\l
Aalstersche Sagen Rampen, Misdaden en Malheuren uit alle Werelddeelen. RechtVaardighsid en TfOUW.
VALLING, BR0NCH1ET
Nieuws uit de Stee.
De Aalstersche
Draaiers.
11.
De witvoeten van Aalst.
■II.
De ajuinpelders
van Aalst.
LIJIBRECHTS
Khuiiiatick.
Ftechtbanken
SS»*».
Karei V deed zijne plechtige intrede
binnen de stad Aalst. Het magistraat
en de inwoners hadden niets verwaar
loosd om hunnen vorst op eene betame
lijke wijze te ontvangen praalwagen,
triomfbogen, groene takken langs de
straten, tapijten, vlaggen, wimpels,
jaarschriften en zinspreuken, niets ont
brak er om den grooten Gentschen
burger de vreugd te kennen te geven,
die zijne tegenwoordigheid in de hoofd
stad van 't Land van Aalst ging ver
oorzaken.
Tei plaatse, langs waar de keizer
moest binnentreden, was een prachtige
eereboog opgericht, waaronder er eene
gelegenheidsvertooning zou gegeven
worden. Een der spelers zou daar den
vorst in eene statige aanspraak verwel
komen. Een souffleur werd achter 't
groen van den eereboog verborgen, om
met de wijdloopige redevoering in de
hand, het in gebrek blijvende geheugen
van den spreker te ondersteunen. De
keizer nadert en is reeds aan den voet
der stellage de stilte wordt bevolen en
de acteur heft moedig de stem aan om
Zijne Majesteit te begroeten. u Ge
nadige heer wij zijn.... wij zijn...!
roept hij doch de aanwezigheid des
keizers heeft den redenaar gansch ont
hutst en't geheugen is hem ontvlogen.
Hij ademt ter nauwernood en verzucht
naar de influistering van den souffleur,
doch de scherm blijft onmeedoogend
sprakeloos. Hij draait zich een weinig
derwaarts en zijne oogen dwalen vruch
teloos op de plaats, waar hij den
ongenadigen souffleur hoopt te ontdek
ken. Hij draait zich om, denkende dat
de man wel aan 't ander einde van het
tooneel zou kunnen zitten ook daar
niemand De souffleur had zijn
handschrift vergeten en was uit voor
zichtigheid (want wat kon er in zulken
bedenkelijken toestand al niet gebeu
ren van de plaats geweken De
stoet der raagistraatsheeren, rond den
acteur geschaard, begint reeds van
ongeduld te mompelen, wanneer de
speler andermaal begonnen was te zeg
gen Genadige heer, wij zijn.... wij
zijnw Maar nu wordt er teeken ge
geven dat de keizer spreken wil.
Weet ge, wat ge zijt antwoordt hij
lachend, ge zijt draaiers r>
En hij stapte zonder verder vertoef
de stad binnen.
Naar het schijnt waren vroeger wit-
pootige paarden niet onderworpen aan
tolrecht, en daar de Aalstenaren geene
groote gemeentelijke lasten betaalden,
gaf men hun den naam van Witvoeten.
Of 't waar is Dat zullen we God en
den molenaar laten scheiden. Maar t
is de sage.
De Aalstenaren mogen er zich op be
roemen, de meeste spotnamen te heb
ben onder al de steden van Vlaanderen.
Behalve de twee vorengenoemde droe
gen zij ook dien van Ajuinpelders, uit-
wijzens een oud liedje, waar, in tweere
gelige rijmpjes, de bijnamen van ver
scheidene steden uit Vlaanderen en
Brabant in uitgedrukt zijn. Wij lezen
daar
Ik vond daer eenen Aelstenaer staen,
Pelt ajuinenpelt ajuinen I zei de Aelstenaer.
SOTTEGEM. Zaterdag morgend werd alhier
eeu aardewerker door een trein van Gent verrast
en een been afgereden het ander been werd
verpletterd. Men vreest voor het leven van het
slachtoffer.
weigerde aan de bevelen te gehoorzamen omdat zij,
in strijd met de wet, in 't fransch gegeven werden,
is door zijnen overste gestraft om een jaar opnieuw
dienst te doen in het onderrichtingspelotou. Heeft
de overste wel dat recht
Spiegels. Wat doet uw zoon,
Luibrechts
Luibrechts. Ah, M. Spiegels,
hij is op den Vlaamschen Theater van
Brussel 1
Spiegels. Zoo, zoo En wat rol
speelt hij
Luibrechts. Hij haalt het bier
aan voor de muziekanten.
