m oiks m, 4° JAAR N 200. WAT ZIJ WILDEN. Xs& ZATERDAG 5 NOVEMBER 1808 GROEN. Het kerkhof te lande. Lezers, Oordeelt Bureel Kapellestraat, 13, Aalst. Abonnementsprijs perjaar 2.50, franco llinis. 5 Centiemen liet ïiiiiiinicr. l)c Volksstem liccfl overal verkoopers cn wordt gaii§cli Vlaanderen door gelezen. - llriefwisselaars in alle gemeenten. - Held gij huizen te verhuren Vraagt gij meiden of knechten zoekt gij ccnc he- trek king? wilt gij uwen handel aanbe velen Plaats <lan uwe aankondigingen in dit blad het wordt alom verkocht Vooruit ligt onder Tusschen Man en Vrouw. De belgische Kamers De Daenspartij rsmmmmi Wat hebben ze gewild, de groene kopstukken, met eene christene volks- partij te stichten Een feit is onloochenbaar dat is dat de stichters der christene volkspartij allen katholiek geweest zijn, katholiek met hert en ziel. Vraagt het hun, zij zullen het, zij kunnen het niet loochenen. Wat even onloochenbaar is, dat is dat zij vroe ger zeer tevreden waren van de katholieke partij, dat zij er geen woordje wisten aan af te keuren wat meer is, dat zij er voor streden op leven of dood. Leest het Land van Aelst en De Werkman van vroegeren gij zult er aanstonds van overtuigd zijn. Ik zeg van vroeger leest ze nu niet meer uw Bisschop smeekt er u om, herhaalde malen. Er is dus ééne zaak buiten twijfelde stichters der christene volkspartij zijn hevige katholieke strijders geweest. En dit ook is buiten twijfel: dat zij nu maar éenea vijand meer kennen de Katholieke Partij. Hier heeft dus eene verandering plaats gehad. Wie is er veranderd de Katholieke Partij Of hare vroegere voorvechters, die nu hare hevigste vijanden geworden zijn Wij antwoorden Eene partij, welke dien naam weerdig is veran dert niet, omdat ze gesteund is op princiepen, dit zijn vaste, onveranderlijke grondslagen waarop de partij gesteund is, grondslagen die maken dat eene partij blijft wat zij is. Maar wat er veranderen kan, dat zijn de perso nen, die van eene partij deel maken. Personen kunnen eene partij verlaten, in eene andere tre den, eene nieuwe stichten, tegen hunne vroegere partij strijden. Maar dat verandert de partij niet. En hoe noemt men zulke personen die eene maatschappij, eene gilde verlaten om ze te bestrij den Verraders. Verraders van de katholieke partij zyn dan de stichters van de christene volkspartij Waren de groene stichters, eer zij de Katholieke Partij verlaten en verraden hadden, waren zij rechtzinnig Misschien wel. Doch de Hoogmoed is gekomen, en met hem zij ne oudste dochter de Heerschzucht. Wat hebt ge met al uw strijden sprak de Hoogmoed. Ziet ge niet, dat het al voor andere is dat ge werkt en u afslooft Waarom kunt gij niet heerschen Waarom kunt gij aan 't hoofd niet staan Waarom zoudt gij in de kamers, in den gemeenteraad niet kunnen zetelen Sukke laar, waarom, met zooveel begaafdheden, voor uw eigen zeiven niet gewerkt u KamersGemeenteraadZekerlijk! Waarom niet? Maar hoe Ons bij de katholieken als kandidaat aange ven?... Maar dan sprong onze baatzucht dadelijk in de oogen. Dat zij het ons zelf wilden aanbieden 1 Maar ongelukkiglijk, zij komen niet af. Rechtstreeks bij liberalen en socialisten gaan i Die stap is te groot om hem zoo maar in eens te doendat moet stillekens aan komen. 't Is gevonden Eene nieuwe partij gesticht I Maar dat gaat zoo gemakkelijk niet 't Doet, toch Hoe dat Haar eenen schoonen naam gegeven Christe ne Volkspartij. Liegen en lasteren. Liegt, liegt maar op, zei oltaire, daar zal toch altijd iets van over blij ven, en hij had gelijk. De menschen opmaken, 't Volk moet eerst miskontent zijn, kwaad zijn op de Katholieken dan komen zij veel gemakkelijker bij ons... en dan hebben wij eene partij... op leugen en laster gesteund, maar toch zal er middel zijn van ons voor te stellen.... misschien van gekozen te wor den, als wij hardnekkig durven voortstrijden tegen Bisschoppen en Priesters. O prachtige sluier van den Burgemeester O malsche kussens van de donzige Kamerze tels I... n En de christene volkspartij was geboren. Eene afgedragene frak, die hare vroegere kleur verliest, wordt groen of rost... Rost...? Was Judas ook niet een roste Zet een verken eenen groenen bril op en het zal bijten in alles waar zijnen snoeter tegenstoot,.... behalve in zijne eigene pooten. Niet eene beest of zij is als van hare natuur tot het grom getrokken. Roest, afval van zuiver metaal,zietgyor« of rost. Te lande!... Rond de eeuwenoude kerk, onder wijdgekroonde treurboomen, zóo rusten in groene vel den de