef alleen
Och, zei Piet, alleene zijn wij,
Vriend Bazoef, toch zeker vrij
En wilt gij 't gelag betalen
Dan maakt gij mfi toch zoo blij
Vrij en blij 1
Reforteb.