De geneesheerMijn beste heer,
'k heb u slechts eenen raad te ge.ven
leg op het gedeelte waar ge pijn hebt
een pak Thermogene. Dit is duizend
maal beter dan al de drogerijen en al
de pleisters. Aarzel niet.
Br> De faam der Thermogene heeft
H namaaksels doen ontstaan, die
zekere gewetenlooze handelaars
zoeken in de plaats te stellen. Wij zet
ten het publiek aan, altijd den naam
De Thermogene en het handteeken
Van den Broeck en C1" op het etiket te
eischen.
WAASMONSTER. Vrijdag heelt alhier
hevige brand twee groote hofsteden in asch
De klaarte was in Lokeren zeer goed te zien.
IVa menigvuldige ondeevliidiugen komt
de Geneeskundige Commissie te verklaren dat de
Walthérypil het eenigste purgeermiddel is, dat
bekwaam is de slijmen en de onzuiverheid des
bloeds en alle ziekten door die ongesteldheden te
weeggebracht, te verdrijven. 1 fr. 25 de doos van
50 pillen.
Dépots te Aalst MM. Callebaut, De Valcke-
neer, De Waele, Gbysselinck en in alle apotheken
NEDERLAND. Zondag namiddag, ten 4 1/2
uren, is te Bennebroek pen vreeselijk ongeluk
gebeurd.
Daar waren toen twee heeren, Schotten, om de
bloemvelden te zien, toen dc stoomtram haarlem-
Leiden bij de Bennehroekerlaau aankwam. Do
heeren wilden op den in beweging zijnden tram
springen den een gelukte dit, doch de andere
kwam tegen een oud kanon dat op den hoek van
den weg staat, viel daardoor en juist met het hoofd
op do rails. Al de wagons gingen over hem heen,
zoodat de ongelukkige onmiddelijk dood was.
Zijn lijk werd gebracht in het hotel De Oude
Geleerde Mm, waar het nog is.
De ongelukkige is M. James Wallace, student
aan de universiteit te Edinburg. Hij is 26 jaar
oud. Hij woonde te Coupar Angus en was eenige
zoon.
Zijn vriend heet William A. Cadbury. Deze is
in de Geleerde Man gebleven.
De familie werd telegrafisch verwittigd en deze
zond bericht dat het lijk naar Schotland moest
worden overgebracht.
Dit zal geschieden zoodra het gerecht de toe
stemming geeft.
BRUSSEL. Een bediende van de firma Del-
haize Cie, Jules Van Trappen genaamd, werd
verleden donderdag gelast, eene som van 103.087
franken te gaan ontvangen in de bank. Hem niet
ziende terugkeeren, nam men inlichtingen en men
vernam dat hij inderdaad in de bank geweest was
en het geld ontvangen had. Alvorens te vertrekken
had hij aan eenige personen, aan welke hij kleine
sommen schuldig was, enveloppen gezonden met
het bedrag dezer schulden. De man moet reeds de
grenzen over zijn.
M. de policieofficier Yves is naar Marseille en
Brindisi vertrokken, om den dief op te sporen,
daar men denkt dat hij langs dezen naar Grieken
land vertrokken is. De woningen zijner ouders en
die zijner minares die meê vertrokken is - -
worden van nabij bewaakt.
ANTWERPEN. 'Er zijn maandag uiet minder
dan vier verdronken personen uit het water ge
haald. Een als matroos gekleed en schijnende 30 of
40 jaar oud, werd gevonden in den Kooldok. De
tweede is een onbekende, gevonden in de Sasdok.
De derde werd opgehaald uit de vesting der
Boomsche poort. Deze is aan het werkboekske dat
hij bij zich droeg. Uit de Amerikakok werd het
lijk opgehaald van den nachtwaker De Sutter.
Aangaande de gevallen van tuchteloosheid in
burgerwacht is er eeu streng onderzoek
De oppergeneraal Verstraeten is maan-
van Brussel naar Antwerpen gekomen en
heeft een lang onderhoud gehad met generaal
Willaert en de kolonels van de twee legioenen.
Men is overeengekomen niet alleen de feiten ten
laste der wachten te onderzoeken, maar ook de
houding van zekere officieren.
FRANKRIJK. Te La Bigottiére, eene kleine
gemeente bij Laval, heeft de 13 jarige Baudrilier
met eene sikkel, vrouw Portois, pachteres op de
Sicardiére, bijna gedood. De toestand van het
slachtoffer is hopeloos.