afgestorvene medeburgers, bij de zelfde vrienden en magen waar zij kris ten wierden en hunne ziel den Heer weder gaven Een muur, de kerkmuur, omsluit er den hof der dooden, hoog genoeg tot verweer der weerloozen, leeg genoeg om aan deu voorbijganger te laten medelijdende oogen slaan op den gewijden grond waar zijne dierbaren rustende liggen Welk verschil voorwaar tusschendie zielroeren de kerkhoven van te lande en de doodenakkers on zer steden, verre, zeer verre gelegen buiten de voorsteden alsof het rusten der dooden lastig viel voor de levenden omzet met hooge muren die de graven verduiken, de kruisen verbergen alsof wij allen daar gevaar liepen en heimelijke vijanden te vreezen hadden Daar liggen de dooden stil en stom, koud en kil in rechte reken, regelrecht, lijk de koopwaren in onze kelders Daar liggen zij en zinken onder deu last van praalzerken, van pracht- kroonen en kunstgewrochten die de godsdienstige gelijkheid en treffende grootheid der dood ontee- ren en doen vergeten. Daar liggen onze vrienden in hunne grafstede verlaten, en nimmer meer voe len zij eenen traan, eene bede op hunne groene zode nederdauwen.... Te lande.... geene of weinig zerken, maar krui sen 1 Hier en daar een hoveke bloemen, lief en la chend op het eentoonig grastapijt. Hier en daar een zoomke roozen rond het beddeken van eenen engel al te vroeg in den hemel ontwaaktAnders niets, niets dan een gekruisten God hoog verhe ven, met zijne armen wijd open als om de dooden allegader te verschansen door de schichten van liefde uit zijn gewapend en immer wakend hert geschoten Ha, 't en is niet noodig, te lande, op de graven een merk te slaan of eenen naam te bei telen in marmer en rotssteen, daar en liggen geen ijdele kroonen, daar en leest men geene vreemde taal... neen Iedere familie kent hare graven, men groet ze telkendage dat men kerkwaards gaat, men legt en vlecht er t'allen stonde nieuwe kronen van gebeden Zegt en spreekt mij in der waarheid, wanneer gij met gebroken hert een vriend, en kind, eene moeder naar een dier afgelegen kerkhoven onzer steden hebt zieu wegdragen, en wanneer gy na 't laatste krijsschen der koorde rond die doodenkist, wederkwaamt stilzwijgend in den dreef, docht het u niet dat het alzoo niet wel en was, ja, wreed was alzoo die dierbaren te verlaten en te verwij zen verre van uw biddend dankbaar hert, verre van hunnen huiskring, verre en tusschen vier planken, verre en gansch alleen O zekerlijk ja, gij zult dat graf gaan groeten, op dat zand gaan bloemen planten en tranen storten., toch het zal een beevaart zijn, een reizeken heeten niet waar Daar zult gij henengaan omtrent gelijk men die andere dooden bezoeken gaat, die ook ver van ons in de zothuizen door afwezig zijn en door ander leven dan het onze, algauw zijn vreemdelin gen geworden Zoo ook worden de dooden vreem delingen voor ons, omdat zij al te verre van ons rusten. Bij aldien wij ze rijk en prachtig gedekt hebben, o, 't is dikwijls om kwijt te zijn voor de wereld en met ijdele pracht eene valsche maat te geven onzer deernis...'t Is gelijk, maar ik gave hun liever minder eenzaamheid Te lande en verwijst men de doode zoo verre niet... Zij houden er de plaats van eer in het hert van 't dorp, dicht de kerk die ze verschanst en vrijwaart I Daar, onder dien grond zoo dikwijls door hen betreden, daar rusten zij in stilte zonder alleen te zijn, niet ver... Zij blijven bij ons en men ieeft voort rondom hen! Wanneer de klok ter kerk roepend traant van rouw of trilt van vreugd, zoo zieu zij de vrienden weder die weenden op hun graf, zien kinderen voorbijgedregen ter heilige wa teren, jonge knapen zedig naderend ter heilige ta fel, jonge lieden, rilde vrouwen vol hope onder den zegen der priesters, allen trekken heen gelijk zij deden in vroeger dagen voorbij gekende graven Neen, ik weet het, men kan ter stede niet doen gelijk te lande en de veiligheid der levenden ver wijdert de dooden. Ik weet ten anderen dat alle deernis niet kan blijven duren en dat de tranen niet altijd mogen vloeien, de mensch moet vergeten of zou bezwijken onder deu last van nijpend hertwee, en daarom mag hij niet al te veel de dooden nabij komen. Maar toch, wanneer wij dezer dagen de zielkesdagen van ons kerkhof zullen wederkee- ren, geest en hert vol blijde herinnering en gebro ken hoop, zoo zullen wij met leed en spijt betreu ren dat onze dooden zoo ver wonen, zoo alleen, zoo droevig omsloten... O waarom en mogen zij niet, lijk te lande, daar zijn, daar bij onze kerk? Daar liggen onze voorouders min verlaten en wachten naar de verrijzenis, in de schaduw der weenende treurboomen, der zingende Kerk Daar zijn zij be ter Vrouw. Zijt ge misschien nog niet stout ge noeg, of zoudt ge misschien geern uw vader opvol gen geef hier. Man. Vrouw, waarom schreeuwt de kleine? Vrouw. Hewel, omdat ik hem de gazet van Zondag heb uit de handen getrokken, 'k Wil niet hebben dat ons kind al die leelijke artikels leest tegen het geestelijk. Dat is goed voor andere, maar voor de mijne niet. Heeren, die van ons volk hier geerne gezien en bemind worden, dat zij aan hunne plichten te kort blijveu Hij, die in opstand leeft met zijne geestelijke overheid, wiens gazetten deer Hen gedoemd zijn; hij durft onze brave en deftige geestelijkheid ver gelijken met Judas O schijnheilige en onbeschaamde vlegel!.... gaan open op dijnsdag SNovem- ber aanstaande, 't Zal toen wel wat rumoeriger worden in het land. M. Tack, afgeveerdigde van Kortrijk, zal als deken van ouderdom de eerste zittiug voorzitten. M. Tack is reeds 44 jaar lid der Kamer hij werd zonder onderbreking herkozen. Eenen tijd is hij minister van financiën geweest. De Kamer zal, er is geen twijfel aan, haar oud bu reel herkiezen M. Beernaert, voorzitter MM. ba ron Suoy en De Sadeleer, ondervoorzitters MM. De Borchgrave en Huyshouwer, secretarissen. Te gen de kiezingen van Audenaarde en van Doornijk zijn reclamatiën ingediend. Er zullen nog al hevige besprekingen in de Ka mer gevoerd worden. De nieuwe kredieten voor het vergrooten van Brugge-zcehaven, zullen er nog zoo gemakkelijk niet doorgaan. M. De Bruyn zal erbij zweeten. Men spreekt van een paar miljoen, welke de vergrooting zou kosten. Er zal ook een ontwerp worden ingediend om de kiezingen anders te schikken. Brussel, bij voorbeeld, gaat weldra 21 of 22 vertegenwoordigers gaan kiezeu, en veel andere arrondissementen kiezen éenen of twee vertegenwoordigers tretten harer voornaamste werkers staan, met het portret van den Paus in het midden. De gazetten hebben aangekondigd dat die print onlangs aan Leo XIII werd voorgelegd, en dat de H. Vader zijn diep misnoegen heeft uitgedrukt. De zaak is volkomen waar doch zij is reeds over verscheide ne maanden gebeurd. Het was een voornaam per soon uit het Luiksche, die den H. Vader deze print der scheurmakers toonde, en hij de teedere ouder ling, vatte vuur en gaf zijne verontweerdigiug in de krachtigste woorden te kennen. Wat ik hier zeg, weet ik zeker, metal de omstandigheden. Wij lezen in de gazet van de vischmijn Ons Heer, in 't Ilofken, zag Judas naderen, zijnen Apostel, die Hem had zien de dooden' verrijzen, die zelf Mirakelen had gedaan in zijnen naam; zijne Kerk had Ons Heer voor de bestiering toevertrouwd aan menschen, voor de bediening.... Christus zag in alle Eeuwen en in alle landen, eenige bedienaars, met wereld- sche inzichten tot deu Autaar gekomen, bedwelmd en verleid door de geldmacht, trotsch zwaaiende met de Geestelijke macht, het arm volk niet ken nende, ingezwolgen door de salons, en de Zaligma ker zweette water en bloed Die woorden schrijft hij, sprekende van de eerweerde Paters Jesuitcn en van de geestelijkheid van Aalst! Zou men niet zeggen, dat al die eerweerde Nauwelijks hebben do Bis schoppen van België over 14 da gen eenen omzendbrief doen le zen in al de Kerken en Kapellen van ons land tegen do slechte boekeu en dagbladeren, of do ga zet van onze groene Socialisten, valt heden Zondag met meer he vigheid uit tegen ónze brave, welgezinde geestelijkheid van Aalst. De priesters ziju ingezwolgen door do salons, zij liggen bedwelmd door de geldmacht, zij willen het arm volk niet kennen met wereldsche inzich ten ziju zij tot deu Autaar gekomen; de wereld sche Paus, Woeste, zegent hunne pogingen, enz. enz. Uit eerbied voor onze deftige lezers, durven wij hier in ons blad al niet aanhalen, wat die schijn heilige, die volksfopper op hen weet te zeggen. Eu daarachter durft hij uitroepen Wat valt er op ons te zeggen, wie hebben wij ooit verweten of bespot 1!... Alles in eerlijkheid en deftigheid Ziju wij uit den goeden weg, 't is de fout van Leo XIII, van Christus-Jesus Maar, 't is waar Wat willen wij verwachten van menschen, die dag en nacht opgeëten worden door de knaging van Consciëntie Van menschen die de koppigheid en de hoo- veerdigheid zoo verre drijven, dat zij liever zouden hunueu laasten cent geven, dan te bekennen dat zij hebben mis geweest? m .Ar

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Volksstem | 1898 | | pagina 1