De jonge moordenaar is de zoon van den gemeen
teonderwijzer hij had sedert eenigen tijd zijne
familie veriaten, die hem deed opzoeken.
Het parket van Laval heeft zich ter plaats
begeven.
VRAAGT OVKRAL
HET LEUVENSBIEB
der gunstig gekende
Brouwerij FranBr uwé, A A VST.
BOUCHOUT. Maandag nacht drongen dieven
in de hoeve van M. Möretus, bewoond door M. De
Herdt. De vrouw des huizes werd door het gerucht
gewekt en zag twee zwartgemaakte mannen voor
haar bed staan zij viel van schrik in bezwijming.
De pachter werd op zijne beurt wakker on riep om
hulp. De dieven vertrokken. De schelmen hadden
voor ongeveer 2000 fr. obligaties gestolen.
GENT. Woensdag morgend rond 9 3/4 uren,
is een Broeder van Liefde op den Kortrijkschen
steenweg, nabij de Oude Bareel, door eenen tram
omvergeworpen. Door zich te mijden voor eenen
velorijder, werd hij door den tram gevat en wel
twintig meters ver medegesleept. Hij viel op den
kant van het voetpad en bekwam menigvuldige
kneuzingen in het gelaat en in den rug. De man
werd daarenboven het linker schouderbeen gebro
ken. Hij klaagt ook over inwendige pijnen. Hij is
naar Oostakker, naar zijn gesticht, overgebracht.
Een kanonnier der burgerwacht, die zondag
LOVENDEGEM. In den nacht van maandag
tot dinsdag hebben dieven gepoogd in te breken in
een kasteel, gelegen langs de vaart. De kerels
hadden paard en kar medegebracht om den buit op
te laden. Aan den Bierstal hadden zij eene plank
medegenomen, die zij over den wal hadden gelegd
om tot brug te dienen. Zij werden echter in hun
werk gestoord door den hovenier die hen betrapte.
De dieven waren gedwongen zich over te geven
en werden in het gevang vastgezet hun paard en
kar werden in bewaring genomen. De stroopers
zijn van St-Amandsberg. De policie is aldaar op
zoekingen gaan doen. De vrouwen, ondervraagd,
zegden dat hunne mans naar Holland getrokken
waren om oud ijzer, tin en lood te gaan opkoopen.
Men kan donken hoe ze stonden te kijken toen
ze vernamen dat ze mis waren en dat hunne mans,
in plaats van in Holland, in Lovendegem zaten, van
waar zij naar de gevangenis to Gent zijn overge
bracht.
tdei
echt! i
- moordontdekker.
de
LOURDES. Zaterdag namiddag, terwijl de
belgische bedevaarders, zich in de kerk van den
H. Rozenkrans, bevonden, poogde een kerel de
brieventesch te stelen van een hunner, een advo-
kaat van Brussel. De kerel werd aangehouden,
doch hij gelukte erin te ontsnappen hij liep de
kerk uit, sprong de Gave in en zwom de rivier over.
Aan den overkant werd de schelm door eenige
boeren aangehouden en aan de gendarmerie over
geleverd.
VRAAGT OVERAL
HET LEUVENSBIER
der gunstig gekende
Brouwerij Frans tSruwé, AAVST.
GENT. Over 14 dagen ontvluchtte een klerk
met 25.000 fr. van zijnen patroon. Daar men
onderstelde dat hij zich te Rijsel schuil hield, zond
men naar de policie dier stad de noodige inlichtin
gen. Deze leidden tot de aanhouding van den diet,
die dezer dagen zal uitgeleverd worden.
ST. NIKOLAAS. De meestergast der cigaren-
fabriek van M. Thinchant in de Mercatorstraat,
M. Isidoor VandenHende, werd sedert eenigen
tijd gewaar dat er op de fabriek dekblaêren van
tabak gestolen werden. Hij had vermoedens op
eenen cigarenmaker en bij het heengaan betaste
hij hem en vond een heel pak van deze waar in
zijnen zak. Hij zond om de gendarmen, die in de
buurt gehuisvest zijn. Er werd eene huiszoeking in
de woning van den oneerlijken werkman gedaan,
die den uitslag opleverde dat er verscheidene kas-
kens cigaren aangeslagen zijn, waarvan hij den
oorsprong zal moeten aanduiden. Hij werd aange
houden en ter beschikking van den procureur des
konins gesteld. Er is proces verbaal opgemaakt.
Deze persoon was getrouwd en heeft geene kinders.
Hij maakte te huis met zijne vrouw buiten tijd
veel cigaren.
SCHAERBEEK. De barreelwachter De Bac
ker, die verleden week, woensdag avond op zijnen
post aan de Vooruitgangstraat door een trein een
voet werd afgereden en den anderen vermorzeld, is
dinsdag avond in het St-Jansgasthnis overleden.
Aan de Lezers. Indien een uwer familiele
den lijdt aan bloedeloosheid, zwakheid of uitput
ting, doet hem de uitmuntende Pil van IT Raphael
nemen en in weinige dagen tijds zal hij genezen
zijn. 1 fr. 25 de doos in alle goede apotheken.
Dépots te AalstMM. Callebaut, De Valcke-
neer, De Waele, Gysselinck, en in alle apotheken.
Rechtbank van Mecheleu. Men weet dat
de liberalen van Mechelen gekend zijn voor ruiten
brekers en stokslagers. Den 15 October 1899, toen
de katholieken in de gemeentekiezing de overwin
ning behaalden, werd door de liberale schuimers
het katholiek lokaal La Coupe, Groote Markt,
verwoest. Aan het hoofd der ruiten brekers bevon
den zich Doktoor Geets en Isdoor Moens stadsbe-
diende. Beiden verschenen verleden zaterdag voor
de boetstraffelijke rechtbank en werden veroor
deeld beiden tot 3 maanden gevang, 2 maal 8 da
gen en 2 maal 26 fr. boet.
Assisen vau West-VlaanderenWoens
dag verscheen voor het assisenhof M. Carlos
Sengier, 20 jaar oud, handelsbediende te Meenen,
beticht van ter gelegenheid der gemeentekiezing
de kieswet overtreden te hebben. De liberalen van
Meenen hadden alles in het werk gesteld om M.
Sengier voor het assisenhof te doen dagen. De jury
heeft met algemeene stemmen M. Sengier vrijge
sproken.
Zondagrnst. Zondag aanstaande zal de
apotheek open zijn van M. Renneboog, op de
Veemarkt.
Bericht. Ter oorzake van afbraak, zullen de
oude woonst en alomvermaarde Apotheek van M
August Renneboog, den 12 Maart aanstaande,
tijdelijk overgebracht worden in het huis vroe
ger bewoond door M. Michiels-Van Londerseele,
10, rechtover de duiven- en kiekenmarkt, te Aalst.
Men zond ons het volgende verhaaltje m
Men zou het kunnen betitelen De Hond -
Het was Zondagavond, op het dorp.
In de herberg Het Molenhuis zaten vreedzame pachters
met de kaart te spelen en dat wel zóo ernstig, dat hoewel er
drij tafels door spelers bezet waren, men niet het minste ge
rucht buiten kon waarnemen alleen, nu en dan hoorde men
eeno mansstem die riep solo... ik proposeer... ik ga mee,
enz. uitdrukkingen aan het whistspel eigen.
De waardin, eene weduwe van middelmatige gestalte, zoo
wat 55 jaren oud, redelijk struis en met een goedhartig op
zicht, stond te midden der herberg de spelers na te zien, met
de handen op de heupen.
Moeder Beth, zoo noemde men haar in het dorp, daar ze
steeds iedereen bijstond en ondersteunde, scheen er smaak in
te vinden dat al die brave lieden zich zoo rustig vermaakten.
Opeens, vloog Je straatdeur open en een man, slecht aan
gekleed, mét rosse haren en baard, verscheen ia de herberg.
Hij scheen bedronken en hield eene dunne koord in de hand,
waaraan een klein zwart hondje gebonden was. Het beestje
wilde maar niet vooruit en werd dan ook door den man letter
lijk voortgesleurd. Vooruit dan, domme hond riep de
dronkaard, terwijl hij het arm diertje eenen schop gaf, dat het
jankend tot in het midden der herberg vloog. - Daar ligt ge
nu te jammeren ging hij voortge moet en zult gehoorza
men Nu nam hij het beestje bij het oor en hief het in de
hoogte, terwijl hij met de andere hand den neus als verplet
te... Hoort g'het 1 brulde hij, en liet den hond op de vloer-
steenenneervallen... hoortg'het? Wat rosseGiele wil moet
iedereen willen Beth, geef mij een kapper jenever, ik heb
dorst n
Alles was doodstil geworden in de herberg in schijn speel
de men voortdoch, niemand was gerust, want die rosse Gie
le was een gevaarlijke kerel, alom bekend om zijne baldadig
heden.
Moeder Beth wist echter met alle volk om te gaan. Ze had
zich op een stoel neêrgezet en het hondje op den schoot geno
men. Het beestje likte hare handen, uit erkentenis, wijl het,
van tijd tot tijd, Giele angstig aanblikte.
Zoodan, Giele,» srpak de vrouw vriendelijk, «ge hebt een
hondje gekocht
Ja, dat heb ik ook, zei de dronkaard ruwen dat
gaat niemand aan, Beth.
Een schoon heeste, vervolgde de vrouw, zonder op de
laatste woorden van Giele te letten zie, jongen, het is
waarlijk al lang dat ik verlang een hondje te bezitten wilt
gij mij dit verkoopen, ik zal het goed verzorgen
Hier plaatste zij het diertje zachtjes op den grond neder en
haastte zich den gevraagden borrel te gaan inschenken.
Giele scheen na te denken eensklaps, riep hij met een
heesche stem Wat geeft mij die domme hond? Wat kan
het mij schelen of die verzorgd wordt of niet Ha, ha Zie,
wil ik hem eens hangen Hebt ge ooit eenen hond zien han
gen Dat is aardig, hoor
De woestaard had reeds de koord vastgegrepen, die nog al
tijd aan den hals van het arm dier gehecht was, en meende
zijn beulenwerk ten uitvoer te brengen.
Reeds waren er twee spelers recht gesprongen, om hem te
beletten eene laffe daad te begaan doch op een teeken van
Moeder Beth gingen beiden weer zitten.
Giele, kom eens gauw hier, riep de vrouw luid, anders
wordt het koud, jongen
Bij het hooren dier woorden, liet de dronkaard de koord
los en zijn slachtoffer kroop in eenen donkeren hoek der her
berg.
Op den toog stond een borrel ingeschonken en een twee-
frankstuk lag er nevens.
Ziehier, Giele, dat alles is voor den houd nu zijn we tot
akkoord, he, beste jongen
u Ik heb die twee frank niet noodig, Beth houd die maar,
ik heb geërfd, hoor liever... Hier liet hij eene zekere hoe
veelheid vijffrankstukken rammelen. O dat is nog maar een
gedeelte, riep Giele vroolijk Toe, geef mij nog een borrel,
Beth. Nu kan het er af. Ja, ja, ging hij zwijmelend voort, ik
had ergens een kozijn, die fortuin gemaakt heeit, in Amerika
en die is gestorven, mij een aardig sommeken achterlatende!
O, voegde hij er bij, ze zullen mij niet meer verachten, in
het dorp geld, dat geeft den mensch aanzien wat zegt gijliê,
vrienden
Gêen der spelers antwoordde, hetgeen den dronkaard niet
erg beviel.
Beth voorzag het gevaar.
Giele, vroeg zij eensklaps, hoe maakt het uwe zuster? Ze
is ziek, niet waar
Wat kan mij mijne zuster schelen ik lach met heel de
wereld Doch, zich bezinnende, ging hij voortWei, dat
is nu eens een gedacht, he, Beth Ja, ik ga haar nog heden
een bezoek brengen dat braaf kind moet toch weten, dat
Giele nu rijk is en dat zij er niets zal van bekomen dat zal
aardig zijn, ha ha Wacht even, eerst zal ik dien hond
doodstampen
Hola, riep moeder Beth, lachend. Ge hebt mij immers
gezegd dat ik dien mag behouden
Dat heb ik niet gezegd Maar kom, houd hem dan maar
tot morgen, maar niet langer, hoor Nu ga ik mijne zuster
bezoeken en dan kom ik nog eeu borreltje drinken, de jenever
verzet den geest 1
Hier verliet Giele de herberg.
Wat wangedrochtzei een der spelers, toen hij ver
trokken was.
Ja, antwoordde moeder Beth, die kerel is niet te betrou
wen en zoo ge mij eenen dienst wilt bewijzen, gaat dan allen
stillekons naar huis, dan kan ik de herberg sluiten, want ze
ker zal hij terugkeeren en wie weet wat er dan gebeuren
zou?
De spelers volgden den wijzen raad der vrouw en verlieten
Het Molenhuis
Drij dagen zijn er sinds verloopen.
Rond tien uren in den morgen stapte de veldwachter van
het dorp Het Molenhuis binnen, want eiken dag ging hij
daar zijn borreltje drinken.
Dag, garde, riep Beth hem gul toe, bij het binnenko
men
Ha, Beth, hoe gaat het